VU-orgel getrouwe kopie klassiek Frans orgel enfant terrible Tom Skinner, Geref. bond en het politiek messianisme Chr. geref. vrouwen vieren feest met klinkende munt Vanavond presentatie in Universiteit Trouw K wart et Dispositie Beroepings- werk vandaag - TROUW/KWARTET VRIJDAG 25 MEI 1973 door J. Kuijk AMSTERDAM Er zijn in Nederland twee orgels naar een com ponist genoemd: het Sweelinck-orgel in de NCRV studio in Hilver sum en het Couperin-orgel in de aula van het nieuwe complex van de Vrije Universiteit. Het Sweelinck-orgel, in 1951 gebouwd door een buitenlandse orgel bouwer (de firma Marcussen uit het Deense Aabenraa) betekende het beginpunt van een jarenlange oriëntatie op de noord-duitse en deense traditie door de hele Nederlandse orgelbouw en dat had weer gevolgen voor de door Nederlandse organisten te spelen orgellitera tuur. Het Couperin-orgel van de orgelbouwer Koenig uit het franse Sarre- Union, dat hedenavond officieel wordt gepresenteerd, kan dezelfde scharnierfunctie vervullen. Natuurlijk herhaalt de geschiedenis zich nooit en mogelijk zijn daarom ook de hierboven aangegeven paralel len wat te suggestief. Maar onmisken baar is toch in Nederland een lang zaam duidelijker wordende gebla seerdheid te onderkennen over wat wordt gezien als een schier eindeloze herhaling van 6 én speciaal orgeltype een type waarvan overigens ieder een volmondig de verdiensten en het historisch belang erkent. Achter die geblaseerdheid zit de er kenning dat de wereld groter is dan de smalle strook van de Noord- en Oostzeekust en de orgelliteratuur uit gebreider dan Buentehude, Böhm en LUbeck. 'Je kunt Franck er niet meer oo spelen', was vlak na de oorlog het teleurgestelde commentaar van de in de jaren dertig opgroeiende schare or gel liefhebbers, die opeens werd gecon fronteerd met al die hoge vulstemmen van Deense komaf. 'Een fluitketeltje', smaalde een man als Piet van Eg- mond toen hij het imposante en im ponerende Marcusorgel in de Nicolai- kerk in Utrecht bespeelde. Niet voor Franck Nu is er dan weer een op de franse orgelstijl georiënteerd orgel in Neder land geplaatst, maar om meteen elk misverstand te voorkomen: ook op het VU-orgel kan Franck niet adequaat en stijlgetrouw worden gespeeld. De ne gentiende eeuwer César Franck werd voor zijn orgelcomposities vooral geïnspireerd door de grote orgels van zijn tijdgenoot Aristide Cavaillé-Coll. Het voorbeeld voor het nieuwe Cou perin-orgel ligt bij het klassieke Fran se orgel, zoals dat bekend geweest is bij componisten en organisten als Francois Couperin, Louis Marchaud, Louis-Claude d'Aquin, Louis-Nicolas Clérembault en zoals het beschreven is in het achttiende eeuwse (en nog niet zo lang geleden herdrukte) stan daardwerk 'L'art du facteur d'orgues' van Dom Bédos. Om een aardrijks kundig oriëntatiepunt te geven: het orgel in de kathedraal van Poitiers (uit 1790, bouwer Francois Henri Clicquot). Het Couperin:orgel is een voor Neder land uniek instrument. Het initiatief voor de bouw is genomen door twee hoogleraren in de medische faculteit (beiden behorend tot de in Nederland zo grote schare van orgelliefhebbers en orgelkenners), dr. F. C. Stam en dr. A. C. Drogendijk. In een later sta dium kwam drs. Ewald Kooiman er bij de 35-jarige VU-medewerker. die het merkwaardige dubbel-leven leidt van wetenschappelijk medewer ker aan de Vrije Universiteit (voor Franse taal- en letterkunde) en van eoncertorganist (hij heeft de Prix d'Excellence). Als