IN Bü SINAI
RAAK JE AAN
DE BRON VAN
JODENDOM EN
CHRISTENDOM
Joods denken reddende factor?
0
1
Vandaag;,
Trouw
Kwartet
KOLi'Nv»v w
KERK fUV
door dr. N. J. van Eikema Hommes
Schrijver dezer artikelen had dit
voorjaar het ongekende voor
recht tot tweemaal toe te toeven
in de Sinaï met als doel een be
zoek aan het wereldberoemde
klooster Sancta Catliarina, waar
in «le vorige eeuw de Duitse ge
leerde en kenner van bijbel
handschriften, Constantin Ti
schendorf, de ontdekking van
zijn leven deed. nl. de Codex Si-
naïticus, die met de Codex a-
ticanus tot vóór de vondsten bij
Qurnran, tot de oudste bijbel
handschriften behoorde
Het is precies een halve eeuw geleden,
dat ik als jong student in dc theologie
voor het eerst hoorde van en las over
de Codex Sinaïticus en geboeid werd
door hel fascinerende verhaal, hoe
Tischendorf in mei 1844 als door een
wonder en juist op het nippertje daar
in het beroemde klooster Sancta Ca-
tharina, door Keizer Justinianus (6e
eeuw) met vestingmuren omringd, het
eerste fragment van deze beroemde
Codex ontdekte en redde van een on
herstelbare en radicale ondergang.
Het fragment lag temidden van een
hoop andere oude perkamenten in een
grote mand. waarvan de inhoud aan
de vlammen zou worden
toevertrouwd, zoals reeds kort
tevoren, naar dc schokkende
bekentenis var. de bibliothecaris aan
Tischendorf, tweemaal was gebeurd!
Tischendorf is later nog tweemaal
naar het Sancta Catliarina klooster
gegaan en wel in de jaren 1853 en
1859.
Terwijl het laatste sprankje hoop. dat
hij nog ooit iets maar zou vinden van
het fragment uit 1844. was gedoofd en
hij reeds zijn Benoemen met hun
dromedarissen bevel had gegeven zich
reisvaardig te maken naar Cairo, valt
hem dan op 7 februari 1859 geheel
onverwacht van wat hij zelf heeft
genoemd de 'parel van al zijn
nasporingen' in de schoot: heel het
oude testament en het nieuwe
testament compleet in het Grieks met
daaraan toegevoegd, de beroemde
brief van Barnabas en een deel van
de Herder van Hermas, twee zeer
belangrijke geschriften uit de tijd van
de zogenaamde apostolische vaders, de
oudste schrijvers na de apostelen, van
grote betekenis voor de geschiedenis
van het oudste Christendom.
Toen ik mij. een halve eeuw geleden
als een padvinder, ja eigenlijk nog
maar een welp. aan deze wereld van
historische ontdekkingen overgaf,
droomde ik van een bezoek aan dit
beroemde klooster Sancta Catharina
Wat ik toen droomde, is nu realiteit
geworden. Ik was in het klooster aan
de voet van de berg Sinaï. Ik
doorleefde opnieuw de reizen en
ontdekkingen van Tischendorf!
Hoe is het reizen door de Sinaï
gewijzigd sinds Tischendorf er voor
ruim honderd jaar met zijn
Bedoeïnen en pakezels doortrok in
vermoeiende en uitputtende
dagreizen! Sinds de zesdaagse oorlog
in 1967 heeft üe staat Israël de Sinaï
op een verbluffende wijze voor het
toerisme opengelegd.
Niet ver weg van het
Catharinaklooster is een vliegveldje
aangelegd, waar nu elke dag de Arki^
Israëls binnenlandse luchtlijn, vanuil
Tel Aviv, via Eilat, vliegtuigen vol
toeristen heenbrengt. Niet alleen
christenen uit de hele wereld, maar
vele joden uit de staat Israël en uit
de 'verstrooiing' maken iedere dag
deze trip door de Sinaï mee, want
volgens een eeuwenoude traditie is
het beroemde Catharinaklooster.
gebouwd op de Catharinaberg
(2602 m). waarvan de lagere
voorhoogten en grenzen aan de Djebel
Musa, dc Mozesberg (2224 m). Daar is
God aan Mozes verschenen en
openbaarde Hij aan zijn knecht de
Tien Geboden.
Daar zag Mozes de brandende
braambos en hoorde hij de stem van
God.
