'Help, de dokter
vol dorpshumor
FILMPREMIÈRES VAN DEZE WEEK
Film International III
'De zaak Mattei': voor kenners
'Alle Turken heten
Ali'; waarom niet
in gewone bioscoop?
1
Conscience's
tijd terug in
De Loteling
De Uitbrekers:
John Hustons
laatste film
TROUW/tttVARITBT VRIJDAG 1 MAART 1974
BINNENLAND T9/K15
Een uitgave van Elsevier
Gieren kennen
geen genade
John Wayne voelt zich nog altijd ge
roepen zijn dikke lichaam in het za
del te hijsen teneinde het vaandel van
'rust en orde' in het Wilde Westen
des te glorieuzer te kunnen ontplooi
en. In Cahill oftewel 'Gieren kennen
geen Genade is hij de wetsgetrouwe
vader van twee zonen die (o, schrik!)
aan een bankroof meedoen, 't Zijn
nog erg jonge knaapjes (zeventien en
twaalf) en echt slecht zijn ze ook
niet, maar ja, toch worden vier on-
schuldigen bijna voor hun misdaad
gehangen. Enfin, alles keert zich ten
goede dank zij het ingrijpen van Va
der, die geen zelfverheerlijkend cliché
te hoog gaat Als daarbij geen doden
vielen zou aan het genre geen recht
wrrden gedaan. Regisseur-routinier
Andrew V. McLaglen heeft het in de
geijkte vorm geperst.
W. W.-B.
Amsterdam-Luxor, 14 jr.
Abstracte filmpjes
in het Filmmuseum
Dat Walter Ungerer met de beeldende
kunst begonnen is, valt zijn filmpjes,
die tezamen de cyclus 'Oobieland' vor
men. wel aan te zien. 't Gaat over een
geheimzinnig land dat op diverse ma
nieren wordt verkend; door een on
derzoek van de poorten, door een in-
tervieuw met de prinses van Oobie
land en door een bezoek aan het land
dat er dan plotseling niet meer is.
Ook dat weten we alleen uit de pers-
folder. want Oobieland is een van de
drie films waaruit iedereen aan asso
ciaties en ondertonen haalt wat van
zijn gading is. Er zitten mooie, myste
rieuze beelden in die bij sommigen
zullen aanslaan, bij anderen niet. Ver
der kun je er eigenlijk geen zinnig
woord over zeggen.
Filmmuseum Amsterdam, woensdag 6
maart
W.W.-B.
Daddy
De film 'Daddy* van Peter Whitehead
Is door de filmkeuring integraal afge
keurd en zal door Film International
in besloten voorstellingen worden ver
toond. Nu kan men zich met recht en
rede afvragen of het wel door de beu
gel kan volwassen mensen voor te
schrijven wat ze wel en wat ze niet
mogen zien, maar om de film zelf zal
ik geen traan laten. Hij is gemaakt in
nauwe samenwerking met de schilder
es en beeldhouwster Niki de Saint
Phalle (zij speelt ook de hoofdrol) en
het is er wel aan af te zien, dat ze de
laatste tijd geen aardige Nana's meer
maakt maar monsters, 'Verslindende
Moeders' geheten. Als het een vrou
wen-emancipatiefilm moet verbeelden
doet hij de emancipatie geen goed. De
santekraam van de sexuele randver-
tueuze lesbische dromen, de hele
die middelen zijn: sadistische inces-
middelen van de troon gestoten. En
meisjes verkracht, wordt met alle
afgrijselijke vaderfiguur, die kleine
schijnselen. Niki de Saint Phalle en
regisseur Peter Whitehead hebben ter
in- en uitleiding van de film flink
wat pretentieuze bla-bla geschreven,
maar als de vrouwenmaatschappij er
zo moet uitzien als Niki droomt ben
ik al geweest.
W.W.-B
(ADVERTENTIE)
Martine Bijl en Jules Croiset in 'Help, de dokter verzuipt'.
