4 Nationale verzoening is voor de neutralen geen holle leus Wereldvoelselprogramma: hefboom voor de ontwikkeling IT 'Alle partijen in Vietnam hebben behoefte aan vrede' WOL r I OUW/KWARTET ZATERDAG 17 FEBRUARI 1973 BUITENIAND Tll/Kll I AjRUS Zijn al die Zuidiviet- miese neutralen hier, die het jisgezind over de 'nationale rzoening' hebben, idealistische elaars? En lijden zij niet m een grenzeloze zelfover- batting of ten minste aan ma loze naïviteit, als zij zo de na ruk leggen op hun eigen rol in toekomstige politieke verhou den van hun land? e vragen dringen zich onmiddellijk als je hun optimistische uitlatin- over de politieke toekomst van de ütralen vergelijkt met hun huidige, solute machteloosheid. Nationale rzoening lijkt wel een erg cynische gan in de Zuidvietnamese realiteit i vandaag, waar de aanhangers van isident Ngoeyen Van Thieu en die het Bevrijdingsfront allesbehahe monisch met elkaar samenleven en neutralen ofwel hun mond moeien liden, of in de gevangenissen en jerkooien kreperen. geacht hun onderlinge meningsver- n'Jen op politiek, religieus en per- in'ijk gebied, betekent de nationale nening voer praktisch alle neutra- bier, dat in de eerste plaats de ijdende partijen in Zuid-Vietnsn eikaar komen, waarna de twee ics van Vietnam (d.w.z. Noord- en id-Vietnam) zich als gelijkwaardige •tners met elkaar verzoenen, e is dat nu mogelijk? vraag je je nu dc Zuidvietnamese regering t behulp van een leger- en pot ent van meer dan een miljoen man ir. de laatste tijd alles in het werk (ft gesteld oin iedereen uit te sc.*v>- .vi, die om zijn te geringe loy'i- als gevaarlijk voor het regime ■d beschouwd? Hoe kan men in ernst verwachten, dat de Parijsc toorden uitgevoerd worden, als de eiing in Sa,;gon precies al die be- jen daaruit schendt, die over ke nobele zaken spreken als 'de nocratische vrijheden van het k', die dan nog eens ten overvloede jeficeerd worden als 'persoonlijke htid, vrijheid van het woord, vrij- van drukpers, vrijheid van verga- ïg. vrijheid van organisatie, vrij- d van politieke activiteit, vrijheid geloof, vrijheid van arbeid, het it op bezit en het recht op vrij ernemerschap'. iemand zich in alle ernst voor- len, dat de twee Zuidvietnamese tijen volgens artikel elf 'tot natio- i verzoening en eensgezindheid ko- i, de haat en de vijandschap beëin- n en alle daden van weerwraak discriminatie verbieden jegens per en of instellingen, die met de ene andere partij hebben samenge- kt'? Is iemand niet krankzinnig, hij nog steeds gelooft in de uit- ring van artikel twaalf, waarin t dat 'de twee Zuidvietnamese par- n onmiddellijk na het bestand in geest van nationale verzoening en dracht, wederzijds respect nationale raad van nationale ver- ïing en eendracht oprichten, die Idrie gelijke segmenten bestaat'? door Michael Stein I begrip ■20.00 is bij p Van Thoey, secretaris buitenland- betrekkingen van de Vereniging i Boeddhistische Vietnamezen in buitenland en Ngoeyen Toeng, •etaris van de Unie van Boeddhis me Studenten in Europa, reageren begrip op al die sceptische vragen, betoog, dat zij hielden in een -^-jnlang gesprek, waarbij ze elkaar rtdurend aanvulden of uiterst be- d onderbraken, is typerend voor VTIOr inzichten van praktisch alle Zuid- namese neutralen, die ik heb ont- HHBt. Dat kon ook moeilijk anders, at hun organisaties direct verbon- zijn met de Verenigde Boeddhis- he Kerk van Vietnam, één van de ingrijkste neutrale instellingen het land. (■ren. Jdig* .70 achtergronden van deze twee man zijn in zoverre identiek, dat zij len uit fel anti-communistische fa- ies stammen. Dao Van Thoey, 35 oud en sinds dertien jaar in nkrijk, is afkomstig uit Haiphong, grootste Noordvietnamese haven- I. Zijn ouders vluchtten in 1954 r het zuiden in panische angst, dat er in die tijd allerlei geruchten de ronde deden dat de Amerikanen de atoombom zouden gebruiken om de nederlaag van het Franse koloniale leger tegen de nationalistisch-commu- nistische Vietminh ongedaan te ma ken. De familie leeft sindsdien in Saigon. Ngoeyen Toeng komt uit Da- nang, in het noorden van Zuid-Viet- nam. Hij is 28 jaar oud en werd tien jaar geleden door zijn ouders voor zijn studie naar Frankrijk gestuurd. Geen vaderland? 'Pas hier in Parijs begonnen we iets van de werkelijke problemen van Vietnam te begrijpen. In Vietnam is alles op het anti-communisme inge steld. De propaganda luidde: 'De com munisten hebben geen vaderland, geen familie en geen religie'. Dat werd er bij ons op school al heel vroeg ingestampt. Maar toen de oorlog werd opgevoerd, begrepen we dat de eerste stelling 'de communisten hebben geen vaderland' in ieder geval niet waar kon zijn. Niemand kon immers beweren dat eerst de Vietminh en later het Bevrijdingsfront anti-patriot tische bewegingen waren. En ook de tweede bewering over de familie banden, die de communisten niet zou den erkennen bleek volslagen on zinnig te zijn. Anti-religieuze senti menten waren daarentegen in het be gin wel degelijk bij de communisten aanwezig. Maar naarmate de strijd heviger werd en de dictatuur van Saigon groter, sloten zich steeds meer mensen bij het Bevrijdingsfront