pelle van begaafd en grillig V Pop op de plaat {ené Heijnis (17) schrijft boek (of grafrede?) over uniek, maar bedreigd gebied MBteiii is- fog veel gegevens in familie-archieven Herfstrelease van Polydor H2/~ }UW/KWARTET ZATERDAG 14 SEPTEMBER 1974 BINNENLAND Til/KI 3 ÏIP DE BRES VOOR POLDERLAND voor het ior Huib Goudriaan OOG AAN DE ZAAN De zeventienjarige René Heijnis heeft in z'n een- b een boek geschreven en in eigen beheer uitgegeven, dat binnen ruim :n maand uitverkocht was. Het boek beschrijft de planten- en vogelwereld in de polder Westzaan, een gebied dat door zijn brakwatervenen en bijzon- ir rijk weidevogelstand tot een zeldzaamheid in Europa is gaan behoren, iettemin vrezen René en zijn vrienden die hielpen bij het tellen van de igels en de planten, het zogenaamde inventariseren dat het boek weieens in grafrede kan worden. in het verloren gaan van het bied wordt immers gewerkt. René paleert in zijn boek welke aan- g wordt gepleegd met het in voering zijnde bestemmingsplan Bstzijderveld en het voorbereiden n de plannen Houtveld. en Guis- ld. Deze kennelijk niet te stuiten uwwoede zal leiden tot het 'om- tten' van een nu nog uniek pol- rlandschap in de monotone ion- en winkelcentra, die Neder- id al jaren misvormen. 'Na uitvoering van de plan- n zal van de gehele polder (3000 stare) nog eenvierde deel over n en van het rijkste broedgebied de polder, het 763 hectare grote estzijderveld, zal nog 360 hectare steren. De plannen van de ge- eente Zaanstad gaan uit van ver- iderde bevolkingsprognoses, zijn duur en gaan ten kóste van een teds waardevoller wordend na- urgebied'. René Heijnis tekent in boek. na een indrukwekkende somming van wat er in de polder emaal leeft en groeit, daarom protest aan tegen deze plan- n. e beperken ons tot het noemen n de bezwaren vari René en de m inspirerende actiegroepen in Zaanstreek, voor wat betreft het in 'Houtveld': Het op te offeren Westzijderveld hoort tot de acht rijkste weidevo- Igebieden in Europa; De grutto komt hier in een leke dichtheid voor, verdwijning n het Westzijderveld vormt een René Hejjnis: 'Als jongen van zeven jaar ging ik voor het eerst het Westzijderveld in'. bedreiging van dé gruttostand op Europees niveau; Het brakwaterveen in het West zijderveld is in de loop van eeuwen ontstaan. Brakwatervenen, zijn. .in Europa nog nauwelijks aanwezig. Het Westzijderveld is van grote waarde voor de volksgezondheid als 'aanwijzer' van milieubederf, voor e watersnip is een zeer talryke broedvogel in de polder Westfcaan. de recreatie (biedt de stilte en open ruimte en het contact met de natuur, die onmisbaar zijn voor de mens) en als bepaald type land schap.' De bezwaren tegen de bouwplannen zelf: De huizen zullen vooral bestemd zijn voor het opvangen van de Am sterdamse bevolkingsgroei. Dit is in strijd met de provinciale voor schriften die op meer spreiding zijn gericht; Het plan is gebaseerd .op een inwonertal van 200.000 inwoners, terwijl de bevolkingsgroei veel minder snel gaat dat tot voor kort werd aangenomen; De gewenste maximale bouw hoogte van 65 meter is te hoog omdat het gehele landschap hier door wordt bedorven en omdat de resterende weidevogels dan ook zul len vertrekken (vopral de grutto's mijden hoge obstakel?); Het plan is gebaseerd op een overloop van een aantal bedrijven uit Amsterdam.Gezien de arbeids situatie in Amsterdam, kunnen deze bedrijven echter beter, naar terrei nen teh zuiden van' het