i donesische volk absent in ike's boek over coup van '65 Puertoricaanse cultuur bedreigd door de dollar i '/KWARTET ZATERDAG 14 JULI 1973 BUITENLAND Tll/KU 3* Tichelman bespreekt in je beschouwing liet boek g federlandse journalist A. Dake: In the spirit Banteng Indonesian epepists between Moscow j'_f jng. Het boek heeft aat|als proefschrift aan de van Berlijn. Het door uitgeverij •te,fin Den Haag, is rerd, telt 480 tekstpagina's net|8 gulden. lmeL [Tichelman is Mppsbjk medewerker aan Instituut voor Geschiedenis te Hij bereidt een enlrift voor over het verblijf ing!k Sneev liet in kds-Indië en het daannee srg-" aar ogend begin van de Zit-. beweging m met len. ien,i ,-ale 2 ard.ügte moslems demonstreert "delrta tegen de PKI na de ï,—jername voor Soeharto. >on- ree, uin, i gen| rote ing, 0.— ap). drama van de op- en 0|g van de communis" irtij in Indonesië, van jiging van het Soekarno- loor een militaire dic- an een zeer uitgespro- -Westers karakter, be- j geen helder beeld t de feitelijke details ls wat de analyse van der sociale ïrhoudingen aangaat. is er een aantal posities rondom enige belangrij- Was er een generaals- !een coup voorbereide te- lo? In hoeverre was de immunistische partij in bij de coup van 30 sep- 15 van Oentoeng c.s. tegen ialsraad betrokken en in >as dit het geval met Soe- I Wat was de rol van de iiders in Peking? Welke 'iad de strijd die in 1964 avaanse platteland ont- issen kleine boertjes en Iers? Scherp staan tegeno- de auteurs die zeer zijn i met de 'nieuwe orde' •aal Soeharto en zij die eerdere of mindere mate Delen met de PKI en/of no-regiem, zoals in Neder- irofessoren Wertheim en fno ■■coi int punt van de controverse aag of de PKI al dan niet was bij of schuldig zgn. 30 september-bewe- jdaarbij volgt 'links' vaak n het zgn. Cornell-rapport, .etwelk Oentoeng c.s. een nen .^rtegenwoordigen van ver-, radicale jonge officeren. ietjebu initiatief in verzet kwa- i een groep corrupte en re- generaals. Daaraan wordt iactor toegevoegd van de I klassenstrijd in Midden- kva. Daartegenover blijft nadruk leggen op het gCl van linkse Indonesische waarbij wisselende accen- gelegd op het aandeel Soekarno en de radicale Dek 'In the Spirit of the |ng' laat A. C. A. Dake er fel over bestaan waar hij i de kant van de 'nieuwe een zeer uitvoerig feitelijk ■van de politieke ontwikke- 4 PKI-leiding rond de lei- komt hij tot de konklusie, (elangrijkste factor in de 30 september Soekarno In dat de PKI, niet zonder teelingen onder haar lei- Érnstig bij betrokken was. rt zijn verhaal naar een he climax in een hoofd- Veelzeggend heet: 'Remove Is' Verwijder de licha- de generaals die door de van de 30 september-bewe- gedood). Soekarno en de :huldig, concludeert Dake. —Tc enkele nog onbekende bewijsstukken aanvoerend naast de reeds bekende gegevens. Ernst Utrecht heeft de betekenis van Dake's bijzondere documenten ernstig in twijfel getrokken. Wij willen dit graag op zijn gezag als In- donesië-specialist aannemen, maar achten het niet wezenlijk voor de kem van de zaak. Aidits rol Het gaat Dake er uiteindelijk om zo blijkt uit zijn laatste hoofdstuk ken een soort politiedossier op te bouwen tegen de beramers van het complot: Soekarno, de PKI en Pe king. Maar dat is een benaderings wijze die wetenschappelijk, histo risch en politiek oninteressant is. Het merkwaardige is, dat deze af sluiting van het werk niet geheel harmonisch voortvloeit uit het daar aan voorafgegane feitelijk relaas van de politieke gang der PKI tussen Moskou, Peking, Soekarno en het le ger in de loop van de jaren 1945- 1965. Het hier aangevoerde feitenmateri aal is weliswaar niet origineel, maar door de grote hoeveelheid en ook door een aantal incidentele inzich ten van Dake de moeite waard. Zeer duidelijk komt bijvoorbeeld de ui terst