Kunnen de filosofie en de theologie verbonden worden? LODENFREY fSlBlIlfiU Uit de kerkbladen Vandaag Opzienbarende studie van filosoof Ad. Th. Peperzak Trouw Kwartet Israël I Paasdatum Gezinsreformatie Nieuwe boeken TROUW/KWARTET DINSDtAG 23 OKiTOBBR 1973 KERK T2/f door prof. dr. R, Bakker \orig jaar verscheen van de hand van de Utrechtse filosoof Ad. Th. Peperzak een opzienbarende stadie: Der heutige Mensch unj die Heilsfrage. Er is nog weinig aandacht aan geschonken. En toch: we hebben hier te maken met een studie die voor de godsdienstwijsbegeerte een grote stimulans kan betekenen in onze tijd. die voor alles wat met godsdienst te maken heeft nu niet bepaald een opvallen- de belangstelling toont. oorloofde wijze een waterdichte schei ding aan tussen hun geloofsovertui ging en hun filosofie. Terecht oppo neert Peperzak tegen deze concessie aan de tijdgeest. Oppervlakkig Aan onze centrale Interfaculteiten is het onderdeel 'godsdienstfilosofie' de laatste jaren niet erg in trek. Dit fe nomeen zal samenhangen met een toe nemende devaluatie van de christelij ke religie. Het is een onmiskenbaar feit dat wetenschapsfilosofische, soci- aalfllosofische en puur antropologi- sche vragen een grote prioriteit op de godsdienstwijsgerige probleemstellin gen hebben verkregen. Prof. Peperzak heeft Ons met deze godsdienstwijsgerige studie een boek geschonken dat enerzijds rekening houdt met de eisen van een kritisch denken, dat van de autoriteit van overgeleverde normen en gewoonten niets meer wil weten, maar dat ander zijds de zin der religie in ons post christelijk tijdperk ernstig neemt: hij tracht met zijn boek een antwoord te formuleren op de vraag of de christe- ADVERTENTIE LETOP VOOR MODE DIT WERELDMERK Verkoopadressen worden verstrekt door: H. J. J. Hogestijn, Amsterdam, telefoon 710261. elkaar mening vormen in de plaatse lijke kerk verleent deze pas de nodige weerbaarheid tegen de verdelende werking die uitgaat van landelijke verenigingen van kerkleden en van de landelijke kerkelijke pers. Pieterburen ds. M. van der Werff Apartheid De redactie behoudt zich hel recht voor hnar j ter opname In deze rubriek toegezonden me ningsuitingen verkort weer te geven. BIJ pu- bllkatie wordt met de naam van de Inzender ondertekend. Brieven kunnen worden ge- stnurd aan het secretariaat hoofdredactie Trouw/Kwartet, postbus 859, Amsterdam. Lanser De Zuidamerikaanse vakbondsleider Emilo Maspero pleit vnor machtsvor ming bij de arbeiders hier en in de derde wereld in hun strijd tegen de praktijken van de multi-nationale on dernemingen. Lanser heeft toegezegd in Europa concreet aan het werk te gaan op dit gebied. Een aardig begin kan hij en de arbeidersbeweging ma ken door te onderzoeken of de onder nemingen waarin zij werken in no vember a.s. ook meedoen aan de ex porttentoonstelling die de dictatuur Brazilië in Brussel organiseert. Daar kunt u zien hoe goedkoop het voor Europese en Amerikaanse onderne mingen is hier hun vestigingen in te •krimpen of zelfs op te heffen en in Brazilië onder zeer gunstige omstan- -digheden weer op te bouwen. De Braziliaanse mensen hebben er echter geen cent voordeel van; slechts weini gen vinden er werk. de eigen kleine industrie wordt doodgedrukt en de produkten die gemaakt worden zijn enkel bestemd voor de export. Amsterdam Kees van Kortenhof Verontrust (9) De oorzaak van de kerkelijke ver deeldheid moet niet worden gezocht bij theologen, die de vrucht van hun onderzoek bekend maken, maar eerdt'r bij predikanten die die