dichtbij fommentaar i ied af et dank aan Algra Tweede-Kamerlid neemt afscheid van zijn krant d door Leo Kleyn gjlen aan Kuyper 'In de Kamer niet preken maar spreken' 'De waarde van het woord' opgedragen aan Jongeling Reorganisatie Van Nievelt: 55 man teveel als een fries lyrisch losbarst kiele kiele draadloos dubbel(k)op aprilgrap blWKWA llfflET ZATERDAG 30 MAiAiRT 1974 BIlXNENIIALM» T5/K7 p t besluiten van de gereformeerde .de met betrekking tot de situatie idelijk Afrika zijn bepaald niet in of andere modieuze bevlieging >men. Ze zijn met gereformeerde idigheid tot stand gekomen. Het :urde op grond van een deskundig zorgvuldig geschreven rapport en zeer uitvoerige beraadslagingen, •bij de synode geen enkele prin- :1e vraag uit de weg ging. jde debatten waren aanwezig zowel Kionarissen van het anti-racisme- ds van de wereldraad van kerken afgevaardigden van Zuidafrikaanse Ze waren niet alleen tegen- rdig, ze konden ook royaal hun ge aan de discussie leveren, gastvrijheid was van grote bete ls. Want waar elders zou nog een gevonden kunnen worden, op uitvoerders van het anti-racis- irogramma en kerkelijke voorstan- van de Zuidafrikaanse apartheids- :iek elkaar tegenkomen en met r kunnen praten? De gastvrijheid jigde tegelijk van moed. Uitgere de gereformeerde kerken hebben iltijd prijs op gesteld de band met isterkerken in Zuid-Afrika met nadruk te onderhouden. Niet ?kjmooi weer te spelen, maar om het 'jjirek gaande te houden. Maar de Ie heeft niet geaarzeld, onder de van haar gesprekspartners onom- te laten merken dat deze voor haar geen vrijblijvende s en onwelkome uitspraken kunnen verdragen, willen hier niet ingaan op de (iensten van de synodale beslissin- Onze visie op de problematiek zuidelijk Afrika kan voldoende :nd zijn. We willen ook niet in een ikkelijk applaus losbarsten. We ien wel de hoed af te nemen voor r:mst en de openhartigheid waar- de gereformeerde synode de zaak ^Jlndeld heeft èn voor de vastbera- vfceid die tenslotte uit de besluiten /I vaak. maar toch zo nu en dan irt het, dat een lezer afscheid it van onze krant, omdat hij zich jd-bten heeft aan een advertentie, ^gaat in zo'n geval zelden of nooit mi een reclameboodschap van een merciële onderneming. Nagenoeg d geldt het bezwaar een annonce een partij, een vakbond of een organisatie die door 'n belang- deel van ons publiek niet tot zijn ilkinderen wordt gerekend. Zo'n )2 Terkomelijke steen des aanstoots deze week, voor een enkeling onze abonnees, de verkiezings- :entie van de PvdA die dinsdag deel van deze krant werd Irukt. is in zo'n geval een troost, zij het at schrale, dat wij blijkbaar niet :nige protestants-christelijke dag zijn, dat met dit probleem heeft impen. Ook onder de lezers van 'riesch Dagblad zijn er kennelijk, ip bijvoorbeeld politieke adverten- h reageren, als waren het publika- Jjjvan de redactie. In zijn commen- rolom herinnert de hoofdredacteur Se3bet Friesch Dagblad, de heer H. 8 "fe. hen er deze week aan, dat ze daarmee schuldig maken aan een dat reeds door dr. A. Kuyper is :den. dank aan de heer Algra geven oor. wat Kuyper. als hoofdredac- ,jj{$van De Standaard, voorhield aan die zich soms ergerden aan ieke advertenties in hun krant - plenties waarin bij voorbeeld libe- hun kandidaat aanbevalen tegen- die van de ARP. Dr. Kuyper nag. uiteen, 'dat de verantwoordelijk- H van de redactie voor de itaptenties nihil is. Daarvoor moet bij de directie wezen'. Maar hij |verder: 'Naar mijn mening', zo Ie hij mee. 'kan een directie alleen ""lijadvertentie weigeren als de in- in strijd is met de normen van n en moraal. Gaat zij verder, jpast zij een ongewenste en zelfs rlijke censuur toe. Dan ontstaat ins. dat mensen, die geen andere hebben om hun mening kenbaar laken dan via een advertentie, de Wordt afgespederK. 