VU-orgel getrouwe kopie
klassiek Frans orgel
enfant
terrible
Tom Skinner,
Geref. bond en het
politiek messianisme
Chr. geref. vrouwen vieren
feest met klinkende munt
Vanavond presentatie in Universiteit
Trouw
K wart et
Dispositie
Beroepings-
werk
vandaag
-
TROUW/KWARTET VRIJDAG 25 MEI 1973
door J. Kuijk
AMSTERDAM Er zijn in Nederland twee orgels naar een com
ponist genoemd: het Sweelinck-orgel in de NCRV studio in Hilver
sum en het Couperin-orgel in de aula van het nieuwe complex van de
Vrije Universiteit.
Het Sweelinck-orgel, in 1951 gebouwd door een buitenlandse orgel
bouwer (de firma Marcussen uit het Deense Aabenraa) betekende
het beginpunt van een jarenlange oriëntatie op de noord-duitse en
deense traditie door de hele Nederlandse orgelbouw en dat had weer
gevolgen voor de door Nederlandse organisten te spelen orgellitera
tuur.
Het Couperin-orgel van de orgelbouwer Koenig uit het franse Sarre-
Union, dat hedenavond officieel wordt gepresenteerd, kan dezelfde
scharnierfunctie vervullen.
Natuurlijk herhaalt de geschiedenis
zich nooit en mogelijk zijn daarom
ook de hierboven aangegeven paralel
len wat te suggestief. Maar onmisken
baar is toch in Nederland een lang
zaam duidelijker wordende gebla
seerdheid te onderkennen over wat
wordt gezien als een schier eindeloze
herhaling van 6 én speciaal orgeltype
een type waarvan overigens ieder
een volmondig de verdiensten en het
historisch belang erkent.
Achter die geblaseerdheid zit de er
kenning dat de wereld groter is dan
de smalle strook van de Noord- en
Oostzeekust en de orgelliteratuur uit
gebreider dan Buentehude, Böhm en
LUbeck. 'Je kunt Franck er niet meer
oo spelen', was vlak na de oorlog het
teleurgestelde commentaar van de in
de jaren dertig opgroeiende schare or
gel liefhebbers, die opeens werd gecon
fronteerd met al die hoge vulstemmen
van Deense komaf. 'Een fluitketeltje',
smaalde een man als Piet van Eg-
mond toen hij het imposante en im
ponerende Marcusorgel in de Nicolai-
kerk in Utrecht bespeelde.
Niet voor Franck
Nu is er dan weer een op de franse
orgelstijl georiënteerd orgel in Neder
land geplaatst, maar om meteen elk
misverstand te voorkomen: ook op het
VU-orgel kan Franck niet adequaat en
stijlgetrouw worden gespeeld. De ne
gentiende eeuwer César Franck werd
voor zijn orgelcomposities vooral
geïnspireerd door de grote orgels van
zijn tijdgenoot Aristide Cavaillé-Coll.
Het voorbeeld voor het nieuwe Cou
perin-orgel ligt bij het klassieke Fran
se orgel, zoals dat bekend geweest is
bij componisten en organisten als
Francois Couperin, Louis Marchaud,
Louis-Claude d'Aquin, Louis-Nicolas
Clérembault en zoals het beschreven
is in het achttiende eeuwse (en nog
niet zo lang geleden herdrukte) stan
daardwerk 'L'art du facteur d'orgues'
van Dom Bédos. Om een aardrijks
kundig oriëntatiepunt te geven: het
orgel in de kathedraal van Poitiers
(uit 1790, bouwer Francois Henri
Clicquot).
Het Couperin:orgel is een voor Neder
land uniek instrument. Het initiatief
voor de bouw is genomen door twee
hoogleraren in de medische faculteit
(beiden behorend tot de in Nederland
zo grote schare van orgelliefhebbers
en orgelkenners), dr. F. C. Stam en
dr. A. C. Drogendijk. In een later sta
dium kwam drs. Ewald Kooiman er
bij de 35-jarige VU-medewerker.
die het merkwaardige dubbel-leven
leidt van wetenschappelijk medewer
ker aan de Vrije Universiteit (voor
Franse taal- en letterkunde) en van
eoncertorganist (hij heeft de Prix
d'Excellence).
