ziekenverzorg(st)er opleiding „ZONNEHUIS" verpleegkundigen lieercnveen radiologisch laboranten Belangstelling voor een VERZORGEND beroep? Dan worden! 'Cijfers geven is een kunst; wie dat niet vindt, zit fout' Kinderen moeten niet onder de druk van cijfers leven maar het prettig vinden op school 28 Ijniigersfhans is een algemeen ziekenhuis met een verzorgingsgebied van ongeveer 100.000 inwoners. Met zijn 400, voor het merendeel moderne bedden is het een middelgrote instelling, waar 600 mensen werken. Een organisatie, niet zo massaal dat men erin verdwaalt en groot genoeg om er een goede loopbaan te kunnen ontwikke len. De poliklinieken zijn toegerust voor medische dienstverlening aan duizenden mensen; 25 specialisten houden er spreekuur. Uitbreiding in de nabije toekomst is te verwachten. Een ziekenhuis is een verzamelplaats van verschillende deskundigheden. Weik ten behoeve van de patiënten en opleiding van nieuwelingen in het vak, worden gekombineerd. Er moeten voldoende 'opleiders' zijn om de leerling te leren. Wij hebben behoefte aan gekwalificeerde medewerkers, met name voor de kinderafdeling, de o.k. en de recovery, in verband met uitbreidingen die op handen zijn. neemt in diverse opzichten een 'tussen'-positie in: rond 30.000 inwoners, een omvang tussen doip en stad. een ruime verscheidenheid aan winkels (al is de Dracht geen Kalverstraat of Lijnbaan). ligging tussen de wouden - op fietsafstand en de greiden (meren en watersport). treinverbindingen, elk half uur met Leeuwarden (20 minu ten) en de randstad (2 uur). Woningen of flats, tegen betaalbare huur, zijn (nog) te kiezen. Verhuizing en inrichting van een woning behoeft u niets te kosten. O omdat ook de röntgenafdeling zijn verrichtingen ziet toenemen. Maar ook zij die van plan zijn een beroep te kiezen in de gezondheidszorg en een OPLEIDING willen volgen, zijn welkom in ons ziekenhuis. De vereisten voor leerling-verpleegkundige zijn: opleiding op MAVO-nivo, leeftijd 17 jaar en 7 maanden bij het begin van de opleiding. Voor radiologisch laborant: MAVO-diploma (met wis- en natuurkunde), leeftijd 18 jr. Inlichtingen en sollicitaties: dienst personeelszaken van de tjongerschans, Thialf- weg 44, Heerenveen, tel. 0513044444, toestel 497. Een opleiding van twee jaar met vol salaris en de voldoening bezig te zijn met noodzakelijke hulpverlening Bovendien. de basis gelegd voor een verdere opleiding of/en veel geleerd dat ook in huwelijk en gezin uitstekend van pas komt. In de Zonnehuizen van de Christelijke vereniging tot verpleging van langdurig zieken start de eerstvolgende in september a.s. In aanmerking komen meisjes/jongens van 17 jaar (soms 16 jaar) en ouder met drie jaar voortgezet onderwijs na de lagere school. Salaris, werktijd en emolumenten zijn landelijk geregeld en zeer aantrekkelijk. Solliciteer bij de directrice van een „Beekbergen" - Dorpsstraat 49 tel. 05766 - 12 20 „Doorn" - Drift 20 tel. 03430 - 23 60 „Vlaardingen" - Dillenb.singel 5 tel. 010-34 19 22 „Zuidhorn" - Hoofdstraat 2a tel. 05940 - 26 31 Het is ook mogelijk reeds thans te solliciteren voor het midden 1974 te openen „ZONNEHUIS - AMSTELVEEN" Tewerkstelling voorlopig in één der andere Zonnehuizen. In dit geval adres voor sollicitatie: Directie Vereniging „Het Zonnehuis", Postbus 13011, Utrecht. 