Zigeunerinnen mogen zijn.
Piet (Mounty) Bambergen maakt van
de dikke verliefde aannemer een kos
telijk komische figuur, grappig in al
zijn doen en goed ingehouden bij de
film aangepast. Leen Jongewaard, te
klein voor zijn pet. is, met een mees
terlijke bescheidenheid, de veldwach
ter die met een zwaarmoedige ernst
gebukt gaat onder zijn autoritaire
taak. Lou Steenbergen, als de zwer
ver, die telkens aan het bedienen toe
is, maar door dokter dan nog even
hier wordt gehouden, wil nogal eens
overdrijven. Henny Alma is een door
tastende priorin. Betsy Smeets het ba
ronesje, Onno Molenkamp haar man,
Fanny Winkeler de huishoudster, Ro-
main Deconinck de 'zigeuner' die over
de, goed musicerende, familie van Ta
ta Mirando heerst. De temperament
volle zigeunerscènes zijn Van der
Heyde trouwens niet zo gelukt als de
rustige dorpstafereeltjes. En die moe
ten eigenlijk maar stuk voor stuk ge
noten worden, om de humor, om het
spel soms of om het sfeertje, waar
dan de muziek van Rogier van Otter-
loo nog aan meewerkt.
Bert Huising
Amsterdam Tuschinki, Den Haag -
Passage, Corso, Rotterdam - Thalia,
Utrecht - Vreeburg, Groningen - Pala
ce, Nijmegen - Carolus, Heerlen - Ro-
al, Arnhem - Rembrandt, Haarlem -
Palace, Maastricht-Mabi, Deurne - Bio
Vink, Tilburg - Midi. Hilversum -
City, Casino, Amersfoort - Grand,
Sneek - Amicitia, Leiden - Lido, Ven-
lo - Scala, Den Bosch - Luxor, Alk
maar - Cinema, Leeuwarden - Tivoll,
Enschede - Alhambra, Eindhoven -
Rembrandt, al.)
1) Toon Kortooms: Help! De Dokter
Verzuipt, uitg. J. H. Gottmer, Haar
lem. filmeditie, met foto's.
Passiespel als
uitgangspunt
van speelfilm
De Griekse cineast Konstantinos Aris-
topoulos kwam met zijn film 'De
Hoofdschedelplaats' onder de arm
naar Rotterdam, omdat hij hem an
ders waarschijnlijk het land niet uit
zou hebben gekregen. En toch houdt
'De Hoofdschedelplaats' zich aller
minst bezig met politieke propaganda,
van Christus, maar dan van een zeer
aardse Christus, ontdaan van alle
mystiek en metafysica.
De film valt in drie delen uiteen: in
het begin worden de bewoners van
Mani geïnterviewd en wat ze zeggen
is vaak hartverscheurend; in het twee
de deel spelen die dorpsbewoners het
passiespel en daarna, vlak na de krui
siging, keert de Christus-speler terug
naar zijn gewone leven, naar zijn huis
waar zijn vader sterft, naar zijn uit
zichtloze werkzaamheden in de fa
briek. Vooral door dat laatste deel
wordt de intentie van de regisseur
duidelijk: zijn Golgotha is niet alleen
de plaats waar Christus stierf, het is
de martelplaats van allen die werden
geëxecuteerd, het is de plaats waar
zijn land ten onder gaat.
Een regisseur die een passiespel als
uitgangspunt neemt voor zijn eerste
lange speelfilm moet wel weten wat
hij doet: vergelijkingen dringen zich
cp, vooral met Pasolini. Maar in het
aangezicht van deze grote houdt Aris-
topoulos' film zijn eigen, unieke
plaats stevig bezet. De Hoofdschedel-
plaats is een film die doorwerkt, niet
in het minst door de gloeiende gru
wel van de beelden (cameraman Geor
ge Arvanitis heeft daar natuurlijk het
zijne toe bijgedragen). Een grote
prestatie voor een debuterend regis
seur.