Noordzèe- kanaal worden verwezen: De draagkracht van de grond is zo gering, dat er voor zware gebou wen en installaties een fundering met betonnen heipalen nodig is van 15.tot 22 meter; Uit een enquête van het Kontakt Milieubeheer Zaanstreek en de ac tiegroep 'Het Veld' bleek dat 78 procènt van de Zaanse bevolking tegen bebouwing van het veld is en 89 procent tegen industrievestiging in dit gebied. Illegaal opspuiten Wat René Heijnis hijzonder heeft geraakt, is dat de expansiedrang van de gemeente zover ging dat illegaal zonder toestemming van Gedeputeerde Staten was begon nen met het opspuiten van een deel van het Westzijderveld en dat dit opspuiten uitgerekend gebeurde in dè broedtijd. Pas .nadat het Kon- takt? Milieubeheer Zaanstreek de rechter had ingeschakeld kon een voorlopig einde aan liet opspuiten worden gemaakt. Réné: 'In het voorjaar van 1973 en 1974, midden in het broedseizoen toen de vogels niet meer wegkonden. werd gespo ten. Hierbij werden meer dan 100 nesten van 25 verschillende soorten vogels vernield, onder andere van de roerdomp, dodaars en van de zomer- en wintertaling. Jonge vo gels, die probeerden te ontsnappen werden doodgereden. We zagen de samengeperste lijkjes liggen in het profiel van de dragline-wielen. Als er toch moet wortien gespoten waarom wordt het land dan niet tijdig onder water gezet, zodat de vogqls daar niet met broeden kun- nerj. beginnen?' KHf CU 1 f I Kemphanen in het Westzijderveld: een vogel, die na de opspuitingen dreigt te verdwijnen. René. leerling van de vijfde klas HAVO, kwam tot het schrijven van zijn boek 'De flora en fauna van het Westzijderveld' na zijn consta tering dat. 'de bestuurders geen flauw benul hebben' van het belang van Westzijdervelden de polder Westzaan. 'Als jongen van zeven jaar begon ik het veld in te trek ken en vanaf 1968 maakte ik aan tekeningen over de aanwezige vo gels en planten gemaakt. Tn het 'Natuurbeschermingsplan voor de Zaanstreek', uitgegeven in 1970 door de Vogelbescherming van de Zaanstreek, las ik welke uitbrei dingsplannen het veld "bedreigden én welke alternatieven, er waren'. Eerste succes Er ging een lichtje bij René bran den en hij lette scherp op de aan slagen die onze geïndustrialiseerde samenleving voortdurend pleegt op de natuur. Zo kwam hij in 1971 tot het tellen van de vogels, die door de hoogspanningsleidingen omkwa men. In 1973 maakte hij hierover een rapport, dat werd toegestuurd aan de minister van landbouw, de Provinciale Electriciteits Maat schappij Noord-Holland (PEN) en aan de gemeente. Mede als gevolg daarvan werden strips bevestigd aan een van de twee hoogspan ningsleidingen. zodat hier geen vo gels meer tegenaan behoeven te vliegen. Onder de andere leiding heeft hij sinds 1971 nog 1000 dode vogels per jaar gevonden. 'Volgens de PEN is het technisch niet haal baar ook aan deze leiding strips te bevestigen'. Na het succes van zijn rapport over de hoogspanningsleidingen begon René te denken over een samen vatting, van het dierlijk en plant aardig leven in het Westzijderveld. 