bouwer van het orgel (dat als type ook in Frankrijk zelf een schaars goed geworden is omdat daar net als hier menig orgel aan de wanen van de dag is opgeofferd) vond Ewald Kooiman in het kleine Sarra-Union vader en zoon Koenig, die tenslotte bereid bleken voor de uitvoering van het werk mee te werken met de Ne derlandse orgelbouwers Fonteyn Gaal. Deze Nederlandse firma zorgde o.a. voor de kas en de laden. Consequente kopie Het Couperin-orgel is tot in de klein ste details een kopie van het Franse orgel. Dat beeld is consequent nage streefd zonder enig compromis en dat maakt dat niet elke Nederlandse organist zich zonder meer thuis zal voelen achter de klavieren van dit in strument. Het Couperin-orgel heeft twee volledi ge werken: een rug- en een hoofdwerk en een vrij pedaal. Verder zijn er nog twee diskant-klavieren: een récit en een ergens in de buik van het orgel Ds. J. Lugtighcid, hervormd predi kant te Sneek schrijft ons; Het grieft mij erg in üw editie van donderdag 17 mei te lezen, dat ir. Van der Graaf opnieuw probleemloos afstuift op de z.g. 'messiaanse theolo gie'. Deze mag volgens hem niet on weersproken blijven. Sinds kosmo- komplot hebben we nu vijf keer een dag gepraat met elkaar: zeven leden van de Gereformeerde bond en zeven van Septuagint. Daarbij waren ook dr. Bout en ir. Van der Graaf. Uitvoerig hebben we gepraat over de messiaanse theolcgie en over ons z.g. politiek messianisme. Samen hebben we Psalm 72 geëxegeti- seerd, de psalm van de werkelijke en rechtvaardige koning. Toen we aan het eind van die dag de kring rond gingen met de vraag: 'hoe hebben we het gehad' was ieder unaniem van mening dat we veel geleerd hadden van elkaar. Juist die dag was de una nieme reaktie van de Geref.bondsmen- sen: we begrijpen jullie beter en we zien in dat ook wij ons door jullie moeten laten corrigeren. Telkens op nieuw hebben we zinvol en naar mijn ervaring gezegend gesproken over juist deze dingen in een wederzijdse waardering. Dan komt het op mij af als oneerlijk heid, wanneer de heren Bout en Van der Graaf op hun toogdag maar weer rustig hun accoorden aanslaan (die het kennelijk zo goed doen) zonder met dankbaarheid melding te maken van de ontmoeting met enkele 'poli tieke messianisten die broeders bleken te zijn. Ik denk dat er in onze kerk ook erg veel behoefte is aan echte eerlijkheid. In deze zin: dat wat men aan authenticiteit een echte inspiratie bij de ander gezien heeft in een per soonlijke ontmoeting ook publiekelijk durft door te geven aan de eigen ach terban. Zelf probeer ik telkens mijn blijdschap te uiten over onze positie ve ontmoetingen. Dan wordt mij keer op keer deze oneerlijkheid (het gego ten beeld 'je kunt ze nooit vertrou wen') als kluif voor de voeten gewor pen. Zelfs door hen die met veel ver ve in dikke en dunne geschriften de schrijvers van het getuigenis te lijf gaan. Ik hoop broeders Van der Graaf en Bout dat deze smaders aan de kant geen gelijk krijgen. Ir. J. van der Graaf tekent hierbij aan: Om onjuiste beeldvorming te voorko men moet ik wel reageren op de op merkingen van ds. Lugtigheid, waar mee hij publiciteit geeft aan de ge sprekken dan naar de G.B.-gespreks- bondens en leden van Septuagint. Ds. Lugtigheid trekt conclusies die nie mand van de G.B.-gesprekspartners kan trekken of getrokken heeft. DS. Lugtigheid heeft kennelijk meer naar zichzelf geluisterd tijdens de ge sprekken dan naar de G.B.