ESCHIEDENIS HERHAALT ICH NIET IN ITALIË Vaar is de oorlogsstemming gebleven? EGYPTE ascisten in isolement gedrongen UW /KWARTET ZATERDAG 26 MEI 1973 BUITENLAND T17/K17 ië maakt een politieke crisis door als gevolg van het geweldda- optreden van linkse en rechtse extremisten. Een onbestemde is voor de activiteiten van uiterst links dreigt velen in de armen het niet minder militante neo-fascisme te drijven. De innerlijk leelde democratische partijen slagen er niet in, een parlemen- meerderheid te leveren voor ingrijpende sociale en economi- L hervormingen. Demonstraties en stakingen met een politiek ikter zijn aan de orde van de dag en de bezetting van fabrieken jort al lang niet meer tot de grote uitzonderingen. Al met al lijkt eden om een vergelijking te maken met de situatie van ruim 50 geleden, toen de beruchte Mars naar Rome het fascistische be ll van Benito Mussolini aan de macht bracht. jctober 1922 dachten aanvankelijk ig Italianen dat de fascisten een hadden, de regering in handen •men. De deelnemers aan de Mars Rome, die in Milaan begon, ge- ^en zelf nauwelijks in de goede ip van hun 'kruistocht'. De 39-ja- Mussolini was de grootste twijfe- Hij wachtte in Milaan het resul- af van de mars die hij overi- had ontraden en had maat re genomen om te kunnen uitwij- ïaar Zwitserland, mocht de 'coup' daad mislukken. olini hoefde echter niet te vluch- ivant de angst voor de communis- vijf jaar na de bolsjewistische re- ie in Rusland) bracht een groot van de bevolking van Rome er- de 'fascista' te verwelkomen. En terwijl deze stad als de minst fa- Ische van Italië bekend stond. De ie groep van enkele tienduizen- fascisten die te voet, per fiets en vrachtauto's naar de buitenwij- van Rome was gekomen, kreeg iiiet moeilijk. De stafchef van het r, generaal Pietro Badoglio had gemak een eind kunnen maken de 'mars', maar hij kreeg geen iemming. jchteloos (glio, dezelfde die in 1943 Musso- ten val bracht, moest machteloos en hoe het gepeupel het 'recht' &en handen nam, nadat de in alle •hten kleine koning Emanuel III nder invloed van de hertog van a had geweigerd, per decreet taat van beleg af te kondigen. Zo Mussolini enkele dagen later per iwagen naar Rome vertrekken om erzoek van de koning de vorming een nieuwe regering op zich te en. Het was een goedkope over ling. jolini, die afkomstig was uit de- e Socialistische partij, welke Pie- tfenni heeft voortgebracht, en die deel had uitgemaakt van de re- e van het socialistische partijblad ti in Milaan richtte in maart de eerste fascistische strijdgroep lij was van mening, dat het fa- le niet 'aan de groene tafel' kon en uitgewerkt, maar dat het was aan uit een behoefte aan daden at het zelf 'daad' was, geen dog ma en geen ideologie. Hij maakte het zich op die manier erg gemakkelijk, politiek te bedrijven. Eind 1919 nog geen drie jaar voor de 'Mars naar Rome', had hij echter nog maar enkele honderden aanhan gers, ondanks het feit dat een bekend man als Arturo Toscanini als kandi daat aan de parlementsverkiezingen had meegedaan. Mussolini schreef toen uit taktische overwegingen in zijn eigen blad Popoio d'Italia (dat uit Franse bronnen werd gefinan cierd) dat het fascisme altijd een be weging van een minderheid zou blij ven. Hij liet alles open en was voor alles wat in zijn ogen' de natie dien de'. Eens zei hij: 'Ik ben aristocraat en democraat, revolutionair en reacti onair, proletarisch en anti-proleta risch, pacifistisch en anti-pacifistisch'. Dadendrang In zijn dadendrang ging hij over tot vorming van zijn 'squadri'. Dat waren para-militaire terreurgroepen, die on der de leus 