theologen bij eenvoudige kerkleden verdacht ma ken. De eenheid van Christus' kerk in het land kan weer gevonden worden als in elke plaats of buurt alle men sen die daar Christus liefhebben elke zondagmiddag onder leiding van hun plaatselijke voorgangers en onafhan kelijk van landelijke kerkleiders tot gemeenschappelijk gebed en beraad bijeenkomen om alle dingen onderzoe kend het goede te behouden. Het met De Rotterdammer Nieuwe Haagse Courant Nieuwe Leidse Courant Dordts Dagblad Uitgaven van B.V. De Christelijke Pers Directie: Ing. O. Postma, F. Diemer. Hoofdredactie: J. Tammlnga. Hoofdkantoor B.V. De Christelijke Pers: N.Z. Voorburgwal 276 - 280, A'dam. Postbus 859. Telefoon 020-22 03 83. Postgiro: 26 92 74. Bank: Ned. Midd. Bank (rek.nr. 69 73 60 768). Gem.giro X 500. De Nederlandse regering heeft een klemmend beroep op Zuid-Afrika ge daan om een eind te maken aan de vervolging van mensen die zich tegen de apartheid verzetten en om allen die om die reden gevangen genomen of geïnterneerd zijn onvoorwaardelijk vrij te laten. Dit moet op een vergis sing berusten. Want zulke mensen be staan niet. Den Haag Dr. F. C. Dominicus Brazilië en Brussel De volgende maand wordt in Brussel de 'Brasil Export 73 trade fair* gehou den. Brazilië meldt goedkoop te kun nen leveren dankzij een 'stabiel soci aal-economisch beleid'. In het 'alge meen' doopsgezind weekblad van 13- 10-73 staat anderhalve pagina vol met een door de censuur verboden 'Ver klaring van 13 bisschoppen in Brazi lië'. Uit dat stuk blijkt dat Brazilië overduidelijk het beeld vertoont van een ontwikkelingsland waar de rijken steeds rijker en de armen steeds ar mer worden. Daarom geen investerin gen, geen toerisme, geen bezoek aan Brussel, maar ondersteuning van alles wat tegen de junta strijd. Amsterdam D. Veenstra Dzn L.C.G.J. Een mooi einde aan de jeugdvergade- ring der jongeren uit onze kerk! (Trouw-Kwartet, d.d. 16 okt. *73). Ie mand, helemaal niet uit onze kring moet dan aan slot van zo'n bijeen komst 'onze' jongeren bezighouden. Waarom altijd die lui aangetrokken die principieel tegenover ons staan. En dat voor de jeugd. Het verraadt heel de richting van het bestuur der LCGJ. Waarom slaan ze zoveel waar schuwingen in de wind? Ze zullen storm oogsten. Vroeger was dat zo ge heel anders. Bruinisse J. M. de Waal Jezuieten In Trouw-Kw. van 10 okt jl. schreef Aldert Schipper in de rubriek Kerk in de wereld over de Jezuïtenorde. Wil men hem geloven dan zijn dat zulke beste mensen die nog beter worden. Maar de werkelijkheid is ge heel anders. Ik zou hem en allen wil len aanraden de volgende zin uit de Christelijke Ecyclopedie (le druk) uit het hoofd te leren: 'De moraal van de orde, zoals die langzamerhand zich ontwikkeld heeft, is verderfelijk voor de christelijke zedeleer'. le-Exloërmond J. Tipker Kzn. lijke presentatie van het heil de mens van onze tijd nog aanspreekt. Inder daad, als er één probleem is waarmee kerk en theologie zich geconfronteerd weten en waar zij zich permanent mee bezig hebben te houden, dan is het wel de vraag naar de verbinding van het christelijk geloof met het mo derne kultuurpatroon. Het probleem van de overdracht is in onze a-reli gieuze tijd meer dan ooit van belang: het 'to be or not to be' van het chris telijk geloof als eigentijdse vorm van kuituur is er mee gemoeid. Daarom kan een nauwgezette lectuur en een intensieve studie van dit boek een vorm van bevrijding zijn. Uitgangspunt Het antwoord dat Peperzak geeft, legt hij uit met behulp van een filosofi sche