Hoog is de
hemel boven
ons verstand
e
Een
aardige
rechtse
man
Vandaag
TROUW/KWARTET ZATERDAG 17 NOVEMBER 1973
KERK
door Ad den Besten
Wanneer, zoals je steeds vaker kunt horen, het heil 'een volstrekt
aardse horizont heeft' en het er voor de christenheid alleen om
gaat ertoe bij te dragen, dat overal op aarde de sociale heilstaat
wordt opgericht, heeft dat de onvermijdelijke consequentie, dat
niemand heden ten dage meer christen kan zijn zonder een be
paalde, en wel zéér bepaalde, visie op de politieke en sociaal-
economische verhoudingen.
Wetende, hoe moeilijk ik het er
zelf al mee heb, a. de feiten in mij op
te nemen, b. die feiten te interprete
ren. c. vast te stellen, of de feiten wel
werkelijk feiten zijn, d. na te gaan, of
er niet ook nog andere, verzwégen fei
ten zijn, die voor de interpretatie en
evaluatie van een situatie van belang
zouden kunnen wezen, kom ik tot de
conclusie, dat men om heden ten dage
christen te zijn, a, vrijwel al zijn tijd
moet wijden aan het verwerven en
verwerken van politieke en sociaal-
economische informatie, en b. een aan
zienlijk grotere vakkennis en intelli
gentie nodig heeft dan ik tot mijn be
schikking heb.
Alleen al op grond van zulke kranzin-
nige consequenties móéten we op het
ogenblik wel op de verkeerde weg
zijn. Christen zijn kan er toch niet
meer in bestaan, dat we in goed ver
trouwen bepaalde specialisten nalo
pen, die het allemaal wèl kunnen over
zien of vóórgeven di»t te kunnen
zoals vroeger de theologen, nu de so
cio-, polito- en andere modieuze -logen
van ten naaste bij christelijke inspira
tie?!
Maar is er nog iets anders: Christelijk
geloof is niet alleen een zaak van
überdurchschnittliche intelligentie
aan het worden, maar ook een zaak
van jeugdige, energieke mannelijk
heid. Er zit in dat activitische daad-
christendom van ons een ferment van
zich breedmakende viriliteit, dat mij
uiterst wantrouwig maakt. Een 'vrou
welijker' geestesgesteldheid, die tot
ontvangen en luisteren geneigd is al
vorens tot spreken en handelen over
te gaan. wordt hier en daar keihard
als 'piëtistisch' of 'uitdetijds' gediscre
diteerd. Maar als die houding werkelijk
uit-de-tijd zou zijn, dan zou inderdaad
het einde-der-tijden zijn aangebroken,
en dan in geen andere zin dan deze:
•verwoesting en ondergang. Hebben
we dan nog altijd niet geleerd, dat we
met onze mannelijke drift- en geweld-
mentaliteit de aarde verwoesten,
zelfs al zou naar onze diepste overtui
ging de zaak waarvoor we staan nóg
zo heilig, onze oorlogen, onze revolu
tie nóg zo rechtvaardig zijn?
Jeugd
Ons hedendaagse christendom dreigt
steeds meer tot een zaak vén en vóór
de jeugd te worden, die immers 'de
toekomst heeft'. Alsof het, christelijk
gesproken, geen schande was, dat we
dót geloven! Alsof God niet
bij machte zou zijn, uit on
vruchtbare stenen Abraham kin
deren te verwekken'! Maar dit ter
zijde. Hoe staat het met de jonge kin
deren in de gemeente? Hoe staat het
met de bejaarden? Is het niet duide
lijk, dat zij in de kerk iets anders
zoeken dan wat deze op veel plaatsen
te bieden heeft? Of zoeken zij er ten
onrechte wat ze er hopen te vinden?
En de velen die gekweld worden door
heel andere vragen dan die van een
rechtvaardige wereldorde, ouderen èn
jongeren?