voorzichtige houding van Aidit naar voren, die telkens weer alle na tionale en internationale kolen en geiten probeert te sparen en die van alles kan worden beschuldigd behal ve van het voorbereiden van socia listische revolutie door een massa mobilisatie van arbeiders en arme boeren. Beter dan in andere werken blijkt hier hoe Aidit tot het uiterste een verzoenende middenpositie tus sen Moskou en Peking heeft probe ren te vervullen. Hij ging pas in 1964 tot een pro-Chinees standpunt over, overigens zonder iets te veran deren aan zijn politieke strategie: de geleidelijke, min of meer parlemen- taristische uitbreiding van de in vloedssfeer van de PKI in de scha duw van een uiterst vérgaand bond genootschap met Soekarno. Gedetailleerd kunnen we de oppor tunistische kronkelgangen van de PKI-leiding volgen, waarbij Aidit wél zo nu en dan een zekere radica le druk van zijn linkervleugel moest proberen te neutraliseren. Onder scherpe belichting ziet men de scharrel-politiek van alle machtsfac toren in de communistische wereld beweging (vooral de Russische en Chinese leiders) ten aanzien van Soekarno, de PKI en het leger. In deze sfeer toont Dake dat hij soms tot slimme waarnemingen in staat Achtergronden Maar dat alles brengt Dake geens zins tot een werkelijk inzicht in de ontwikkelingsgang van de Indonesi sche maatschappij die tot uitdruk king komt in het politieke drama, waarvan hij de oppervlakte poogt weer te geven. Typerend is het ge mak waarmee hij de 'eenzijdige ac ties' van de Barisan Tani Indonesia (de communistische boerenbewe- ging) in 1964 en 1965 afdoet, die door Wertheim terecht zijn bena drukt. Hij toont geen belangstelling voor het inderdaad nogal ingewik kelde proces van groepering en her groepering van klassen en sociale la gen. Dat voerde namelijk tot de Soekarno- variant van opvangen en neutralise ren van der druk der ontevreden massa's en van de PKI. Het leidde tot de eerste openlijke poging tot een contrarevolutie in 1957 en 1958 en haar mislukking. Het was ook de achtergrond van de voortdurende groei van het leger (militair, poli tiek en economisch) dank zij de roy ale concessies die Soekarno telkens aan de legerleiding deed om het evenwicht met de PKI ruimschoots te bewaren. Het riep de concentratie van conservatieve krachten in de schaduw van het leger op en het deed de radicale vleugel van de bur gerlijke en bureaucratische elemen ten verschrompelen, waarop Soekar no steunde en waarmee de PKI zich veilig verbonden meende te hebben. En het voerde uiteinde lijk onvermijdelijk tot de geweldda dige afrekening door het leger met de PKI ten gunste van alle klas sen en lagen van bedreigde bezit ters. In dit drama werd de klassen strijd verhelderd die door de poli tiek van de communistische bewe ging lang kon worden versluierd, zo als triest genoeg al eerder in de ge schiedenis is voorgekomen. Bijvoor beeld in China (1925-1927), zij het in iets andere vormen. Revolutionaire processen plachten en plegen zich niet te stabiliseren op een burgerlijk-democratisch ni veau. Op een bepaald moment staat de groeiende arbeiders- of massabe weging voor een dilemma: het door zetten van de escalerende strijd naar een socialistische revolutie of het aanvaarden van een reactionaire mi litaire dictatuur ter handhaving van de status quo ten gunste van oude en nieuwe lagen van bezitters. En in dat kader is het van secundair belang om precies te weten hoe en in hoeverre een communistische be weging uit het slop probeert te ra ken van een verbond met een als maar verder inkrimpende 'progres sieve' vleugel van de bourgeoisie door een halfslachtige relatie met een militaire coup die het politieke faillissement alleen maar bezegelt Bureaucratieën Utrecht heeft in zijn bespreking van Dake's boek onder meer opgemerkt, dat