methode. Hij stelt zich op het standpunt van de lezer en hij wil zich met zijn lezers onderwerpen aan de methodische eisen van een wijsgerige logica, die naar zijn mening recht doet aan de vrijheid van het denken maar toch tegelijkertijd het voorwerp van zijn behandeling in geen enkel opzicht te kort doet. Hier ligt het waardevolle van zijn pogen: de hori zon van zijn bespiegelingen is voor hem het christelijk geloof in haar to tale omvang, terwijl hij als uitgangs punt en terrein van zijn denken het zelfstandig denken van de moderne mens neemt, die op zoek is naar de kern, het wezenlijke. Peperzak is een leerling van de franse christenfilosoof Ricoeur en heeft onte genzeggelijk de invloed ondergaan van Emmanuel Levinas, de filosoof in Frankrijk die in 1971 in Amsterdam de A. Schweitzer-prijs kreeg op grond van zijn diepgaande studies over de menselijke relaties en vooral om de manier waarop het probleem van de ander werd gesteld. Het is dan ook be grijpelijk, dat de schrijver in zijn boek de invloeden van deze beide denkers verraadt, alsmede die van fi losofen uit de vorige eeuw: Kant, He- gel en Nietzsche. Maar ook verwijst hij naar Plato en Aristoteles en Tho mas van Aquino. Wij vermelden deze filosofen alleen om er zijn intentie mee te belichten: hij wil met de denkstructuren van de klassieke en moderne filosofie het christelijk heils perspectief benaderen. Voor Peperzak kan er geen onover brugbare kloof bestaan tussen theolo gie en filosofie. Hij wijst het fideïsme '(fides geloof) (p. 171-172) met kracht van de hand. Het fideïsme laat geen plaats voor de filosofische argu mentatie waarom de mens zijn heil in iets moet zoeken, dat hem tot aan de drempel der religie brengt. De geschiedenis der kerk toont aan, dat de theologie maar al te vaak de wijsbegeerte als een onbelangrijke aangelegenheid gediskwalificeerd heeft. Maar de wijsbegeerte heeft vaak hetzelfde met de theologische uitgangspunten gedaan. Vele filosofen menen op voorgang van Nietzsche en Heidegger, dat God uit het wijsgerig perspectief verdwenen is en zij achten zich niet gemotiveerd, problemen ten aanzien van de religie en het heil in hun filosofie op te nemen. De schrij ver verbaast er zich over, dat zeer veel christelijke filosofen zich er angstvallig voor hoeden, het christen dom in hun filosofie ter sprake te brengen zij brengen op een z.i. onge- Deze studie valt in drie delen uiteen: I. vraag. II Een weg tot het heil? III. God? IV. Het kwaad én de vrede. De vraagstelling (I) kwam reeds aan de orde. Wat de betrokkenheid van de heilsvraag op onze tijd betreft, deze kan positief zijn als men radicaal af rekent met bepaalde theorieën en op vattingen uit het verleden die vaak nog als identiek met het heil worden gesteld. Oppervlakkig is eveneens de nóg veelal onder ouderen levende ge dachte, dat het christelijk geloof op één lijn dient te worden gesteld met de leer en het leven van de kerk. Met verbazing constateert de schrijver dat men nog in vele gevallen hardnekkig vasthoudt aan reeds lang achterhaalde opvattingen op het gebied van de mo raal en de sex, waarbij het vereiste onderscheid tussen wezen en verschij ning niet wordt doorzien. Tegenover de autoritaire posities van de kerk en de clerus stelt de schrijver de heden daagse 'demokratische Gesinnung' waardoor men in het Evangelie nieu we mogelijkheden kan ontdekken en verwerkelijken. In het tweede deel gaat de schrijver in op de mensbeschouwing, die in zijn visie van het heil richtinggevend is. Het mens-zijn