Bestaan
Nu nog kunnen de bezoekers in het
klooster een boomstruik zien, waar
eens de brandende braambos zou
hebben gestaan. De huidige 'kinderen
Israëls' en niet alleen zij, kijken daar
wat sceptisch tegen aan.
Wat joden en christenen hier in de
Sinaï verbindt is het besef, dat
volgens een gewijde, eeuwenoude
traditie de openbaring van God tot
Mozes is gekomen en dat de bouw van
het klooster gestalte en uitdrukking
heeft willen geven aan deze gewijde
traditie.
Zeker, het behoort tot de 'verlichting'
van onze tijd met zijn keihard
atheïsme en de 'God-is-dood-theologie',
dat men alle openbaring als naïeve
achterlijkheid uitbant. Zo zijn er
schrandere koppen, die beweren, dat
een sluwe Mozes zich achter een God
heeft verschanst, die helemaal niet
bestaat, om aan het volk, dat hij
aanvoerde, grondregels van
individuele en sociale hygiëne in te
stampen.
Er is één feit, dat geen verlichte
atheïstische interpretatie uit onze tijd
kan loochenen: HET BESTAAN DER
TIEN GEBODEN!
Traditie Mozesberg
Eeuwenlang heef'c men gedacht, dat
de monniken van het
Catharinaklooster de traditie van de
Mozesberg in het leven zouden
hebben geroepen. Het omgekeerde
staat nu vast.
Deze monniken zijn niet geweest de
scheppers van de Mozesbergtraditie,
maar het klooster heeft veeleer zijn
ontstaan te danken aan een reeds lang
bestaande gewijde traditie, die de
Mozesberg noemde en vele pelgrims
naar de Sinaï trok. Vast staat, dat
reeds ongeveer in het jaaar 400
(dat is dus een 150 jaar voor de
bouw van het Catharinaklooster!)
velen naar de berg Sinaï of Horeb (de
dubbele benaming van de Godsberg is
nog altijd een onopgeloste zaak)
trokken.
Reisverslag uit ca. 400
In 1884 deed men in een Italiaans
klooster een verrassende ontdekking
en wel van een reisbeschrijving van
een voorname non uit Galicië. die
ongeveer rond het jaar 400 een
pelgrimage maakte naar de
Mozesberg. Zij heeft daarvan een
beeldend en uitvoerig verslag voor
haar medezusters gemaakt, in het
toenmalig volkslatijn. Zo vertelt zij
daarin, dat op do plaats van het
braambos vele kluizen van heremieten
stonden. Tevens vertelt zij. dat er een
kerk stond met een tuin er voor en
dat daarin het braambos was.
Of dit de kerk was,'door de moeder
van keizer Constatijn, Helena
gebouwd, is niet zeker. Wel zal ze aan
Maria gewijd zijn geweest.
Mystieke theologie in de oude kerk zal
al vroeg het brandend braambos, dat
niet verteerde als een symbool van
Maria, wier maagdelijkheid niet
verteerde ondanks haar moederschap.
De non Aetheria bewijst in haar
reisverslag dat zij een goede
vertelster is. Zo beschrijft zij met
welbehagen en geestdrift, hoe zij
omringd door kluizenaars en gesterkt
door hun voorbedes, de Godsberg
bestijgt.
Uit het verhaal van de non Aetheria
blijkt, dat er rondom het jaar 400 in
de bergwereld van de Sinaï reeds een
soort 'broederschap des gemenen
levens' van kluizenaars bestond. Voor
deze kluizenaarskolonie is dan een 150
jaar later een ommuurd klooster
gebouwd, dat tevens de functie had
van een militair bolwerk, hetgeen nop
duidelijk te zien is.
Justinianus als bouwer
Wij weten niet precies, wanneer het
klooster met de geweldige
vestingmuren is gebouwd. De huidige
bezoeker leest nu boven de ingang van
de poort een Inscriptie in
het Grieks en Arabisch van de
volgende inhoud: 'Dit heilige klooster
van de berg Sinaï, waarop God tot
Mozes sprak, werd gebouwd door de
vrome keizer Justinianus lot zijn en
tot die van zijn gemalin Theodora
eeuwige gedachtenis en hij stelde in
het jaar 6C21 na Adam in het jaar 527
n. Chr. een abt met de naam Doulas
aan. Deze inscripties stammen uit de
12e eeuw. Het vermelde is historisch
onmogelijk In het jaar 527 werd
Justinianus pas keizer.