Als bouwer van het orgel (dat als
type ook in Frankrijk zelf een schaars
goed geworden is omdat daar net als
hier menig orgel aan de wanen van
de dag is opgeofferd) vond Ewald
Kooiman in het kleine Sarra-Union
vader en zoon Koenig, die tenslotte
bereid bleken voor de uitvoering van
het werk mee te werken met de Ne
derlandse orgelbouwers Fonteyn
Gaal. Deze Nederlandse firma zorgde
o.a. voor de kas en de laden.
Consequente kopie
Het Couperin-orgel is tot in de klein
ste details een kopie van het Franse
orgel. Dat beeld is consequent nage
streefd zonder enig compromis en
dat maakt dat niet elke Nederlandse
organist zich zonder meer thuis zal
voelen achter de klavieren van dit in
strument.
Het Couperin-orgel heeft twee volledi
ge werken: een rug- en een hoofdwerk
en een vrij pedaal. Verder zijn er nog
twee diskant-klavieren: een récit en
een ergens in de buik van het orgel
Ds. J. Lugtighcid, hervormd predi
kant te Sneek schrijft ons;
Het grieft mij erg in üw editie van
donderdag 17 mei te lezen, dat ir.
Van der Graaf opnieuw probleemloos
afstuift op de z.g. 'messiaanse theolo
gie'. Deze mag volgens hem niet on
weersproken blijven. Sinds kosmo-
komplot hebben we nu vijf keer een
dag gepraat met elkaar: zeven leden
van de Gereformeerde bond en zeven
van Septuagint.
Daarbij waren ook dr. Bout en ir.
Van der Graaf. Uitvoerig hebben we
gepraat over de messiaanse theolcgie
en over ons z.g. politiek messianisme.
Samen hebben we Psalm 72 geëxegeti-
seerd, de psalm van de werkelijke en
rechtvaardige koning. Toen we aan
het eind van die dag de kring rond
gingen met de vraag: 'hoe hebben we
het gehad' was ieder unaniem van
mening dat we veel geleerd hadden
van elkaar. Juist die dag was de una
nieme reaktie van de Geref.bondsmen-
sen: we begrijpen jullie beter en we
zien in dat ook wij ons door jullie
moeten laten corrigeren. Telkens op
nieuw hebben we zinvol en naar mijn
ervaring gezegend gesproken over
juist deze dingen in een wederzijdse
waardering.
Dan komt het op mij af als oneerlijk
heid, wanneer de heren Bout en Van
der Graaf op hun toogdag maar weer
rustig hun accoorden aanslaan (die
het kennelijk zo goed doen) zonder
met dankbaarheid melding te maken
van de ontmoeting met enkele 'poli
tieke messianisten die broeders bleken
te zijn. Ik denk dat er in onze kerk
ook erg veel behoefte is aan echte
eerlijkheid. In deze zin: dat wat men
aan authenticiteit een echte inspiratie
bij de ander gezien heeft in een per
soonlijke ontmoeting ook publiekelijk
durft door te geven aan de eigen ach
terban. Zelf probeer ik telkens mijn
blijdschap te uiten over onze positie
ve ontmoetingen. Dan wordt mij keer
op keer deze oneerlijkheid (het gego
ten beeld 'je kunt ze nooit vertrou
wen') als kluif voor de voeten gewor
pen. Zelfs door hen die met veel ver
ve in dikke en dunne geschriften de
schrijvers van het getuigenis te lijf
gaan. Ik hoop broeders Van der
Graaf en Bout dat deze smaders
aan de kant geen gelijk krijgen.
Ir. J. van der Graaf tekent hierbij
aan:
Om onjuiste beeldvorming te voorko
men moet ik wel reageren op de op
merkingen van ds. Lugtigheid, waar
mee hij publiciteit geeft aan de ge
sprekken dan naar de G.B.-gespreks-
bondens en leden van Septuagint. Ds.
Lugtigheid trekt conclusies die nie
mand van de G.B.-gesprekspartners
kan trekken of getrokken heeft.
DS. Lugtigheid heeft kennelijk meer
naar zichzelf geluisterd tijdens de ge
sprekken dan naar de G.B.-gesprek
spartners, aan wie hij 'unaniem' zijn
eigen conclusies opdringt (er waren
overigens aan het slot van de bespre
king van psalm 72 nog slechts enkele
van de gesprekspartners aanwezig).