wordt gezien als een onderweg-zijn en kennelijk in navol ging van Levinas gekarakteriseerd als verlangen. Verlangen schijnt, aldus Peperzak, met datgene overeen te ko men waarnaar wij op zoek zijn (p. 84 w.) Na een omstandige analyse van het verlangen concludeert de schrij ver dat het menselijk verlangen een taak vertegenwoordigt: we moeten le ren in concrete aan het verlangen zo danig gestalte te geven dat het corres pondeert met ons mens-zijn. Het heil is het eigenlijke en definitieve doel van het verlangen. Nog steeds geeft de auteur ons geen afgeronde defini tie van het heil omdat het wezenlijke en beslissende slechts in en met ande re werkelijkheden van de wereld en het leven gevonden en gedacht kan worden (p.123) Maar'gesteld dat alle aspecten van het verlangen aan bod zouden komen, dan zou men op zijn best een gehele filosofie van de mens moeten schrijven. Daarom trekt Pe perzak enige lijnen die schematisch enkele vormen van ik-centrische ver vulling en bevrediging aangeven. Ik-centrisch Interessant is zijn poging, deze ver schillende vormen als momenten van het menswordingsproces te ontwikke len. Achtereenvolgens worden de Ik- posities van de vrije mens besproken waarin hij als heerser van de wereld optreedt in een volstrekt soevereine eenzaamheid. Maar kan de eenzaam heid volle bevrediging schenken? Kan een egoïstische samenleving dit? We dienen eens na te gaan hoeveel vari anten van een op het ik betrokken le vensproject mogelijk zijn. Ook een be schouwelijk, bezinnend denken dat de dingen in hun wezen en verschijning niet schaadt, maar ze als object van het denken en kennen vanzelfspre kend aanneemt, kan een expressie van een ik-centrisch levensontwerp zijn. De omtrekken van het ethisch denken van de franse filosoof Levinas worden scherp geprofileerd: sinds Socrates is het West-europese denken een denken geweest waarin de andere aan het Ik werd geassimileerd. Begrijpen is grij pen (comprendre-pendre). Socrates Prof. dr. A. Th. Peperzak geldt als de filosoof die de mens op de voorgrond plaatste: bomen kunnen mij niet leren, alleen de mensen. Maar wat deed Socrates? Hij liet in een voortschrijdende dialoog de men sen zeggen wat hij wilde dat zij zou den zeggen. De ander was geen ver rassing voor hem. Hij had het denken van zijn leerlingen gelijk gemaakt aan de onpersoonlijke norm van de alse- meen menselijke rede Levinas stelt tegenover de egonomie (de eigenwettelijkheid) de heterono mie (de wet van de ander). Wanneer de ander binnen mijn horizon ver schijnt, die mij kan gebieden of ver bieden. of wanneer ik in de ogen van de ander lees: 'gij zult niet doden' of wanneer de ander op mij afkomt en van mij gastvrijheid en gerechtigheid vraagt, is er sprake van heteronomie. Het is de ander, die het beslissend kriterium uitmaakt van de waarde van alle zelfverwerkelijking en cul tuur. Dan wordt de ander niet langer ingekapseld in de sfeer van mijn ik. maar de ander is de essentiële voor waarde van mijn zelfverwerkelijking. Met betrekking tot de ethiek betekent dit, dat wij aan de ander de wereld, waarop hij aangewezen is. ter beschik king stellen, dat wij hem gastvrijheid verlenen. De ander spreekt mij aan, hij legt mij zijn wet op. Dan is niet langer mijn waarheid eigenmachtig, maar de waarheid van de ander, want het blijkt dat ik de gebiedende waar heid van de ander niet in mijn denksysteem kan opnemen en onder brengen. Maar dit wil ook niet zeg gen, dat de zelfstandigheid van mijn Ik verdwenen is, integendeel: in de dialogiek