de auteur niet op de hoogte is van belangrijke literatuur op het ge bied van de Indonesianistiek. Dat is inderdaad het geval. Het analyseren van de maatschappelijke achtergron den van de op- en ondergang van de PKI ligt geheel buiten Dake's hori zon. Er is niets dat er ook maar even op duidt, dat hij heeft stilge staan bij de ontwikkeling van- en de onderlinge relaties tussen een aantal specifieke Indonesische socia le structuren en formaties. Zonder begrip daarvan blijft de gang der PKI duister. Wij noemen de enorm uitdijende bureaucratie van de Ja vaanse 'prijajis' een bepaald Azia tisch type aristocraten die een tijdlang een zeer belangrijke basis vormde voor Soekarno's evenwichts- politiek. Daarmee kon de PKI-ex- pansie langs niet-revolutionaire weg worden opgevangen en geneutrali seerd. Daarnaast de ruim voor 1965 opgekomen militaire bureaucratie die juist tijdens de hoogtij van het Soekarno-regiem een ongehoorde, ook economische en politieke macht ontwikkelde, welke de leemte van de snel aftakelende burgerlijke de mocratie voor een groot deel opvul de en zich op de grote afrekening kon voorbereiden mét of zonder generaalsraad. Uit de corrupte toppen van de beide hiervoor genoemde bureaucratieën kwamen de nieuwe zgn. 'komprador'- elementen naar voren naast de ou dere, vooral in Sumatra vrij sterke kompradoren-bourgeoisie, die de voornaamste sociale basis vormde van de eerste mislukte contrarevolu tie van 1958. Zij maken nu de kern uit van de uiterst pro-Westers geo riënteerde kringen rond Nasution, tegenover de Javaanse Soeharto c.s. die bepaalde tendenties van het Soe karno-regiem, bepaalde Javaanse ele menten van de neo-Aziatische Soe- karno-staat voortzet. Dan is er nog het verschijnsel van de extreme en zeer oude sociaal-eco nomische stagnatie in het Javaanse binnenland en de daarmee samen hangende sociaal-economische en culturele tegenstelling tussen syncretistische 'abangan'-boertjes en arbeiders, die de basis vormden van de PKI en de traditioneel orthodox- islamitische 'santri'-combinatie van grondbezitters, handelaren en woe keraars, waarop de Nahdatul Ulama gebaseerd is, een grote vijand van de boerenbeweging voor landhervor ming en grondverdeling, waarvan, zoals ook Dake zelf constateert, niets terecht kwam. Oppervlakkig Hoewel het op zichzelf niet onbe denkelijk is dat iemand met een zo geringe kennis van Indonesië op een Indonesisch onderwerp kan promo beren, gaat het er overigens niet in de eerste plaats om, Dake gebrek aan kennis te verwijten. De kwestie is, dat hij gespeend is van een we tenschappelijke mentaliteit die no dig is om het waarom der verschijn selen'te onderzoeken. Hij blijft ope reren op het vlak van feitenreeksen en hoogstens op dat van een opper vlakkige 'kremlinologie'. Er ontbreekt trouwens ook nog iets anders in het boek. Een kleinigheid maar: het Indonesische volk. De gro te massa van onder het bestaansmi nimum levende boertjes met of zon der grond, de agrarische arbeiders in dorpsverband of op de landbouw ondernemingen, het min of meer stedelijk proletariaat, de horden van miserabel betaalde ambtenaartjes die zonder een tweede baan in de vrije tijd niet voldoende voedings middelen kunnen kopen, het groei ende werkloze pauperdom van de In donesische krottenwijken dat wil zeggen de mensen waar het in we zen om gaat in de door Dake behan delde politieke strijd. Zij zijn ab sent. De wereld van Dake is slechts bevolkt door top-politici en hoge mi litairen. Deze leemte probeert Dake te bedekken door sensationeel aan doende documenten, hem verstrekt door voor iedereen herkenbare CLA- relaties. Enkele jaren geleden moest de Puertoricaanse arbeider Sixto Alvelo zich bij het recruterings- bureau van het Amerikaanse le ger in de Puertoricaanse hoofd stad San Juan