'Sostituzione dello stato' (vervanging van de afwezige staat) strafexpedities hielden tegen politieke tegenstanders. Na de verkiezingen van 1921, toen hij 35 van de 535 zetels in de Kamer van afgevaardigden had veroverd, nam Mussolini de 'squadri' snel op in zijn partij om te verhinde ren dat zij verboden zouden worden. Hij gebruikte deze terreurgroepen voortaan om 'de koorts in het land te laten oplopen, zonder de zieke patiënt dood te laten gaan*. Zo liet hij stadhuizen bezetten en pre dikte hij de opstand, die hij echter telkens uitstelde. Tegelijkertijd onder handelde hij met de leidende politici uit die tijd als Nitti, Giolitti, Salan- dra en Facta over ministerszetels en bood hij als tegenprestatie opheffing van zijn terreurgroepen aan, zonder dat deze daar uiteraard iets van afwis ten. En toen de 'Mars naar Rome' zijns ondanks een succes was gewor den, was hij zozeer op zijn veiligheid gesteld, dat hij in Milaan bleef totdat hij een officieel telegram had ontvan gen, waarin stond dat de koning hem in Rome verwachtte om hem te belas ten met de vorming van een nieuwe regering. Verschil Gelukkig is er een groot verschil met 1922. maar dat zit niet zozeer in het karakter van het fascisme van Musso lini van 50 jaar geleden en in dat van het huidige neo-fascisme van Giorgio Almirante, maar in de totaal andere omstandigheden waarmee ook on der het zwakke bewind van de chris ten-democraten de aanhangers van het fascisme thans worden geconfron teerd. Alessandro Pertini, voorzitter van de 'Camera dei Deputati' zei on langs over de 'zwarte geest van de Mussolinitijd: 'Tussen toen en nu zijn er verschillen van beslissende beteke nis, nl. de goed georganiseerde vakbe weging en de ervaringen die we heb ben opgedaan in de strijd tegen fa scisme en nationaal-socialisme'. Infectie De ervaring dat 'de geschiedenis zich lijkt te herhalen, maar dat zij zich niet herhaalt', lijkt ook op te gaan voor het Italië van vandaag. Almiran- tes MSI (Movimento Soziale Italiano of Italiaanse sociale beweging) kan zich niet veroorloven, haar 'stoottroe pen' de straat op te sturen. De MSI- leiders doen zó hun best om een nette indruk te maken, dat zij hun aanhan gers ertoe gebracht hebben, zich dage lijks te scheren, een das te dragen en geen heimwee te laten blijken naar de 'goede oudé tijd onder Mussolini'. Niettemin bestaan er tenminste vier fascistische para-militaire organisaties, die al heel wat op hun kerfstok heb ben. De eerste, 'Ordino Nuovo' (Nieuwe orde), werd al in 1956 opgericht door de journalist 'Pino' Rauti, werkzaam voor het Romeinse blad II Tempo en bestuurslid van de MSI. Rauti, die de democratie een 'infectie van de geest' heeft genoemd, staat bekend als 'Giu- seppo de Athener' vanwege zijn veel vuldige contacten met de Griekse ko lonels. Hij is één van de voornaamste verdachten in het proces, dat in Mi laan moet worden gehouden naar aan leiding van de bomaanslag op 12 de cember 1969 in de Landbouwbank op de Piazza Fontana in Milaan, die niet minder dan 16 mensen het leven kost te. Rauti zou hebben samengewerkt met de bekende anarchist Pietro Val- preda, die eveneens moet terecht staan. De tweede organisatie is 'Fronte Nazi- onale', in 1967 opgericht door prins Junio Valerio Borghese, een 65-jarige oorlogsheld die in december 1970 met uitgebreide plannen rondliep om met de hulp van een deel van de strijd krachten een greep naar de macht te doen. Bij huiszoekingen in die dagen werd o.a. een proclamatie gevonden die voor tv en radio voorgelezen had moeten worden, als de bezetting van de belangrijkste ministeries in Rome een feit