blijft de ik-positie noodzake lijkerwijze bewaard. Want wil ik de ander kunnen bereiken, wil ik met hem of haar gemeenschap hebben, zal ik in absolute zin mijzelf moeten zijn. Vraag naar God De schrijver gaat van de onderstelling uit, dat de vraag naar het heil in principe- een vraag naar God is. De mens richt zijn verlangen op iets dat boven zijn ik, de ander, de kosmos, kuituur en ethiek uitgaat. Het is het zijn zelf van de mens, dat ieder mo ment gerealiseerd moet worden. Het ligt in het zijn van de mens opgeslo ten dat het een heil zoekt, dat blij vend is. Het geluk moet mogelijk zijn, en daarom moet ook de mogelijk- heidsvoorwaarde van dit geluk een werkelijkheid zijn (p.193,194). Zo wordt God noodzakelijkerwijs de voor onderstelling van ons verlangen. Men kan zich afvragen of dit stand punt geen vlucht in de Romantiek vertegenwoordigt, waarbij men het eindige zoekt te overwinnen door zich over te geven aan het Oneindige of het Al-ene. Of door het leven slechts als een voorspel te beschouwen en uit te zien naar een God die 'na de dood' zal verschijnen. Peperzak wijst deze gedachte van de hand: het gaat niet om het eindige op zichzelf noch om het Oneindige op zichzelf: het gaat om de oneindigheid van het eindige, d.i. het gaat er om, het^ eindige in zijn oneindige waarheid auserieux te nemen, het geschonkene als geschon ken te ervaren en daarmee de Gever in dankbaarheid en vertrouwen als zo danig te erkennen. Houdt men vast aan de oneindigheid van het mense lijk verlangen, waarin het zijn van de mens verankerd ligt, dan blijft de hoop een onuitroeibaar perspectief, dat op Gods inwerken moet worden teruggebracht. Deze studie beweegt zich binnen de wijde grenzen der filosofie. Het on derscheid tussen filosofie en theologie vervaagt: de eigen dimensie van het theologisch denken wordt in dit werk stuk niet aan het licht gebracht. We zijn de schrijver dankbaar dat hij een poging gedaan heeft de kloof tussen theologie en filosofie te overbruggen. Maar we voegen er onmiddellijk aan toe dat deze verbinding gaat ten koste van het eigen en qualitatief-andere karakter van het object van het theo logisch denken. Zo wordt het centrale begrip, het heil, binnen het wijsgeri ge raam geanalyseerd. Op pag. 77 spreekt de schrijver van een 'goede' theologie. Maar wat is dat? Zijn niet alle theologieën relatieve uitdrukkin gen van de christelijke Openbarings- waarheid? Schrijver bedoelt een theo logie die maximaal toegankelijk is voor wijsgerige doordenking. Deze godsdienstwijsgerige studie zal stellig het denken over de fundamen tele vragen der religie stimuleren en activeren. Maar het boek zou aan sub stantie gewonnen hebben, als de be grippen scherper vanuit hun context waren omlijnd. Voorlopig zie ik de theologische faculteit nog niet in de centrale Interfaculteit opgaan of om gekeerd. Prof. Bakker is hoogleraar in de wijs begeerte aan de rijksuniversiteit te Groningen. NATIONALISME Onze gevoelens ten opzichte van e| land en de volken der wereld won in deze dagen op een kleine proef steld. Eigenlijk begon het al eer<(: met die kwestie van Ternaaien. H en daar gingen al stemmen op oi i 'die Belgen'. De demonstraties Zuid-Limburg hoe terecht ook krej bijna onvermijdelijk ook iets van nationalistisch tintje. Dat gebeurt gemerkt en bijzonder snel. Ik betr te me op enige wrevel bij het hoi J van de naasting van het aandeel de Dutch Oil bij een Irakese oliema schappij. De nieuwslezer had het zi 1 over een straf die Nederland daa:11 van de zijde van de Perzen mo treffen voor hun sympathie voor raël-. Algerije had al eerder de ol'f kraan dichtgedraaid voor Nederlani afnemers. 