Heeft ds. Lugtigheid misschien open
hartigheid en eerlijkheid in de ge
sprekken voor congenialiteit of broe
derschap aangezien? De werkelijke
stand van zaken is intussen dat na
het derde gesprek de zaak in een dui
delijke impasse kwam. toen namelijk
ds. J. Vuyst uit Zeist sprak over het
ingaan in het koninkrijk Gods en in
dit verband de sociale armen zag als
de erfgenamen als het Rijk.
Het is niets voor niets dat de gesprek
partners van de gespreksleider vorige
week een briefje kregen met de vraag
of men doorgaan met de gesprekken
nog wel zinvol achtte. De eerlijkheid
gebiedt me dit hier te zeggen, omdat
ds. Lugtigheid suggereert dat de ge
sprekken tot conclusies leiden die
mijn opmerkingen op de jaarvergade
ring weerspreken. Wat ik op de jaar
vergadering uitsprak ligt echter in
het verlengde van wat in de gesprek
ken door ons is verwoord. De gesprek
ken met Septuagint - niet in het
minst het gesprek waar ds. J. Vuyst
zijn visie ontwikkelde - heeft te meer
duidelijk gemaakt dat de kerk de mes
siaanse theologie niet onweersproken
mag laten. Wat het Getuigenis heeft
willen zeggen over de messiaanse the
ologie is door de gevoerde gesprekken
bepaald niet van minder betekenis ge
worden, ook al werden die gesprekken
in alle openhartigheid en eerlijkheid
gevoerd.
De Rotterdammer
Nieuwe Haagse Courant
Nieuwe Leidse Courant
Dordts Dagblad
Uitgaven van
B V. De Christelijke Pers
Dagelijks bestuur: B. Bol. Den
Haag. d'. E Bleumink. Paters
vv^Je: rT;r G C. van Dam.
Nootdorp. W A Fibbe. Rot
terdam J Lanser, Utrecht:
drs J W de Pous. Den Haag.
J SmaMenbroek. Wassenaar
Overige leden van het alge
meen bestuur: K. Abma. Am
sterdam. H. A. de Boer. IJmui-
den. Th. Brouwer. Assen: mr.
dr. J. Donner. Den Haag: J.
van Eibergen. Schaarsbergen;
mr. K. ven Houten. Wagenin-
gen: ds C. I. Hylkema, Biit-
hoven; Jac. Huijsen, Deltt;
mevrouw M. C. E. Klooster-
man-Fortgens, Voorschoten;
mevrouw J. G. Kraayeveld-
Wouters, Heeihugowaard;
prol. dr. G. N. lammens,
Naarden; ds. F. H. Lands
man, Den Haag; H. de Moolj,
Rijnsburg: H. Ottevanger, Bui
tenpost; mr. dr J. Ozinga,
Lunteren; H. H. Wemmers,
Den Haag: drs, R. Zijlstra,
Oosterland (Zld.).
Directie:
Ing. O. Postma,
F. Diemer.
Hoofdredactie:
J. Tamminga.
Hoofdkantoor B.V. De
Christelijke Pers. NZ.
Voorburgwal 276 - 280,
A'dam. Postbus 859.
Telefoon 020-22 03 83.
Postgiro: 26 92 74. Bank:
Ned. Midd. Bank (rek.nr.
69 73 60 768). Gem.giro
X 500.
Nieuw liedboek (2)
Als dr. Honders meent, dat hij op een
zo hooghartige manier als hij deed. de
argumenten van dr. B. W. Steenbeek
te Hoogeveen die hij inbracht tegen
het nieuwe liedboek, kan negeren en
de toch wel overtuigende artikelen in
het Hervormde Weekblad eventjes af
doet met 'wat cijfergegoochel' dan is
dat zijn zaak. Maar als hij meent dat
hij mij en velen met mij daarmee
kan winnen voor het nieuwe liedboek,
dan heeft hij het mis. Hij zal dan
toch wel met andere argumenten moe
ten komen dan wat geschiedenis uit
het begin der reformatie. Zoals de ou
de psalmberijming in het verleden
velen heeft vertroost, op ziek- of sterf
bed, zo hebben dat cok de gezangen ge
daan, ook al hebben deze mensen zich
dan moeten redden met Rheinvis Feith
en Hieronymus van Alphen. Daar kun
nen de hoogdravende en voor de ge
wone kerkmensen onbegrijpelijke lied
jes, op hun misselijke zangwijzen van
Jan Wit en Barnard, echt niet tegen
op. Maar wat wil men, dr. Honders is
verbonden aan het instituut voor li-
turgiewetcnschap. Ik heb zo het ver
moeden, dat het een instituut is waar
mee de eenvoudige kerkmensen de
kerk worden uitgejaagd omdat ze toch
niet snappen, wat daar in Groningen
zo al wordt gebrouwd.