zou zijn geworden. Het kom- plot lekte echter uit en de bij velen populaire Borghese zag zich genood zaakt, naar het buitenland uit te wij ken. Overigens acht men het in Rome niet uitgesloten, dat hij al van zijn vrijwillig verblijf in Griekenland naar Italië is teruggekeerd. Een derde groep is de 'Squadre d'Azi- one Mussolini', die uit stoottroepen bestaat en zich met het plegen van bomaanslagen bezighoudt, terwijl de vierde bende, de 'Avanguardia 'Nazio- nale' zich in straatgevechten heeft ge specialiseerd en zich met name in het zuidelijke Reggio di Calabria al fel heeft geweerd, toen deze stad niet de hoofdstad bleek te worden van Cala bria, in het kader van de verdeling van Italië in 'regione'. Chaos Bij de ernstige onlusten in Reggio di Calabria speelde de inmiddels berucht geworden Ciccio Franco (sinds vorig jaar MSI-lid van de Senaat in Rome) een leidende rol. Franco is ook de man die de leiding had van de verbo den demonstratie van 12 april in Mi laan, waarbij de politieman Antonio Marino door een ontploffende hand granaat werd gedood. Eén van de ver moede daders, Vittorio Loi verklaarde na zijn arrestatie aanvankelijk te heb ben gehandeld in opdracht van figu ren uit de naaste omgeving van parle mentsleden van de MSI. Voorts zou een groots opgezet plan bestaan om Italië in een complete chaos te stor ten. Gewoonte Een deel van het plan was al mislukt, toen de militante fascist Nico Azzi zwaar werd gewond terwijl hij in de trein van Turijn naar Rome een dyna- mietlading wilde aanbrengen. In zijn notitieboekje vond de politie de naam van het jonge MSI-lid Pietro de An- dreis. Opvallend was in dit verband dat senator Franco in Italiaanse kran ten arm in arm stond afgebeeld met Pietro de Andreis en andere extremis ten, op foto's die kort voor de aanslag op de politieman waren gemaakt. Zijn optreden in Milaan heeft ertoe geleid dat de Senaat de parlementaire on schendbaarheid van Franco heeft op geheven, zodat hij voor de rechter kan worden 'MêSêêë Benito Mussolini: goedkoop aan de macht De MSI heeft er een vaste gewoonte van gemaakt, zich onmiddelijk te dis tantiëren van gepleegde gewelddaden. Dat gebeurde ook na de aanslag in Milaan. De vroegere admiraal Gino Birindelli, MSI-lid van de Kamer van afgevaardigden sinds hij, vrij kort voor de verkiezingen van vorig jaar, demonstratief was afgetreden als NA- VO-bevelhebber voor het zuidelijke deel van Europa, dreigde uit de partij te zullen stappen, als zou blijken dat de MSI politiek of moreel verantwoor delijk zou zijn. En Gastone Nencioni, MSI-fractieleider in de Senaat, ver kondigde met veel overtuiging dat hij een belangrijke bijdrage had geleverd bij het identificeren van vier verdach ten (die hij blijkbaar goed kende). Almirante heeft grote moeite om de radicale elementen in de MSI die een scherper koers eisen (met name vice- secretaris Romualdi en de Romeinse senator Caradonna), in de hand te houden. Zelfs liet hij echter van tijd tot tijd de voorzichtigheid varen, die het optreden van alle MSI-leiders ken merkt. Zo verklaarde hij op 4 juni 172 in Florence in een felle rede tot zijn volgelingen: 'Als de regering als orgaan van de staat verstek laat gaan, zijn wij bereid de staat te vervangen'. Hierbij gebruikte hij de oude kreet van Mussolini: 'Sostituzione dello sta to'. Almirante zei voorts dat de MSI- jongeren zich moesten voorbereiden op gevechten met de communisten', en daarmee bedoel ik lijfelijke ge vechten'. Giorgio Almirante: heimwee naar het verleden Proces Naar aanleiding van deze en andere uitspraken, waarmee hij zichzelf en de MSI identificeerde