W. W.-B.
'La faute de l'abbé Mauret'
Beroemd boek van
Zola verfilmd
Georges Franju is voor de meesten
een naam zonder oeuvre gebleven,
omdat zijn films of niet of erg lang
geleden in Nederland werden ver
toond. Film International wil hem nu
eren door drie van zijn films te bren
gen: l'Homme sans- visage' (als we
reldpremière), 'Judez' en 'La Faute
de l'Abbé Mouret'. Franju schijnt al
in 1949 van plan te zijn geweest Zo-
la's beroemde boek te verfilmen, maar
het kwam er pas in 1971 van. Dit
vorstverlet is de film wel aan te zien.
Mooi gemaakt, daar niet van, vol be
toverende beelden in een consequente
stijl, maar wat je met het uitgebeelde
aan moet in het jaar 1974 weet je
niet zo goed. Want daar zijn: een pas
toor die een gloeiende verering heeft
opgevat voor Maria en zijn devotie,
na felle koortsen, in vleselijke vorm
overbrengt op een meisje in een para
dijselijke tuin. Daar, bij de boom des
levens, wordt de zonde begaan,
prompt gevolgd door een verschrikke
lijk onweer. De grimmige broeder Ar-
changias staat met een stok bij het
hek om ervoor te zorgen dat de zon
daar er niet meer uit komt maar
die komt er wel uit, verzaakt zijn ge
liefde en keert terug tot het ambt. En
het meisje? Dat brengt bossen en bos
sen bloemen in haar kamer en sterft
dan, verstikt door de zoete geuren.
Nu ja, allegorie of niet, sprookje of
niet, men moet wel even flink slikken
om dat te kunnen pruimen.
W.W.-B.
Begrafenis in Berlijn
Een Russische geleerde moet naar het
Westen worden ontvoerd. Maar
waarom blijkt de Russische geheime
dienst daar aan mee te werken?
Het optreden van dubbelagent Johnny
Vulkan en een Israëlische spionne
doet vermoeden dat er méér op het
spel staat
De man, die na een ademloze jacht
door heel Europa de laatste stukjes
van een gruwelijke puzzel in elkaar
weet te passen, is laf, gemeen en
kinderachtig, maar tegelijkertijd
meedogenloos, gevoelig en slim.
Zijn naam? Zomaar een agent van de
Engelse Secret Service.
De naam van de man, die Begrafenis
in Berlijn schreef? Len Deighton, die
als één van 's werelds beste levende
schrijvers wordt beschouwd.
Begrafenis in Berlijn, in 304 bladzijden
voor 11,50 bij elke boekhandel.
De dokter verdrinkt niet. Hij rijdt tewater met zijn autootje en wacht gelaten tot ze Item op de kant
trekken. Hij hoeft niet eens help te roepen. Iets naars kon er gewoon niet gebeuren in het oubollig
genoegelijke Brabantse dorpsleventje van vroeger, dat vol grapjes voortrolde.
Nou ja, er ging een konijn dood. en
een zwerver eindelijk. Dokters huis
houdster viel in een mestschuit, en de
wankele brug stortte tenslotte in zon
der persoonlijke ongelukken. De baro
nes zag er aardiger uit toen zij zich
niet meer zo optutte, de nonnen kre
gen zwemles, een mannetje vond on
nodige dingen uit. er was een vergeef
se processie voor die zwerver De aan
nemer kreeg het zwaar te pakken van
een zigeunermeisje, en dokter werd
verliefd op de onderwijzeres. Daar zij
geen betere minnars waren dan Dik
Trom geweest zal zijn. wachtten zij
tot het einde van de film op de eerste
zoen. Die van het begin af aan al ze
ker was. Zelfs medeminnaars ontbra
ken. Het was geen dorp voor dramati
sche spanningen. Alleen voor anekdo
tes.