Bruinisse S. A. Jumelet Az.
Verwerpelijke weg
Langzamerhand wordt het wat eento
nig om als het ware op vaste tijden te
lezen over bezetting van academische
gebouwen. Beurtelings is het deze of
gene universiteit, waar men ter berei
king van een soms duidelijk, soms
wat vaag doel een bezetting door stu
denten ten uitvoer legt. Risico wordt
er door de betrokkenen in heel gerin
ge mate gelopen. Zij behoeven niet
uit door hen gevormde kassen in hun
levensonderhoud te voorzien en hun
acties te bekostigen. Zij leggen het
werk der universiteit weliswaar stil,
maar ook dit treft hun niet recht
streeks, daar zij zelf al bezettende
kunnen uitrusten van hun misschien
omvangrijke arbeid. Men kan uitreke
nen dat, gelet op het bedrag hetwelk
een student jaarlijks van de overheid
aan uitgaven vergt, een bezettende
student per week ƒ400.- gemeen
schapsgeld usurpeert zonder daar een
andere prestatie tegenover te stellen
dan het 'stomme getuigenis' der. bezet
ting.
Van democratisch overleg is bij der
gelijke voorvallen geen sprake. Als
men de eigen zin niet krijgt, maakt
men van de bekende intimidatiemid
delen gebruik, waartegen instellingen
voor wetenschappelijk onderwijs even
min als kerken verweer hebben. Dat
het beeld van universiteiten en hoge
scholen hierdoor ongunstig wordt
beïnvloed doet kennelijk niet ter za
ke. Wat moeten niet-studerende jon
gelui van zulke studentikoze daden
denken: inzet van de strijd is soms de
verzwaring van tentamenstof met een
paar honderd bladzijden!
Het zou wenselijk zijn dat de enkele
tientallen studenten bij de kleine be
zettingen betrokken, en de enkele
honderden studenten van de grotere
'operaties' nu eens hoorden van de
meerderheid van hun collega's hoe zij
toch heel weinig beseffen dat het
kunnen studeren niet 'onaardig' is en
dat de mogelijkheid hiertoe niet te
benutten doordat men bezet, asociaal
moet heten.
Het technisch en administratief perso
neel der universiteiten wordt in elk
geval dit gedartel beu, temeer omdat
zulks ten aanzien van werkelijk belang
rijke acties aantast. Wat hen, die
met onderzoek- en onderwijs belast
zijn aangaat, de academische werk
kring wordt er voor hen niet aantrek
kelijker op. intengendeel. Zij die an
ders een universitaire post zouden
willen, dreigen nu de universiteit te
gaan mijden.
Is er geen lichtzijde? Het vormt een
ervaringsfeit, dat het verstand met de
jaren komt. Dus zal men hopelijk le
ren wat het betekent aan een gedemo
cratiseerde universiteit te studeren.
Jammer is slechts dat het, evenals bij
de desbetreffende 'kiezen', nogal lang
duurt voor het verstand doorbreekt.
Zeist
I. A. Diepenhorst
De speeltafel van het nieuwe Couperin-orgel in de aula van de Vrije Universiteit met het kistpedaal.
ingebouwd echo-werk. Het hoofd- en
rugwerk loopt van C tot d"'; het pe
daal van C tot d' met een merkwaar
dige en in Nederland nog nooit eer
der vertoonde uitbreiding naar contra
A voor de twee tongwerken op de pe
daallade.