met de 'goede aspecten' van het fascisme van Benito Mussolini, heeft de christen-democra tische minister van justitie, Guido Ga- nella, de Kamer van afgevaardigden gevraagd, de parlementaire onschend baarheid van Almirante op te heffen om hem gerechtelijk te kunnen ver volgen wegens het opnieuw oprichten van de verboden Fascistische partij van Mussolini. De op 25 juni 1972 overleden procureur-generaal van Mi laan. Luigi Bianchi Espinosa, had kort voor zijn dood de zaak tegen Al mirante rond en diende een officieel verzoek in om hem te mogen berech ten. In de Kamer van afgevaardigden ver klaarde de christen-democratische pre mier Giulio Andreotti, het als de voornaamste taak van zijn regering (van christen-democraten, sociaal-de mocraten en liberalen) te beschou wen, het opdringen van extreem rechts te voorkomen. Hij overweegt gebruik te maken van de onder Mario Scelba aangenomen wet, die herop richting van de Fascistische partij verbiedt. En toen de communistische afgevaardigde Alessandro Natta de MSI-fractie toeriep: 'Voor een grote meerderheid van het Italiaanse volk zijn jullie de Fascistische partij', kreeg hij ook grote bijval van de af gevaardigden van de Democrazia Christiana. Andreotti stelde de MSI verantwoor delijk voor de moord op de politie man in Milaan op 12 april met de woorden: 'Als MSI-parlementsleden voorop lopen in een verboden demon stratie, die de dood van een politie man tot gevolg heeft, zijn zij mis schien niet strafrechtelijk, maar in ie der geval wel politiek schuldig'. Almi rante en de zijnen trekken zich van deze veroordeling in het parlement echter niets aan. 'Na een eventueel verbod van de MSI zou er een nieuwe politieke formatie worden opgericht, die bij de volgende verkiezingen vijf miljoen stemmen zou krijgen', aldus Almirante, wiens MSI vorig jaar bijna drie miljoen stemmen op zich vere nigde. Martelaar Afgezien van de vraag of deze groot spraak werkelijkheid zou kunnen wor den, lijkt er inderdaad reden te zijn om niet te proberen, de Italiaanse problemen op te lossen door en ver bod van de MSI. De rechtse extremis ten, die binnen de grenzen van het wettelijk toelaatbare willen blijven, kunnen slechts in bedwang worden gehouden door een niet aflatende strenge controle op al hun activitei ten. De Almirantes mogen vooral geen gelegenheid krijgen, zich een martelaarsrol aan te meten. Daan-oor is de positie van de MSI te zwak. In de Senaat bezetten de neo-fascis- ten slechts 26 van de 315 zetels met 2.7 miljoen stemmen (9.2 procent): en in de Kamer van afgevaardigden be haalden zij 56 van de 630 zetels met 2.9 miljoen stemmen (8.7 procent). Dit laatste percentage was in 1953 toen weinigen zich druk maakten over herleving van het fascisme, nog 12.7 (De kreet dat de MSI in plaats van een Mivomento Senza Importanza (be weging zonder betekenis) de partij van de Maggioranza Silenziosa Italia- na (Italiaanse zwijgende meerderheid) zou worden, bleek bij de verkiezingen van vorig jaar al zeer voorbarig te zijn. Dure plicht Het is de dure plicht van de Italiaan se democratische partijen er voor te zorgen, dat de bevolking weer vertrou wen krijgt in de volksvertegenwoordi ging. Als zij daarin slagen, heeft het fascisme in Italië geen toekomst meer. Falen zij, zoals zij in de afgelo pen jaren in gebreke zijn gebleven, een oplossing te vinden voor de socia le en economische problemen van het land, dan gaat Italië een chaotische tijd tegemoet. Daarover meer in een volgend artikel, dat voornamelijk gebaseerd is op een interview, dat ik in Rome had met Gino Birindelli, na Almirante de be langrijkste figuur in de leiding van de MSI, sinds hij uit ernstige bezorgd heid over de ontwikkelingen in Italië plotseling afscheid nam als NAVO-be- velhebber voor het zuidelijk deel van Europa, met het eiland Malta als hoofdkwartier. 