Die komen uit het boek van Toon
Kortooms'. veranderd, beknot, samen
gevat, soms aangevuld, en enigszins
gerangschikt naar het zwakke lijntje,
Leen Jongewaard
dokter verzuipt'.
Film International III begint vanmiddag om drie uur met de openingsvoor
stelling van Het Zomerverblijf, en zal in de nacht van zaterdag 9 maart eindigen
met een slotfeest
Dan zijn er, in het Venster, het Filmhuis en de Lantaren (ook 111 Antwerpen)
meer dan vijftig voorstellingen geweest van meer dan dertig films, die hier
nog niet werden vertoond en zonder Film International vermoedelijk ook niet
vertoond zouden worden. Al zijn ze het waard. WIJ laten hieronder korte be
oordelingen volgen van de films die op de eerste vier dagen te zien zullen zijn.
dat Felix Thijssen er in zijn zoveelste
scenario van 'Help, de dokter verzuipt'
voor vond.
Regisseur Nikolai van der Heyde
heeft wel gevoel voor zulke dorps-
schetsen met humor, en zijn camera
man Jörgen Persson (die in Zweden
met Bo Widerberg werkte) bewees in
Angela al, dat hij een Nederlands
landschap mooi kan verwerken. Al
vonden zij niet alles (meer) in de
Peel, de natuurdecors zijn schilderach
tig en lief in de romantisch nostalgie-
ke stemming, van altijd zomer zonder
regen. De mensen fladderen daarin
nogal onbestemd, en soms kominsch,
maar wat rond, tafereeltje in tafereel
tje uit.
Jules Croiset is de innemend stoer
doende, jongensachtige verlegen, en
verstrooide, dokter. Martine Bijl is
het mooi, zuivere, blonde onderwijze-
resje, dat zo enig is met die enige
in Help, de kinderen. Ward de Ravet is een aardi
ge, bezige pastoor met wat ironische
mensenkennis. Willeke van Ammel-
rooy speelt de zigeunerin die, bij het
baden, heel wat vrijmoediger is dan
Veel blijft te
raden in 'The
last of Sheila'
Sheila werd in 'The Last of Sheila'
Ganja and Hess
(Blood Couple)
De Amerikaanse negers hebben al be
wezen dat ze gangsterfilms kunnen
maken en James Bond-films als de
beste blanke, nu moest ook de griezel
film geattaqueerd. Dat werd door Bill
Gunn gedaan met veel pretentie in
een soort onderkoelde edelkitsch-stijl,
die mijn goesting niet is. Professor
Hess is behept met de ziekte van een
oude, uitgestorven neger-civilisatie,
hij wil mensenbloed drinken. Zijn ge
liefde, Ganja, trekt hij mee in het on
geluk, maar tenslotte wordt hij door
het kruis gered. Waarschijnlijk gaat
zij dcor met haar lugubere praktij
ken, want de volgende vrijer staat al
te wachten voor de deur. Enfin, veel
'beautiful black', dat is wel het beste
wat men er van kan zeggen.
W. W.-B.
Het Pest Theater
Thomas Koerfer schreef, en regisseer
de. een parabel over de directeur van
een vlooienhteater, die zijn beestjes
kwijtraakt in een wolk van insectici
de, en dan, gedreven door enige duis
tere machtige figuren, voorstellingen
over de pest gaat spelen. Om mensen
weer bang en klein te krijgen. Hij
krijgt tenslotte zelf de pest. Koerfer
heeft zich in die, zo goed als histori
sche. plaat uitvoerig verdiept. Evenals
in het epische theater van Brecht of
het wrede van Artaud. Zozeer zelfs
dat zijn belerende film grotendeels
theater en literatuur bleef, met lange
dialogen en beschouwingen. Al zitten
er, in de kermissfeer van het vlooien
theater, erf in een nagemaakte middel
eeuwse pest-processie bijvoorbeeld,
wel pakkende stukjes film in. Ook
had hij in Francois Simon, Janine
Weill, en anderen, wel boeiende ac
teurs. Mijn grootste moeilijkheid was
evenwel, dat Koerfer mij niet duide
lijk maakte wat hij precies met dit al
les wilde, behalve artistiek en somber
diep doen.