melden. Toen hij aan de beurt was verzocht de re- cruteringsofficier hem naar vo ren te stappen, waardoor hij for meel onder de Amerikaanse krijgstucht zou komen. Maar Al velo weigerde. Wel las hij een verklaring voor, waarin hij uit legde zich slechts burger van Pu erto Rico te voelen en daarom niet wilde dienen in het leger van een land (de VS) wiens president en volksvertegenwoordiging hij niet kon kiezen. Eerst besloot de Amerikaanse justitie Alvelo te vervolgen, wat hem zonder twijfel vijf jaar cel zou hebben opge leverd. Maar toen er een storm van verontwaardiging opstak en wijdver breide acties werden gevoerd, liet men de zaak maar op zijn beloop. Wel bereikte de lange arm van de FBI de werkgever van Sixto Alvelo en mo menteel is hij nog steeds werkloos. Alvelo werd vooral voor veel jeugdige Puertcricanen het symbool van het verzet tegen de overgrote Amerikaan se invloed op dit Caraïbische eiland. Ook op het internationale vlak werd de status van Puerto Rico als 'vrije, met de VS geassocieerde' staat aange vallen. Vorig jaar nam de -kolonisatie- commissie van de VN met twaalf voor-stemmen en zes onthoudingen een resolutie aan, waarin 'het onver vreemdbare recht van Puerto Rico op zelfbeschikking en onafhankelijkheid' werd opgeëist. De VS namen niet aan de stemming deel, wat hen in staat stelde de resolutie naast zich neer te leggen. Toch toonde Washington zich uiterst geïrriteerd over deze 'inmenging in de Amerikaanse binnenlandse aangele genheden'. Wat niet zo verwonderlijk is. want Puerto Rico vormt een strate gisch bastion, waar de Amerikaanse luchtmacht en marine dertien procent van het grondoppervlak bezitten en daarmee verreweg de grootste groot grondbezitter zijn. Een Amerikaanse regeringswoordvoerder sprak zelfs van 'een belediging van het volk van Pu erto Rico, dat heeft gekozen voor de democratie in vrije associatie met de VS'. de het analfabetisme van 35 naar 10 procent en vertienvoudigde het aantal auto's en telefoons. Washington begon Puerto Rico daarom aan de wereld te presenteren als 'het schoolvoorbeeld van democratie', het 'beste antwoord op Castro' en 'de brug tussen de twee grote culturen van het westelijke half rond'. De prijs De hoofdstad San Juan vormt met zijn brede boulevards, zijn grote ge bouwen, weelderige villa's en exoti sche tuinen een Latijns Miami Beach, een luxueuze vitrine, die Amerika met genoegen de overige Latijnsame rikanen voorhoudt Maar zelfs hier is de medaille niet van een keerzijde ontbloot. De luxe van dit belastingvrije Amerikaanse paradepaardje heeft vanaf het Ameri- FERRY VERSTEEG IN LATIJNS AMERIKA procent kan rekenen. Omgekeerd krijgt het rijkste vijfde deel van de Puertoricanen niet minder dan 59 procent van de nationale koek, terwijl de vergelijkbare Noordamerikaanse groep 44 procent vangt. Niet van harte Maar ondanks al deze kritiek laat de hoofdredacteur van het grootste Puer toricaanse dagblad El Mtmdo, senor Alex Maldonado, ons met enig recht weten: 'Niets maakt de Puertoricanen meer pro-Amerikaans dan een reis naar buurlanden als Jamaica, de Do minicaanse Republiek, en vooral Haï ti'. Inderdaad torent Puerto Rioo ln materieel opzicht ver boven deze lan den uit. De meerderheid van de eilan ders deinst er daarom voor terug da nauwe banden met Washington in to ruilen voor volledige onafhankelijk heid. Van de twee grootste politieke partijen is de regerende Democrati sche Volkspartij van gouverneur Her nandez voor een blijvende 'vrije asso ciatie' met de VS, terwijl de Nieuwe Progressieve Partij van oud-gouver neur Ferre zelfs volledig tn de noor derbuur wil opgaan. Maar van harte gaat deze stellingname in het alge meen niet Want de overgrote invloed van de Amerikanen op het eiland wordt niet alleen door de oppositie, maar ook door veel voorstanders van blijvende hechte banden met Was hington als drukkend en vaak deni grerend ervaren. De materiële voor uitgang en het verlammende besef, dat een wérkelijke onafhankelijkheid van de reusachtige noorderbuurman niet haalbaar is, zijn er de voornaam ste oorzaken van, dat de oppositie van dit ongenoegen matig heeft ge profiteerd. Toch hoopt deze oppositie, dat de voorgaande 'Amerikanisering' en 'de nationalisering' haar steeds meer in de 'anti-imperialistische' en 'anti-kolo niale' kaart zal spelen. 