'IK VOEL ME NOG ALTIJD JONGELING' laii '1 Een paar jaar geleden, nadat hij was getroffen door een hartaanval, kreeg de altijd druk bezette parlementariër Pieter Jongeling te ho ren dat hij 'een beetje voorzichtig' zou moeten gaan leven. Erg veel is daar niet van gekomen. De voorgeschreven wandelingen, bijvoor beeld, schieten er nog steeds bij in. En hoewel hij vandaag af scheid neemt als hoofdredacteur van het Nederlands Dagblad, zal hij het er, vreest hij, nauwelijks minder druk op krijgen. !aiijis een opvatting die wij in het 'ld<rfieen graag onderschrijven. We z|en zelfs willen, dat we haar in de r§?tijk a 11 ij d konden volhouden, hebben we er begrip voor, als ap| directie een enkele keer een "g fctcntie weigert, hoewel de in- I ervan nu niet direct 'in strijd is •schjdc normen van fatsoen en mo- itni! IS 11 ïs weigering berust in zo'n geval op loofcrwachting, dat, als de advertentie ra'hjworden geplaatst, 'n aantal abon- ix l voor de krant zou bedanken, eenjeen zou kunnen betekenen, dat p Tant aan cle advertentie weinig of wal verdient, ja, er zelfs geld op s vj toeleggen, als het bedrag dat ze an,%bonnementsgelden verliest, groter on de opbrengst van de adverten- vofen dat zou in strijd zijn met de dqaire doelstelling van onze adver- ï0^rubriek, namelijk geld bijeen te gen om de exploitatie van de |t als geheel mogelijk te maken. Ruim tien jaar lang heeft Jongeling dat hoofdredacteurschap gecombi neerd met het lidmaatschap van de Tweede Kamer. Omdat hij morgen 65 jaar wordt, heeft hij zijn journalistie ke werk overgedragen aan zijn ad junct-hoofdredacteur J. P. de Vries, getrouwd met zijn oudste dochter, en dus ook zijn schoonzoon. Het afscheid wordt gevierd met een receptie, die hem vanmiddag in zijn woonplaats Amersfoort wordt aangeboden. De laatste tijd, vertelt Jongeling, heeft hij de banden met het Neder lands Dagblad al wat losser gemaakt, voor zover mogelijk, want als rechtge aard journalist zegt hij: 'Ik ben met die krant getrouwd, natuurlijk'. Hoofdartikelen zal hij niet meer schrijven, maar van tijd tot tijd mag de redactie nog wel een bijdrage van hem verwachten. Veel zal er eigenlijk niet veranderen, want zeker het afgelopen jaar betrad Jongeling nog maar zelden het hem toekomende vertrek op de burelen van het Nederlands Dagblad in de Amersfoortse Bergstraat. Schoonzoon De Vries (geboren op 1 februari 1940, uitgerekend de dag waarop zijn toe komstige schoonvader in het huwelijk trad) had zich in toenemende mate met de organisatorische werkzaamhe den ter redactie belast. De trouwe lezers van het blad, voor het merendeel aanhangers van het door Jongeling in de Tweede Kamer vertegenwoordigde Gereformeerd Poli tiek Verbond, zullen van de comman dowisseling weinig merken: de door De Vries beleden ideologie wijkt niet van die van zijn voorganger af. Zijn opvolger, zegt Jongeling, is alleen wat zakelijker ingesteld. 'Als het om fei ten cn cijfers gaat, zal hij mij wel overtreffen. Zijn schriftwijze is een tikkeltje soberder dan die van mij. Ik ben misschien toch iets meer een gevoelsmens'. EMOTIES Emoties willen Pieter Jongeling wel eens parten spelen. Ook tijdens het gesprek in zijn huiskamer, waar meni ge plant en bloemenvaas van liefde voor de natuur getuigt, geeft hij daar van blijk door bijwijlen met enige heftigheid te reageren op een vraag of discussiebijdrage die hem niet ge heel juist voorkomt. 'Ja, ik ben vrij sterk emotioneel', merkt hij op. 