)ude hart
fan Soest
>and voor
)and gerestaureerd
De polder trekt: per
kavel veertig boeren
Fabrikant-in-ruste ging zélf tot actie over:
Protest tegen project
Amsterdams huis van
bewaring begrijpelijk
rstel van 'De
ie Ringen' de
ion op 't werk
Oostelijk Flevoland 'agrarisch bijna rond'
WAKflET ZATEHDAG 16 FEBRUlAiRI 1974
BINNENLAND
T11/K13
Zo zag 'De Drie Ringen' er uit tijdens
het bezoek van Ferdinand Huyck
(links op de voorgrond). De tekening
werd in de vorige eeuw gemaakt als
illustratie voor het boek van Van hen
nep door de kunstenaar David Bles.
r Fred Lammers
|T 'Dit wordt de kroon op
jeheel. Ik heb er erg lang te-
jan zitten kijken, omdat het
heel kostbare restauratie be-
maar nu is de vroegere
iherberg De Drie Ringen ook
in oude stijl gerestaureerd.
t loop van deze zomer zijn
lover. Dan is het hele oude
van Soest gerestaureerd'.
'vertelt de man, die dit alles tot
heeft weten te brengen, de
}r chocolade fabrikant in ruste
ns voorzover het om die choco-
aat) A. C. van Ee (60) over het
dat hem op een zomeravond in
als het ware zomaar kwam aan-
n.
'as kort nadat ik mij met mijn
in Soest had gevestigd, een ge-
|e waarmee ik overigens hechte
had; ik ben er geboren en
in mijn voorouders woonden er.
interesse voor het oude hart van
overigens anders.' In het waepen van
Gaesbeeck' was de naam die destijds
op het uithangbord stond. Pas in de
vorige eeuw werd de naam 'De Drie
Ringen' ingevoerd.
Over de betekenis ervan lopen de me
ningen uiteen. Sommige deskundigen
zien er etn tot uiting brengen van
godsdienstige gevoelens in. De drie
ringen zouden duiden op de symbo
liek van de drieëenheid.
Uithangbord
Herberg 'De Drie Ringen' op de hoek van de Eemstraat en de Peter van de Breemerweg in Soest is op de paardestal
na, nu uitwendig geheel gerestaureerd. Bij de restauratie, onder leiding van de Blaricumse architect J. Ju//er, is gebruik
gemaakt van een oude tekening van de herberg uit de zeven tiende eeuw, die onlangs werd teruggevonden.
de omgeving onder de rook van
de hervormde kerk, is zodoende
e verklaren. Het was immers
laar, dat mijn familie eens woon-
;t was allemaal vreselijk in ver-
raakt. De huisjes rond de oude
varen eigenlijk op het eerste ge-
rijp voor de sloop,
is een avondwandeling die ik
nijn vrouw maakte kwamen wij
kerk. De schoonheid van het
trof mij. In de dagen die volg-
leef het mij bezig houden. Soest
een geld om aan restauraties op
reide schaal te beginnen. Ik
toen tot de conclusie dat, als ik
uurtje rond de kerk, dat één
listorie is behouden wilde zien,
f tot daden zou moeten over-
Van het een is toen het ander
len. Met steun van de gemeente
heb ik de Kerkebuurt, pand n»
laten restaureren.'
kleinigheid, vooral als men be-
lat het met het betalen van sub
door het Rijk de laatste tijd
•o vlot meer gaat. De heer Van
eft, toen hij eenmaal was begon-
het realiseren van zijn ideaal
niet laten afhangen van subsi-
Hij betaalde alles uit eigen zak.
