Jonge profs maken zich nu wel waar
Sponsor
voor
top en
basis
:22/E^
«UW/KWARTET ZATERDAG 28 APRIL 1973
SPORT T19/K23
-ADELAAR VERANDERT DIJ RUSKA
oor Ruud Verdonck
jMSTERDAM Zwaar bezweet
tapt Peter Adelaar het restau-
ant langs de Bosbaan binnen,
èn stukje training op een door-
bweekse dag zit erop. De zwaar-
ewicht judoka heeft zeven kilo
meter gerend door het Amster-
amse Bos, nog eens de trimbaan
enomen en blaast stoom af. Drie
jtten thee helpen hem daarbij
ïidelijk. 'Lopen hè, dat heeft
Ulem Ruska me geleerd. Ik
;ed het vroeger fout. Je moet je
ren bewegen en ook je conditie
jhouden natuurlijk. Daar heeft
et in het verleden nog wel eens
an ontbroken. Dan had ik ge-
oon te weinig conditie op de
edstrijden'.
'aar bezweet
renlang heeft Nederland kunnen te-
m op een groep judoka's met man- J
»n als Anton Geesink, Willem Rus- j
i, Peter en Jan Snijders. Dankzij die
roep en die achlbersband die andere I
nden hadden, kon Nederland zich J
jternationaal op het hoogste niveau
Kidhaven. Maar met het verdwijnen
in de topkrachten, is het voor het
jdo plotseling allemaal wat somber-
ir geworden. Over twee weken op de
uropese kampioenschappen in Ma-
rid zal dat blijken. Daarvan is ieder-
ïfi well overtuigd geraakt. De grote
raag is echter of dan ook zal blijken
ft er op korte termijn weer wat mu-
ek inzit. Of Nederland niet wegzakt,
e Budobond heeft coach Willem
iiska de kans gegeven te experimen
ten. In Madrid verschijnt een volle-
iige Nederlandse ploeg met een aantal
ingeren die er vooral zijn om de
i A jeer van een topevenement te proe-
Jn. Maar er zijn er toch ook die de
jeer al kennen, diie zich gewoon waar
lillen moeten maken op het hoogste
jveau.
"—^ter Adelaar is er een van. De 26-ja-
ge Amsterdammer durft niet vooruit
blikken naar Madrid. 'Het enige
it je kunt zeggen is dat ik het ge-
iel heb gekregen het afgelopen jaar
et Willem Ruska als coach vooruit
zijn gegaan. Het is zo moeilijk om
in je zeflf te zeggen dat je goed bent.
ben op een andere manier gaan
jainen en het zal nog moeten blijken
dat vruchten afwerpt'.
te zijn in Nederland verwend ge-
iakt. Met mannen als Geesink en
uska stonden we aan de top. Mis-
iersehien verwachten ze het van mij ook
iel. Niet dat zoiets als een last op
\e drukt. Ik doe m'n best. Ik doe
eeiet judo voor mezelf. Ik wil zelf wat
ereiiken en wat andere mensen dan
an me willen of wat ze willen dat ik
«reikt, dat is een anidere zaak. Ik judo
oor m'n plezier. Ik wil geen gewoon
i aanmetje worden die op z'n vijfender-
PETER ADELAAR: 'Veel te danken aan Willem Ruska'.
tigste als hij drie hoog de trap op
moet helemaal kapot bovenaan komt.
Daarom doe ik het'.
GROOT
'Ik ben d'r aan begonnen eigenlijk
door m'n broer. Die heeft me eens
meegenomen naar de club en toen
leek het me wed wat. Ze zeggen na
tuurlijk ook van je bent groot dus
dan moet het ook wel makkelijk gaan.
Is niet waar natuurlijk. Ik heb me
soms wel eens eenvoudig laten pak
ken. En een leek denkt dan dat je d'r
niks van kent, laten ze maar praten,
je moet weten waarover je het hebt.
Judo is moeilijk. Je moet er helemaal
in groeien. Ervaring moet ik hebben.
Ik heb van Willem het afgelopen jaar
zoveel geleerd. Zo.ils hij het ook deed,
rustig judoën. Niet als een dolle man
de aanval zoeken, want dan kun je
makkelijk tegen een worp aanlopen.