'Als ik dat niet was, zou ik ook minder goed spreken en schrij ven. Ik ben niet zoals minister Van Doorn, die laatst in een interview zei dat hij ijskoud is. als het moet oostin- disch doof kan zijn. Die emotionali teit kan natuurlijk wel eens leiden tot opwinding of ergernis.' En dat, terwijl de dokter hem na die hartaan val verboden heeft zich onnodig op te winden. Tijdens het onderhoud ten behoeve van deze krant blijven de emoties gelukkig binnen de perken. Af en toe klatert zelfs een smakelijke lach door het vertrek. Ondanks de ernst die hij uitstraalt en ondanks het gebruik, als het onderwerp van gesprek zich daar toe leent, van geladen begrippen als 'de universele wil van God', 'wette loosheid' en 'verwildering', zou het onjuist zijn Jongeling voor een zwart kijker te verslijten. Ernstig is de politicus en journalist Jongeling vooral als hij komt te spre ken over de beginselen waarvoor hij Dat wij in zo'n geval een weigering billijken, betekent natuurlijk niet, dat we gelukkig zijn met de houding van de abonnees die er aanleiding toe geven. Integendeel: we zouden wen sen, dat zij, in het voetspoor van dr. Kuyper, wat scherper onderscheidend tussen de functie van redactionele commentaren, waarin de krant haar eigen mening verkondigt, en die van advertenties, waarin anderen tegen be taling hun waren en ideeën kunnen aanprijzen. Zolang dit onderscheid in de lezerskring niet helder genoeg wordt gezien, is het ons onmogelijk, de opvatting van dr. Kuyper in werke lijk alle voorkomende gevallen in praktijk te buigen. Beseffen sommige lezers yat zij ons daarmee aan doen in de volksvertegenwoordiging pal staat. Het zijn de beginselen die hij ook jaar in jaar uit heeft verdedigd in het Nederlands Dagblad, al was en is dat niet de officiële spreekbuis van het GPV, zoals ook het Reformato risch Dagblad, die jongere uitlaatklep van rechtzinnig Nederland, geen ande re dan personele banden heeft met de SGP. Sprekend over het verschil tussen bei de persorganen, dat menige buiten staander zal ontgaan, wijst Jongeling erop dat van oudsher in het Neder lands Dagblad sterker de nadruk ligt op de achtergrondinformatie en het opiniërend artikel dan op het hete, maar vluchtige nieuws, waarop het Reformatorisch Dagblad wat meer ge spitst is. Overigens is ook het Neder lands Dagblad in toenemende mate als nieuwsbron gaan fungeren, wat werd onderstreept door dc naamsver andering: de oorspronkelijke naam. Gereformeerd Gezinsblad, doet nu nog slechts dienst als ondertitel. ABSURD Jongeling, onderwijzerszoon en zelf ook opgeleid tot onderwijzer, ging in 1937 in de journalistiek. Hij werd redacteur buitenland bij de Nieuwe Provinciale Groninger Courant, waar van hij in 1945 hoofdredacteur werd. Hij verbrak de banden met deze krant in 1948, nadat hij een conflict met de directie had gehad. Verontwaardigd, alsof het gisteren was gebeurd, zegt Jongeling: 'De di rectie ging stiekem schrappen in mijn artikelen. Dat is toch absurd in jour nalistieke kring'. Het conflict had te maken met de strijd die tijdens de bezetting in de gereformeerde kerken was ontbrand. Jongeling, tijdens zijn verblijf in een Duits concentratie kamp op de hoogte gehouden van de kerkelijke woelingen door middel van hem clandestien toegestuurde krant- jes, behoorde tot degenen die de gere formeerde kerken de rug toekeerden, en door anderen dan zijzelf 'vrijge- maakten' werden genoemd. De direc tie van de Groningse krant stelde zich op dit punt niet vrij op. Brodeloos werd Jongeling na zijn ont slag niet, doordat hij hoofdredacteur kon worden van De Vrije Kerk, een ten behoeve van zijn geloofsgenoten uitgegeven weekblad. Daaruit is later het aanvankelijk een paar maal per week verschijnende Gereformeerd Ge zinsblad en nog later het Nederlands Dagblad voortgekomen. 'We hebben het', constateert Jongeling tevreden, 'van ons armoedje helemaal opge bouwd'. Het Nederlands Dagblad telt nu bijna 20.000 abonnees, en de groei is er volgens Jongeling nog steeds niet uit: 'Per jaar komen er meer dan 1000 abonnees bij'. Het blad wordt in alle Pieter Jongeling provincies, tot in Limburg toe, gele zen. 