as daartoe in staat, hoewel het
teslist niet zo is dat ik een geld-
pje heb. Er zijn mensen die dat
n. Als je tegenwoordig meer
én huis bezit vinden velen je ei-
k een beetje a-sociaal. Je hoort
^ens opmerkingen in die geest,
is dat niet, maar ik trek me er
niet te veel van aan. Als ik hier
'op in de Kerkebuurt en zie wat
emaal is bereikt, ben ik als een
20 blij. Het kost heel veel moei-
tijdig aan goed materiaal te ko-
Overal haal ik het vandaan. Die
iraties houden mij dag en nacht
n pieker je over de zorgen die
lijke zaken ook met zich bren-
- bezig', vertelt de heer van Ee.
de luister prijken reeds de oude
rij, vroeger bekend als 'de ge-
Apotheek'; diverse panden in
irkstraat (het vroegere geboorte
van de heer Van Ee hoort daar
ard ook bij) het oude raadhuis
>oest sinds 1970 de woning
s familie Van Ee, en boerderij 't
e, nu een restaurant waar alles
jl toegaat en koffie wordt geser
met stukjes kandij inplaats van
e suiker. De gerestaureerde
ia hebben een bestemming gp-
n als woonhuis of als boetiek,
ekende mode zaak van Arnold
Dveen is bijvoorbeeld in een van
onumenten ondergebracht,
luitstuk, waaraan men sinds vo
rig jaar zomer bezig is, vormt 'De
Drie Ringen', de herberg die vooral
bekendheid kreeg. Omdat deze een rol
speelt in de roman Ferdinand Huyck
van Jacob van Lennef». In deze her
berg laat Van Lennep zijn hoofdper
soon een avontuurlijke ontmoeting
hebben met Andries, le bekkensnijder-
De herberg 'De Drie Ringen' heeft al
een eeuwenoude historie achter zich.
Vele bekende personen zijn er in de
loop der jaren naar binnen gegaan,
niet zo verwonderlijk, daar de her
berg vroeger aan de straatweg Amers-
foort-Naarden lag en ook het verkeer,
dat van Amersfoort naar Utrecht en
omgekeerd ging, erlangs kwam.
In november 1674 was het stadhouder
Willem de Derde, die als ambachts
heer van Soest de dorpsherberg be
zocht 'De Drie Ringen' heette toen
Hoe dan ook, de heer Van Ee houdt
de naam 'De Drie Ringen' in ere. Hij
heeft het oude uithangbord waarop
drie ringen afgebeeld zijn, ook in zijn
bezit Dat komt als het bouwwerk
is gerestaureerd weer aan de gevel te
hangen. Overigens wordt het huis
geen herberg meer en evenmin een
museum, een gedachte waarmee de ei
genaar lange tijd heeft gespeeld. Dat
plan heeft hij moeten opgeven. Het is
niet haalbaar. Er worden nu twee be
scheiden woonhuizen van gemaakt
Dan is er nog de aangebouwde paar
destal, waar vroeger verse paarden
stonden om voor de postkoets te wor
den gespannen. 'Van die ruimte hoop
ik een tentoonstellingszaal te maken
of iets in die geest. We zijn er nog
druk doende mee. Lukt dat niet, dan
wordt ook dat woonruimte', zegt de
heer Van Ee.
In ere hersteld wordt ook de oude
dorpspomp. De onderdelen zijn zuinig
bewaard. In het voorjaar wordt de
pomp herbouwd. Ook aan die pomp
zijn vele verhalen verbonden. De
meest legendarische zijn die uit 1813
toen Kozakken in Soest waren gele
gerd. Zij waren zo gehard, dat zij zich
in de winterse koude poedelnaakt on
der de dorpspomp wasten. Om weer
op temperatuur te komen dronken zij
vervolgens in 'De Drie Ringen' een
glaasje jenever, waarin ze peper
strooiden.
Van een medewerker
Vorige week hebben enige Kamerleden hun verontrusting geuit
over het geplande nieuwe huis van bewaring te Amsterdam.
Sindsdien is door zowel PPR als PSP aan het project officieel
de oorlog verklaard. Het gaat immers niet aan om 125 miljoen
(zo dit niet méér zal worden) te spenderen aan een jaren ge
leden ontworpen monster-gebouw, waarvan omvang (610 gedeti
neerden) en opzet (zes torenflats) nu reeds sterk discutabel zijn.