Heeft de kerk hun niets te zeggen
dan dat hun problemen in feite voort
komen uit de sociaal-politieke verhou
dingen in ons werelddeel, dat het 'so-
ciosen' zijn die hen kwellen, en dat er
alleen hoop voor hen is, wanneer zij
zich inzetten voor die wereld van ge
rechtigheid, vrijheid en vrede, die
dan 'Gods rijk' zou zijn? (Dat verra-
derlijk-militairistische woordje sich
einsetzen, Einsatz alleen al!). Ik char
geer niet, ik ken mensen die op deze
wijze pastoraal 'bedaan' zijn, ster
ker nog: Wat heeft de kerk te zeggen
aan mensen in de oosteuropese lan
den? Dat zij zich moeten verzetten te
gen de knechting van hun bestaan en
tegen de gewetensdwang waaronder
zij lijden? Of, zoals de N.C.S.V. dat
klaarblijkelijk wil, dat hun problemen
in wezen voortkomen uit hun kwalij
ke laat-burgerlijke instelling en dat
zij zich dus moeten bekeren tot de
nieuwe socialistische maatschappij,
die immers op rechtvaardige grondsla
gen berust?
En nog een laatste vraag: In hoeverre
mogen psychische verschillen een rol
spelen in de gemeente? Het moest
toch duidelijk zijn, dat ons heden
daagse activisme appelleert aan een
heel bepaalde mentaliteit en karakter
structuur en gevaar loopt voort te
bouwen op iets dat misschien niets
anders dan pure agressie is. Het
moest toch bovendien duidelijk zijn,
dat mensen die anders gestructureerd
zijn innerlijk stuk gaan aan het christe
lijk Soil, das es zu erfüllen gilt. Moeten
meditatief-filosofisch ingestelde men
sen die instelling dan per se als iets
schuldigs gaan beseffen? Of mogen ze
alléén zo zijn, wanneer ze anderzijds
ook maar etc. etc.? Zal het chris
tendom dan nooit ophouden, mensen
in staat van beschuldiging te stellen,
tot ketters te veroordelen, te frustre
ren en kapot te maken?
Het zal allemaal niet anders worden,
zolang er wordt volgehouden dat het
heil een volstrekt aardse horizont
heeft. Terwille van de realisering van
dat aardse heil, de aardse heilstaat
zullen, meer nog dan vroeger terwille
van het hemelse heil, christenmensen
elkaar verketteren en vereten, ja el
kaar naar het leven staan. Ik word
koud, als ik denk aan wat ik uit de
toekomst bijna onweerstaanbaar op
ons toe zie komen.
Geëngageerd
Waarover ik me verbaas is, dat ik het
ben, die deze dingen zit op te schrij
ven. Terwijl ik het toch ook ben, van
wie in het Liedboek het grootste aan
tal liederen verwijst naar Jacobus'
'Weest daders van het woord', en naar
de profetische visioenen van aards
Ad den Besten
welbevinden, vrede en gerechtigheid,
sjaloom. 'De meest geëngageerde
van ons gezangendichters', heeft Jan
Wit eens van mij gezegd. Ben ik ver
anderd, sinds ik die liederen dichtte?
Maar het is dan toch merkwaardig,
dat ik me in die liedteksten, wanneer
ik ze nu overlees, nog altijd volkomen
herken en er in het minst geen spijt
van heb dat ik ze heb geschreven.