'Ik zag de bestemmingsplannen en dacht: straks is het veld weg. ter wijl er nog nooit een inventarisatie van de flora en fauna van het gebied is verschenen. Ik heb toen zo'n twintig man opgetrommeld om mee te werken, aan het tellen. Van mei tot augustus 1973 ben ik bezig geweest met het uitwerken van het cijfermateriaal, in de kerstvakantie heb ik het verslag geschreven en in de paasvakantie van dit jaar heb ik alles uitgetypt. Voor het drukken had ik geen geld en natuurbescher mingsverenigingen in deze streek ook niét'. Bootje verkocht In arren moede verkocht René Heijnis daarom zijn motorvletjè, dat hij gebruikte voor verkennings tochten in het Westzijderveld. Hij pakte met zijn medewerkers zelf het binden, snijden ert nieten aan en kon de drukker een voorschot geven. Mei van dit jaar verscheen het boek en een maand later was de eerste oplage van 350 exempla ren verkocht. Zestig procent van de kopers wonen in de Zaanstreek en veertig procent in de rest van het land. Er zijn nu zoveel aanvragen, dat René in de herfstvakantie een tweede druk van enkele honderden exemplaren wil gereed maken. De prijs is 9,75 en wie een exem plaar wil bestellen moet dan doen bij René Heijnis. Wilhelminastraat 13. Koog aan de Zaan. Afgezien van enkele stijlfouten is het werk van René een uitstekend gedocumen teerd rapport over geschiedenis, sa menstelling van de bodem, flora en fauna en planologische (onmoge lijkheden van de polder Westzaan. Wie de conclusie van de schrijver, dat het Westzijderveld een uniek gebied is, in twijfel trekt, moet daar het tot dusver onnavolgbare standaardwerk 'Wilde Planten' maar eens op naslaan. Daarin lezen we: 'De onder de rook van Amster dam en de Zaanse industriecentra gelegen brakwatervenen vinden vermoedelijk nergens ter wereld hun gelijke:' En: 'Zij behoren tot de rijkste weidevogelgebieden van ons land'. KL Mi door Fred Lammers ot Zuylen bij Utrecht heeft in de loop der eeuwen vele bewoners gehad. Een van de meest bekende Belle van Zuylen geweest, de schrijfster, musicienne en schilderes, die er in de achttiende eeuw oonde. Belle, officieel Isabelle, Agnes, Elisabeth van Tuyll van Serooskerken werd er op de 20e ok- ber 1740 geboren als eerste kind van de zeven die Diederik Jacob van Tuyll van Serooskerken en 'ilena Jacoba de Vicq zouden krijgen. De moeder van,Belle, een wees uit een rijke Amsterdamse fa- ilie, was nog maar 16 jaar, toen zij haar dochtertje, dat,later zo'n grote bekendheid zou krijgen, r wereld bracht. blijft voorlopig ontoegankelijk in familie-archieven. Zodoende staat nu reeds vast. dat in de toekomst mogelijk nog niéuwe facetten over Belle van Zuylen bekend zullen worden. Er gaan al geruime tijd stemnu i op „.de., brieven en werken van Belle van Zuylen të bundelen en uit te geven. Het lijkt verstandi ger daar nog eyen mee te wachten, omdat 'het toch een incomplete uit gave zou worden. Al vroeg Als elfjarig -tnèlsje begon Belle reeds te schrijven. Zij had er tijd genoeg voor. Op slot Zuylen waar zij haar Jeugd doorbracht was het leven meestal saai', óók al had Belle in haar broers en zusjes goede speelkameraadjes. Haar ouders be zorgden haar op zijn. ÜJd ook een pretje. Toen zij tien jaar was ging Belle zelfs een jaarlang Óp reis met haar gouvernante mejuffrouw Pré- vost. De reis ging nair 'Zwitserland en Parijs. Het was In die tijd dat Belle over de vragen van het leven ging nadenken en van 'een meisje dat zelfs in haar slaap lachte' ver anderde in een ernstig'kind. Haar gouvernante maakte zich er zorgen over en gaf haar op zekere dag het advies 'de deur te sluiten voor haar :11e heeft veel geschreven en er is over haar geschreven. Maar at voor vrouw is zij nu eigenlijk iweest? De 'Werkgroep 18e eeuw' Den Haag heeft geprobeerd daar antwoord op te geven, door in H jaar. waarin het precies twee luwen is