Niet alleen is in het geding het ge
matigde en zich nog steeds matigen
de beleid inzake de toepassing van
voorlopige hechtenis, kwantitatief de
belangrijkste bestemming van de
huizen van bewaring; tevens is er
sprake van een sterke kentering in
de opvattingen over het verant
woord detineren van medemensen.
Zonder enig chauvinisme kan wor
den gezegd, dat het Nederlandse ge
vangeniswezen in de realisering van
moderne opvattingen aanspraak
maakt op een vooraanstaande plaats
in de wereld Een reden te meer om
aan ons gevangenisbeleid steeds ho
ge kwaliteitseisen te stellen. In hoe
verre voldoet het onderhavige pro
ject hieraan? Algemeen is men het
erover eens, dat een dergelijk om
vangrijk nieuwbouwplan, zowel op
grond van de plaatskeuze (aan de
buitenkant van Amsterdam) als van
wege het massale karakter, een
psychisch fnuikende vorm van Isola
tie met zich meebrengt De tijd van
kasteelgevangenissen, dieventorens
en gevangenisschepen, isolatievor-
men bij uitstek is nu eenmaal ze
ker in ons land voorbij. Met
recht kan thans evenwel worden ge
sproken van een ghetto. Contacten
met familie, gezin, vrienden, reclas
sering, advocaten en anderen zullen
onvermijdelijk verschralen. Vast
staat echter, dat deze broodnodig
zijn voor de voorlopig gehechte, die
veelal in grote onzekerheid en span
ning verkeert over de lopende zaak
en het hem wachtende vonnis.
Daarbij komt dat deze contacten
worden gepropageerd door de heer
sende departementale filosofie. Ten
slotte zijn ze een consequentie van
het wettelijk voorschrift, dat onver
oordeelden aan geen onnodige be
perking mogen worden onderwor
pen. Architectonisch bestaan onvol
doende waarborgen tegen de onge
twijfeld uit het massale karakter
voortspruitende ontpersoonlijking,
burocratisering eentonigheid en an
dere ongewenste verschijnselen.
De verdediging van de staatssecreta
ris bevat zelfs een numeriek goochel-
nummer: zijn stelling, dat het ge
middelde aantal van ongeveer 350
Amsterdamse gedetineerden, waar
van er thans steeds ongeveer hon
derd noodgedwongen elders, dat wil
zeggen in Haarlem en Alkmaar, ver
toeven, min of meer overeenkomt
met de geplande plaatsruimte, wekt
bevreemding. Ten eerste is het alge
mene streven zoals gezegd, gericht
op terugdringing van het aantal in
sluitingen en in de tweede plaats is
de aparte psychiatrische toren mede
voor voorlopig gehechten bestemd.
Alle ontkenningen van staatssecreta
ris Glastra van Loon ten spijt, heeft
het er alle schijn van, dat dit pro
ject de voorbode is van de sluiting
van andere huizen van bewaring,
waarvoor het ministerie ook elders
niet blijkt te schromen. In een on
volledige bezetting schuilt trouwens
het gevaar, dat deze de insluitings-
drang van de rechterlijke macht zal
stimuleren: ook staatshotels behoren
vol te zijn. Rendementsoverwegin
gen zijn het ministerie van justitie
evenmin vreemd: zo omvat het her
structureringsplan gevangeniswezen,
dat enige jaren geleden uit bezuini
ging werd ingevoerd, de sluiting van
een aantal gevangenissen en huizen
van bewaring. In een land waar ge
vangenen indidivueel moeten wor
den geselecteerd voor speciale ge
vangenissen (nota bene een beginsel
van de Beginselenwet Gevangeniswe
zen 1953!X is dit een verwerpelijke
maatregel. Sluiting van huizen van
bewaring is nog om andere redenen
onrechtmatig te noemen. Het doel
van voorlopige hechtenis is toch het
beschikbaar houden van verdachten
ten behoeve van de justitie, zonder
dat zij nog schuldig zijn verklaard.