Trouwens, heb ik niet vorige week
nog een lied naar Jesaja 61 gemaakt,
waarin het wéér om vrede, vrijheid
en gerechtigheid gaat? Een lied bo
vendien, dat ik echt niet had hóéven
te schrijven? Ik weet niet, welke con
clusie ik daaruit moet trekken. Ik
hoor blijkbaar nergens thuis. Ik deel
de bezorgdheid van 'links' om de be
woonbaarheid van de aarde, hier en
ver weg, en draag er graag het mijne
toe bij een lied of iets materiëlers
dat daar iets aan kan gebeuren;
maar het zo in- en in-'jeugdige' revo-
lutiedenken en revolutie-élan acht ik
een gevaarlijk soort romantiek. Ik
deel de bezorgdheid van 'rechts' om
de vervalsing van de christelijke belij
denis, maar ik wijs de daar gebruike
lijke beperking van hat heil tot een
subjectieve, spirituele categorie als
onjoods, en dus onchristelijk, af,
om van het nauwelijks verheelde ge
loof in de rechtvaardigheid van onze
politieke status quo maar te zwijgen!
Nee, ik hoor nergens thuis ten
zij bij degenen die lijden onder deze
scheur die dóór de christelijke ge
meente loopt, en onder de scheur
door hun eigen hart en geest. En ik
hoor thuis, hoezeer 'van verre' dan
ook, bij mijn aangevochten mede
christenen in de D.D.R., die onze te
genstelling links/rechts allang te bo
ven zijn, en bij mijn vrienden-mede
schrijvers in de D.D.R., teleurgesteld^
communisten, maar voor het meren
deel communisten nog steeds, bij wie
juist dié vragen boven zijn gekomen,
die wij hedendaagse westerse christe
nen met zoveel geweld onder de tafel
hebben gewerkt: de vraag naar de zin
van een mensenleven, van lijden en
dood, de vraag naar het recht van de
unieke menselijke persoonlijkheid,
en de zekerheid dat gesellschaftliche
Kategorien bij lange na niet toerei
kend zijn om de mens te 'begrijpen'.
Foto: Wubbo de Jong
Ja, ik ben blij dat ik volgende week
weer naar de D.D.R. ga, weg uit dit
bedorven klimaat. Want ik ben er ze
ker van, dat daar heden ten dage
menselijker mensen geboren worden
dan in ons deel van de wereld, onder
hevig als het is aan consumptiedrift
en modezucht, tot in de litteratuur en
de theologie toe. Geboren uit nood en
pijn, zoals ieder 'kind van God'.
Inkonsekwentie
Merkwaardige inkonsekwentie: Dege
nen die de eschatologische uitspraken
over de nieuwe aarde strikt historisch
nemen, denken er niet aan, het ver
haal van schepping en zondeval histo
risch te verstaan. Zou het niet de
overweging waard zijn, beide termen
begin èn einde te onthistorise-
ren? Zoals er aan het 'begin' op z'n
minst een dimensie is, die 'meta-histo-
risch' is, zo is ook het einde naar alle
waarschijnlijkheid niet historisch te
verstaan. Misschien is het zinvol,
waar het over het einde gaat te on
derscheiden tussen de twee perspectie
ven, die in de bijbel piet zomaar met
elkaar in overeenstemming te brengen
zijn: wereldondergang en nieuwe aar
de.
Dat het naar de ondergang toegaat,
hoeft geen mens heden ten dage meer
te 'geloven', wie niet ziende blind
is, ziet het voor zijn ogen gebeuren.
Maar in de nieuwe aarde te geloven
kost moeite, hoe zou het anders?
en in dit strikt reële zin geloof ik
er dan ook eigenlijk niet in. Maar
móét dat dan wel? Is er met de 'nieu
we aarde' in de bijbel wel iets anders
bedoeld dan die voor alle tijden door
God gegarandeerde 'werkelijkheid',
waarin de eer en de heerlijkheid der
mensen wordt ingedragen? Dat móét
toch welhaast meta-historisch worden
gedacht? Te weten, dat al wat door
mensen op aarde de eeuwen door aan
zinvols is verricht zelfs al is het in
zijn tijd aan het Scheitern prijsgege
ven geweest voor ons bewaard is
in Gods toekomst! Het zou wel eens
kunnen zijn, dat met dit perspectief
de mensen in onze tijd méér geholpen
worden om moedig te leven en te
handelen dan met welk krampachtig
geloof in een historische 'goede toe
komst' ook.