'Met wat overdrijving', texent Jongeling daarbij trots aan, "kan ge zegd worden dat er zelfs geen land ter wereld is waar we niet worden gelezen. We hebben lezers in Zuid- Amenka, Zuid-Afrika, Canada, Ceylon, nou, noem maar op.' Aan het blad zijn elf, merendeels jonge, redacteuren verbonden, onder wie twee vrouwelijke. Met vrouwen op du krant hebben GPV-ers geen moeite. Jongeling lacht en zegt dat buiten het GPV vaak misverstanden blijken te bestaan over de plaats die de vrouw daar inneemt. Ook hierin verschilt het Nederlands Dagblad van die andere krant. 'Bij het Reformato risch Dagblad', zegt Jongeling, 'zou het niet kunnen'. APOSTELEN In de politiek wordt geen rekening gehouden met de pensioengerechtigde leeftijd, die Jongeling morgen be reikt. Van de Tweede Kamer neemt de vastberaden politicus dan ook nog geen afscheid. Hij heeft er geen idee van hoelang hij daar het GPV nog zal vertegenwoordigen, al is hij niet van plan er tot z'n tachtigste of daarom trent ('zoals Van Dis van de SGP') te blijven zitten. Zijn leeftijd speelt nu nog geen rol. 'Ik voel me nog altijd jongeling, hoor', zegt hij schalks. Sinds 1971 wordt Jongeling in de Kamer terzijde gestaan door dr. A. J. Verbrugh, een al even noeste werker, die onder meer de sociale en economi sche zaken voor zijn rekening neemt. Toen Verbrugh in de Kamer kwam, dacht Jongeling, dat hij het eindelijk 'een beetje makkelijker' zou krijgen. Het bleek een illusie te zijn. Op de hem toebedeelde taken, zegt Jonge ling, ging hij zich nog intensiever toeleggen. Daar komt bij dat er steeds meer werk aan de winkel komt: Jon geling schat dat sinds zijn komst in het parlement in 1963 de hoeveelheid werk verdrievoudigd is. Hoewel hij verzucht dat de samenle ving er niet beter op wordt en hij zich zorgen maakt over 'verwildering' waaraan hij nog geen halt ziet toege roepen, heeft Jongeling na een Ka merlidmaatschap van meer dan tien jaar niet het gevoel een roepende in de woestijn te zijn geweest. 'Het ge- door Bert de Jong 'De waarde van het woord' is een boek, dat vandaag verschijnt (uit gave De Vuurbaak) en opgedragen is aan Jongeling ter gelegenheid van zijn afscheid als hoofdredacteur. Het belicht niet alleen het le venswerk van de 'begaafde journalist Jongeling', aldus de omslag, maar is tevens een waardevolle bron voor ieder, die geïnteresseerd is in de christelijke journalistiek van de laatste 150 jaar. De Kamper hoogleraar Kamphuis be schrijft het journalistieke bedrijf van Groen van Prinsterer, Van Hall, Kuy per, Colijn en .Jet dan verder de christelijke lijn via Zijlstra (redacteur van De Standaard) door naar Jonge ling en het Nederlands Dagblad gaan. Het aan Jongeling opgedragen boek is royaal en op duur (kunstdruk-)papier uitgevoerd. Zo is het kennelijk niet als een (journalistiek, bezwaar ge voeld dat de bijdrage van dr. Ver brugh voor een deel een doublure is van de beschouwing van prof. Kamp huis. Alleen de lange citaten ontbre ken bij het lid van de Tweede Kamer. De schrijvers geven volgens de onder titel een historische lijn aan van 150 jaar christelijke journalistiek. In hun gedachtenwereld verenigt deze journa listiek zich na de tweede wereldoor log zich echter plotseling tot het beperkt aantal abonnees (nu ruim 20.000) van het Nederlands Dagblad. Van het Kwartet wordt alleen en passant De Rotterdammer genoemd. Dr. Verbrugh kan niet om Trouw en wat dr. Bruins Slot heeft geschreven heen. Tegen de achtergrond van het probleem van het overheidsgezag dis cussieert Verbrugh over Trouw als verzetsblad en stelt vervolgens, dat spoedig na de bevrijding van het 'Dagblad Trouw een vreemde geur is uitgegaan, die min of meer aan de volkssouvereiniteit herinnerde'. Wat men hier van mag denken, het GPV kamerlid is wel consequent. De vragen over het verzet in de oorlog hebben volgens hem ook betekenis bij de