5sident Sadat raakt door zijn slagzinnen heen 1970 zei Sadat, kort nadat hij president was geworden, dat wij enkort alle door Israël veroverde gebieden 'centimeter voor cen- iter' terug zouden veroveren. ■M)71 kregen we te horen dat het 'Jaar Van De Beslissing' was uit- ■oken. i werd tot het 'Jaar Van De Oplossing Van Het Probleem' uitge- en en bovendien nog tot het 'Jaar Van De Confrontatie', nlangs deelde de president ons mee dat wij in een geheel nieuwe van de strijd waren beland, namelijk die van de 'Totale Con- tatie'. r zinnig mens moet toegeven dat Sadats bodemloos lijkende rvoir aan slogans nu wel uitgeput zal zijn. En dus moet Sadat doen, of hij wil of niet. Wat kan hij in hemelsnaam in 1974 te- ons zeggen, als hij dan nog steeds geen oorlog heeft gevoerd of politieke regeling heeft getroffen? Als hij niets doet, zal het le- 6en coup ondernemen. Als hij vrede met Israël sluit, wordt hij de fedayyien (de Palestijnse guerrilla-strijders) vermoord en de unie met Libië niet door. Als hij afwacht wat de Amerikanen e Russen doen, gebeurt er niets. Dus blijft er niets anders voor over dan oorlog te voeren. Er is altijd wel een gekke generaal te in, vooral onder de luchtmacht, die zegt dat hij Israël de klap toebrengen. En misschien, misschien, is Israël niet zo sterk als 'een wel zegt en winnen we de oorlog toch. Of anders komen Chien, heel misschien, de grote mogendheden wel tussenbeide ien eind aan de strijd en aan de impasse te maken." üf-spottende, half-treurige relaas "I7k in verschillende variaties vele van Egyptenaren gehoord, zo- an voor- als van tegenstanders e regering. Niet dat de mensen uk vinden om oorlog te voeren, e. Als er één onkrijgszuchtig dan is het wel het Egyptische. ^Trlijk zou men het schitterend i de oorlog te winnen, maar laarvoor inspanningen en ontbe et te getroosten of zelfs mensen- j op te offeren, dat gaat de ïn te ver. Alle oorlogszuchtige ngen van de overheid kunnen erhullen, dat er bij het overgro- !l van de Egyptenaren geen en- fpst bestaat om die oorlog zelf te Dat bleek wel heel duidelijk ***t gebrek aan belangstelling van identen voor de militaire comi- p de universiteiten, die na de Itenopstand van vorig jaar janu- ïrden ingevoerd, nota bene als isie van de regering aan de stu- g f, die een beslissing in de toe- s van geen-oorlog-en-geen-vrede |i geëist. Dat bleek ook, toen aan het eind van de juni-oorlog presi dent Nasser in wanhoop en vertwijfe ling zijn naaste politieke vriend Tito vroeg om Joegoslavische vrijwilligers te sturen, opdat die tenminste de oor log zouden voortzetten. Toch zal de strijd worden hervat. Dat hoor je van de regeringsvoorlichters, die daaraan onmiddellijk het verwijt toevoegen dat Egypte niet anders kan, omdat het door de wereld en door de Verenigde Natici in de steek wordt gelaten. Maar dat hoor je ook van de tegenstanders van de regering, voorzo ver die niet het idee hebben dat de regering de oorlog opzettelijk alsmaar probeert uit te stellen, teneinde zo lang mogelijk aan de macht te blij ven. President Sadat heeft twee weken ge leden in een geheime zitting van het parlement een speech gehouden (die onmiddellijk aan de internationale pers werd doorgegeven, uiteraard door de overheid zelf) en gezegd dat hij er niet aan dacht om zijn ambts termijn als president in 1975 te be ëindigen, zonder dat er één of andere beslissing was