Nieuwe aarde
Curieuze bevestiging van wat ik al
eens in mijn eentje heb overwogen
gesprek met Jaap Meijer, altijd boei
end, altijd verrassend, over het escha-
ton.
Hij: 'Geloof jij dan, dat die nieuwe
aarde reëel, materieel vandaag of mor
gen een feit zal zijn?'
Ik, voorzichtig: 'Nou, vandaag of mor
gen zeker niet'.
Hij: 'Dat bedoel ik niet. Geloof jij,
dat überhaupt hier, in het onder
maanse zal ik maar zeggen, dat rijk
van Adonai zich zal openbaren?'
Ik: 'Jij dan niet? Wat probeer jij als
jood mij nu voor spiritualisme aan te
praten? Alsof we daar in het calvinis
me al niet genoeg aan hadden ge
daan!'
Hij: 'En dat gooien jullie weg?! Nota-
bene het enige, wat voor mij als jood
het oude calvinisme interessant
maakt
Ik: 'Ik meen toch, dat we de laatste
vijfentwintig jaar terecht hebben ont
dekt, dat het joodse denken concreet
en specifiek onspiritualistisch is'.
Hij: 'Jullie zijn gek, natuurlijk
gaat het om de spiritualistische
Uberhöhung van het aardse perspec
tief. Toch alleen op die manier kan,
zoals jullie dat zeggen, het heil van
de joden tot de volkeren komen!
Dacht je heus, dat er één jood was
nou ja, dat er één echte jood was, die
het uiteindelijke heil als een puur
aardse aangelegenheid opvatte? Dat
jullie, filosemietische christenen
God beware ons voor jullie! dat
zijn gaan denken, dat is toch de hele
ellende waar wij en waar jullie nu
onder gebukt gaan?'
Ik: 'Hoe zie jij het dan: Dat dat ge
profeteerde rijk van recht, vrede en
vrijheid een uiterste ris, een limiet,
een maatstaf waaraan we gemeten zul
len worden?'
Hij: 'Ja, exact dat bedoel ik. Alsof de
staat Israël, althans het Zionisme, de
frustratie van de Maschiach niet was!
Dat jij en ik zullen worden geoor
deeld naar de mate waarin wij in dat
rijk, dat niet van deze wereld is (zo
als Jezus toch al heeft gezegd), zullen
blijken te hebben gelóófd, dat be
doel ik. En dan heel gewoon met en
tussen de mensen, en alsjeblieft niet
meteen geprojecteerd op mondiale
schaal. Want dat is veel te goedkoop'.
Drs. A. C. den Besten, dichter en es
sayist, medewerker aan de nieuwe
psalmberijming en het liedboek voor
de kerken, schreef dit artikel oor
spronkelijk voor 'De Klokslag', week
bericht van de commissie 'Groot-Zuid'
van de hervormde gemeente van Am
sterdam.
Burgemeester Schakel van
Noordeloos zit in de a.r.-partij
rechts van het midden en dat wil
hij weten. Hij kan overigens heel
goed hebben dat er in zijn partij
mensen rondlopen die anders tegen
de dingen aankijken, hij mag graag
met hen debatteren .want van een
stevige discussie word je alleen
maar beter, zegt hij. Trouwens, in
huize Schakel zelf is het evenmin
koekoek-één-zang, je kunt er
radicale praat, vergezeld van lange
haren, tegenkomen, maar vader
Schakel raakt daardoor niet van
slag. Het Nederlandse hotelwezen
heeft een slechte klant aan hem,
want als hij niet de grens over is
komt de heer Schakel elke avond
thuis, hoe laat het ook geworden is.
En zonder mankeren wordt hij dan
verwelkomd door mevrouw Schakel,
al dan niet in peignoir, en samen
drinken ze een glas wijn alvorens in
bed te stappen.