-gesprek spartners, aan wie hij 'unaniem' zijn eigen conclusies opdringt (er waren overigens aan het slot van de bespre king van psalm 72 nog slechts enkele van de gesprekspartners aanwezig). Heeft ds. Lugtigheid misschien open hartigheid en eerlijkheid in de ge sprekken voor congenialiteit of broe derschap aangezien? De werkelijke stand van zaken is intussen dat na het derde gesprek de zaak in een dui delijke impasse kwam. toen namelijk ds. J. Vuyst uit Zeist sprak over het ingaan in het koninkrijk Gods en in dit verband de sociale armen zag als de erfgenamen als het Rijk. Het is niets voor niets dat de gesprek partners van de gespreksleider vorige week een briefje kregen met de vraag of men doorgaan met de gesprekken nog wel zinvol achtte. De eerlijkheid gebiedt me dit hier te zeggen, omdat ds. Lugtigheid suggereert dat de ge sprekken tot conclusies leiden die mijn opmerkingen op de jaarvergade ring weerspreken. Wat ik op de jaar vergadering uitsprak ligt echter in het verlengde van wat in de gesprek ken door ons is verwoord. De gesprek ken met Septuagint - niet in het minst het gesprek waar ds. J. Vuyst zijn visie ontwikkelde - heeft te meer duidelijk gemaakt dat de kerk de mes siaanse theologie niet onweersproken mag laten. Wat het Getuigenis heeft willen zeggen over de messiaanse the ologie is door de gevoerde gesprekken bepaald niet van minder betekenis ge worden, ook al werden die gesprekken in alle openhartigheid en eerlijkheid gevoerd. De Rotterdammer Nieuwe Haagse Courant Nieuwe Leidse Courant Dordts Dagblad Uitgaven van B V. De Christelijke Pers Dagelijks bestuur: B. Bol. Den Haag. d'. E Bleumink. Paters vv^Je: rT;r G C. van Dam. Nootdorp. W A Fibbe. Rot terdam J Lanser, Utrecht: drs J W de Pous. Den Haag. J SmaMenbroek. Wassenaar Overige leden van het alge meen bestuur: K. Abma. Am sterdam. H. A. de Boer. IJmui- den. Th. Brouwer. Assen: mr. dr. J. Donner. Den Haag: J. van Eibergen. Schaarsbergen; mr. K. ven Houten. Wagenin- gen: ds C. I. Hylkema, Biit- hoven; Jac. Huijsen, Deltt; mevrouw M. C. E. Klooster- man-Fortgens, Voorschoten; mevrouw J. G. Kraayeveld- Wouters, Heeihugowaard; prol. dr. G. N. lammens, Naarden; ds. F. H. Lands man, Den Haag; H. de Moolj, Rijnsburg: H. Ottevanger, Bui tenpost; mr. dr J. Ozinga, Lunteren; H. H. Wemmers, Den Haag: drs, R. Zijlstra, Oosterland (Zld.). Directie: Ing. O. Postma, F. Diemer. Hoofdredactie: J. Tamminga. Hoofdkantoor B.V. De Christelijke Pers. NZ. Voorburgwal 276 - 280, A'dam. Postbus 859. Telefoon 020-22 03 83. Postgiro: 26 92 74. Bank: Ned. Midd. Bank (rek.nr. 69 73 60 768). Gem.giro X 500. Nieuw liedboek (2) Als dr. Honders meent, dat hij op een zo hooghartige manier als hij deed. de argumenten van dr. B. W. Steenbeek te Hoogeveen die hij inbracht tegen het nieuwe liedboek, kan negeren en de toch wel overtuigende artikelen in het Hervormde Weekblad eventjes af doet met 'wat cijfergegoochel' dan is dat zijn zaak. Maar als hij meent dat hij mij en velen met mij daarmee kan winnen voor het nieuwe liedboek, dan heeft hij het mis. Hij zal dan toch wel met andere argumenten moe ten komen dan wat geschiedenis uit het begin der reformatie. Zoals de ou de psalmberijming in het verleden velen heeft vertroost, op ziek- of sterf bed, zo hebben dat cok de gezangen ge daan, ook al hebben deze mensen zich dan moeten redden met Rheinvis Feith en Hieronymus van Alphen. Daar kun nen de hoogdravende en voor de ge wone kerkmensen onbegrijpelijke lied jes, op hun misselijke