Er is een normaal Nederlands pedaal
klavier en dat zou in zekere zin het
enige compromis in dit orgel kunnen
worden genomen. Maar dat pedaal-kla
vier is met een eenvoudige handbewe
ging weg te halen en dan kan het met
een zelfde eenvoudige handbeweging
vervangen worden door een typisch
Frans kistpedaal.
Dat kistpedaal is niet alleen gerecon
strueerd om de aardigheid en ter ver
hoging van de sfeer van authenticiteit
rondom dit orgel. Ewald Kooiman wil
ook met de concertpraktijk op dit
kistpedaal bewijzen dat anders dan
tot nu toe in de literatuur over de in
terpretatie van de oude franse mees
ters werd aangenomen wel degelijk
legato-spel mogelijk is.
Concerten
Overigens zal Kooiman, die de otficiële
titel van universiteitsorganist er bij
gekregen heeft, zich in de concert
praktijk op dit orgel niet beperken
tot de Franse meesters. Ook voor de
de laatste tijd zo merkwaardig popu
lair geworden Engelsen als Stanley en
Walond en vader en zoons Bach is dit
Couperin-orgel zeer geschikt.
Er komen concerten (pauze-concerten
tussen de middag bijvoorbeeld voor
het personeel van de Vrije Universi
teit en de kantoren rondom) maar
ook zal dit orgel mede een plaats
krijgen in de Haarlemse orgelmaan-
den.
Van een onzer verslaggevers
UTRECHT De christelijke gereformeerde vrouwenverenigingen
hebben het jubileum van hun bond gisteren gevierd met klinkende
munt: 178.000 gulden brachten zij bijeen voor hun actie 'Voor vrou
wen in de verte'. Dit geld is bestemd voor vrouwenwerk in Venda-
land (Zuid-Afrikal en Mamasa (Celebes). Met beide gebieden heb
ben de christelijke gereformeerde kerken contacten door hun zen
dingswerk.
En niet in de laatste plaats: het orgel
staat in een universiteit en dat geeft
de mogelijkheid dat er ook naar de
zijde van de wetenschap impulsen van
uitgaan. Om concreet te maken wat
hem bij het uitspreken van die wens
concreet voor ogen staat, haalt Kooi
man het voorbeeld aan van het vlak
na de eerste wereldoorlog gebouwde
Praetorius-orgel in de universiteit van
Freiburg dat één van de krachtigste
impulsen bleek te zijn voor de Duitse,
ja zelfs voor de hele Europese orgel
beweging.
En dan is dit orgel beslist niet het
laatste woord een poging om het
type boven alle anderen zalig te prij
zen. 'Als er iemand zou komen die in
Nederland een echte goeie kopie zou
willen bouwen van bijvoorbeeld een
Spaans of een Italiaans orgel zou
ik het alleen maar toejuichen en zelfs
willen meewerken om .het project van
de grond te krijgen', zegt Ewald Kooi
man.
Zeventienhonderd dames waren giste
ren op een feestelijke dag in een
overvol Tivoli, waar veel en goed ge
zongen werd, om er het 25-jarig jubi
leum van hun bond te vieren. Het
was pas in 1948, om precies te ziy? op
30 september, dat deze vrouwenbond
werd opgericht. En uit de terugblik
ken gisteren werd wel duidelijk, dat
er in het begin nog wel wat weerstan
den moesten worden overwonnen. Er
waren plaatselijk hier en daar wel
vrouwenverenigingen, maar die hiel
den zich meestal alleen bezig met spe
cifiek vrouwelijke bezigheden als
naaien, breien en handwerken. Waar
was nu zo'n bond voor nodig? Later
kwam daar, mede dankzij de stimule
rende werking, die van het bondsbe-
stuur uitging, studie bij en ook veler
lei activiteiten, zowel ten dienste van
het eigen kerkelijke leven als voor
projecten daarbuiten, meestal ten be
hoeve van de zending. Thans telt de
bond 157 verenigingen met ruim 3100
leden. Hoewel het laatst opgericht, is
hij nu de bloeiendste van het vereni
gingsleven in de christelijke gerefor
meerde kerken.
'Men zegt: wat de vrouwenverenigin
gen doen, lukt altijd. Maar niet wij.