'Hoe kunnen we spreken over een Puertoricaana wonder', aldus een woordvoerder van de oppositie, 'terwijl eenderde deed van onze bevolking In ballingschap leeft, negentig procent van onze han del gedwongen via de dure VS loopt en tachtig procent van onze industrie in Amerikaanse handen is?' Zelf gewild Inderdaad heeft de eiland-bevolking zich in 1967 bij referendum in meer derheid uitgesproken voor een blij vende associatie met de VS. En eind vorig jaar werd een onversneden voorstander van associatie, Rafael Hernandez Colon van de Democrati sche Volkspartij, tot gouverneur geko zen. Het is een onweerlegbaar feit, dat deze status de drie miljoen Puer toricanen het nodige heeft opgeleverd. Washington verzorgt de defensie en buitenlandse zaken, terwijl de Puerto ricanen met een zelfgekozen gouver neur en een parlement de lokale zaken voor hun rekening nemen. De eilanders mogen zoals reeds ge meld echter niet aan de Ameri kaanse presidentsverkiezingen deelne men en hebben geen stem in het Amerikaanse Congres. Als compensa tie zijn ze echter vrijgesteld van alle federale belastingen, terwijl ze kun nen profiteren van de Amerikaanse sociale voorzieningen en andere fede rale hulpprogramma's. Door deze belas tingvrijdom, talrijke andere facilitei ten. en de overvloedige, goedkope ar beidskrachten, hebben vele Ameri kaanse industrieën zich in de afgelo pen twintig jaar op het eiland geves tigd. Daardoor is Puerto Rico in materieel opzicht het rijkste gebied van Latijns- Amerika geworden. Zo steeg het ge middelde inkomen per eilander van 270 dollar in 1950 tot 1600 dollar van daag de dag. In dezelfde periode daal- kaanse vasteland de nodige dubieuze figuren aangetrokken en 'het oude San Juan bij nacht' uit de jubelende reclamefolders heeft behalve luxe ook de smakeloosheid, de vulgariteit, de corruptie en de onveiligheid van de pre-revolutionaire Cubaanse hoofdstad Havana overgenomen. Geen geringe prijs voor '.vooruitgang'. Bovendien bevinden, zich op enkele honderden meters van de torenflats en de nacht clubs de minder toegankelijke, maar nog altijd omvangrijke krottenwijken, waar de meeste elementaire voorzie ningen ontbreken. Ondanks de komst van talrijke Ameri kaanse industrieën schommelen de werkloosheidscijfers, onhankelijk van het seizoen tussen dc dertien en dertig procent. En dat, terwijl de Pu ertoricanen in tegenstelling tot de overige Latijnsamerikanen een vrije toegang tot de VS hebben. Een miljoen Puertoricanen (een derde van de hele bevolking) hebben de afgelo pen 25 jaar van deze gelegenheid ge bruik gemaakt (wat niet weinig af doet aan de sterke stijging van het gemiddelde inkomen per Puertori- caan) en knappen in de VS nu kar weitjes op, waarvoor wij gastarbeiders laten opdraven. Alleen in New York wonen al 300.000 Puertoricanen. De situatie, waarin velen daar leven, zijn met vaart geportretteerd in de West Side Story. Een ander bezwaar van het Puertori caanse 'Wirtschaftswunder1 is de ge ringe mate, waarin de welvaart door druppelt naar de massa van de bevol king. Een recente studie van dr. José Vaiquez, van de universiteit van Pu erto Rico, toont aan dat het inkomen van de massa der bevolking weliswaar wat is toegenomen, maar in onvol doende mate en dat daardoor de inko mensverdeling extreem ongelijk