Dit viste ik verleden week allemaal
op uit het radiogesprek dat NCRV's
Henk Glimmerveen met de heer
Schakel had (alleen dat van die
peignoir heb ik zelf bedacht). Ik
ken de heer Schakel niet
persoonlijk, maar ik vind hem een
aardige man. Het interview werd
rechtstreeks uitgezonden, de vijand
kon meeluisteren, maar
burgemeester Schakel zat volstrekt
ontspannen te praten. Hij sloofde
zich niet uit om gewichtige
volzinnen te bedenken met het oog
op de kranten van de volgende dag
('De heer Schakel verklaarde
gisteravond voor de radio..'), hij
converseerde op losse toon,- en het
was een bijzonder verkwikkende
ervaring een burgemeester annex
kamerlid een verhaal te horen
houden waarin enge woorden als
struktureel, operationeel, relevant
en weet ik wat, schitterden door
afwezigheid. De heer Schakel zat
ook geen moment te zeuren van: als
zij nou maar dit. dan zouden wij
dat..., hij was compleet wat hij is:
een aardige rechtse man.
Die indruk had ik al eerder van
hem gekregen, namelijk toen de
VPRO-televisie bij hem over de
vloer was na zijn terugkeer uit
Mozambique. Volkomen onbevangen
ging hij (en ging ook mevrouw) in
op wat de jongens van de VPRO
hem aanreikten... o ja, hij wilde het
meegebrachte cadeautje voor zijn
Burgemeester Schakel komt te
rug uit Mozambique
door A. J. Klei
vrouw ook nu wel geven als de
heren dachten dat dat aardig was....
Maarten kreeg juist een paar flinke
klapzoenen van zijn wederhelft, toen
bij mij thuis de telefoon ging. Het
was een naaste geestverwant van de
man op het scherm en ik vroeg:
moet jij niet naar Schakel kijken?
Voor de EO? informeerde de ander
gretig. Nee, zei ik, voor de VPRO.
O, die lui proberen natuurlijk hem
voor gek te zetten, was het
commentaar aan de andere kant van
de lijn. - Zo'n opmerking is nou wat
je noemt polariserend: VPRO, dus:
lelijk doen tegen Schakel. En dat
terwijl de VPRO-ploeg zo goed
overweg kon met de gastheer, en
omgekeerd. De knusheid van de
huiskamer wc n het glansrijk van de
ellende van Mozambique en zo
hebben we het toch maar 't liefst,
nietwaar?
Waar ik nu heen wil is dit: hoe zou
het toch komen dat je bij links
nooit zulke aardige mensen als de
heer Schakel tegen het lijf loopt?
Eerlijk gezegd voel ik me niet
volledig thuis in de denkbeelden
van de heer Schakel, ik zit eerder
instemmend te knikken als ik linkse
lieden hoor vertellen wat er hier
allemaal niet deugt en
instemmend te knikken als ze
uitleggen wat er allemaal
veranderen moet, maar diep in mijn
hart hoop ik dan dat het niet
doorgaat wat ze willen, want dat
lijkt me een bar ongezellige boel....
Ik geloof niet dat de heer Schakel
destijds voor de VPRO-televisie en
verleden week voor de NCRV-radio
aldoor bewust aan klantenbinding
zat te doen (al zou hem dit niet
ontsierd hebben), maar hij krijgt
door die uitzendingen vast en zeker
voorkeurstemmen als 't weer zover is.