Casual Relations van Mark Rappaport
leek mij een toevallige (casual) rela
tie van een fotograaf met een filmca
mera. Hij kreeg er maar niet genoeg
van dat foto's ook kunnen bewegen.
Hij maakte dus eindeloos lange, lege
vervelende shots. Hij verbond ze,
even toevallig, met drug- en dracula-
effecten, en porno, die voor een deel
werd afgekeurd, zonder verlies voor
het geheel, want dat is al verknipt.
Modieuze tendenzen
in Schattenreiter
De al jaren in Duitsland wonende en
werkende George Moorse maakte met
'Lenz' een voor mijn gevoel indruk
wekkende film. Zijn 'Schattenreiter*
is wel aardig, maar mij te veel door
spekt met modieuze tendenzen. Zijn
melodramatische verhaal over een
hoer en een handelsreiziger, die el
kaar niet kunnen krijgen en daarom
maar zelfmoord plegen, is gebaseerd
op motieven van de laat-zeventiende
eeuwse Japanner Chikamatsu Monzae-
mon, maar Moorse heeft het gesitu
eerd in het Duitsland van de jaren
twintig en dat tijdperk dan nog weer
eens zo vervreemd dat het bijna een
niemandsland wordt. Zijn film zit vol
mooie anecdotes en aandoenlijke scè
netjes, het is 'n goed afgewerkt genre
stukje, maar het raakt niets essen
tieels, het loopt als koel water van je
af. Zet hem naast zijn landgenoot Fass-
binder (die hij graag wil na-ijveren)
en hij valt onherroepelijk door de
mand.
W.B.-B.
Franscesco Rosi is een filmregisseur
die geen documentaires, maar studies
maakt: Hij neemt een bepaalde figuur
(Salvatore Giuliano) of een bepaalde
situatie (La mani sulla citte) legt die
door minitueus en conscentieus ontra-
felingswerk open en slaagt er dan in
niet alleen iets belangrijks te zeggen
over de Maffia op Sicilië of over de
corruptie bij de woningbouw, maar
ook over Ita.iaanse structuren en Ita
liaans leven. Nu waren zijn twee bo
vengenoemde films, hoe specifiek Ita
liaans ten dele ook, voor buitenlan
ders wel invoelbaar. Ze mochten dan
niet alle personen kennen en alle fij
ne nuances begrijpen, het essentieële
ontging hen niet. Met 'II Caso Mattei',
ligt dat enigszins anders. De figuur
van Enrico Mattei, de 'olieczaar', de
machtigste Italiaan sinds keizer Au
gustus', een self-made man die na de
ontdekking van methaan in een Itali
aans dorp in 1946 de Ente Nazionale
Idrocarburi opriohtte en begon met
de verovering van de oliemarkt, langs
zeer on-orthodoxe wegen die het her
ontdekken waarschijnlijk wel waard
zijn, is voor zo'n Rosi-studie prachtig
materiaal. Vooral gezien het feit dat
deze Mattei in 1962 onder raadselach
tige omstandigheden verongelukte in
zijn privé-vliegtuig, tezamen met zijn
piloot en de journalist McHale, die
een coverstory voor Time-Life voorbe
reidde. Als hij niet vermoord werd,
dan waren er toch een heleboel men
sen die hem dood wensten. De spoor-
loze verdwijning van de journalist
Mauro de Mauro, die in opdracht van
Francesco Rosi Mattei's laatste uren
probeerde te reconstrueren, maakt het
mysterie compleet.