13 Hoe beoordelen leraren bij het voortgezet onderwijs hun leerlingen? Zijn cijfers alleenzaligmakend of komen er andere beoordelingsfactoren bij? Is de selectieprocedure zoals die met name in het cijfersysteem tot uiting komt, bevredigend? Het staat wel vast dat er over zo'n ingrijpend aspect van het onderwijs geen eenstemmigheid heerst. Er zijn leraren die tegen heug en meug mee draaien in het cijfersysteem omdat eind examens nu eenmaal ook eisen stellen in de jaren die aan het examen vooraf gaan. Er zijn er die de bezwaren tegen de cijfers wel zien maar er zo goed mogelijk mee proberen te werken. En er zullen ook wel leraren zijn die cijfers en rapporten een verheugend verschijnsel vinden, omdat daarmee ob jectief vastgesteld kan worden wat een leerling kan en wat hij niet kan. De leraar met wie we over cijfers praatten neemt een middenpositie in Hij noemt zichzelf herhaaldelijk na drukkelijk een relativist en dat alleen al plaatst hem in het middenveld. Cij fers zijn niet het allerbelangrijkste, maar aan de andere kant hebben lera ren wel zoveel gezond verstand dat ze tot een redelijk en afgewogen oordeel over de leerling kunnen komen. De leraar uit het vervolg van dit verhaal is conrector voor de brugklas sen van een grote scholengemeenschap IIij wil persé ongenoemd blijven, want het kan vervelende consequenties heb ber; voor de leerlingen en voor hemzelf als hij zijn mening over het selectiepro ces geeft. Hoe geef je cijfers? 'Het gebeurt vaak door het gemiddelde te nemen van de geleverde prestaties. Maar daar ben ik een hartgrondig tegenstander van. Ik vind het veel belangrijker om te kijken of er een opgaande lijn in die cijfers zit en ook naar wat er nodig is om in een volgende klas succesvol te werken. En het hangt af van het vak natuurlijk. Als je volgens deze criteria aan 't werk gaat dan kijk je bij de overgang van de brugklas naar dc tweede klas niet al leen naar cijfers, maar meer nog naar het kind. En dat gaat heel serieus. Daar praten dan alle leraren over mee die zo'n kind in de klas hebben. Vroe ger werd er ook meegepraat door lera ren die niks met het kind te maken hadden, maar dat was toch wel een ongewenste toestand. Nu wordt alleen geoordeeld en beoordeeld door de be trokkenen, waarbij we dan een even wicht proberen te vinden tussen het oordeel van leraren in leervakken en gymnastiek- en expressieleraren. Het oordeel van die leraren blijkt vaak erg belangrijk te zijn. Het geeft vaak een heel ander beeld van het kind'. Cijfers geven is een kunst. 'Wie dat niet met me eens is, zit fout. Het is echt moeilijk. Je kunt niet volstaan met te constateren of een kind voldoen de of onvoldoende heeft. Je moet te weten zien te komen of een leerling in staat is zelfstandig te werken. In de eerste klas bv. hebben meisjes vaak een heel andere houding ten aanzien van ile stof. Meisjes leggen vaak een roeren de ijver aan dc dag waar jongens dan nog niet zo aan toe zijn. De kunst is dat je daar doorheen prikt. Dat je erachter probeert te komen hoe dc mens in het kind in elkaar zit'. Er zijn scholen waar normenlijstjes gelden. Dat zijn dan bv. minimumeisen waaraan een leerling moet voldoen om in de volgende klas terecht te komen. Dat zo'n lijst de starheid in de hand kan werken, is duidelijk. Cijfers krij gen dan een absolute macht die op z'n minst dubieus is. 'Wij hebben niet zulke vastgestelde normen voor de overgang van de brugklas naar de twee de klas. We bekijken de lijst met cijfers die elk kind op z'n rapport zal krijgen en bespreken daarnaast de erva ringen die we als docenten met dat kind hebben. Bovendien hebben we in de brugklas dan nog de ervaringen van de basisschool, plus de gesprekken met de kinderen zelf'. Ook met de wensen van de ouders wordt zoveel mogelijk re kening gehouden. De vaste normenlijstjes komen wel in de hogere klassen op tafel. 'Die lijstjes komen van het ministerie. Bij de over gang van 5 naar 6 kijken we er wel naar, maar ze zijn nooit doorslagge vend. Er kunnen toch bijzondere om- standigheden zijn? Je moet tegenover dat soort dingen soepel zijn, al neemt de soepelheid wel af hoe hoger de klas is'. Lichtvaardig wordt cr dus niet omge sprongen met de beoordeling van de leerlingen. Maar ieder mens is toch behept met vooroordelen. Leraren niet? 