Het gaat er nu om dat ik ook heb ge
leerd in een partij ineens te explode
ren. Die manier staat mij wel aan. Op
die manier moet er ook wel iets uit
komen'.
'Ja, wat doe ik voor de rest? Nou, ik
werk wat voor m'n eigen. Dan kan ik
m'n tijd ook vrij maken voor het ju
do. Wat mij betreft mogen we best
vaker trainen. Nu alleen in weekein
den op Papendal, maar van mij mo
gen we op de woensdag ook wel sa
men komen. Voor zo'n Europees kam
pioenschap was het helemaal ideaal
geweest ais we, zeg maar vanaf Pasen,
in een trainingskamp hadden gezeten.
Een goede voorbereiding. Ik weet ei
genlijk niet warom het ook niet is
gebeurd. Het kan misschien ook wel
niet omdat die andere jongens hun
werk en hun gezin erbij hebben. Je
moet kiezen, je werk of judo. Ik heb
gekozen. En Eveleens en Kruys, die
hebben gezegd dat hun werk op de
eerste plaats kwam. Maar goed ook, je
kunt geen twee dingen tegelijk doen'.
GELD
'Dat geld is het probleem natuurlijk
wel. We krijgen hier onze onkosten
vergoed. Dat is niet genoeg meestal.
Het moest hier zijn zoals in Frank
rijk. Daar gaan de junioren al naar
een trainingskamp. Krijgen ze nog ze
venhonderdvijftig gulden per maand
ook. Maar ja het kan hier niet zo. De
bond heeft er geen geld voor. Ja en
anders verlies je ook je amateursta-
tus, dan mag je meteen ook niet meer
meedoen aan de Olympische Spelen.
En daar werk ik nog wel naartoe. Ik
ga in ieder geval door tot Montreal.
Maar de andere laaiden liggen voor op
ons. Daarom zouden we er toch wat
aan moeten doen. In al die Oostblok
landen daar trainen ze vijf of zes uur
per dag. Dat kan hier niet, omdat je
het geld er niet voor hebt'.
De kontakten met Willem Ruska die
zijn geweldig goed. Ik kende hem na
tuurlijk al. Ik heb met hem in de
ploeg gezeten. En ik heb vorig jaar
met hem getraind voor de Olympische
Spelen. Toen zocht hij iemand die zich
vrij kon maken om bijna dagelijks te
trainen. Dat was ik. Ik heb er meteen
wat van meegepikt. Je brengt je eigen
stijl natuurlijk wel een stuk omhoog
als je met een man die Olympisch
kampioen wordt zoveel kunt werken.
Nu hij trainer is noem ik hem nog
steeds Willem. Ja, hij heeft gezegd
dat iedereen die op de training echt
z'n best deed maar Willem moest zeg
gen. En de anderen gewoon Ruska. Ik
zeg Willem'.
BUITEN
'Ik weet nog niet wat ik moet gaan
doen als het judo voorbij is. Ik heb
wel een tijdje op een judo-leraar cur
sus gezeten. Daar moest ik op een ge
geven moment vanaf. Omdat ik alleen
maar lagere school heb. Zeiden ze dat
ik 's avonds maar wat moest studeren.
Want je moet MAVO hebben. Maar
dat kan ik niet vanwege die training
voor judio. Daar ben ik bijna iedere
av;ond mee bezig. Die weg is dus afge
sneden. Ik zou het ook niet meer wil
len hoor. In een school werken dat
bevalt me niet zo. Ik werk liever lek
ker buiten in de open lucht'.