Het is Rosi's bedoeling niet geweest
het geheim op te helderen, hij toont
alleen sporen, hij geeft wenken, maar
het ongeluk is, dat men volkomen van
'de zaak Mattei' in het bijzonder en
van Italië in het algemeen op de
hoogte moet zijn om hem bij zijn
zoektocht te kunnen volgen. Als men
dat niet is raakt men verdwaald in de
authentieke figuren, die men niet
thuis kan brengen.
W. Wielek-Berg
doodgereden na een Hollywood-feest-
je, door een onbekende. Haar vriend,
een producer, nodigt een half jaar la
ter alle gasten van het feestje op zijn
jacht in de Middellandse Zee. Daar
speelt hij een wreed wraakzuchtig en
vreemd spel met ze. Ze moeten el-
kaars geheime, hem bekende, zonden
of misstappen raden. De bedoeling is,
dat hij zo de aanrijder van Sheila ont
dekt. Zij laten het spelletje met zich
spelen omdat zij alleen hopen op een
aandeel in de film, die hij wil produ
ceren, over het geval Sheila.
Het is nogal ingewikkeld bedacht en
het wordt nog ingewikkelder. Want
die producent wordt vermoord, in een
leeg klooster op een eiland. En dan
spelen zij verder het spel: wie deed
het? Elk van hen kan het gedaan heb
ben. En ^oals dat hoort in zo'n puzzle:
de meest verdachten deden het toch
niet. Die puzzle moet hier, voor uw
spanning, nog even onopgelost blij
ven. De oplossing vergt trouwens heel
wat geraad en gepraat van James Ma
son, die hier een vervallen filmregis
seur speelt, en het gehele, nog te ont
rafelen, verhaal al als de film ziet,
die hij hoopt te maken.
Mason doet dat best. De film steunt
trouwens toch voornamelijk op de
spelers: Richard Benjamin als een
schrijver zonder succes, met een rijke
vrouw, Joan Hackett, die aan de
drank is; Dyan Cannon als een los,
wellustig type, dat alles er maar uit
flapt, met humor; Raquel Welch als
een filmster; Ian McShane, als haar
knappe brutale vriend; en James Co-
burn als die merkwaardige, sadisti
sche schatrijke producer. Ze zijn allen
min of meer zichzelf en ze worden,
tot hun schrik en schaamte in de film
ook nog door de mand vallende figu
ren, die heel wat te verbergen heb
ben. Van Hollywoods 'glamor' blijft
niet veel over, en het cynisme gaat
zover dat de misdaden niet worden
bestraft, maar in een nieuwe film
worden verwerkt.
Herbert Ross heeft het geregisseerd,
realistisch op het jacht met geheimzin
nige tussenvoegsels over wat er ge
beurd is, of kan zijn, en met een
dankbaar gebruik van zijn acteurs, die
met hun teksten vaak meer moesten
zeggen, dan de filmbeelden konden to
nen. Zodat het niet bepaald op het
eerste gezicht duidelijk is hoe alles
precies in elkaar zit
B. H.
(Den Haag- Buitenhof, 14
Brigitte Mira en El Hedi Salin in 'Alle Turken heten Ali'
Hoe is het nu toch mogelijk, hoe kan het toch bestaan dat zo'n
prachtige film als \Alle Turken heten Ali' van Rainer Werner Fass-
binder niet in de gewone bioscopen komt? Het zou toch zonde en
schande zijn als hij alleen maar in Film International werd ver
toond? Mensen, neem in elk geval het zekere voor het onzekere
en reis naar Rotterdam om dit juweel te zien.
Fassbinder heeft alle toeren en dub
bele bodems, waarmee hij vroeger in
drukwekkend werkte, overboord ge
smeten. De realiteit is hem genoeg en
dat hij en passant een levensgroot ta
boe doorbreekt kan gebeuren bij ie
mand die zich door de werkelijkheid
laat leiden.