God deed het..' aldus presidente me
vrouw B. J. Velema-Benschop. Mejuff-
frouw M. C. Nieuwland, uit Voorburg
hield een referaat, waarin zij naging
wat er de laatste jaren allemaal ver
anderd is en wat daarvan de konse-
kwenties zijn voor de vrouw. Tot de
moeders zei zij: 'U bent er niet, wan
neer u uw kinderen naar een christe
lijke school stuurt en de gelegenheid
geeft kennis te vergaren. Wilt u uw
kinderen goed opvoeden, dan is daar
voor nodig voortdurende bezinning,
wandel met God er gebed om wijs
heid'. 'Het moet er ons niet om gaan,
persé de gelijke van de man te willen
zijn, maar met onze eigen geaardheid
en onze talenten op de plaats waar
wij gesteld zijn een christenvrouw te
zijn ten dienste van ons volksleven',
aldus mejuffrouw Nieuwland.
De dispositie van het Couperin-
orgel is:
Hoofdwerk: bourdon 16, bour
don 8, flüte 4, nasard 2 2/3,
grosse tlerce 3 1/5, tierce 1 3/5,
dessus de cornet 5 rangs, mon-
tre 8, prestant 4, doublettc 2,
fourniture 4 rangs, cymbale 3
rangs, trompette 8, voix humainc
8, clairon 4.
Rugwerk: bourdon 8, nasard 2
2/3, tlerce 1 3/5, Iarigot 1 1/3,
prestant 4, doublette 2, fourni
ture 3 rangs, cymbale 2 rangs,
cromorne 8.
Récit: cornet 5 rangs en trom
pette 8.
Echo: flüte 8, flüte 4, cornet 3
rangs, trompette 8.
Pédale: flüte 8, flüte 4, flüte 2,
trompette 8 en clairon 4.
Omvang klavieren van hoofd
en rugwerk: C tot d*"; van récit
en echo: g tot d'"; van de tong
werken op het pedaal Contra A
tot d' en van de fluiten C tot
d'.
Koppelingen van hoofd- en rug
werk en van pedaal aan hoofd
werk.
Om het klassieke karakter te on
derstrepen staat het orgel een
toon lager dan thans gebruike
lijk is en is gekozen voor een
niet evenredig zwevende stem
ming.
KAN ER NOOIT GENOEG GEI
GEN WORDEN?
Nog even over dat zingen van
ren. Ik herinner me een verhaal:
een collega mij eens in de verre
pen vertelde. Het ging over de k
raad waar hij lid van was in he
derland. Men had daar de gewc
om de vergaderingen niet alleen
zingen te openen maar ook te slu
Omdat het op een bepaalde avonc
al druk geweest was stelde de vo
ter voor om dit keer het zingen
na te laten. Een van de leden va
kerkeraad die dit voorstel niet
hoord had vroeg aan het eind
woord. 'Wordt er tegenwoordig
meer gezongen?', zo klonk zijn k
lig verzoek om nadere informatie
om maar met een eigen standpu:
de strijd te werpen merkte hij da
onmiddellijk op: 'Er kan nooit ge
gezongen geworden'. Zijn mi
wekte daar weliswaar niet erg to
of animeerde althans niet bijzoi
maar dat was zijn mening. Nu
een tegenover hem zittende bro
de tijd aangebroken om ook een
in 't zakje te doen. Hij replied
met: 'Ja, maar er moet ook af en
koffie gedronken worden'. Duic
is dat de laatste spreker niet erg
gevoeld zou hebben voor de 'eeu
kantorij' van de Hertog, waar we
gisteren over hadden. Hij had ge
Er moet ook koffie gedronken
den. En er moet natuurlijk veel m=|
Zingen is goed en we doen het
schien te weinig, maar het heeft
z'n grenzen. Ook Paus Johannes X
moet het eens het zingen van
me nonnen onderbroken hebben
ze op iets anders te wijzen. Het
we liedboek is een geschenk vooi
kerken en die kerken doen er g
aan ernst te maken met deze nie jg
gezangen. Maar spoedig genoeg zu gj
zij merken dat de inhoud van deze
deren allerminst vrijblijvend is en
zingen ergens heen werkt, nl. naar
tiviteit Met ons zingen alleen is dc
menleving niet gediend. Er moet M
uit ons zingen komen. Ik dacht jiI
het nieuwe liedboek ook daarvoor g
maakt was.
iaj
Kkft
•g.l
HERVORMDE KERK
Afscheid: van Wolvega: D. Papmal
gens benoeming bij het werelddj
van Scheveningen. G. Zonneberg, I
roepen te Heerde.