beoordeling van 'bijvoorbeeld een zg. bevrijdingsbeweging in Mozambi que'. Ontstaan De opvolger van Jongeling, de heer J. P. de Vries vertelt over het ontstaan van het Nederlands Dagblad. De moei ten, die men zich moest getroosten om zo'n krant op de been te brengen dwingen respect af. Maar het trekt wel in het bijzonder de'aandacht, dat het niet alleen de bekende financiële en technische moeilijkheden zijn, die men de baas moest worden. De nieuwe hoofdredacteur onthult over de vesti ging van de krant in Apeldoorn: 'In de jaren 1952 tot 1955 werd de krant door verschillende ernstige moeilijk heden geteisterd. Aangezien deze ech ter geen van alle d e redactionele koers van oe krant als inzet hadden, kan er in dit bestek mee worden volstaan ze summier aan te stippen. De kerkelijke verhoudingen in Amers foort verslechterden in de loop van 1952 zodanig, dat de redactie haar arbeid niet kon verrichten. 'Na lange discussies wordt dan beslo ten Apeldoorn te verlaten. De journa list De Vries laat ons verder raden naar het ernstig gebeuren. Je komt alleen tot de conclusie, dat de be schreven christelijke journalistiek wel op zeer grote moeilijkheden kan stui ten. beurt wel eens dat je iets bereikt. Ik denk bijvoorbeeld aan die motie over die Navo-postzegel die is aangenomen. Daarnaast heb je ook een gewetens functie. Ik heb wel de indruk, en ik weet ook dat het gebeurt, het is mij zelf gezegd, dat ik het stembeleid bij andere partijen beïnvloed. Voor een kleine fractie is het van belang dat je tracht te bereiken dat er naar je geluisterd wordt, dat je serieus wordt genomen. Ik zeg ook altijd: in de Kamer moet je niet preken, wel spre ken'. Geëmotioneerd bestrijdt Jongeling de mening dat de Kamerleden van het GPV zich vooral verdienstelijk zouden hebben gemaakt als 'zedelijkheidsapos telen'. 'Ik hou niet van dat woord', zegt hij geërgerd, 'apostelen zijn er trouwens niet meer'. Het GPV voert hij aan, waakt niet alleen over de 'goede zeden', maar waarschuwt ook bij voortduring voor een maatschappij waarin het hoofdzakelijk om hebben en houwen zal draaien. 'Op het punt van ontwikkelingshulp zijn wij ook niet de mensen die aankomen met verhalen over gouden bedden. U weet wel, een tijd geleden hoorde je dat nogal eens. Dan zeggen wij: Dat kan wel waar zijn, maar het zegt nog niets'. Een materialistische maatschappij, waarvan ook hij niets moet hebben, kan Jongeling alleen niet los zien van 'pornoshops die als giftige paddestoe len uit de grond schieten' en van een toegeeflijke houding tegenover bij voorbeeld abortus en het gebruik van verdovende middelen. Maar spreekt hij alleen daarover? 'Het is gewoon niet waar', zegt Jongeling fel. En even later, zachter, herhaalt hij nog eens: 'Het is niet waar dat wij zo zijn'. Hoe houdt hij het vol. bij zoveel misverstand? En hoe houdt hij het vol, als hij toch ook zelf moet vast stellen dat sinds zijn komst in de Kamer de zeden almaar losser zijn geworden, het aantal 'pornoshops' is toegenomen in een tempo dat waar schijnlijk zelfs giftige paddestoelen niet meer hebben kunnen bijhouden? Jongeling buigt zich voorover en zegt' 'Ja. dat is teleurstellend. Daarom kun je dit werk ook alleen maar volhou den als je ervan overtuigd bent dat de overwinning aan koning Jezus is Jezus Christus zal overwinnen Dat is het licht in mijn somberste nachten'. Pieter Jongeling houdt vol. De dage lijkse wandelingen zullen nogr enige tijd uitgesteld moeten worden. En de kinderboekenschrijver Piet Prins, die Jongeling ook nog is, zal nog even geduld moeten hebben. De Tweede Kamer blijft voorlopig nog roepen Jongeling spreekt, ontspannen, over het wisselvallig bestaan dat hij daar leidt. Nooit weet je van tevoren hoe laat het weer zal worden. 