'tMag allemaal zo'n va niet lopen, maar 'tis toch wat. kan hier en daar gemakkelijk verkeerd vallen en dan heb je de pi pen aan 't dansen. Moeten IWe op d j gelijke zetten tegenzetten deen? noem maar wat, alle werknemers Arabische landen terugsturen, in geest van: krijgen we jullie olie nfcu dan kunnen jullie ook je mensen i|ia houden? Natuurlijk, we hebben zelf hier gehaald en we zitten blijkbaar om verlegen, dus andéo motieven zullen ons wel weerhoudjw; van tegenmaatregelen. Maar zouden ook zonder die andere motieven udi blijven? En toch moet dat. Want v|te hebben mensen te maken met de slissingen die door machten erge m aan de top worden genomen? Wij zo den het ook als hoogst onrechtvaarö beschouwen als we alleen op ons p poort ergens ter wereld gediskrin neerd zouden worden. Moeten we de onverantwoordelijke daden i president Nixon de Amerikanen i de nek aanzien? We moeten juist dit punt wijzer worden. Ik hoor jui dat er op de berg Hermon man tegi man gevochten wordt. De meest i schuwelijke situatie: onbekende m tegen onbekende man. Man die gei vlieg kwaad zou doen tegen man d geen vlieg kwaad zou doen. Allee omdat ergens besloten is dat ze elke zullen proberen af te maken. In oni L< wereld zit een groot stuk volkome lij waanzin dat er alleen uit kan rake door werkelijk wijs te worden. Do: de wijsheid van de openheid en i1 nederigheid. Tegenover de dwaashei hc van voor de hand liggend nationalise me en zulke enge dingen meer. NED. HERV. KERK Beroepen te Delft: E. F. Vergunst Capelle a.d. IJssel. GEREF. KERKEN Aangenomen naar Bergum: P. L. Smilde te Hilversum; naar Enschei Haaksbergen: II. Favier te Zierikze die bedankte voor Hoorn. Bedankt voor Amstelveen-Buitenvi dert: H.A. van Bottenburg te Voo burg. Praeparatoir geëxamineerd en beroe baar verklaard: Mej. J. S. M. Venen (werkzaam in 'Meer en Bosch' Heemstede, neemt geen beroepen overweging). Overleden: R. Bakker (62) em. Zwolle. Stond te Zwaagwesteinde was vervolgens legerpred. CHR. GEREF. KERKEN Bedankt voor Dordrecht-Centrum: C. Tanis te Sliedrecht-Centrum. GEREF. GEMEENTEN Beroepen te Dordrecht: R. Boogaai te Leiden; te Zaandam: Ch. V.d. Poe te Yerseke; te Gorinchem; J. van Hai ren te Amersfoort. Bedankt voor Oudemirdum: C. Hep man te Tholen. Kreisky (3) Collega Hoekert vindt dat ik niet eer lijk ben als ik spreek over het 'an nexeren' van voormalig Arabisch grondgebied door Israël. In hetzelfde nummer van Tr.-Kw. 15-10 pag. 5, staat echter te lezen: 'Officiële Israëli sche publicaties onderstrepen dat met uitzondering van het oude Jeruzalem geen van de gebieden die Israël in 1967 bezette geannexeerd is'. Het Is dus in ieder geval duidelijk dat er Arabisch grondgebied geannexeerd is, en dat mijn uitlating allerminst voor barig of te gemakkelijk is geweest. Behalve het hier genoemde oude Je ruzalem kan men wijzen op tal van vestigingen, die dan officieel nog wel ToyQ Öl TT niet met het woord annexatie worden J-öI C*CI II Israël is uiteraard een van de onder werpen die deze week in d)e kerkelij ke pers grote aandacht ontvangen. In Hervormd Utrecht schrijft de Utrecht se citypastor J. van der Werf over de oproep van het hervormd moderamen voor voorbede voor vrede dn het Mid den-Oosten. 