geleden dat Belle voor •t laatst slot Zuylen bezocht een ntoonstelling aan haar te wijden, at gebeurt op historisch terrein in >t Zuylen. dat hoewel het thans n museum is nog steeds toebe- lort aan de familie Van Tuyll van irooskerken. De expositie begint ndaag en duurt tot 20 oktober. ymposion s afgelopen week is tevens in slot lylen een symposium gehouden ider het motto 'Verkenning van alle van Zuylen'. Sprekers uit di- •rse landen hebben er op tal van anieren Belle van Zuylen belicht: s brievenschrijfster (Belle schreef edurende haar leven dat op 27 icember 1805 eindigde honderden 'ieven. waarvan er vele bewaard in gebleven), als romancière, als »mflettiste, als schrijfster van to pstukken. als pastelliste en als imponiste. leveel er ook over haar is ge schreven, zij is een enigszins mysterieuze figuur gebleven, even mysterieus als zij 'tijdefiS haar le ven al werd beschouwd. Zelf heeft Belle herhaaldelijk, geprobeerd haar persoonlijkheid te omschrijven. 'Ik ben soms als een haven, een markt, waar ideeën aankomen en vertrek ken' schreef zij in 1800 aan een vriendin. Zij noemde zichzelf 'een gevoelige vrouw' die schreef omdat zij niet anders kon. 'Lezen en schrijven verandert wer kelijk het bestaan van de mens' was haar conclusie. Juist de vele briéven die ons resten van Belle brengen haar nader tot ons. De organisatoren van de tentoonstel ling hebben er dan ook terecht veel werk van gemaakt om zoveel moge lijk nog niet eerder in de open baarheid gebracht materiaal uit fa miliearchieven bijeen te brengen in slot Zuj^en. De daar geëxposeerde brieven, schilderijen en andere be zienswaardigheden betrekking heb bend op Beile van Zuylen zijn gro tendeels afkomstig uit het buiten land. Nog is niet alles bekend. Veel gevoeligheid die de verbeelding en haar blik verduistert. Het haalde weinig uit. Belle ont plooide zich tot een meisje dat het weinig zeggende leven in haar kringen beu was en zich liever ver diepte in andere zaken. Haar ou ders waren er uiteraard niet zo gelukkig mee dat hun oudste doch ter er zulke verlichte opvattingen op na hield. Belle had daar ook begrip voor. Zij was en bleef dat op haar ouders en schikte zich zoveel mogelijk naar hun wensen. Zo wijdde zij--zich.- zoals een jongeda^ me betaamde, aan het maken van een merklap. Haar kepersteekjes zijn in slot Zuylen te zien. Maar als het er op aankwam bleef zij bij haar mening. Toen Belle eén Jaar of zeventien was vonden haar ouders het tijd worden dat haar toekomst veilig werd gesteld. Er was een leger van huwelijkskandidaten. Met een van hen, de graaf Van Anhalt was de verloving al bijna bekok stoofd. Ook de prins Van Wittgen stein was een serieuze kandidaat. Er werden reeds portretten van Belle gestuurd naar de kandidaten. Daar bleef het bij. Belle vertikte het te trouwen met iemand waar zij niet om gaf. Zij liet haar moe der weten dat een heel boekdeel adellijke titels haar nog niet deed verlangen naar een huwelijk. Van de vele huwelijken dié zij had ge zien trok geen haar aan. Beile schreef. Als 23-jarige publi ceerde zij anoniem haar eerste gro te werk Le Noble, waarin de draak werd gestoken met de adel. Al gauw lekte uit dat Belle de schrijfster ervan was. Haar ouders schaamden zich diep en kochten zoveel moge lijk exemplaren op om de versprei ding ervan tegen te gaan. Belle trok zich er maar weinig van aan. Over trouwen werd niet meer ge sproken. Dat betekende niet dat Belle niets van mannen