Hij verkoopt zijn zaakjes goed, door
niet over die zaken te praten maar
door iets te laten meemaken van
zijn eigen wereld. Maar de linkse
mannen verkopen hun affaires
slecht. Ze staan met een zuinig
mondje te praten, ze heffen de
wijsvinger, waarschuwend omhoog,
je hoort ze nooit over hun vrouw,
laat staan over wijn die ze met haar
drinken. Ik denk dat ze zich alleen
haastig wat prikwater ingieten en
dan naar een volgend forumgesprek
draven. Ze redeneren ontzettend
rechtlijnig vcoral als ze ex-
gereformeerd zijn, dan zien ze er
ook uit als iemand die een heel
moeilijke inleiding heeft gemaakt
voor de jongelingsvereniging, en ze
zijn nog doller op principes dan de
door hen afgezworen
mannenbroeders.
Wat me ook hindert is dat deze
mensen vaak zo onduidelijk praten.
Neem VPRO-radio, daar worden de
wonden van onze maatschappij
blootgelegd, alsjeblieft, maar je
kunt bijna niet verstaan wat nou
weer fascistoïde is, het gaat allemaal
zo halfmompelend. Wie ik wel goed
kan verstaan zijn de nette AVRO-
heren van 'In de kaart gespeeld' op
zondagavond, je hoort precies welke
mevrouw opusnummer heeft
aangevraagd, maar ja, daar woel je
geen strukturen mee om. Tussen
haakjes: mijn bewondering voor
AVRO-omroepers kent nauwelijks
grenzen en ik ben nu al benieuwd
naar de speciale eerbiedige woordjes
waarmee ze komend voorjaar op
palmzondag de Mattheus Passion
zullen aan- en afkondigen. En nu
komt het allerergste: als ik al die
bedenkelijke gezichten zie en die
haastige, dorre stemmen hoor, kan
ik soms terugverlangen naar Luns
met zijn bla-bla, die kon je
tenminste het gevoel geven van:
waarin een klein land groot kan
zijn.
Vraag: zijn alle rechtse mensen
aardig?
Antwoord: Neen, geenszins.
Links mag zijn sombere kanten
hebben, rechts heeft ze niet minder.
Wanneer ik daar wat van zeg, blijf
ik in mijn eigen tak van dienst. Je
hebt kerkmensen die te kennen
geven trouw te willen zijn aan
Schrift en belijdenis en die anderen
verwijten dat ze ontrouw zijn. Die
mensen staan als rechts te boek.
Welnu, ik sta telkens weer verbaasd
wanneer ik, via artikelen, brieven of
telefoontjes, meemaak hoe
gemakkelijk deze mensen de
opwekking uit de bijbel om je
naaste lief te hebben als jezelf en
de waarschuwing uit de belijdenis
om 's naasten eer en goed gerucht
te bevorderen, in de wind slaan,
zich er niks van aantrekken.
Bijzonder vlot wordt Iemand
onverhoord veroordeeld, wordt over
een ander smalend gedaan en
worden een derde bedoelingen in de
schoenen geschoven die hij ooit
heeft gehad.
Je kunt je ergeren aan 't gemak
waarmee links allerlei dingen
'fascistisch' noemt, maar een grotere
ergernis is het als ze in de
rechterhoek van de kerk met
minstens zulke onvriendelijke
naamkaartjes gooien. Ik kom dat in
de linkerflank van de kerk
beduidend minder tegen en dat
mogen we niet bagatelliseren met de
opmerking dat ze daar niet zo zwaar
aan de zaken tillen en dus minder
gauw kwaad worden. Want juist als
je wat geschreven staat, serieus
neemt, bedenk je je wel tien keer
voordat je met verwijten aan de
gang gaat.
Maar, tot troost: burgemeester
Schakel is vast niet de énige aardige
rechtse figuur.