Vele historici stellen het bouwjaar
van het klooster in het jaar 557. In
elk geval moet het gebouwd zijn
tussen 548 (sterfjaar van keizerin
Theodora) en 565.
Men heeft nl. twee e:t voto's ontdekt
op de oorspronkelijke dekbalken van
de kloosterkerk. De ene met de
inscriptie: 'Tot heil van onze vrome
keizer Justinianus'. De andere luidt:
'Tot aandenken en voor de zielerust
van onze gestorven keizerin
Theodora'.
De keizerin stierf in het jaar 548.
Het klooster is in elk geval
dus gebouwd tussen de jaren 548-565.
Al diende het meteen tot woon- en
wijkplaats van de kluizenaars, primair
was het door Justinianus bedoeld als
een militaire vesting, waarin de
keizer de zogenaamde limitanci de
grensgarnizoenstroepen legerde tegen
de door hem onderworpen Saracenen,
zoals Prokopius, van Caecarea,
Byzantijns historicus en tijdgenoot
van Justinianus. die o.a. een werk
schreef over de bouwwerken van de
keizer, ons verhaalt.
Heilige Catharina
Een weelderige fantasie rond de
antithese tussen christelijke
ingetogenheid en heidens liberalisme
heeft haar verwekt en gevoed.
Catharina. een heilige maagd uit
voorname kring in Alexandrië. zou
keizer Maximianus of Maxentius
openlijk vermaand hebben om zijn
liederlijke levenswandel. Niet tegen
haar geleerdheid en zedelijke ernst
opgewassen, ontbood de keizer vijftig
geleerden om met Catharina te
disputeren.
In stee van haar te verslaan, werden
deze vijftig wijze mannen door de
overtuigingskracht van Catharina alle
tot bekering gebracht.
De keizer in woede ontstoken,
veroordeelde de vijftig wijze mannen
tot de brandstapel. De heilige
door dr. C. Rijnsdorp
Prof. dr. J. M. Hasselaar (geb.
1917) volgde in 1971 Van Ru-
Ier als hoogleraar aan de Rijks
universiteit te Utrecht op. Hij
was reeds diens medewerker
geweest. Hasselaar (is kri
tisch) bewonderaar en kenner
van het werk van Eugen Ro-
sentock-Huessy 1888-1973),
een veelzijdig Joods denker,
die in oktober 1933 naar' de
Verenigde Staten uitweek en
ook daar als hoogleraar werk
zaam is geweest.
Uit dankbaarheid voor de verdie
ping die Hasselaar door het denken
van Rosenstock voor de eigen theo
logische arbeid heeft ervaren, heeft
hij een tamelijk uitvoerige studie
aan deze 'veelzins onbegrepen en
daarom vergeten denker' gewijd.
Het boek heet Inleiding tót het den
ken van E. Rosenstock-lliiessy; het
is uitgegeven bij Ten Have N.V.
Baarn met steun van dc Nederland
se Organisatie voor Zuiver Weten
schappelijk Onderzoek (ZWO) te 's-
Gravenhage, Het telt 291 dichtbe
drukte bladzijden en kost f 18.90.
Prof. Hasselaar hoopt dat jonge the
ologen zich intensief met Rosenstock
zullen gaan bezighouden. De theolo
gie heeft al geruime tijd te maken
gekregen met psychokgie en ziet
zich de laatste jaren ook geconfron
teerd met de sociologie. Rosenstock
heeft zich ingezet voor een integra
tie van psychologie en sociologie
binnen dc theologie. Als gelovig chris
ten uit het oude volk staat hij dicht
bij de geest van de bijbel als Joods
boek en is hij minder afhankelijk
van de westerse theologie. In die
zelfde lijn ligt zijn onafhankelijke
opstelling ten aanzien van het wes
terse geleerde specialisme en de uni
versiteiten zoals die zich in de wes
terse wereld hebben ontwikkeld. In
de beide wereldoorlogen die de
kracht hadden van wereldrevoluties
hebben de Duitse universiteiten
naar Rosenstocks mening gefaald. Ze
zijn vakscholen gewrrden in dienst
van het bestaande en zijn belangen.
De grote afwezige daar is.... Paulus.
d.w.z. betreurd wordt, het verloren
gaan van een visie op de toekomst
en op de geschiedenis. Als de maat
schappij opnieuw moet worden op
gebouwd. dan kan geen groep, geen
klasse en geen vakwetenschap alléén
iets volbrengen.