Zijn hoofdpersoon Emmi, een werk
ster van meer dan middelbare leef
tijd, zonder schoonheid maar met een
lieve stem en veel waardigheid,
brengt op een regenachtige avond een
bezoekje aan een café waar veel gas-
arbeiders komen. Zo maar, uit
nieuwsgierigheid. Ze drinkt er een co
la en ze danst met Ali, een mooie Tu
nesiër, jong genoeg om haar zoon te
zijn en hij brengt haar thuis en hij
blijft die nacht slapen en ze gaan van
elkaar houden en besluiten te trou
wen. Maar 0, het is net zoals Sartre
zei: 'SDe hel, dat zijn de anderen'. De
kinderen en de collega's en de winke
liers en de huisgenoten! Ze brengen
Emmi en Ali tot wanhoop. En dat
verandert wel wanneer het paar te
rugkomt van een vacantie, dan is ie
dereen weer lief, maar Emmi gaat in
haar vreugde Ali een beetje als een
huisdier behandelen ten gerieve van
haar vriendinnen en ze geeft hem
geen couscous en hij gaat er vandoor.
Ze vinden elkaar terug in hetzelfde
café en ze dansen weer en dan valt
Ali op de grond. 'Een maagzweer',
zegt de dokter, 'dat komt van de
stress en het eten, heel veel buiten
landse arbeiders hebben dat. Wij lap
pen hem op, over een half jaar ligt
hij hier weer.
Dat is dan het verhaal, eenvoudiger
kan het al niet en eenvoudig verteld
wordt het ook. Maar hoe geraffineerd
en hoe zuiver weet Fassbinder zijn ef
fecten te plaatsen!En wat kent hij de
mensen en het leven goed, dat blijkt
welhaast uit elke flard van een ge
sprek.
W. Wlelck-Bcrg
De Belgische film De Loteling is ge
maakt naar een van de honderd boe
ken die de Vlaamse schrijver Hendrik
Conscience schreef, in de vorige
eeuw. Dat was wel een andere tijd
nog. Vol ellende voor arme mensen.
Conscience, een volksjongen, zes jaar
zoldaat geweest, wonend in de Kem
pen en ziek, toen hij De Loteling
schreef (1849) kon ervan meepraten.
Maar hij wilde opvoeder van het volk
zijn en dus wekte hij, romantisch en
sentimenteel, wel tranen, maar geen
verzet. Het lot moest verdragen wor
den. En Katrien werd een heldin van
dappere berusting. Haar Jan was vrij
geloot, maar hij werd plaatsvervanger
voor het geld.
Dat hij, dom genoeg, niet in het Kem
pense boerebedrijfje stak, maar mee
nam in een kous. Zodat het gestolen
werd. En thuis alles verkocht moest
worden doordat Katrien en de oudjes
het zonder Jan niet konden rooien.
Jan werd in de kazerne, door onzinde
lijk en onzedelijkheid (een keer
naar de vrouwen) nog blind ook.
Toen Katrien dat hoorde, na maanden
van de scharenslijper, ging zij hem
halen. Een vriendelijke commandants
vrouw zorgde ervoor dat Jan mee-
mocht
Er waren liefdadige mensen, maar
veel slechterikken ook. Rovers bij
voorbeeld, die een boerderij plunder
den en de mensen martelden. Op een
boerderij plunderden en de mensen
martelden. Op Katriens aanwijzingen
stak blinde Jan er twee aan een mest
vork. En daarvoor werd Katrien later
opgewacht en verkracht. Dat is het
einde van de film en als je die twee
dan zielig ziet voortsukkelen over de
hei denk je nog wel: wat moet dat
worden?