T2
-Jol
DE HONGERMAN EN DE PRIN
We gaan de laatste hoofdstukken!
de geschiedenissen van Jakob en 1
binnen. De oude aartsvader is I
en Jozef wordt erbij geroepen. Val
broers horen we niets. De bijzoii
band tussen de vader en deze oi|
zoon van Rachel duurt voort,
neemt zijn beide zonen, Manassl
Efraïm mee. Jakob bereidt zich I
op de ontmoeting met de onderko
van Egypte. Jozef moet hem niet ioe'
gend, als een afgeleefde man, aatr(je
fen, hij gaat dwars op het bed z
zodat het bed ineens meer dan
bed, een troon wordt. Dit gebaar ïN
dersteunt de woorden die hij tot is
zef richt Daar zit de armoedzaaie lijsi
vanwege de honger z'n land heeft Lndi
ten verlaten en daar voor hem ot c
de geslaagde zoon. Om de vader iVi
sfeer van het land, om de zoon va :ls;
van de kuituur, van de stad, vanaarc
hof van de Farao. Maar de vade e c
op de troon. Hij beroept zich 1
voor op iets dat niet gezien word eer
een oud woord, dat nog nooit kra voo
loos geworden is, op een belofte, et c
alleen met een belofte kan een ii si
dit leven aan. Een belofte van ig
hem in Luz en Padan-Aram ged pr
een herhaling van de belofte Ev
Abraham. Een zegenwoord dat het Gei
geleid heeft tot op deze dag van voc
ouderdom. Zonder schroom herïwer
hij de woorden die spreken
vruchtbaarheid, vermenigvuldigd
vele volken. Zijn woorden k<
hierop neer; hij adopteert Manasi C
Efraïm. Hij kan Jozef niet het
geboorterecht geven, d,at is na het
vallen van Ruben en Simeon aatQf
da gekomen, maar hij kan wel 1
een andere weg de bijzondere pl
het dubbele erfdeel, aan Jozef t
delen. Zijn zonen zullen zijn als G
ben en Simeon. Eeen groots geien,
maar niet loos en zonder kracht.
gebaar van een man die dwars
alle aardse grootheid heenziet naafleel
werkelijkheid van God. De bedf c
van de honger uit Kanaan heeft i<
weg te geven, hij adopteert Eglerc
sche prinsen. Een werkelijk gezeit n
mens, niet te breken, niet klei en.
krijgen vanwege de hem verl« ke
grootheid in het geloof. En dat is
morgen zomaar hier en daar en o c:
kan blijken waar te zijn, als mei e
'om een zegen', met Israël, naari It
plek gaan waar deze en andere wa
den gelezen en afgekondigd z in
worden. (Genesis 48, 1-7). nnt
itgt
(ADVERTENTIE)
Waarheid en Eenhei<
Orgaan voor het gereformeerd lev<
Ultg. Karssen, Bodegraven
(vraagt proefnummer)
rkoi
idii
NED. HERV. KERK
Beroepen te Genderen: J. Vin
Valburg; te Bijbam-Bellingwolde
J. Inberg te Britswerd; te Amster
West: J. Vroegindewij te Emmeli
te Nunspeet: P. Vroegindeweij t<
dega (W) te Kootwijk (toez.)
Vergunst te Capellc aan den I 1
die bedankte voor Wijk bij Hei
Aangenomen naar Deventer: K.
sen, hulpred. te Deventer; naai
burg: M. Baan, kand. te Waddini,
die bedankte voor Goudswaard,:
kingen, Meerkerk, Streefkerk,
kwijk en Wouterswoude.
Bedankt voor Leerdam:M J. C.
te Rijssen; voor Huizen: A. Vlii
te Doornspijk".
CHR. GEREF. KERKEN
Beroepen te Deventer: A. Broers^
Goes.
GEREF. GEMEENTEN
Beroepen te Randburg (Z.
N.W. Schreuder te Goes.
GEREF. KERKEN
De mededeling dat ds. W. J. dl
ter te Uithuizermeeden zou ziji
roepen te Burum, berust op een
verstand.
(ADVERTENTIE)
EN
prei
dii
nva
eld
org.
ZIE PAGINA 16en
van deze krant:
GROTE
BOEKEN-
AANBIEDING
KOK
KAMPEN
lm..
Pncli
pkn
li
[ge
gc
Al<