zangwijzen van Jan Wit en Barnard, echt niet tegen op. Maar wat wil men, dr. Honders is verbonden aan het instituut voor li- turgiewetcnschap. Ik heb zo het ver moeden, dat het een instituut is waar mee de eenvoudige kerkmensen de kerk worden uitgejaagd omdat ze toch niet snappen, wat daar in Groningen zo al wordt gebrouwd. Bruinisse S. A. Jumelet Az. Verwerpelijke weg Langzamerhand wordt het wat eento nig om als het ware op vaste tijden te lezen over bezetting van academische gebouwen. Beurtelings is het deze of gene universiteit, waar men ter berei king van een soms duidelijk, soms wat vaag doel een bezetting door stu denten ten uitvoer legt. Risico wordt er door de betrokkenen in heel gerin ge mate gelopen. Zij behoeven niet uit door hen gevormde kassen in hun levensonderhoud te voorzien en hun acties te bekostigen. Zij leggen het werk der universiteit weliswaar stil, maar ook dit treft hun niet recht streeks, daar zij zelf al bezettende kunnen uitrusten van hun misschien omvangrijke arbeid. Men kan uitreke nen dat, gelet op het bedrag hetwelk een student jaarlijks van de overheid aan uitgaven vergt, een bezettende student per week ƒ400.- gemeen schapsgeld usurpeert zonder daar een andere prestatie tegenover te stellen dan het 'stomme getuigenis' der. bezet ting. Van democratisch overleg is bij der gelijke voorvallen geen sprake. Als men de eigen zin niet krijgt, maakt men van de bekende intimidatiemid delen gebruik, waartegen instellingen voor wetenschappelijk onderwijs even min als kerken verweer hebben. Dat het beeld van universiteiten en hoge scholen hierdoor ongunstig wordt beïnvloed doet kennelijk niet ter za ke. Wat moeten niet-studerende jon gelui van zulke studentikoze daden denken: inzet van de strijd is soms de verzwaring van tentamenstof met een paar honderd bladzijden! Het zou wenselijk zijn dat de enkele tientallen studenten bij de kleine be zettingen betrokken, en de enkele honderden studenten van de grotere 'operaties' nu eens hoorden van de meerderheid van hun collega's hoe zij toch heel weinig beseffen dat het kunnen studeren niet 'onaardig' is en dat de mogelijkheid hiertoe niet te benutten doordat men bezet, asociaal moet heten. Het technisch en administratief perso neel der universiteiten wordt in elk geval dit gedartel beu, temeer omdat zulks ten aanzien van werkelijk belang rijke acties aantast. Wat hen, die met onderzoek- en onderwijs belast zijn aangaat, de academische werk kring wordt er voor hen niet aantrek kelijker op. intengendeel. Zij die an ders een universitaire post zouden willen, dreigen nu de universiteit te gaan mijden. Is er geen lichtzijde? Het vormt een ervaringsfeit, dat het verstand met de jaren komt. Dus zal men hopelijk le ren wat het betekent aan een gedemo cratiseerde universiteit te studeren. Jammer is slechts dat het, evenals bij de desbetreffende 'kiezen', nogal lang duurt voor het verstand doorbreekt. Zeist I. A. Diepenhorst De speeltafel van het nieuwe Couperin-orgel in de aula van de Vrije Universiteit met het kistpedaal. ingebouwd echo-werk. Het hoofd- en rugwerk loopt van C tot d"'; het pe daal van C tot d' met een merkwaar dige en in Nederland nog nooit eer der vertoonde uitbreiding naar contra A voor de twee tongwerken op de pe daallade. Er is een normaal Nederlands pedaal klavier en dat zou in zekere zin het enige compromis in dit orgel kunnen worden genomen. Maar dat pedaal-kla vier is met een eenvoudige handbewe