wilde we ten. Zij was met veel mannen be vriend en correspondeerde met hen. Het waren echter vaak mannen die niet uit de kringen van haar fami lie afkomstig waren. Slot Zuylen in de achttiende eeuw. Zo zag het slot er uit toen Belle er haar jeugd doorbracht. Toch huwelijk In 1771 volgde nog vrij onverwacht haar huwelijk met de oud-gouver neur van haar broers de Zwitser Charles Emmanuel de Charrlère. Zij verhuisde naar Zwitserland en woonde sindsdien meestal op het buiten 'Le Pontet' in Colombier. Charles was een zorgzame man voor Belle, maar gelukkig werd het huwelijk niet. Belle was te rusteloos en daar kwam bij dat het huwelijk kinderloos bleef. Allerlei pogingen daar verandering in te brengen Belle nam modderbaden en onder ging andere kuren hielpen niet. Tegenover goede vrienden sprak Belle over het grote verdriet dat geen moeder worden voor haar be tekende. Er waren vaak anderen tegenover wie Belle zich beter kon uitspreken dan tegenover haar man. Hij wilde Belle de ruimte geven die zij nodig had. maar toch ontglipte zij hem. Belle begreep zichzelf ook niet altijd. 'Wonderlijk dat ik een Hollandse ben en een Tuyll', zei zij eens. In 1774 kwam zij voor het laatst naar Zuylen. Haar belangstelling voor haar fa milie bleef echter bestaan. In 1799 kwam haar neef Willem René een jaar bij haar logeren op 'Le Pontet'. Haar belangstelling voor slot Zuy len kreeg toen een nieuwe impuls, maar zij is er nooit meer naar toe gegaan. Financiën De familie Van Tuyll had trouwens steeds groter problemen om het slot te beheren. De lasten werden steeds hoger ook ln die tijd speelde dat facet vele eigenaren van landgoederen dus parten. In 1803 besloot de familie Van Tuyll van Serooskerken slot Zuylen maar te verhuren. Belle was er eerst ge schokt door toen zij dit nieuws hoorde. De brief die zij er over aan haar neef Willem René schreef en die op de tentoonstelling te zien is getuigt van de levenswijsheid die Belle zich eigen had gemaakt. 'Zuy len te huur. Het heeft niet nagela ten mij te verbazen en mij een ogenblik verdriet te doen. Maar dat verdriet heeft spoedig plaats ge maakt voor volledige instemming. Zuylen ls triest, wie weet dat beter dan ik. Als Zuylen verkocht zou worden, zou dat niet zo erg zijn. Zuylen werd ook gekocht. Huizen worden gebouwd of gekocht en ver vallen tot ruïnes of worden door verkocht. Rijken ontstaan en ver dwijnen. evenals de mens die aan het hoofd van alles staat'. door Willem-Jan Martin De dag. waarop de wekelijkse aflevering van deze rubriek gestalte moet krijgen, wordt huize M. geteisterd door het gecombineerde geweld der elementen. Harde wind. regen, een verdwaalde hagelsteen, geen beter moment kortom om met de CV afgesteld op een handzame dosis weldadige warmte een korte beschouwing te wijden aan de herfstrelease van de firma Polydor- een fors pak materiaal met oud en nieuw werk van eigen en vreemde bodem, alsmede prijsvariaties die ook de kleine beurs aan de bak brengen. De kwaliteit loopt als gewoonlijk uiteen. De mooiste elpee van de stapel Is zonder twijfel 461 Ocean Boulevard (RSO Records Stereo 2394 138) door Eric Clapton, die daarmee een stilte van vele maanden doorbreekt en belangrijker voor het eerst afdoende bewijst tot een volwassen solistisch stuk werk ln staat te zijn. Waar Claptons kwaliteiten in groepsverband sedert jaren erkend worden, kwaliteiten die bijvoorbeeld behalve het nodige, bijna klassiek geworden werk van de driemansformatie Cream resulteerden in een paar fantastische elpees met de overleden Duane Allman (Derek the Dominos: Layla), kon aan solozijde totnogtoe weinig meer genoteerd worden dan besluiteloosheid en onzekerheid, onvoldoende weggemoffeld in een gigantische bende instrumenten en vokalen. 