'De Kamer', zegt hij, 'is de enige goktent waar ik als gereformeerd man in speel'. ROTTERDAM De Rotterdamse re derij Van Nievelt Goudriaan gaat re organiseren. maar dat hoeft 'niet te betekenen dat 70 man walpersoneel worden ontslagen, zoals eerder deze week gevreesd. Bij de reorganisatie zal 55 man kan toorpersoneel overbodig worden waar van er tien met vervroegd pensioen zullen gaan, twintig medewerkers krijgen bijvoorbaat een andere plaats binnen het SHV-concern, waarvan de rederij een onderdeel is, terwijl voor de rest zal worden gezocht naar een andere werkkring, eventueel evenpens binnen de SHV. De directie van de SHV heeft verzekerd door voor de reorganisatie een geruime tijd be schikbaar is. De reorganisatie was volgens externe adviseurs noodzakelijk omdat de wa- lorganisatie te groot was in verhou ding tot de huidige activiteiten. Deze laatste wordt nu teruggebracht tot 276 man. In totaal werken bij de rederij 1200 mensen, waaronder volgens de SHV-direetie zeker dit jaar geen ver dere ontslagen zullen vallen. De nood zaak tot reorganisatie vanwege het te grote walapparaat werd aanvankeliiK niet door de ondernemingsraad onder schreven. onder redactie van loessmit L.C. betekent voor de lezers van de Leeuwarder Courant niet alleen de naam van hun krant. Voor de poëtische geesten onder hen is L.C. vooral de Lyrische Courant, sinds nog niet zo lang de maande lijkse dichterlijke vulling van de vaste weekendbijlage. Daarin kun nen ze hun opgekropte gevoelens in dichtvorm in kwijt en heel wat lezers en lezeressen blijken van die mogelijkheid gebruik te maken. Behalve een vrije keuze van onder werp wordt er ook maandelijks een eventueel te bezingen thema opge geven. Dat voor de laatst gepubli ceerde Lyrische Courant de ze vende moest, althans mocht, over het ontwaken gaan. De Leeuwarder Courant deelt er ook prijzen voor uit. liet gekke is, dat de dames hun gedachten beter op papier lijken te kunnen zetten dan de heren, ivant de prijzen van de eerste vijf Lyrische Couranten gingen vrijwel allemaal naar in zendsters. Maar, meldt de L.C. ver heugd. de heren beginnen nu stiel in te lopen. Voor de inzendingen in die zevende poëzie-aflevering zijn welisicaar opnieuw twaalf prijzen naar vrouwen gegaan, maar ook negen naar mannen. Een paar voorbeelden van trat er losbarst als Friezen htm innerlijk hardop in de Lyrische Courant over het ontwaken laten spreken: 'Ontwaken is eigenlijk net of je weer geboren wordt. Maar dan wel met alle ongemak ken die je gister ook al had.' Of deze: 'Wanneer ik ontwaak en ontdek dat het zaterdag is ben ik klaarwakker want er moet dit weekend weer heel wat gedaan worden voordat ik maandagmorgen nog half in slaap mijn werk hervat.' Deze twee waren van de hand en uit het hart van mannen, zodat er eerlijkheidshalve ook ten minste eentje van een vrouw bij moet. Tenslotte zijn de meeste prijzen (nog in handen van vrouwen: '7.0 beroerd als ik me vanmorgen voelde had ik gisteravond nooit vermoed toen de kater nog vredig lag te pitten en nu op m'n kop zit: klaarwakker!' Niemand kan ontkennen dat Farce Majeure succes heeft met het car navalsliedje Kiele Kiele Koeweit. Niet alleen is het tot de boze Koeweitenaren doorgedrongen die zich om een of andere duistere reden danig op hun teentjes ge trapt voelen, maar nu is het hele verhaal, compleet met de in Koe weit op het matje geroepen zaakge lastigde jonkheer Schorer, ook al afgedrukt in de New York Herald Tribune. De krant drukte er zelfs het omstreden olieliedje bij af, in het Engels. En dal gaat dan zo: At carnaval, and getting boiled not only Arabs are well-oiled While other liquide may come dear we're never, ever short of beer But no more pain and no mon» sorrow gas-o-line, o-line, o-line comes back tomorrow Kuwait. Kuwait. Kuwait kitchy-kitchy-coo. Kuwait kitchy-kitchy hip-hurrah Kuwait. Kuwait. Kuwait At