ging weg te halen en dan kan het met een zelfde eenvoudige handbeweging vervangen worden door een typisch Frans kistpedaal. Dat kistpedaal is niet alleen gerecon strueerd om de aardigheid en ter ver hoging van de sfeer van authenticiteit rondom dit orgel. Ewald Kooiman wil ook met de concertpraktijk op dit kistpedaal bewijzen dat anders dan tot nu toe in de literatuur over de in terpretatie van de oude franse mees ters werd aangenomen wel degelijk legato-spel mogelijk is. Concerten Overigens zal Kooiman, die de otficiële titel van universiteitsorganist er bij gekregen heeft, zich in de concert praktijk op dit orgel niet beperken tot de Franse meesters. Ook voor de de laatste tijd zo merkwaardig popu lair geworden Engelsen als Stanley en Walond en vader en zoons Bach is dit Couperin-orgel zeer geschikt. Er komen concerten (pauze-concerten tussen de middag bijvoorbeeld voor het personeel van de Vrije Universi teit en de kantoren rondom) maar ook zal dit orgel mede een plaats krijgen in de Haarlemse orgelmaan- den. Van een onzer verslaggevers UTRECHT De christelijke gereformeerde vrouwenverenigingen hebben het jubileum van hun bond gisteren gevierd met klinkende munt: 178.000 gulden brachten zij bijeen voor hun actie 'Voor vrou wen in de verte'. Dit geld is bestemd voor vrouwenwerk in Venda- land (Zuid-Afrikal en Mamasa (Celebes). Met beide gebieden heb ben de christelijke gereformeerde kerken contacten door hun zen dingswerk. En niet in de laatste plaats: het orgel staat in een universiteit en dat geeft de mogelijkheid dat er ook naar de zijde van de wetenschap impulsen van uitgaan. Om concreet te maken wat hem bij het uitspreken van die wens concreet voor ogen staat, haalt Kooi man het voorbeeld aan van het vlak na de eerste wereldoorlog gebouwde Praetorius-orgel in de universiteit van Freiburg dat één van de krachtigste impulsen bleek te zijn voor de Duitse, ja zelfs voor de hele Europese orgel beweging. En dan is dit orgel beslist niet het laatste woord een poging om het type boven alle anderen zalig te prij zen. 'Als er iemand zou komen die in Nederland een echte goeie kopie zou willen bouwen van bijvoorbeeld een Spaans of een Italiaans orgel zou ik het alleen maar toejuichen en zelfs willen meewerken om .het project van de grond te krijgen', zegt Ewald Kooi man. Zeventienhonderd dames waren giste ren op een feestelijke dag in een overvol Tivoli, waar veel en goed ge zongen werd, om er het 25-jarig jubi leum van hun bond te vieren. Het was pas in 1948, om precies te ziy? op 30 september, dat deze vrouwenbond werd opgericht. En uit de terugblik ken gisteren werd wel duidelijk, dat er in het begin nog wel wat weerstan den moesten worden overwonnen. Er waren plaatselijk hier en daar wel vrouwenverenigingen, maar die hiel den zich meestal alleen bezig met spe cifiek vrouwelijke bezigheden als naaien, breien en handwerken. Waar was nu zo'n bond voor nodig? Later kwam daar, mede dankzij de stimule rende werking, die van het bondsbe- stuur uitging, studie bij en ook veler lei activiteiten, zowel ten dienste van het eigen kerkelijke leven als voor projecten daarbuiten, meestal ten be hoeve van de zending. Thans telt de bond 157 verenigingen met ruim 3100 leden. Hoewel het laatst opgericht, is hij nu de bloeiendste van het vereni gingsleven in de christelijke gerefor meerde kerken. 