461 Ocean Boulevard ls daarentegen een uiterst evenwichtig stuk muziek, waarbij Clapton de zaken stevig ln de hand houdt. De aanpak laat zich vergelijken met het groepswerk, elk instrument is aan een vrij duidelijk omschreven funktionele positie gebonden, hoogstandjes zijn er nauwelijks bij. Dat kan een bezwaar zijn voor Heden die Clapton graag horen spetteren, anderzijds blijft de boel zo uiterst compact, ontstaat er een hecht en goedgesmeerd apparaat, dat met ruim sukses uit de konfrontatie met de verschillende muziekstijlen te Voorschijn komt. Die stijlen variëren van een vrolijk stuk reggae (I Shot The Sheriff) via een substantiële portie zeer 'tight' gespeelde blues (I Can't Hold Out. Steady Rollin' Man, Willie and the Hand Jive) tot schrijnende ontroering ln balladevorm (Please Be With Me. Give Me Strength let op de dobropartljen!). Tot slot is er dan nog een kleine hoeveelheid ongeregeld, waarvan precies de helft (Motherless Children, Mainline Florida) door de mand gaat. aangezien er in deze nummers eigenlijk helemaal niets gebeurt. Over de rest echter, dat zal duidelijk zijn. geen kwaad woord. Ook Joe Cocker is weer terug, zij het minder overtuigend dan zijn zoëven besproken kollega. I Can Stand A Little Rain (Cube Records 2338 027) is een weinig vitale plaat, waarop we Joe tamelijk vermoeid, soms zelfs nogal gedesillusioneerd lijkt het. bezig horen met een over het algemeen genomen vrij landerig repertoire. De flitsende onstuimigheid uit de Grease Band- en Mad Dogsperiode is verzopen is een overmaat aan tranen, het uitstekende aan schuurpapier en betonmolens herinnerende geloei tot een enkel nummer (I Get Mad) beperkt. Joe Cocker moet het erg moeilijk hebben. In fel kontrast daarmee staat Over Land en Zee met Drs. P (Polydor 2925 023). Niet zozeer popmuziek (Drs. P is een héér), maar wel knap berijmde dolle pret. Drs. P(iet Moeskops) presenteert zich voor de gelegenheid als gids en voert de luisteraar, aldus de hoes, 'langs de wonderlijkste landschappen, maar ook naar onvermoede plekjes dicht bij huis. Overal zal hij smakelijk vertellen wat daar gebeurt, of eertijds gebeurd is. Of wat er dreigt te gebeuren'. De liefhebbers weten voldoende, lijkt me. Dan na Galaxy-Lin (een nog niet erg overtuigend nieuw projekt van Robby van Leeuwen) en Arnie, de afdoende eerste solo-elpee van Arnie Treffers (beter bekend als Long Tall Ernie), over naar de serie Startrack. Veertien bescheiden geprijsde elpees met redelijk tot goede selektles uit het werk van diverse Polydor-artiesten, waarbij het enige, zij het toch niet onbelangrijke bezwaar geldt het feit, dat de firma ln kwestie dit soort selektles iets te vaak pleegt, zodat doublures niet zeldzaam zullen zijn. Ondertussen blijft de Startrackserle wel geschikt voor een eerste kennismaking met achtereenvolgens Supersister. The Who. Eric Burdon, Roy Buchanan (warm aanbevolen). Slade. Rory Callagher, James Brown. Jimi Hendrix. Lou Reed plus Velvet Underground. Procol Harum. Joe Cocker. Golden Earring. Th Bee Gees en Cream, waarmee de cirkel weer gesloten is.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1974 | | pagina 13