Helemaal verplaatsen naar die tijd,
zoals Conscience die weergaf, is wel
noodzakelijk. Regisseur Roland Verha-
vert heeft dat ook trouw gedaan. Cos-
tuums, landschappen, binnenhuisjes
en de gevangenisachtige kazerne,
steeds mooi gefotografeerd door Ralf
Boumans en Herman Wuyts, zijn ou
derwets genoeg. Dat zijn de dialogen
en de muziek van Haendel ook. De
Conscience-sfeer is er dus. Ansje
Beentjes is een lieve gevoelige, korda
te maar tengere Katrien. Jan Declair
heeft wel eens moeite met de sukkeli
ge hulpeloosheid van Jan. Voor hen
die Conscience nog met genoegen le
zen is De Loteling, geloof ik, een
goed gemaakte film.
B. H.
(Amsterdam-City 2, 18 J.)
John Huston (die het vorige Jaar
stierf) was een regisseur van topklas
se dat bewijzen films als 'The Maltese
Falcon' The Treasure of the Sierra
Madre', The Red Badge of Courage'
en 'Fat City*. Maar dat wil nog niet
zeggen dat alle 28 films die hij heeft
gemaakt meesterwerken zijn. Zijn
laatste 'The Mackintosh Man' oftewel'
De Uitbrekers' geheel in igeland op
genomen, is niet meer dan behoorlij
ke middelmaat
Mackintosh (Harry Andrews) is een
hoge ambtenaar van de geheime
dienst, die gevaarlijke klusjes ensce
neert, daarbij geholpen door Mrs.
Smith (Dominique Sandra). Qp zijn
instignatie dringt geheim agent Rear-
den (Paul Newman) door in een
groep die zich bezighoudt met het la
ten ontsnappen van belangrijke gevan
genen. Hij moet er meer dan een jaar
voor in de gevangenis zitten, maar
zijn opzet lukt Dat lijkt althans zo,
tot alles mis gaat. Politici zitten in
het complot, Mackintosh wordt ver
moord, Rearden en Mrs. Smith zijn
geheel en al op eigen vindingrijkheid
aangewezen.
'De Uitbrekers' valt min of meer in
het genre van John le Carré's 'The
Spy who came in form the cold'. Ge
heime agenten zijn ook mensen, ze
zijn wel eens moe, melancholiek en
weifelend, ze hebben de neiging om
het met de tegenstander op een
acoordje te gooien. Maar in 'De Uit
brekers' is deze tendentie niet conse
quent volgehouden' hij hangt er maar
zo'n beetje los bij. Dat is te wijten
aan het boek waarop de film is geba
seerd 'The Freedom Trap' van Des
mond Bagley. Die trekt zich van ge
loofwaardigheid en consequentie niet
zoveel aan, het gaat van dik hout
zaagt men planken als het maar span
nend is. Maar John Huston had zijn
cast weer mee, daarin zitten, naast de
hoofdrolspelers, acteurs als James Ma
son, Ian Bannen en Nigel Patrick. Zo
werd het toch een film waarnaar je
met genoegen blijft kijken.
W. W.-B.
(Amsterdam- Cineac Damrak, 18 jr.)
Greco en Ballardo
naar Nederland
AMSTERDAM Juliette Creco, de
Franse chansonnière die zo beroemd
is dat in Japan zelfs een paar straten
naar haar genoemd zijn, zal met haar
gezelschap enkele concerten in Neder
land geven. Zij treedt op 7, 8, 9 en 10
maart achtereenvolgens op in Nijme
gen (Stadsschouwlburg) Rotterdam
(De Doelen), Amsterdam (RAI) en
Den Haag (Congresgebouw).
ort daarop komt een andere beroem
de muzikante naar Nederland: de zi
geuner-gitarist Ricardo Ballardo, bij
genaamd Manitas de Plata (Zilveren
handen) die onder zijn bewonderaars
en intieme vrienden o.a. mag tellen
wijlen Pablo Picasso, Salvador Dali,
Jeanne Moreau en U Thant. Deze
'grootste levende Flamenco-gitarist'
zal in ons land te horen zijn op 14,
15, 16 en 17 maart in Amsterdam
(Concertgebouw), Tilburg (Stads
schouwburg), Den Haag (Congresge
bouw) en Eindhoven (P.O.C.).