'Men zegt: wat de vrouwenverenigin gen doen, lukt altijd. Maar niet wij. God deed het..' aldus presidente me vrouw B. J. Velema-Benschop. Mejuff- frouw M. C. Nieuwland, uit Voorburg hield een referaat, waarin zij naging wat er de laatste jaren allemaal ver anderd is en wat daarvan de konse- kwenties zijn voor de vrouw. Tot de moeders zei zij: 'U bent er niet, wan neer u uw kinderen naar een christe lijke school stuurt en de gelegenheid geeft kennis te vergaren. Wilt u uw kinderen goed opvoeden, dan is daar voor nodig voortdurende bezinning, wandel met God er gebed om wijs heid'. 'Het moet er ons niet om gaan, persé de gelijke van de man te willen zijn, maar met onze eigen geaardheid en onze talenten op de plaats waar wij gesteld zijn een christenvrouw te zijn ten dienste van ons volksleven', aldus mejuffrouw Nieuwland. De dispositie van het Couperin- orgel is: Hoofdwerk: bourdon 16, bour don 8, flüte 4, nasard 2 2/3, grosse tlerce 3 1/5, tierce 1 3/5, dessus de cornet 5 rangs, mon- tre 8, prestant 4, doublettc 2, fourniture 4 rangs, cymbale 3 rangs, trompette 8, voix humainc 8, clairon 4. Rugwerk: bourdon 8, nasard 2 2/3, tlerce 1 3/5, Iarigot 1 1/3, prestant 4, doublette 2, fourni ture 3 rangs, cymbale 2 rangs, cromorne 8. Récit: cornet 5 rangs en trom pette 8. Echo: flüte 8, flüte 4, cornet 3 rangs, trompette 8. Pédale: flüte 8, flüte 4, flüte 2, trompette 8 en clairon 4. Omvang klavieren van hoofd en rugwerk: C tot d*"; van récit en echo: g tot d'"; van de tong werken op het pedaal Contra A tot d' en van de fluiten C tot d'. Koppelingen van hoofd- en rug werk en van pedaal aan hoofd werk. Om het klassieke karakter te on derstrepen staat het orgel een toon lager dan thans gebruike lijk is en is gekozen voor een niet evenredig zwevende stem ming. KAN ER NOOIT GENOEG GEI GEN WORDEN? Nog even over dat zingen van ren. Ik herinner me een verhaal: een collega mij eens in de verre pen vertelde. Het ging over de k raad waar hij lid van was in he derland. Men had daar de gewc om de vergaderingen niet alleen zingen te openen maar ook te slu Omdat het op een bepaalde avonc al druk geweest was stelde de vo ter voor om dit keer het zingen na te laten. Een van de leden va kerkeraad die dit voorstel niet hoord had vroeg aan het eind woord. 'Wordt er tegenwoordig meer gezongen?', zo klonk zijn k lig verzoek om nadere informatie om maar met een eigen standpu: de strijd te werpen merkte hij da onmiddellijk op: 'Er kan nooit ge gezongen geworden'. Zijn mi wekte daar weliswaar niet erg to of animeerde althans niet bijzoi maar dat was zijn mening. Nu een tegenover hem zittende bro de tijd aangebroken om ook een in 't zakje te doen. Hij replied met: 'Ja, maar er moet ook af en koffie gedronken worden'. Duic is dat de laatste spreker niet erg gevoeld zou hebben voor de 'eeu kantorij' van de Hertog, waar we gisteren over hadden. Hij had ge Er moet ook koffie gedronken den. En er moet natuurlijk veel m=| Zingen is goed en we doen het schien te weinig, maar het heeft z'n grenzen. Ook Paus Johannes X moet het eens het zingen van me nonnen onderbroken hebben ze op iets anders te wijzen. Het we liedboek is een geschenk vooi kerken en die kerken doen er g aan ernst te maken met deze nie jg gezangen. Maar spoedig genoeg zu gj zij merken dat de inhoud van deze deren allerminst vrijblijvend is en zingen ergens heen werkt, nl. naar tiviteit Met ons zingen alleen is dc menleving niet gediend. Er moet M uit ons zingen komen. Ik dacht jiI het nieuwe liedboek ook daarvoor g maakt was. iaj Kkft •g.l HERVORMDE KERK Afscheid: van Wolvega: D. Papmal gens benoeming bij het werelddj van Scheveningen. G. Zonneberg, I roepen te Heerde. Intrede: te Nunspeet S. T. Baarda^ Well en Ammerzoden; te Amsteril (stud, pred.) dr. S. E. Hof, uit D~ (Luth.) te Velsen btgw. gem. in mr. G. C. Mulder uit Rotterdam-Hl gersberg. (vrijz.) 