Want het is de toekomst die Rosen
stocks leven en denken geheel in be
slag neemt. Vóór alles wil hij daar
bij dienen. Zijn blik is steeds ge
richt op iiet gemeenschappelijke, zo
wel in de wetenschap als in het da
gelijks leven. Zo komt hij tot zijn
eigen vorm van sociologie. Want één
der gespecialiseerde groep, één fa
culteit kan aan de nood der tijden
niet het hoofd bieden, maar is veel
eer zelf een uitdrukking van die
nood.
Hasselaar zegt: 'Rosenstock wordt
doodgezwegen, cmdat hij weten
schappelijk. b.v. als historicus en so
cioloog, niet te plaatsen is' (17). Het
is ook mcoilijk te oordelen over ie
mand die theoloog, socioloog, taalfi
losoof en cultuurhistoricus in één
persoon is en boven eigen gedachten
ontwikkelt over de pedagogiek. De
renaissance kende het ideaal van de
alzijdige mens. waaraan b.v. Leonar
do da Vinei tot op grote hoogte be
antwoordde. Bij de ontwikkeling van
dc afzonderlijke wetenschappen kon
dat univcisalitcits-ideaal geen stand
houden.
De romantiek bood een schijnoplos
sing door hot inschakelen van de ge
niale intuïtie, wat ook het ontwer
pen van grote filosofische systemen
in de hand werkte. In dit klimaat
kan men b.v. denken aan Goethe,
bij ons een beetje aan Bilderdijk,
aan Hegel en Schopenhauer, aan
wie. bij elk op eigen wijze, een tota
liteit voor ogen stond. De opbloei
van de afzonderlijke wetenschappen
in de negentiende eeuw heeft dit ro
mantisch gekleurde ideaal verbro
ken. De totaliteitsvisie ging verlo
ren. Nietzsche als cultuurfilosoof
heeft ernaar gegrepen en is er, mis
schien niet causaal maar toch feite
lijk, aan te gronde gegaan. Kuyper
stichtte zijn Vrije Universiteit op
basis van een neo-calvinistische tota
liteitsvisie. Karl Barth ontwierp een
indrukwekkende gedachtenbouw in
zijn Dogmatiek. Maar na de ver
schrikkingen van de tweede wereld
oorlog lijkt de mogelijkheid van
een totaliteitsvisie buiten bereik te
zijn geraakt. Daarom is ook de uni
versiteit als instelling in de crisis
gekomen. Misschien moet men dit
zien als een op dood spoor geraakt
zijn van de eenzijdige westerse cul
tuur.
Op dit punt gekomen, her-ontdekt
men het Jodendom en het Joodse
denken als een mogelijk reddende
factor. Het gesprek met Israël is al
gaande en kan niet meer worden
gestuit. Voor kerk en samenleving
krijgt het voortbestaan van de Jood
se natie (ik laat de STAAT Israël
hier buiten beschouwing) een verras
sende betekenis. God kan culturen
sparen én vernieuwen door en mis
schien ook ter wille van zijn oude
bondsvolk. Ons dpnken is over-
Eugen Rosenstock-Huessy
wegend los makend, het bunnen ver
bindend. En dan gaat hei in de eer
ste plaats niet om instemming met
wat denkers als Buber, Rosenzweig
en Rosenstock hebben geschreven,
maar om de ontmoeting met een an
dere manier van denken en zijn. om
een herscholing van de westerse
geest, die tot eigen schade eeuwen
lang tegenover de Joden het con
flictmodel heeft gehanteerd.
Aanvankelijk was ik van plan het
belangrijke derde hoofdstuk dat
over revolutie gaat, in het kort na
te vertellen, Maar deze 67 compact
geschreven bladzijden zijn zélf al een
samenvatting, die in geen 670
woorden weer te geven is. Men moet
e/ eenvoudig van afzien wat dan ook
te cxerperen. Bovendien is de an
dachtige lectuur van dit boek een
begin en alles behalve een einde.
Extra belangrijk, is hier dat Rosen
stock een gelovig christen is ge
weest. Dit heeft heel zijn denken en
handelen doortrokken. Zozeer zelfs
dat hij zich afvraagt, hoe er in
Duitsland neg een levende kerk kan
zijn, nu die geen Joden meer tegen
over zich vindt. 'Welke taak het
zich afzonderende jodendom nog
heeft in de door Christus voor het
gehele menselijke geslacht gestichte
tijdrekening - dat is in Rosenstocks
denken een groot probleem. Maar
géén probleem voor hem is de over
tuiging: zonder joden geen ware
kerk en geen authentiek christen
dom (13). Krasse woorden die in
ons gemoed een diepe kras achterla
ten.