'Ik ben ook wel een baan kwijtgeraakt
door het judo. Ik werkte bij een trans
portbedrijf. Toen ging ik naar de we
reldkampioenschappen en ik moest
dus vrij hebben. Dat kon niet. Ik
kreeg toen m'n ontslag. Later kon ik
wel weer terugkomen zeiden ze. Dat
hebben ze graag hè, dat je dan later
komt vragen of je alsjeblieft weer
mag werken. Ik ben niet terug ge
gaan. Nee toch? Wat ik wel deed, ik
ging naar Japan. Vorig jaar februari
was dat. Drie maanden trainen. En ik
betalde zelf. De andere jongens van
de kernploeg kregen die stage zo.
maar ik betaalde het zelf. En ik ben
worden. Ik raakte ook m'n hoofdpijn
kwijt. Ik had daarvoor altijd last van
hoofdpijn en duizelingen. Toen ik net
naar Japan wilde, kreeg ik bericht
van het ziekenhuis dat ik opgenomen
zou worden omdat er een professor
uit Amerika kwam die het wilde be
studeren. Toen heeft Willem Ruska
gezegd, dat het wèl de bedoeling was
dat ik zo snel mogelijk van m'n hoofd
pijn af moest worden geholpen, dat ik
niet 'n soort proefkonijn moest zijn. Ik
ben ook niet gegaan. Maar toen in Ja
pan viel ik een kilo of dertig af. Ja
van 155 kilo naar minder dan 125 ki
lo. En toen was ik ook meteen m'n
hoofdpijn kwijt. Ik geloof dat die
hoofdpijn ook alleen maar kwam om
dat ik te zwaar was geworden. Later
heeft die dokter uit het ziekenhuis
nog wel eens gebeld om te vragen hoe
het nou met me was. Ik zeg man ik
voel me kiplekker, ik heb me nog
nooit zo lekker gevoeld als nu'.
oor Joop Holthausen
MSTERDAM Aanleg en ka- .t'l'
ikter zijn twee faktoren die in
ilangrijke mate bepalend zijn
r ss()or het welslagen voor een pro-
ssionele wielercarrière. Dat ka-
ikter wordt steeds minder aan-
ezig verondersteld in de nieuwe
meratie. De bereidheid om te
jden, om zichzelf te pijnigen
fet bij de wielerjeugd nauwe-
|ks nog aanwezig te zijn. Ex-
impioenen als Rik van Looy he-
ïlen de instelling van de nieuwe
Mljneratie. En wie de afgelopen
\e jaar de neo-professionals
ilgde, kan weinig meer doen
Van Looy c.s. gelijk geven-
^Rar dit voorseizoen werden die
ellingen geloochenstraft. Een
[lans van het wielergebeuren
l de reeks voorjaarklassiekers
it duidelijk zien, dat vier jonge
hners wèl over die veel ge-
jemde instelling beschikken. De
?lg Freddy Maertens (21), de
lansman Régis Ovion (24), de
federlander Hennie Kuiper (24)
bed de Italiaan Francesco Moser
Idenjl) vormen het kwartet dat de
puwe lente in de professionele
Jelrennerij aankondigt.
Ji dat kwartet heeft Freddy Maer-
is zich het meest duidelijk gemani-
Jteerd in de afgelopen maanden. De
arinumir uit de ploeg van Briok Schotte
ing ffd na een reeks imponerende pres
ses zelfs op gelijke hoogte geplaatst
>t de Belgische kampioen Walter
t Üefroot, bij de aanvang van het sei-
3n. in de onbetwiste kopman uit Schot-
s formatie.
irstr(
jingiACCEPTEERD
prassender nog dan het optreden
lelinl Maertens was voor de niet-Neder-
onefdse wielerwereld het rijden van
i Votf11110 Kuiper. Zijn overwinning in
i individuele wegwedstrijd in
Inchen werd min of meer als een
ivalstreffcr beschouwd. Hoe zeer de
plitciten van Kuiper werden ondcr-
paardeerd, bewees hij in het nieu-
en uiterst moeilijke profmilieu,
t zijn tweede plaats in een rit van
fijs-Nice, zijn moedig rijden in de
Jstel-Gold-race (dat beloond werd
t een vijfde plaats), zijn etappe-ze-
jin de Tour de L'Ode en zijn lange
Icht in de Waalse Pijl is Kuiper
m geaccepteerd als het Nederland-
l^talent voor de toekomst. Bij Kui-
mÊk is meer zijn karakter dan zijn
lieg een waarborg voor een succes-
d I" IIM q u i m i t\
W'/;lkifn
HENNIE KUIPER
volle carrière als professional. 'Ik ben van de coureurs die zich in dit na- terhoede. Wilde van geen opgeven we-
bereid opnieuw te beginnen', waren olympische jaar een nrof-licentie had ten en besefte dat hij alleen door
zijn woorden, nadat hij bij de Haro- aangeschaft, in de voorjaarsklassiekers zichzelf te pijnigen een basis kon leg-
formatie van Robert Kahl onderdak ontgoocheld in de bezemwagen stapte, gen voor een goede wielertoekomst.