Vandaar het wettelijk vereiste, dat
onveroordeelden aan geen onnodige
beperkingen mogen worden onder
worpen. In verband daarmee wordt
door dezelfde wet voorgeschreven,
-dat in ieder arrondissement een
huis van bewaring aanwezig zal zijn.
Nu zijn er onlangs al enige gesloten,
althans omge^t in een zogenaamd
'daghuis vaa bewaring.' Dit wil zeg
gen dat ic een aantal arrondisse
menten de aldaar thuishorende ge
detineerden feitelijk elders verblij
ven en steeds gedurende een dag
voor verhoor, voor contact met de
advocaat etc. naar het daghuis van
bewaring van het eigen arrondisse
ment worden vervoerd.
Het instandhouden van dergelijke
'Rudolf Hess'-eenmansinrichtingen is
weliswaar te verklaren als een po
ging om de voorschriften te respec
teren, doch is in wezen daarmee in
flagrante strijd: onvermijdelijk
vloeien hieruit vele extra beperkin
gen voort.
Mede tegen deze achtergrond is de
stroom van thans gerezen protesten
uit kringen van reclassering, maat
schappelijk werk en wetenschap
(bijvoorbeeld de Bond van weten
schappelijke arbeiders) uiterst be-
grijpelijk, hoewel niet valt te ont
kennen dat indertijd dit plan veler
instemming vond.
Bezwaar
Aangezien het monstergevangenis-
plan Gouda ooit ongemerkt in een
departementale lade is verteerd,
heeft men waarschijnlijk ten aan
zien van het onderhavige plan op
een soortgelijke afloop gehoopt.
Niets is echter minder waar, ook al
is het getij intussen grootscheeps ge
keerd. Niet alleen bij de mensen in
het veld', die dagelijks met detentie
en gedetineerden werken, zijn fun
damentele bezwaren tegen dit plan
gerezen, maar publiek geheim
ook de staatscommissie- Van Hattum
tot bestudering van doel en functie
van het huis van bewaring, toont
zich een voorstander van arrondisse-
mentsgewijze georganiseerde, kleine
huizen van bewaring en acht derhal
ve de bouw van labyrinthen in print
cipe ongewenst.
Zelfs staat deze commissie het als
huis van bewaring inrichten van be
staande, kleinere gebouwen in de
stad voor. Deze commissie heeft zich
overigens teneinde inlichtingen, me
ningen, visies etc. in te winnen, on
langs tot alle betrokkenen tot en
met gedetineerden zelf gewend.
Maar blijft staan, dat het Huis van
Bewaring I te Amsterdam binnenkort
moet verdwijnen. Niet uitsluitend
omdat zulks contractueel met de stad
Amsterdam overeengekomen is,
maar ook omdat het gebouw uiter
mate krakemikkig is geworden en
niet voor niets reeds in 1917 het
doodvonnis over zich uitgesproken
kreeg in een toenmalig groot week
blad. In deze tijd, waarin financiële
bezuiniging hoogtij viert, moet het
mogelijk zijn de staatssecretaris
voor te rekenen dat de beste weg
ditmaal de goedkoopste is.
door JacLelsz
LELYSTAD Met een dikke si
gaar in het hoofd keuren de boe
ren de kavels. Dat ziet er gezond
uit, citeert een van hen ex-quiz
master Peter Knegjens. Een an
der valt hem bij door op te mer
ken dat het grote klasse is. De
borst van 's rijks ambtenaar, die
het gezelschap rondleidt, zwelt
duidelijk.
De boeren, soms vergezeld van vrouw
en kinderen, dingen naar een kavel in
Oostelijk Flevoland. Ze hebben een
hele middag geluisterd naar wat de
polder heeft te bieden. De condities,
waarop vestiging in het nieuwe land
in principe mogelijk is, zijn hun be
kend. Van een filmpje weten ze al
zo'n beetje hoe het er uit moet zien.