Intrede: te Nunspeet S. T. Baarda^
Well en Ammerzoden; te Amsteril
(stud, pred.) dr. S. E. Hof, uit D~
(Luth.) te Velsen btgw. gem. in
mr. G. C. Mulder uit Rotterdam-Hl
gersberg. (vrijz.) 31 mei te Zo<
meer: I. Kok uit Baarn.
Aangenomen naar IJssselstein: J.
len te Werkendam.
GEREF. KERKEN
Intrede te Den Helder: H. Koetsv
uit De Lier.
Afscheid wegens emeritaat J. S. G q
danus te Dedemsvaart.
Beroepen te Rotterdam-IJsselmon
B Fidder te Appingedam.
Aangenomen naar Haarlem-Noord:
H. J. Kouwenhoven te Vlaardingen.
Overleden: W. Okkema (66),
pred. van Nijeveen, stond tevoren
Hemelen.
CHR. GEREF. KERKEN
Bedankt voor Boskoop: H. de Graaf)"'
Maarssen.
Kerk in «I<- wi'ri'M
KERK/BINNENLAND
godsdienstige overtuiging inneémt en een gods
dienstige overtuiging kan men niet veranderen
door het nemen van wettelijke maatregelen. Als
je iets wilt vernietigen dat wortelt in iemands
culturele achtergrond moet je hem als mens tege
moet treden en ik zeg nogmaals, de enige, die ie
mand werkelijk met een ander in gemeenschap
kan brengen is Jezus Christus'.
Eigen weg
Tom Skinner is een enfant terrible - ten eerste
voor de 'Black Theology' want uit zijn prediking
blijkt dat hij zich gelijkelijk tot blank en zwart
blijft wenden. Zijn kritiek op de zwarte kerken is
niet mals en hij heeft het verwijt al op zich gela
den een 'Uncle Tom' te zijn. Soms zijn zijn vra
gen aan zijn gehoor in Harlem ook nogal simplis
tisch: 'Is de blanke er de oorzaak van dat zoveel
ir.
zwarten zo gek zijn liever met het volle weeklo
hij de eerste de beste bar aan te leggen inplaï
van naar huis te gaan, naar vrouw en kindere B
Elk jaar worden er hier duizenden onwettige kF:
deren geboren. Is er een blanke met een pisteri
in de hand die onze jonge mensen dwingt tot H*5
verrichten van onzedelijke handelingen?' Ik kl
me voorstellen dat hij dit hen vertrouwelijk f1
pepert, maar het is wat anders om het te laten
drukken zodat blanke lezers er een historis!"
alibi aan kunnen ontlenen.
Met groot geduld wijdt hij zich achterin zijn bo
aan het beantwoorden van 'de meest voorkomen a
vragen die blanke evangelische christenen uit
Amerikaanse samenleving dikwijls stellen over
neger'. Er zijn vragen bij die met geen tang «e
aan te pakken zijn, zoals 'Alle negers maken
roer, waarom doen ze dat?' of 'Zal integratie nl j
leiden tot gemengde huwelijken en verbasteriL
der rassen?' Men kan uit zijn argumentatie afl(|
den wat het voor zwarten betekent om dagelij
in de omgeving van, zoals dat heet, bijbelgetro
we christenen te verkeren. Ook voor hen is To,
Skinner een enfant terrible. Hij verwijt velen vi;;
hen huichelarij omdat ze zich vreselijk opwindt
over het normenverval en de vrijzinnigheid ma,
zodra een stadswijk zwart wordt schielijk met
blanken mee naar de buitenwijken trekken en
zwarten 'aan de duivel overlaten'. En over de on"
zaak van de 'vrijzinnigheid' onder veel zwar1
christenen zegt hij: 'Op de meeste bijbelschoU
in Amerika werden geen zwarten toegelaten. Zeli
heden ten dage zijn er nog scholen die in hu:
reglementen en statuten hebben staan dat er gee:,
negers mogen studeren aan hun bijzondere chria
telijke school, universiteit of bijbelschool. Daare
tegen openden de meeste vrijzinnige, neo-orth
doxe en radicale theologische scholen hun deun
voor de zwarten'. Hij toornt elders dan In d1
boek ook tegen de neiging in deze zelfde krii,
gen om God en Amerika in een heilig verbond
brengen. Het is niet 'en-en' zegt hij, maar 'of-of
of het Kruis of de vlag, of God of het vaderlan<
Andere keus
En tot grote consternatie van vele van zijn fundi
mentalistische vrienden, die in navolging val
Billy Graham Nixon steunden, werd Tom Skinna
een der leiders van de beweging 'Evangelicals fol
McGovern'. Volgend jaar komt er weer een grod
wereld-evangelisatiecongres in Lausanne met Gra
ham als primus inter pares. Het zal mij benieuwe»
of Tom Skinner daarbij wordt uitgenodigd. q
'Ik ben zwart maar vrij'. Tom Skinner. Uitg. Wé
ver, 133 pag., prijs 8.90.