had gevonden. En terwijl het gros ploeterde Kuipertje voort in de ach- Eerder dan hij zeK had verwacht le
verde dat geploeter in de achterhoede
rendement op.
Minder nadrukkelijk dan Maertens en
Kuiper manifesteerde Francesco Mo
ser zich op internationaal niveau. De
jonge Italiaan wordt in eigen land
door de gevestigde garde kort gehou
den. Coureurs als Gimondi, Basso,
Bitossi en Motta vormen onderling
een clan, die de miljoenen lires die
de Italiaanse sponsors in de wielren
nerij stoppen zoveel mogelijk voor
zichzelf willen houden. Moser bewees
in de Waalse Pijl, de enige wedstrijd
tot nu toe waar alle vier beloftes ge
zamenlijk in uitkwamen, dat hij in
dat kwartet wel degelijk thuishoort.
Met een negende plaats in deze klas
sieker was hij de beste jongere.
OPVOLGERS
Geldt Moser in Italië als de opvolger
van Gimondi, in Frankrijk de wie-
Iernatie die buiten de stokoude (37)
Poulidor en Guimard maar weinig
echte toprenners heeft wordt Régis
Ovion als de coureur van de toekomst
beschouwd. Ovion: 'Na mijn wereldti
tel bij de amateurs in Mendrisio en
de overwinning in de Tour de 'Ave-
nir 1971 werk ik door de Franse pers
afgeschilderd als de opvolger van
Merckx. Dat was natuurlijk schrome
lijk overdreven. Ik heb dat allemaal
maar kalm over me heen laten gaan.
Echte voorbeelden heb ik niet. Geen
Merckx, geen Coppi en eeen Anquetil,
ik wil gewoon mezelf blijven'.
Régis Ovion maakte dit voorjaar het
meest indruk tijdens de etappewed
strijd Parijs-N'ce. Tijdens een ont
snapping met Merckx leverde hij ook
ruimschoots zijn aandeel in het kop-
werk. Die samenwerking met Merckx
is hem vreemd genoeg kwalijk
genomen. In Frankrijk, waar 't sport-
bestel sterker dan in welk westelijk
land ook bestierd wordt door de over
heid. is het mogelijk dat een beroeps
renner op zijn vingers wordt getikt
wanneer hij iets presteert wat die
overheid niet zint. Ovion ontving
naar aanleiding van zijn vlucht met
Merckx een brief van Frankrijks
hoogste sportambtenaar Marillier. In
die brief werd Ovion te verstaan gege
ven, dat hij er beter aan deed in het
vervolg maar niet meer met 'staatsvij
and' Eddy Merckx samen te werken.
Dat werd beschouwd als een mes in
de rug van de Franse favorieten. Ma
rillier had al eerder een belangrijke
rol gespeeld in de loopbaan van Ovi
on. 'Na de Tour de l'Avenir 1971
vaardigde Marillier een decreet uit,
waarbij werd bepaald dat geen enkele
amateur een prof-licentie mocht aan
vragen vóór de Olympische Spelen.
Dat besluit heeft mij een hoop geld
gekost. Met mijn overwinning in de
Tour de l'Avenir had ik een uitste
kend contract kunnen krijgen als be
roepsrenner en in 1972 veel geld kun
nen verdienen'.
Die tegenwerking van de Franse over
heid wordt door Freddy Maertens fel
gehekeld. 'Ik ben van mening dat Ovi
on te lang heeft moeten wachten alvo
rens prof te worden. Hij was vorig
seizoen 23 jaar en rijp voor het pro
fessionalisme. Ovion had bovendien
als amateur al blijk gegeven de juiste
instelling te hebben voor dit beroep.