Nu staan ze dan ook in oog met het
beloofde land, maar zullen ze er
anders dan Mozes ook binnen mo
gen gaan?
Bijster groot is die kans niet, en dat
beseffen ze. Vijf- en twintig kavels
zijn er in '74 uit te geven en daarvoor
zijn meer dan duizend gegadigden. Zo
is het ieder jaar. De polder met zijn
eindeloze horizon blijft trekken. Niet
vanwege die horizon. Het is meegeno
men, die horizon, al houdt ook weer
niet ieder ervan, maar de attractie
ligt in een ander vlak. Wat ambitieu
ze boeren, jonge ondernemers vaak.
toelacht, dat zijn de mogelijkheden,
die hier liggen om een ruim opgezet,
economisch aantrekkelijk bedrijf te
beginnen.
Het is kort dag. Agrarisch nadert
Oostelijk Flevoland zijn afronding.
Voor dit doel was van de 54.000 hecta
re grote polder ongeveer 34.000 hecta
re beschikbaar. 'En daarvan is sedert
'62 al 32.300 hectare uitgegeven', ver
telt J. J. Koerts van de afdeling
Agrarische Vestiging van de Rijks
dienst voor de IJsselmeerpolders. 'Op
't moment zijn er ongeveer achthon
derd badrijven. Met die van '74 mee
komen we op 830. Hoeveel er volgend
jaar bij zullen komen, weten we nog
niet. Het wordt van jaar tot jaar vast
gesteld door de minister van finan
ciën in overleg met de minister van
landbouw en visserij. Een deel van de
grond wordt gereserveerd voor proef
velden, instituten en verwante onder
nemingen (zaadveredeling enz.).
Advertentie
Ieder jaar plaatste de Rijksdienst voor
de IJsselmeerpolders - directeur dr.
W. M. Otto een advertentie in de
vakpers. Daarin wordt meegedeeld dat
er weer kavels zullen worden uitgege
ven, hoeveel en welke. Ieder, die be
langstelling heeft, mag reflecteren.
Als die advertentie verschijnt, is het
dringen geblazen. Er zijn boeren, dio
voor de sport ieder jaar reageren.
Soms verdwaalt er ook de briefkaart
van een grapjas tussen, bijvoorbeeld 'n
sigarenmaker, die zogenaamd wel eens
wat anders wil. Maar in verreweg de
meeste gevallen wordt er serieus op
de advertentie geschreven.
Voor de kavels van '74 hebben meer
dan duizend boeren interesse getoond.
In de afgelopen veertien dagen zijn ze
in kleine, handzame groepen in Lely
stad ontvangen. Als gewoonlijk kwa
men ze uit alle hoeken van Neder
land, van Groningen en Friesland tot
Zeeland en Brabant Op die voorlich
tingsmiddagen zijn twintig, dertig dia
lecten door elkaar te horen. Maar de
ambtenaren van de Rijksdienst voor
de IJsselmeerpolders verstaan alles,
begrijpen alles, weten alles en blijven
dus zelden het antwoord op een vraag
schuldig.
Wie wil, kan tegen het einde van de
middag de plek gaan bezichtigen.
Kaarsrecht glijden de kilometertjes
onder de auto's door. Nauwelijks een
boom te zien. Is dit de aarde van vóór
de derde scheppingsdag' Over enkele
jaren zal het er al heel anders uit
zien. En op enige afstand, achter de
einder, moet I elystad zich bevinden,
een enorme stad met in de toekomst
honderdduizend inwoners. En verder
Dronten, Biddinghuizen en Swifter-
bant. Met alles erop en eraan, wat
voorzieningen betreft. Een naargeesti-
Oost Flevoland van de lucht uit gezien.
ge wereld? Eenmaal zal ook Oostelijk
Flevoland leefbaar zijn; eens bloeit
ook deze polder als een roos.