'Nee. een lichtvaardig oordeel heeft men niet. Als leraar moet je de betrek kelijkheid van alles blijven zien. Ik zei het al, ik ben relativist. Je moet probe ren als mens op te treden. Je moet als leraar weten dat je 't ook niet altijd weet. Mijn ervaring is dat leraren aller lei vormen van observatie verdisconte ren in één kort zinnetje over een leerling. Je moest eens weten hoeveel er gepraat wordt over zo'n leerling. Natuurlijk: er zijn mensen die overal kritiek op hebben, maar voor mij staat als een paal boven water dat leraren niet lichtvaardig oordelen'. Maar kun je van een leraar verwachten dat hij alle kinderen kent en zo objec tief mogelijk tegemoettreedt?' Ja, of een leraar een kind kent hangt van zoveel factoren af. Van het kind, van de leraar, van de mensenkennis die de leraar heeft. Je zou van die wijze mensen moeten hebben die aanvoelen: zo is het kind en dat weet het kind'. Niet iedere leraar is zo'n wijs mens, zegt deze leraar impliciet, en dat is ook geen ramp. Zolang je van je eigen beperktheden op de hoogte bent, zul je niet zo gauw tot krasse uitspraken en maatregelen overgaan. Overigens gaat het niet alleen over de houding van leraren ten aanzien van (het werk van) kinderen, maar ook over de houding die leerlingen ten aanzien van hun eigen werk innemen. 'Je moet ze erop wijzen dat ze ook kritisch blijven ten aanzien van hun eigen prestaties. Die kritische zin moet niet alleen beperkt blijven tot de lera ren'. Slechte cijfers zeggen niet alleen iets over de studiezin (of het gebrek eraan) van de leerling; uiteindelijk zeggen ze misschien meer over de kwaliteiten van de leraar. Komt zijn les wel over? Kunnen de kinderen begrijpen waar hij het over heeft? En als de leraar faalt, is het dan redelijk om de leerlingen daar de dupe van te laten worden en de ouders te belasten met het bijwer ken, het extra overhoren etc.? 'Nee, de ouders zijn niet in de eerste plaats ervoor verantwoordelijk of de stof van de leraar wel goed overkomt. Daar moeten de leraren, tot het eind toe, tot en met de zesde klas zelf op letten. Cijfers die ze aan hun leerlingen uitrei ken, slaan in zekere zin terug op hen zelf'. Repetities kun je dan ook beschouwen als diagnoses waardoor je de lacunes in kennis kunt meten. En die lacunes zijn dan de blinde plekken die door de kinderen én door de leraar moeten worden ingevuld. De waarde van cijfers is betrekkelijk, zegt deze leraar. Hij beschouwt ze niet als strakke, vaststaande gegevens waar aan docent en leerling zich zonder meer moeten onderwerpen. Maar deze selectiemiddelen moeten wel blijven be staan. Bijvoorbeeld omdat de eisen die de universiteit en het hoger beroepson derwijs stellen, hun schaduwen ver vooruit werpen. Zelfs al zouden er docenten zijn die het zonder cijfers willen doen, dan nog zou het onmoge lijk zijn om sclectievrij onderwijs te geven, volgens deze leraar. Onderwijs dat uitsluitend gericht is op cijfers halen (en dan natuurlijk wél graag goede cijfers) is verkeerd. 'Het moet niet zo zijn dat je de kinderen stimuleert om cijfers te halen. Het is alleen maar weet te activeren door cij fers in het vooruitzicht te stellen. Het is niet zo dat een kind altijd maar repeti ties heeft. De school is niet altijd bezig met testen en selecteren. Ik zou niet graag bij het onderwijs blijven als het alleen om testen en cijfers geven ging. Gelukkig heb je daarnaast nog heel veel gelegenheid om het enthousiasme van het kind te wekken. Kinderen moeten niet alleen onder druk van cijfers leven, het belangrijkste is dat ze zich kunnen ontplooien cn het op school plezierig vinden'.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1973 | | pagina 25