is ge worden. Zo moet het armste vijfde deel van de Puertoricaanse bevolking zich met twee procent van 's lands rijkdommen tevreden stellen, terwijl deze groep in de VS nog altijd op vijf Drie wegen Baseball-puuze Over de bestrijding van deze euvel* lopen de inzichten bij de diverse op positiegroeperingen nogal uiteen, An« tonio Gonzalez, econoom cn leider van de Puertoricaanse Unie, hoopt via de stembus en met handhaving van goe* de relaties met de VS do volledige on- afhankelijkheid te bereiken. Do 44-ja- rige Juan Mari Bras, die de militante Beweging voor de Onafhankelijkheid aanvoert, ziet overwegend heil in de gewelddadige weg. Tussen deze figu ren kan men de jonge Ruben Berrios van de Onafhankelijkheids Partij plaatsen. Hij zit als senator ln het Earlement, maar gelooft tevens in urgerlijke ongehoorzaamheid. Zijn volgelingen zijn daarom Amerikaanse militare bases binnengedrongen en hebben particuliere stranden van luxueuze Amerikaanse hotels, zoals Carib Hilton, bezet. Berrios, een 33-jarige jurist, is met zijn elektrificerende ogen en zijn energieke, didactische manier van doen, een effectieve leider en publi cist. Vooral onder de jeugd en de stu denten stijgt zijn ster in snel tempo, In 1971 werd hij als lector aan de universiteit van Puerto Rico ontsla gen, omdat hij verantwoordelijk werd geacht voor de studentenonrust Ber rios: 'Als Puerto Rico wil overleven als natie en als volk met een eigen cultuur, is volledige onafhankelijk heid de enige oplossing*. Professor Manuel MaldonadoDenis, een politicoloog van de universiteit van Puerto Rico met veel invloed in studentenkringen, staat daar vierkant achter. 'Zelfs Amerikaanse Liberalen als John Kenneth Galbraith spreken over Puerto Rico als een brug tussen de Noord- en Zuidamerikaanse cul tuur. Maar het is wel een brug met vier banen, waarbij een baan in noordelijke en drie banen in zuidelij ke richting lopen. De cultuur van Pu erto Rico moet zich voortdurend schrap zetten tegen de drukkende aan wezigheid van de cultuur van de kolo niale macht'. Ontworteling Hij zet uiteen, hoe het lagere en mid delbare onderwijs op het eiland in grote lijnen de Noordamerikaanse vi sie zelfs op de geschiedenis van Puerto Rico weergeven en de Noordamerikaanse levenswijze Ideali seren. Op de universiteit van Puerto Rico, het hechtste bolwerk van de au thentieke Puertoricaanse cultuur, wordt het verzet tegen de Amerikaan se druk onder het motto 'niet aan po litiek doen, maar studeren' energiek door de autoriteiten bestreden. Ook de pers, radio en tv moedigen do navolging van de Amerikaanse levens wijze en het politieke analfabetisme van de bevolking aan, aldus Maldona- do-Denis. Zo opereren radio en televi sie volgens regels, die door de Ameri kaanse communicatie-commissie zijn opgesteld. En de Puertoricaanse schrijvende pers is bijna geheel eigen dom van Noordamerikaanse kranten concerns. Professor Maldonado-Denls: 'De massa-media discussiëren hier over de kwestie of op de universiteit een bewakingsdienst moet worden in gesteld, maar negeren de vraag of er op Puerto Rico waterstofbommen mo gen worden opgeslagen'. Hij wijst erop dat onder de eilandsbe volking dezelfde identiteitscrisis dreigt te ontstaan, als bij de geeste lijk gespleten en vaak gedemoraliseer de Puertoricanen in New York, die geen echte Amerikanen kunnen wor den, maar ook geen echte Puertorica nen meer zijn. 'Zolang de dag van onze onafhanke lijkheid niet komt, zal onze cultuur met vernietiging worden bedreigd', al dus Maldonado-Denis. 'Alleen een volk, dat meester is over zijn edgen toekomst kan de huidige en toekom stige generatie de wortels overdragen, die noodzakelijk zijn voor een ge meenschappelijke nationale Identiteifi

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1973 | | pagina 11