geforceerd, omdat men hem er anders terecht van zou be schuldigen een lafaard en een land verrader te zijn. De oorlog moet dus komen. Maar hoe moet die oorlog gevoerd worden? Ie dereen weet diep in zijn hart dat Egypte op dit moment geen schijn van kans tegen Israël maakt, al was het alleen maar omdat het kwalitatie ve overwicht var. de Israëlische lucht macht te groot is. En iedereen weet ook heel goed, dat de Russen er niets voor voelen om in een oorlog verwik keld te raken, die hun toenadering tot Amerika in de weg zou staan, ze ker niet sinds 'de pauze met de bond genoot', een schitterend eufemisme voor de beroerde Egyptische betrek kingen met de Sowjet-Unie. Op de Chinezen hoeft men niet te rekenen dat weet men ook omdat die voortdurend de goede, maar zeer pla tonische raad aan de Egyptenaren ge ven 'zichzelf te helpen, omdat een volksbevrijdingsoorlog die men uit ei gen kracht voert, altijd gewonnen wordt'; een uitspraak die in Egypte als uiterst onplezierig ervaren wordt, omdat men eraan gewend geraakt was na de nederlagen van 1948 en 1956 door politieke steun van buitenaf er weer bovenop te komen. Oer-burgerlijke vrede Er blijft dus niets anders over dan oorlog te voeren. Maar komt er ook werkelijk oorlog? Wie in Cairo rond loopt, kan dat gewoon niet geloven, wat de regeringsfunctionarissen en de ministers ook mogen zeggen. Wandel op een vrijdagochtend door de Sha- warby-straat, het equivalent van onze Kalverstraat. Je ziet daar de mensen President Sadat (tweede van links) met zijn lijfwachten te water bij Alexandrië. in grote familie-groepen de etalages bewonderen, waarin talloze luxe-arti kelen zijn uitgestald, die hetzij via de zwarte markt, hetzij met dure, al dan niet gesmokkelde deviezen werden in gevoerd. Je kunt daar de kleding ko pen van Marks Spencer, één van de grootste Britse firma's, die op de boycotlijst is gezet van de Arabische Liga, omdat zij Israël financieel steunt. Men loopt daar rond in zijn vrijdagse ons zondagse kostuum, keurig netjes, met glimmend gepoet ste schoenen. De vrouwen hebben zich met al hun versierselen opgedoft. De jongens kijken verlangend naar de meisjes en die kijken al naar ge lang hun ouders in de buurt zijn flirterig of prim 0 terug. Het is de ab solute weergave van oer-burgerlijke vrede. Na het flaneren gaat men een slokje drinken of een hapje eten in de Gezi- ra-sportclub, waar iedereen elkaar ontmoet of in het Hilton-hotel of in het Semiramis-hotel, waar de prijzen Europees hoog zijn en toch betaald worden door een zich amuserende burgerklasse, die praat en klaagt over een oorlog, die zij uiteindelijk niet voeren wil. Dat is het absurde van het Egypte van vandaag. Ook al wordt er nog zo veel en nog zo hartstochtelijk over de oor log gepraat en over de onhoudbare toestand, ook al scheldt iedereen nog zo hard op de regering omdat die de oorlog niet voert of de vrede niet sluit, er is niets, maar dan ook niets van een oorlogsstemming te merken, laat staan van een oorlogstoestand. Verduistering Ja, er zijn de openbare schuilkelders en de schervenmuurtjes voor de grote gebouwen, er zijn de uitgelopen zand zakken, waarachter soldaten zich staan te vervelen, en er is de halfslachtige verduistering 's avonds, die om de zo veel maanden vermeerderd of vermin derd wordt, al naar gelang de stand van zaken bij het regeringsoffensief op buitenlands politiek gebied. Door die verduistering kun je in de zijstraten geen hand voor ogen zien, maar op de grote pleinen en bruggen over de Nijl is er volop licht, opdat de toeristen niet onnodig ten val komen. (Schran dere studenten hebben dit jaar