'Deze brief van het syno de-moderamen ds wat men zou kunnen noemen een ordentelijke brief. Men probeert iets te zeggen en men kiest geen partij. Maar juist dat laatste punt is het punt waarom ik de brief naasit me neer gelegd heb. Want wij zullen moeten kiezen. Wij kunnen niet anders. In de eerste plaats kiezen voor Israël. Daarbij gaat het er ndet om dat we het joodse volk gaan verheerlijken. We hoeven niet te proberen om het optreden van de staat Israël op alle mogelijke manieren goed te praten. De vraagstukken rondom de Palestij- nen zijn er levensgroot. Maar we moeten ook niet de rol wil len spelen van de beste stuurman, diie niettemin aan wal staat. Israël heeft geen enkel vertrouwen gehad in de garanties van andere landen. Israël heeft de bezette gebieden niet terug gegeven, omdat het wist dat deze ge bieden bufferzones zouden kunnen zijn in de volgende slag. De gebeurte nissen hebben Israël gelijk gegeven'. Uit: Temoignage Chrétien. niet met het woord annexatie worden aangeduid, maar waarvan de status de-facto wel degelijk daarop neer komt. Een loze kreet is het dus helaas allerminst. Amsterdam H. de.Nie Herv. Pred. RECTIFICATIE Het Ingezonden stuk van de heer C. P. Klap over de CHU bevatte een sto rende zetfout. De heer Klap bedoelde te zeggen: 'De CHU heeft zich toch werkelijk niet als een oppositiepartij gedragen (de NRC sprak van een se- mi-oppositie), maar mag toch bij een ingenomen standpunt blijven.' In De Bazuin geeft Luc. Grollenberg blijk van een duidelijke andere me ning. Nederland is voilgens hem on juist geïnformeerd door schrijvers als Leon Uris en anderen. Grollenberg: 'Nu staat Nederland weer vrijwel ge heel 'achter Israël'. Minder bewogen als toen misschien, maar niet minder beslist. Slechts weinigen hebben zicht op datgene, wat onvoorwaardelijke steun aan dit zionistische Israël in houdt: dat men meedoet aan het be stendigen van agressie en geweld, en dat men een voortdurende toestand van oorlog helpt in stand houden, oorlog op oorlog'. Grollenberg concludeert dat er nog een ander Israël is. 'Als men in Nederland werkelijk iets voor de joden voelt, dan wordt het hoog tijd dat men die van 'het ande re Israël' aan het woord laat Alleen wat zij willen is haalbaar. Met de Pa- lestijnen komen zij op voor een mo derne democratische staat, waarin burgerrecht niet meer samenhangt met afkomst, ras of godsdienst Een staat ook, die niet meer met een dik ke navelstreng aan de Verenigde Sta ten vastzit, maar deel uitmaakt van de Arabische wereld. Waarom zou die niet Palestina heten? Sinds Herodotus wordt het land zo genoemd en grote joodse schrijvers als Flavius Josephus en Philo van Alexandrië aarzelden niet die naam te gebruiken voor het land hunner vaderen. Zouden wij ons solidair verklaren met dat 'andere Israël', de anti-zionistische joden, dan voorkomen wij ook frus traties. Want voor de Arabieren is de strijd met Israël een bevrijdingsoorlog, gericht tegen koloniaal geweld. Wat moeten we verwerken, wanneer wij met bevrijdingsbewegingen elders in de wereld sympathiseren en alleen in dit geval de zijde der verdrukkers kie zen?' In Ter Herkenning, tijdschrift voor christenen en joden wordt overwogen of het juist is, de paasdatum vast te zetten. Het artikel, van H. J. van Og- trop, concludeert: 'Wil men de paasdatum veranderen dan mag dat niet zonder Israël in het gesprek te betrekken. Pasen is de dag die heel ons leven dient te ordenen. Dat een vaste paasdatum voor het eco nomisch leven zo handig zou zijn is een argument dat waar het over een kerkelijke kalender gaat geen enkele zeggingskracht heeft. Israël heeft zijn eigen dagen gehandhaafd als een zinvol protest tegen alle mach ten die