carnaval, take it from mp a body bursts with energy Tf Ali Babbler gives us gas we'll down another amber glass Prices rise, but have no sorrow gas-o-line, o-line. o-line comes back tomorrow Hoewel ledematen van één en het zelfde lichaam 'denken' en doen de koppen van dezp tweekoppige slang uit de dierentuin van het Califor- nische stad Los Angeles vrijwel al les onafhankelijk van elkaar Wel geeft de iets zelfstandiger linker- kop hier en daar de toon aan: gaat die eten, dan volgt de rechterkop het voorbeeld Overigens toont die rechterkop in liet algemeen min der belangstelling voor voedsel: die schijnt meer het denkhoofd van de familie te zijn. 'Hoe wij door de draadloze de geestelijke dingen verstaan' was de nogal kryptische titel van de eer ste radiopreek van Johannes de Heer. Die preek hield in de in 1961 overleden evangelist dan ook voor de Hilversumsche Draadloze Omroep. Zijn betoog riep dusdani ge reacties op, dat in datzelfde jaar. op 15 november 1924. de Nederlandse Christelijke Radio Vereniging werd opgericht, die de 24e december daarop voor het eerst als NCRV uitzond en zoals iedereen weet, dit jaar haar gou den jubileum viert. Dat betekent dat die eerste radiopreek van Jo hannes de Heer. die hij op 4 april van dat jaar uitsprak, ook al vijf tig jaar oud is. En over herdenken gesproken: toen we het vorige week bij de foto van koningin Emma hadden over die andere foto, waarop ko ningin Emma met prin^ Hendrik en de (in de meeste gevallen uit geknipte) portretten van koningin Wilhelmina en koningin Juliana stond, konden we met vermoeden, dat zoveel lezers die foto nog steeds hebben. Mevrouw Ruijs uit Amsterdam en mevrouw Griep uit Dronten meldden zelfs dat ze een nog helemaal gave, onuitgeknipte foto bezaten, en de laatste dat ze de foto met alle vier de onbescha digde leden van het koninklijk huis in de oorlog in haar huis in de Noordoostpolder waar ze toen woonde, gewoon aan de muur had hangen. Blijkbaar gaan één-april-grappen het ene oor in en het andere zó weer uit of zijn cr in geen jaren meer goeie geewest, want op onze vraag naar leuke uit het nabije of grijze verleden reageerde alleen de heer Achterberg uit Ittersum. Hij wist er nog een paar van vóór 1940. 'Er bestonden wel geen loe- rissen, maar ook toen wisten we al van wanten', schrijft hij. Voor beeld: In die jaren was Groot- Rotterdam een bekend weekblad. Hierin kwam een artikel voor over een opzienbarende vinding. Er wa- rpn jarenlang proeven genome met het kruisen van bepaalde dieren. Een struisvogel met een ooievaars- kop. ppn pend met de kop van een uil. enz. Voor het eerst stonden er (truc-)foto's van in de krant. De nu weten ze in de dierentuin pre cies bij welke dame het kleine beertje 's nachts moet slapen, want het diertje drinkt nog bij zijn moeder. In Artis overwegen ze nu meer dieren op die manier te merken om elke vergissing uit te sluiten. Ze moeten dan natuurlijk wel veel verschillende merken verzinnen, proefdieren konden, natuurlijk op 1 april in Diergaarde Blijdorp be zichtigd worden. Die ochtend stond inderdaad een drom belangstellen den voor het hek. Zo ging het ook, herinnert de heer Achterberg zich. met de 'bezichtiging van oude graf kelders' die bij een verbouwing aan de Oude Gracht in Utrecht zouden zijn bloot gelegd. De avondkrant toonde een foto van dp wachtenden die er op die ochtend van de eerste april ingetuind wa ren. En op een andere eerste april had een flink aantal argelozen zich naar het Utrechtse veemarktter rein laten lokken, omdat daar een vliegtuig bankbiljetten zou uit strooien. Misschien kan een fervente april- grappenmaker maandag nog iets met deze vooroorlogse ideeën doen. Geen uilekoppen op eenden monte ren s.v.p. 'Wie heeft dat gemaakt?'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1974 | | pagina 7