11 wc
NOG GROTERE HONGER rk re
Het rode-oren verhaal van Jij0t di
Tamar in genesis 38 is een st
duidelijk in de geschiedenisscl. Z
m
Catharina werd in de gevangenis
opgesloten. Al haar bezoekers kwamen
tot bekering. Tenslotte werd ze ter
dood veroordeeld. Ze zou door een
afschuwelijk martelwerktuig van twee
in tegengestelde richtingen draaiende
en van zwaarden voorziene wielen,
omgebracht worden.
Engelen grepen in, zodat het
martelinstrument in plaats van
Catharina, de beul doodde.
Toen werd ze onthoofd. Voor haar
sten-en had ze God gebeden, dat haar
lichaam onvindbaar zou worden
gemaakt.
Weer grepen engelen in, die haar
lichaam naar de hoogste top van de
Sinaï droegen, die toen de naam
kreeg van Djebel Catharina.
Met de engelen vlogen hele koppels
patrijzen mee, voor wie God ^en bron
liet ontspringen op de berg, die nog
water geeft, de patrijaenbron.
Al dit wonderbare gebeuren rondom
Catharina vond plaats in de aanvang
van de 4de eeuw, rond het aftreden
van keizer Diocletianus, (305), de
laatste vervolger der christenen.
Eeuwen later vonden vrome
monniken het nog gave lichaam van
de heilige martelares. Engelen hadden
al die eeuwen aan hoofd en
voeteneinde van haar baar gestaan.
Zo werd de heilige Catharina
onontkoombaar de schutspatrones van
het beroemde klooster, door keizer
Justinianus met vestingmuren
omringd. Op haar naamfeest 8
december, worden ieder jaar in
plechtige processie nog resterende
gebeenten van de heilige Catliarina in
schrijnen bewaard, door het booster
gedragen.
Islam
Op de top, die ii5 meter boven het
klooster ligt, staan een kerkje en een
kleine moskee broederlijk naast
elkaar. De deurposten van de moskee
zijn zwart van geronnen bloed,
afkomstig van schapen en geiten,
geofferd aan de aartsvader Mozes.
Eenmaal per jaar beklommen de
bedoeïnen de berg. Dan is hij geheel
voor hen alleen. Het is de grote dag
van uitbundigheid en erotische extase,
wan de bedoeïnen geloven, dat de op
de Mozesberg verwekte kinderen
geboren zullen worden met de gave
der voorspelling.
Ook het klooster werd spoedig voor
de Islam een heilige plaats.
Bedoeïnen geloven, dat Mozes zelf
op Gods bevel het klooster heeft
gebouwd. De huidige bezoeker ziet
een document mei handafdruk van
Mohammed, waarin deze het klooster
zijn bescherming toezegt. Dit is een
fclsificatie, welke naar het oordeel van
geleerden stamt van een pseudo-
profeet, een 400 jaar later.
Vast staat, dat de Islam van meetaf
de Godsberg vereerde. Zo zweert
Mohamed in de 95ste Soera van de
Koran bij de Berg.
Daar heet het: 'In de naam van
Allah, de albarmhartige. Bij de vijg
en de olijfboom en bij de berg Sinaï'.
Wereldberoemd werd het klooster
door de ikonen van Tischendorf.
Daarover nog nader.