Dat jaar verplicht uitstel kan alleen
maar nadelig zijn voor zijn verdere
carrière'.
OVERSCHAKELEN
Maertens heeft dit seizoen enkele be
langrijke successen behaald. Zonder
noemenswaardige moeilijkheden heeft
hij de overschakeling van de amateur-
afstanden (ongeveer 150 km) naar de
professional-marathons (meer dan 250
km) ervaren. Bovendien is hij zelden
uit de voorste gelederen van de wie-
lerpeletons weg te slaan, een eigen
schap die erop duidt, dat Maertens in
derdaad een vedette in wording is.
Sprekender nog is zijn erelijst in dit
seizoen: tweede in de Omloop van de
beide Vlaanderen, tweede in de Elf-
stedenronde, tweede in de internatio
naal hoog gewaardeerde Ronde van
Vlaanderen en tweede in de Omloop
van de Vlaamse Ardennen. Maertens
sleepte bovendien nog een derde
plaats weg in de grote E3-prijs, een
achtste in de Amstel-Gold-Race en een
vijfde in Parijs-Roubaix, een lijst
waarop heel wat gevestigde namen
met de nodige jalouzie blikken.
Freddy Maertens is van mening dat
heel wat renners al kapot worden ge
maakt in de amateurcategorie. De
meeste coureurs rijden te veel. Ik
heb ervoor gewaakt bij de amateurs
niet te rijden als een professional. Ik
heb uitzending naar de Vredeskoers
geweigerd omdat ik die te zwaar
vond. Ik heb er ook voor gewaakt bij
de amateurs die faciliteiten te krijgen
die een beroepsrenner heeft. Het ge
vaar is te groot dat je dan al aan je
plafond raakt. Coureurs die overstap
pen kunnen dan niet datgene méér
doen wat nodig is om bij de beroeps
renners in de eerste gelederen mee te
koersen. Zij komen op een gegeven
moment tekort. Ik heb altijd veel
voor de wielrennerij gedaan, maar ik
heb ervoor gezorgd dat er ruimte
bleef om meer te doen als ik eenmaal
beroepsrenner zou zijn en ik ben be
reid mij af te beulen als dat nodig is.
Te veel amateurs nemen het in het
nieuwe milieu té gemakkelijk op. Ik
heb geluk dat er een Walter Gode-
froot in onze équipe zit. Vanaf het mo
ment dat ik mijn intrede dn de ploeg
deed, heb ik tegen Walter gezegd:
'wijs mij erop als ik Iets fout doe, jij
hebt ervaring, weet wat ik moet doen,
van jou kan ik wat leren'.
TE LANG WACHTEN
Maertens die in zijn eerste professio
naljaar uitsluitend in kleine etappe
wedstrijden zal uitkomen (geen Tour
de France) is van mening, dat veel
jongeren té lang wachten met de
overstap. 'In Nederland wordt te lang
gewacht. Coureurs van 21, 22 jaar, die
lichamelijk rijp zijn voor bet professi
onalisme moeten overstappen en niet
hun beste krachten in de amateursec
tor verspelen'.
Van onze speciale verslaggever
NOORDWIJK In het koor
van de sportbonden, die een
grotere greep wensen te krij
gen op de massa-sport, zingt
ook het bestuur van de Konink
lijke Nederlandse Biljart Bond
mee. Het aantrekken van een
sponsor, ruim een week gele
den, werd niet alleen gezien
als een stap in de richting om
nu eindelijk weer een einde te
kunnen maken aan de heer
schappij, die de Belgische bil
jarters op internationaal ni
veau demonstreren, maar ook
als een stap op de weg, die
moet leiden naar een aanzien
lijke vergroting van het leden
tal van de bond, nu nog juist
geen 19.000, tot ver boven de
20.000.
'Het is een duidelijk en algemeen
verschijnsel, dat wanneer aan de
top van een sportorganisatie suc
cessen worden behaald die sterk
tot de verbeelding spreken die een
gunstige invloed hebben op alle
geledingen van die sportorganisatie
en zeker niet in het minst op het
ledenaantal', zegt het bestuur van
de KNBB.