31 mei te Zo< meer: I. Kok uit Baarn. Aangenomen naar IJssselstein: J. len te Werkendam. GEREF. KERKEN Intrede te Den Helder: H. Koetsv uit De Lier. Afscheid wegens emeritaat J. S. G q danus te Dedemsvaart. Beroepen te Rotterdam-IJsselmon B Fidder te Appingedam. Aangenomen naar Haarlem-Noord: H. J. Kouwenhoven te Vlaardingen. Overleden: W. Okkema (66), pred. van Nijeveen, stond tevoren Hemelen. CHR. GEREF. KERKEN Bedankt voor Boskoop: H. de Graaf)"' Maarssen. Kerk in «I<- wi'ri'M KERK/BINNENLAND godsdienstige overtuiging inneémt en een gods dienstige overtuiging kan men niet veranderen door het nemen van wettelijke maatregelen. Als je iets wilt vernietigen dat wortelt in iemands culturele achtergrond moet je hem als mens tege moet treden en ik zeg nogmaals, de enige, die ie mand werkelijk met een ander in gemeenschap kan brengen is Jezus Christus'. Eigen weg Tom Skinner is een enfant terrible - ten eerste voor de 'Black Theology' want uit zijn prediking blijkt dat hij zich gelijkelijk tot blank en zwart blijft wenden. Zijn kritiek op de zwarte kerken is niet mals en hij heeft het verwijt al op zich gela den een 'Uncle Tom' te zijn. Soms zijn zijn vra gen aan zijn gehoor in Harlem ook nogal simplis tisch: 'Is de blanke er de oorzaak van dat zoveel ir. zwarten zo gek zijn liever met het volle weeklo hij de eerste de beste bar aan te leggen inplaï van naar huis te gaan, naar vrouw en kindere B Elk jaar worden er hier duizenden onwettige kF: deren geboren. Is er een blanke met een pisteri in de hand die onze jonge mensen dwingt tot H*5 verrichten van onzedelijke handelingen?' Ik kl me voorstellen dat hij dit hen vertrouwelijk f1 pepert, maar het is wat anders om het te laten drukken zodat blanke lezers er een historis!" alibi aan kunnen ontlenen. Met groot geduld wijdt hij zich achterin zijn bo aan het beantwoorden van 'de meest voorkomen a vragen die blanke evangelische christenen uit Amerikaanse samenleving dikwijls stellen over neger'. Er zijn vragen bij die met geen tang «e aan te pakken zijn, zoals 'Alle negers maken roer, waarom doen ze dat?' of 'Zal integratie nl j leiden tot gemengde huwelijken en verbasteriL der rassen?' Men kan uit zijn argumentatie afl(| den wat het voor zwarten betekent om dagelij in de omgeving van, zoals dat heet, bijbelgetro we christenen te verkeren. Ook voor hen is To, Skinner een enfant terrible. Hij verwijt velen vi;; hen huichelarij omdat ze zich vreselijk opwindt over het normenverval en de vrijzinnigheid ma, zodra een stadswijk zwart wordt schielijk met blanken mee naar de buitenwijken trekken en zwarten 'aan de duivel overlaten'. En over de on" zaak van de 'vrijzinnigheid' onder veel zwar1 christenen zegt hij: 'Op de meeste bijbelschoU in Amerika werden geen zwarten toegelaten. Zeli heden ten dage zijn er nog scholen die in hu: reglementen en statuten hebben staan dat er gee:, negers mogen studeren aan hun bijzondere chria telijke school, universiteit of bijbelschool. Daare tegen openden de meeste vrijzinnige, neo-orth doxe en radicale theologische scholen hun deun voor de zwarten'. Hij toornt elders dan In d1 boek ook tegen de neiging in