Tom Skinner
door H. Biersteker
T. Wever in Franeker, bekend uitgever van chris
telijke opwekkingslectuur, heeft zijn clièntele een
goede dienst bewezen door deze nu ook eens te la
ten kennismaken met de meest op de voorgrond
tredende zwarte evangelist in Amerika, Tom Skin
ner. Zijn levensbeschrijving 'Ik ben zwart maar
vrij'*) (oorspronkelijke titel 'Black and Free") is
vervuld van de ontdekking van Christus maar
praat met een nieuwe naïviteit over al het andere
heen. zoals in dit soort lectuur nogal eens ge
beurt.
Tom Skinner, een uit de hand gelopen dominees
zoon uit Harlem, leider van de beruchte benden
de 'Lords of Harlem' heeft nog altijd een mes
thuis, waarvan het handvat 22 inkervingen heeft.
Even vaak, bekent hij, is het in het lijf van een
andere jongen gestoken tijdens de vele vechtpar
tijen die de streetgangs in Harlem met elkaar
voerden. Zijn bekering is een hele nuchtere ver
andering van inzicht, maar komt alleen zoals vele.
bekeringen vreselijk ongelegen - net als hij de
strategie voor de Lords zit uit te werken voor een
van de grootste, veldslagen tot dusver, waar een
stuk of zes bendes bij betrokken waren. En dan
kun je niet zeggen 'Nou jongens, het was prettig
met jullie kennis gemaakt te hebben. Goeie dag!'
Het wonderlijke proces van zijn afscheid v^n de
bende, met medeneming van een paar eveneens
bekeerde bendeleden, zonder dat er wraak op hem
wordt genomen, is geloofwaardig beschreven. De
'wonderen' die hij beschrijft, liggen zoals overal
in zijn boek in het psychologische vlak, het is het
bovenal ontwapenende effect van zijn verkondiging.
Wat eveneens de aandacht trekt is zijn beklem
mende analyse van het leven in het grote zwarte
ghetto, het vaderbeeld en het moederbeeld waar
de jeugd op reageert, de terneerdrukkende geschie
denis van de Afro-Amerikanen die hen gebracht
heeft waar zij nu zijn. Tegelijk zit daar voor hem
de grootste uitdaging in om door niets anders dan
het geloof in Christus uit die vicieuze cirkel te
breken.Tom Skinner gaat helemaal te werk vol
gens het bekende Amerikaanse model van evange
lisatie-kruistochten, maar hij belooft zijn bekeer
lingen geen gouden bergen: 'Ik zeg niet dat door
het aanvaarden van Jezus Christus in uw leven de
vooroordelen zullen ophouden te bestaan en dat
de wereld dan plotseling beter leefbaar wordt, dat
haat en naijver in ons land dan plotseling vernie
tigd uilen worden. Maar ik zeg eenvoudig dit -
dat uw overgave aan de Persoon van Jezus Chris
tus het u mogelijk zal maken deze omstandighe
den onder ogen te zien en ze te overwinnen'. De
zelfde soberheid neemt hij in acht ten opzichte
van structurele oplossingen van het rassenvraag
stuk: 'Wij moeten niet vergeten, dat het vooroor
deel in ons land voor velen de plaats van een