bij de studentenopstand als één van hun ei sen gesteld, dat de regering- het toe risme zou afknijpen, omdat dat eeh' duidelijk bewijs is van het geen-oor log-willen voeren). De regering en de president kunnen nog zo veel vergelijkingen treffen met het heldhaftige verzet van Engeland en Rusland en de Franse ondergrond se in de tweede wereldoorlog ook al bizar omdat president Sadat tijdens diezelfde wereldoorlog de hulp van de Duitsers tegen de Engelsen in Egypte probeerde in te roepen, getuige zijn eigen memoires de werkelijkheid is anders. Want Egypte is nog steeds het Egypte van vroeger, waar de rij ken en dus de invloedrijken in overbloed zwelgen en het gros van de zo veel geprezen massa's van een paar luttele piasters probeert rond te ko men. Van Cairo is het minder dan honderd km naar het Suez-front, maar je hebt het gevoel dat dat front er gens op de maan ligt. Klagers Kletsen die mensen dan maar wat, als ze je vertellen dat ze schoon genoeg hebben van de huidige toestand en als ze zeggen dat er snel verandering in moet komen, wil er geen revolutie uitbreken? Om op die vraag een ant woord te geven, moet men eerst be oordelen, wat de klagers met hun klachten precies bedoelen, wat ze voor alternatief willen en in hoeverre /ij enige invloed op de staatszaken heb ben. Als men de klagers politiek klassifi- ceert, wat bijzonder moeilijk is, om dat er in feite geen politiek leven is (de Arabische Socialistische Unie is een bont gemeleerd gezelschap van al les en iedereen en er zijn verder geen politieke partijen toegestaan), dan zijn die ruwweg te verdelen in ultra rechts, liberaal-rechts, een zeer breed midden, links en ultra-links. De werkelijke macht en invloed is in handen van enkele figuren uit het brede midden, aangevuld door mensen van rechts. De nieuwe nasseristen, die het nu voor het zeggen hebben, zijn conservatief. Zij zijn de typische ver tegenwoordigers van de kleine en de middelgrote bourgeoisie. Die bourgeoi sie wil rust en orde om haar zaken te kunnen behartigen en een behage- lijk leven te kunnen leiden. Zij heeft het in de afgelopen jaren, dankzij de economische liberalisatie, naar ver houding gemakkelijker gekregen dan vroeger. Zij voelt er niets voor om haar positie al is die voor een groot aantal nog zo bescheiden door een hoogst onzekere oorlog in de waagschaal te stellen. Hoe anti-Ameri kaans deze groepering zich ook moge uitlaten, in feite wil ze niets liever dan goede, zeer goede betrekkingen met Amerika. Wanhopige vrede Zo ook de regering en president Sa dat. 'Wij koesteren een wanhopige liefde voor de Amerikanen en zijn ie dere keer opnieuw hevig teleurgesteld en geschokt, als zij ons een blauwtje laten lopen', zei een Egyptenaar tegen mij. Hij had gelijk. En omdat de re gering nog steeds misschien zelfs tegen beter weten in op een minza me reactie van Washington wacht, om haar uit de nesten te helpen, zal men de oorlog opnieuw uitstellen. Wat links en rechts ook mogen zeggen, de regering gaat haar eigen gang. Ze gaat haar eigen gang, omdat ze dat naar believen kan doen. Omdat ze weet dat ze in feite gesteund wordt door al die klagers uit het brede mid den, waar Egypte zo rijk aan is. Door al die klagers, die van alles de schuld aan de president geven en die zeggen dat de president eindelijk iets moet gaan doen. En dus doet de president iets. Hij geeft hun een nieuwe leuze en een nieuwe slogan, waarover ze op nieuw naar hartelust kunnen klagen. Of de spot drijven. Want dat is Egyp tisch. 0 prim jong, fris. maar toch afwe rend.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1973 | | pagina 17