Jozef, waarover het nu telkeni
ingeschoven is. Het is één vfr
verhalen die in onze censuur viit
woord Gods is waarschijnlijk3*1*-*
kans gemaakt zou hebben. WÓ*
mar gedraagt zich als een prostf
Juda 'gaat vreemd', ook al is j00g
dat moment ongehuwd. Plet vo,
speelt een rol in de vraag naar e
opvolging voor de oude sheik, rop j
Ruben is afgevallen vanwege ?dienj
faire met Bilha. In de geschfc do<
van Dina spelen Simeon en L^n_ j
rol die hen voor deze opvolgingen»
schikt maken. Juda is 'aan de jh j;
Dit kan een reden zijn voor dat w
senschuiven in de tora, de onl Toe
zing. Maar waarin worden we <Jis ee
derwezen? Juda verwekt bij een en
anitische vrouw drie zonen. Deiteert
heet Er, trouwt met Tamar enfkgrc
omdat hij het misnoegen van dj stri;
opwekte. Waarmee wordt verzïste
Onan zal haar nu volgens jjalloz
moeten huwen, maar ziet er gete g(
doende voordeel in. De Heeri (Dl
ook hem. Het wordt hachelijk, fcewel
da nu zijn jongste zoon aan Taffiriun
ven? Hij stuurt haar terug. Miep)
Kanaanitische kan het milieu flvikk
aartsvaderlijke familie niet vejleg 1
Heeft zij gehoord van een geht^®f
1 n Kolnftn ,.nn aan' aflonic ei i
ïplet
le belofte, van een' erfenis dii
dan een erfenis is? In ieder get
leidt ze haar schoonvader als di
maal weduwnaar geworden ia**
zich op te sieren en zich als eef
aan te stellen. Ze bedingt de pr
een geitebokje en Juda moet l_i.(
gelring als pand achter laten. F" K'
gelring brengt later aan het li<jBK-F
Juda de vader is van het kind c™*
bij haar verwekt heeft. Het r ®r
zelfs een tweeling. Opnieuw eej™
ling. De geschiedenis der n®
schijnt dit model te hebben. Ai?*"*
Kain, Jakob en Ezau. hier: Per®"'
doorbreker en Zera, die eigenlij"®
't eerst liet zien en daarom eer.
draad om zijn hand kreeg. Di
verzwijgt dit wonderlijk verhaa|ere
Waarom? Kijk, het gaat i njwor<
hoofdstukken om Jozef. Zijn vehan
lopen uit op de stilling van de de
hongersnood. Maar de vertelleenoi
het niet nalaten om ons even tejdse
roepen. Het gaat om meer. HeUr li
om een nog grotere honger eret ai
die gestild zal worden in de lilden
Juda, Perez, Hezron Jozef, <h zit
van Maria, uit wie Jezus gebo:0(jre
die Christus genoemd wordt. ge(je
1,3 (Genesis 38). 1 en
aag
Beroepingswerk p
NED. HERVORMDE KERK t m
Aangenomen naar Katwijk air zt
Rijn: E. K. Teygeler te Markeds
bedankte voor 's Gravenpolder, Idee!
kenskerke, en Baarland (toez.).^^
Bedankt voor Benschop, Strer""
(toez.) en Werkendam (toez.):>vf I
van Slooten te Nijkerk. t11
GEREF. KERKEN
Aangenomen naar Utrecht Zui B
Kroenemeijer te Leiden.
CHR. GEREF. KERKEN
Beroepen te Utrecht Noord: I
Beek te IJmuiden.-
GEREF. GEM. IN NED. f i
Bedankt voor Terneuzen: M. vaik
te Opheusden.
isvi
De Rotterdammer
Nieuwe Haagse Courajj^
Nieuwe Leidse CouranL^
Dordts Dagblad
zie
Uitgaven van r*e
B V. De Christelijke Pen^;
Jim
Dagelijks bestuur: B. Bol. De^f
Haag. d'. E Bleumink, Paters31^
wolcie: mr. G. C. van Dan
Nootdorp; W. A. Fibbe, Ro^"
terdam. J. Lanser, UtrechL
drs J W de Pous. Den Haatttl
J Smallenbroek, Wassenaaj,
Overige I
meen bestuur:
sterdam;
den; Th
dr J. Donner. Den Haag; J
van Eibergen, Schaarsbergeifaf,
mr K ven Houten, Wagenimm
gen; ds. O. T. Hylkema, BilLjjj
hoven: Jac. Huijsen, Delft
mevrouw M C. E. Kloostei
man-Fortgens. Voorschotel-
mevrouw J. G. Kraayevelife
Wouters. HeerhugowaarqGf
prol. dr. G. N. Lammen! j
Maarden: ds. F. H. Land^je'
man, Den Haag; H. de Moor;
Rijnsburg; H. Oltevanger, Bu'u.
tenpost; mr. dr J Ozingi
lunteren; H. H. Wemmers
Den Haag; drs. R. Zijlstr^
Oosterland (Zld
Directie:
Ing. O. Postma,
F. Diemer.
Hoofdredactie:
J. Tamminga.
Hoofdkantoor B.V. Df
Christelijke Pers: N.Z
Voorburgwal 276 - 280
Adam. Postbus 859
Telefoon 020-22 03 83
Postgiro: 26 92 74. Bank
Ned. Midd. Bank (rek.nr
69 73 60 768). Gem.girj
X 500.
k
Het Sancta Catharina Klooster op de Sinaï.
Jonge Israëliërs genieten van het uitzicht vanaf de Sinaï.