ons hele leven regeren. De wisselende paasdatum is nog het eni ge spoor van de joodse maankalender in onze christelijké kalender. Een kerk die zich nog veel te weinig gelegen laat liggen aan de band met Israël en die nog zo veel van Israël moet leren mag wel erg voorzichtig met dit gegeven omgaan. Het gaat volgens de Schrift waar het de tijd aangaat niet om een neutrale reeks van 'uren, dagen maanden, jaren' maar om een geschiedenis van God met de mensen. En waar God zijn sporen heeft gezet in onze geschiede nis daar zal geen mens die uitwissen'. In Opbouw schrijft redacteur J. Meu- link' dat hij een nieuw soort hotel heeft ontdekt. Hij kent reeds motels en botels. Maar er zijn ook wotels, waarin iedereen leeft alsof het een hotel is. 'Het huis is 'n hotel geworden, waar ze in en uitlopen, slapen, soms ook eten en waarin verder iedereen zijn weegs gaat. De contacten tussen ouders en kinderen zijn schaars geworden. El- kaars taal begrijpen ze steeds minder. Het huis is een soort hotel geworden. Het hotel heeft zijn intree gedaan'. De schrijver constateert dat er een ge zinsprobleem is. 'Kuyper heeft eens gezegd, dat in het gezin de wortel en de kiem ligt van heel het maatschap pelijk leven. Nu is dat wat overdre ven uitgedrukt, maar wel is waar, dat het gezin als opvoedingsinstituut on vervangbaar is. Geen kerk, geen school, geen jeugdorganisatie en vast geen bar of bioscoop kan het gezin vervangen'. De heer Meulink besluit zijn artikel: 'Het gezin is een gemeenschap waar onderlinge liefde en hulpbetoon ken merkend zijn. Wanneer wij dat zo overzien, en ik noem maar enkele fa cetten, dan zullen wij moeten erken nen, dat aan ons gezinsleven nog al het een en ander mankeert. Het is ge makkelijk de jeugd zelf aansprakelijk te stellen of de omgeving, of de kerk of wie dan ook. Op vele jongeren is heel wat aan te merken. De kerk is wel eens in gebreke en heeft niet al tijd voldoende oog voor de problemen van onze jeugd. Maar zullen we niet beginnen bij een reformatie van ons eigen gezinsleven?' Josef C. Grund Zuidtirol is me( dan één reis waard. Uitgeverij: Ou Huis Utrecht. Prijs: 22,50 Grund beschrijft dit begenadigde v< kantiegebied, dat tevens cultureél-tó torisch een van de boeiendste streke van centraal-Europa is sinds oudste tijden was het al een doortrel gebied op een manier, die de mil delmaat van vele reisgidsen te bovfl gaat. Z'n kenschets van dit alpenland, m' Reschen- en Brennerpas, met oude Bozen, met een rijkdom kerkjes, burchten en drooomdorpjei is uitermate lezenswaard. Niet alle*1 vanwege de anecdotische inslag, mt en passent verwijzing naar sagen overleveringen en daarbij historisch uitstapjes, maar ook omdat hij bij z': lofzang uitermate informatief is ingf steld. De uitgave, met veel foto's i onderverdeeld in onder meer de vo gende hoofdstukken: 'Langs de Etscl naar Merano Merano en omgeving' In de Passeier met do Eisacj naar Brixen, Bozen en omgeving het Pusteltal. De antichrist door Friedrich Niet sche. Uitg. Arbeiderspers, Amsterdatt Kattengat-reeks 114 pag., prijs ƒ9.55 Nieuwe vertaling van Nietzsche's kende 'boek voor een minimale m'5 derheid' door Pé Hawinkels, in ee: typografisch zéér verzorgde uitgave. Geniet het leven door P. J. F. D» puis. Ondertitel: man, vrouw en sext aliteit. Uit. Ten Have, Baarn, 221 pa? prijs 16.50. Aan dit nieuwe boek vat de bekende Rotterdamse arts is in oni blad van 28 augustus jl. al uitvoeril aandacht besteed. LI Di

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1973 | | pagina 2