deze zelfde krii, gen om God en Amerika in een heilig verbond brengen. Het is niet 'en-en' zegt hij, maar 'of-of of het Kruis of de vlag, of God of het vaderlan< Andere keus En tot grote consternatie van vele van zijn fundi mentalistische vrienden, die in navolging val Billy Graham Nixon steunden, werd Tom Skinna een der leiders van de beweging 'Evangelicals fol McGovern'. Volgend jaar komt er weer een grod wereld-evangelisatiecongres in Lausanne met Gra ham als primus inter pares. Het zal mij benieuwe» of Tom Skinner daarbij wordt uitgenodigd. q 'Ik ben zwart maar vrij'. Tom Skinner. Uitg. Wé ver, 133 pag., prijs 8.90. Tom Skinner door H. Biersteker T. Wever in Franeker, bekend uitgever van chris telijke opwekkingslectuur, heeft zijn clièntele een goede dienst bewezen door deze nu ook eens te la ten kennismaken met de meest op de voorgrond tredende zwarte evangelist in Amerika, Tom Skin ner. Zijn levensbeschrijving 'Ik ben zwart maar vrij'*) (oorspronkelijke titel 'Black and Free") is vervuld van de ontdekking van Christus maar praat met een nieuwe naïviteit over al het andere heen. zoals in dit soort lectuur nogal eens ge beurt. Tom Skinner, een uit de hand gelopen dominees zoon uit Harlem, leider van de beruchte benden de 'Lords of Harlem' heeft nog altijd een mes thuis, waarvan het handvat 22 inkervingen heeft. Even vaak, bekent hij, is het in het lijf van een andere jongen gestoken tijdens de vele vechtpar tijen die de streetgangs in Harlem met elkaar voerden. Zijn bekering is een hele nuchtere ver andering van inzicht, maar komt alleen zoals vele. bekeringen vreselijk ongelegen - net als hij de strategie voor de Lords zit uit te werken voor een van de grootste, veldslagen tot dusver, waar een stuk of zes bendes bij betrokken waren. En dan kun je niet zeggen 'Nou jongens, het was prettig met jullie kennis gemaakt te hebben. Goeie dag!' Het wonderlijke proces van zijn afscheid v^n de bende, met medeneming van een paar eveneens bekeerde bendeleden, zonder dat er wraak op hem wordt genomen, is geloofwaardig beschreven. De 'wonderen' die hij beschrijft, liggen zoals overal in zijn boek in het psychologische vlak, het is het bovenal ontwapenende effect van zijn verkondiging. Wat eveneens de aandacht trekt is zijn beklem mende analyse van het leven in het grote zwarte ghetto, het vaderbeeld en het moederbeeld waar de jeugd op reageert, de terneerdrukkende geschie denis van de Afro-Amerikanen die hen gebracht heeft waar zij nu zijn. Tegelijk zit daar voor hem de grootste uitdaging in om door niets anders dan het geloof in Christus uit die vicieuze cirkel te breken.Tom Skinner gaat helemaal te werk vol gens het bekende Amerikaanse model van evange lisatie-kruistochten, maar hij belooft zijn bekeer lingen geen gouden bergen: 'Ik zeg niet dat door het aanvaarden van Jezus Christus in uw leven de vooroordelen zullen ophouden te bestaan en dat de wereld dan plotseling beter leefbaar wordt, dat haat en naijver in ons land dan plotseling vernie tigd uilen worden. Maar ik zeg eenvoudig dit - dat uw overgave aan de Persoon van Jezus Chris tus het u mogelijk zal maken deze omstandighe den onder ogen te zien en ze te overwinnen'. De zelfde soberheid neemt hij in acht ten opzichte van structurele oplossingen van het rassenvraag stuk: 'Wij moeten niet vergeten, dat het vooroor deel in ons land voor velen de plaats van een

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1973 | | pagina 2