Gebruikelijk is dat zo'n zestig a ze
ventig procent van de aanvankelijke
gegadigden er metterdaad toekomt, na
alles goed afgewogen te hebben, want
het blijft tenslotte een grote stap, het
sollicitatieformulier metterdaad in te
vullen. Dat zijn dus zeshonderd tot
zevenhonderd boeren. Pas dan begint
de procedure van nader informeren,
overleggen en selecteren. 'Eerst dan
gaan de kandidaten met de billetjes
bloot', zoals voorlichtingsman H. van
Enk van de Rijksdienst voor c'e IJs
selmeerpolders het noemt.
Zij moeten aan een aantal eisen vol
doen. In het algemeen mogen ze niet
ouder zijn dan vijftig jaar. Alleen
wanneer ze hun bedrijf beschikbaar
moeten stellen voor een ruilverkave
lingsproject of getroffen worden door
bijvoorbeeld stadsuitbreiding is een
leeftijd van zestig jaar toegestaan,
maar dan dient er wel voldoende ze
kerheid te zijn voor een aanvaardbare
opvolging (zoon of schoonzoon). Gelet
wordt ook op vakbekwaamheid. Mini
maal moeten ze het diploma tweejari
ge landbouwwintercursus bezitten.
Ook de mentaliteit, de instelling, van
de gegadigden speelt een rol. En ui
teraard hun financiële positie.
Tonnen
Een deel van de bedrijven wordt uit
gegeven in gewone pacht, een ander
deel in erfpacht. In het laatste geval
moeten de boeren zelf voor de opstal
len zorgen. Dat is een kwestie van
tonnen. Voorwaarde is dat de boeren
zelf éénderde van het benodigde kapi
taal bezitten. Éénderde mogen ze van
de bank lenen, éénderde van anderen,
bijvoorbeeld familie.
Ongeveer vijftig procent van de
bruikbare bodem wordt beschikbaar
gesteld aan hen, die hun bedrijf in
verband met een ruilverkaveling op
het oude land moeten beëindigen, 25
procent aan hen die als gevolg van
stadsuitbreiding dienen te verdwijnen
en de resterende 25 procent wat men
noemt de vrije sector: instituten en
dergelijke die in de verwante sfeer
voor wat werkgelegenheid kunnen
zorgen.
Overigens zijn het niet alleen boeren
die zich in Oostelijk Flevoland vesti
gen. Behalve akkerbouw-, weide- en
gemengde bedrijven vindt men er ook
fruitteeltbedrijven. Tot nu toe zijn er
een negentig-tol fruitteeltbedrijven.
Door de ontwikkelingen ln de land
bouw, aan de ene kant afname van
het aantal boeren en anderzijds
schaalvergroting in deze sector, wor
den ook de bedrijven in Oostelijk Fle
voland steeds groter. In de beginfase
van de uitgifte, tien jaar geleden, va
rieerde de bedrijfsgrootte van acht
tien tot 58 hectare. Vorig jaar liep de
omvang van de verpachte bedrijven al
uiteen van 44 tot 95 hectare.
De straks uit te geven kavels zijn
reeds enige jaren door de Rijksdienst
voor de IJsselmeerpolders bewerkt. Ze
worden in gedraineerde toestand over
gedragen. Dat gebeurt in het najaar
'na het roven van de oogst '74', zoals
dat officieël heet In Lelystad verna
men we van ambtelijke zijde dat de
boeren eigenlijk 'op een gespreid bed
je' komen. Maar dat was bij wijze van
spreken. De gelukkigen, die over een
goed half jaar met vrouw en kinderen
in de polder neerstrijken, weten wat
hun te wachten staat. Geen piontor
en iets van die oude, Hollandse geest
moeten ze toch ook bezitten zal
het hélen als hij zijn handen niet
flink laat wapperen.