Het mes van de sponsor snijdt
voor de biljartbond aan twee kan
ten. Om tegemoet te komen aan de
wensen tot spelverbetering van de
topspelers in de selectiegroep
zijn Hans Vultink (35), Jean Bes-
sems (28), Rini van Bracht (25),
Willy Steures (23) en Christ van
der Smissen (18) opgenomen
worden in deze zomer reeds in eni
ge kustplaatsen invitatietoernooien
gehouden, die tegelijk dienst doen
als propaganda-activiteit.
KNBB-voorzitter Frans Schimmel,
56 jaar, sinds twee jaar 'eerste
man' in de bond en al een be
stuurlijke carrière van zo'n dertien
jaar achter de rug: 'De sponsorgel
den komen voor een belangrijk ge
deelte wel ten goede aan de top,
maar daardoor indirect ook aan al
le leden. Direct voordeel hebben
bijvoorbeeld ook de niet-kernploeg-
spelers, die een hogere reis- en
verblijfvergoeding tijdens de kam
pioenschappen zullen kunnen ont
vangen doordat deze post voor de
topspelers gedeeltelijk is weggeval
len. De kerngroep zal naast de in
vitatietoernooien ook medewerking
moeten verlenen aan demonstraties
en openbare lessen in de regionen.
Door deze activiteiten kan het
spelpeil van alle leden worden ver
beterd en het uiteindelijke doel,
het vergroten van het ledenaantal,
worden nagestreefd'.
De Biljartbond wil ook de recrea
tiesport en dit in tegenstelling
tot andere sportbonden als
sport blijven zien. 'Ik geloof, zegt
Hans Schimmel, 'niet in het
zomaar bezig zijn aan een biljartta
fel. Wanneer ik van afstand men
sen bezig zie of dat nu in een
bejaardentehuis is, trouwens in
welk bejaardentehuis staat geen
biljart, een beter voorbeeld van de
geschiktheid van het biljarten als
recreatiesport is nauwelijks
denkbaar, of ergens anders
merk je steeds dat men achteloos
begint, maar na een of twee ca
ramboles al fanatieker begint te
worden. Men wil dan ook die der
de bal maken, gaat helemaal in het
spel op. Neem je die vorm. dat
prestatie-element op welk niveau
ook, weg, dan gaat de lol er ook
af. De competitievorm aanvan
kelijk een strijd tussen vrienden
teams in de biljartbond is on
danks de reglementen en het meer
regionale karakter echter wel afge
stemd op de recreatievorm. Welke
sportbond bijvoorbeeld organiseert
zo'n groot kampioenstoernooi als
wij doen met de nationale team-fi
nales. Zo'n honderd ploegen van
de eerste tot en met de vijfde klas
se, spelen dan. Er was vorig jaar
een ploeg die in de C 4-afdeling de
titel behaalde. De leeftijd van de
vier spelers samen, aow'ers, was
280 jaar".
De uitbouw van het biljarten is de
laatste jaren sterk geremd door
het feit dat een aantal biljartzalen
werd gesloten. Schimmel: 'Neem
alleen maar hier in Noordwijk. Ook
hier zijn ten gunste van de toeris
tenindustrie biljarts uit restau
rants verdwenen. Vandaar ook dat
wij met de tafeltennisbond zijn ge
komen met het initiatief voor de
nota van de kleine sporten, spor
ten, die een beperkte ruimte nodig
hebben voor het beoefenen van
hun sport. Op die nota is gunstig
gereageerd, in Den Haag is zelfs
de eerste accommodatie op basis
hiervan al geopend. Wij pleiten als
biljartbond voor het plaatsen van
enige biljarts in een ruimte bij
een sporthal. Desnoods op een
vloer, die men kan laten zakken,
waardoor de ruimte ook voor ande
re doeleinden geschikt is. Ook al
laat men de biljarts staan, dan nog
is er niets aan de hand. Het blijkt,
dat ook overdag een goede bezet
ting mogelijk is. Van mensen, die
zomaar eens een half uurtje willen
spelen'.
PETER ONVLEE