aan, die vaak ook godsdienstig waren. Zij werden niet alleen door het Bevrij dingsfront opgenomen, maar konden daar vrijelijk hun religie belijden. Wij, hier in Parijs, bevinden ons natuurlijk in een geprivilegeerde posi tie. Wij kunnen meer lezen en meer kennis vergaren over wat zich dn Vietnam afspeelt dan de mensen daar. Maar ook in Vietnam zijn de zaken veranderd. We kunnen dat merken aan de brieven van onze familie. Mijn oudere broers waren bijv. communis ten-vreters. Ze zijn nu niet bepaald communistisch geworden, maar hun instelling is wel gewijzigd. De oorlog en het Amerikaanse ingrijpen hebben erg veel veranderd. De meesten van mijn schoolkameraden die in Vietnam zijn gebleven, zijn nu tegen de rege ring in Saigon. Een deel van hen heeft zich bij het Bevrijdingsfront aangesloten; dé rest, die wèl tegen de regering was, maar niet bij het Be- vrij diingsfront wilde gaan, zit in de gevangenis, werd vermoord of werd in de oorlog gedood. Een eenheid Natuurlijk hebben de Parijse akkoor den de militaire problemen alleen maar ten dele opgelost en de politieke problemen helemaal niet. Maar het belangrijkste probleem is wel degelijk opgelost: de Amerikanen hebben er kend dat Vietnam een eenheid vormt; ze hebben beloofd zich niet meer met de interne aangelegenheden van Viet nam te bemoeien en ze trekken zich militair voorgoed uit Vietnam terug. Alles hangt er nu van af, of de Amerikanen de akkoorden inderdaad uitvoeren. Doen ze dat niet, dan breekt de oorlog weer uit Als de Amerikanen dan nog eens gaan inter veniëren, moeten ze dat op veel grote re schaal dan tot dusverre doen, ten einde alsnog te winnen. En dat lijkt ons in de binnenlandse politieke con stellatie van Amerika onmogelijk. Natuurlijk wil Thieu de akkoorden niet eerlijk toepassen. Die brengen hem geen enkel voordeel. Hij wil de politieke gevangenen niet vrijlaten en de vluchtelingen niet naar hun dor pen terug laten gaan, uit angst dat ze eenmaal onder zijn console van daan met het Bevrijdingsfront of de neutralen samenwerken. Natuur lijk wil hij al die democratische maat regelen, die in het akkoord staan, niet uitvoeren, omdat zijn macht daardoor automatisch bedreigd wordt. Maar Thieu kan niet alles saboteren, omdat dan de oorlog onherroepelijk opnieuw zou uitbreken. Thieu weet dat hij die strijd zonder de Amerikanen niet kan wmnen en hij weet ook, dat de Ame rikanen hem niet meer direct te hulp zullen komen, hoogstens met wapens en geld. Thieu zal dus een klein gedeelte van de akkoorden wel uitvoe ren. Vluchtelingen En geleidelijk, heel geleidelijk, zal Thieu ook de andere bepalingen van het akkoord moeten toepassen, zeer tegen zijn zin. Daarbij spelen een aantal elementen een rol, die ook bepalend zijn voor de nationale ver zoening, waar u niet in gelooft. Zo zal een belangrijk deel van de vluchtelin gen weer naar hun dorpen terugke ren. In de steden krijgen zij officieel 50 piaster per persoon per dag aan hulp van de regering, in werkelijk heid veel minder of niets vanwege de corruptie en de slechte organisatie. Voor die 50 piaster kun je alleen maar een paar koppen droge rijst kopen. Een kop Chinese soep kost al veel meer. Het is voor de vluchtelin gen dan ook van levensbelang om naar hun dorpen terug te keren en hun leven daar opnieuw op te bou wen. Dat belang is voor de meesten nog urgenter, omdat zij als boeddhis ten bij de graven van hun voorouders moeten zijn om die te verzorgen. Er zal dus een uitwisseling tot stand komen van mensen uit de verschillen de zones van Vietnam. Die uitwisseling zal Thieu willen ver hinderen, bang als hij is om zijn greep op de bevolking te verliezen. Hij zal dus zijn troepen opdracht geven op de terugkerende burgers te schieten. Maar in een groot aantal gevallen zal het leger die orders ge woon niet uitvoeren, omdat ook het leger onderhevig is aan de sociale druk. Gesteld dat alle mensen in alle steden helemaal achter Thieu staan (wat niet waar is), dan nog verkiezen ze in overweldigende meerderheid de vrede boven Thieu. Die behoefte aan vrede uit zich in sociale druk, ook op het leger. Scherpe bevelen van de top zullen dan ook, indien ze te ver van de maatschappelijke realiteit af staan, aan de basis gesaboteerd worden. Voordat het bestand inging, hebben bijv. de regeringstroepen en de men sen van het Bevrijdingsfront op locaal gebied, ondanks de uitdrukkelijke be velen van bovenaf, al onderlinge rege lingen getroffen. Die sociale druk is bij ons in Vietnam van groot belang. Hij uit zich in veel grotere conventio naliteit dan hier in Europa, met als effect dat de discussies veel minder scherp en veel langduriger zijn om een zekere mate van overeenstemming te bereiken. Een ander, zeer belangrijk punt is dat niet iedereen op het hoogste vlak in Saigon even extremistisch is. Als Thieu zich te onverzoenlijk opstelt, komen de iets gematigden aan zijn kant tegen hem in opstand en zullen met de neutralen willen samengaan. Om dat te verhinderen, moet Thieu zich aan de nieuwe situatie aanpassen en hun een stap voor zijn. Het Bevrijdingsfront heeft van zijn kant geen enkel belang bij het voort zetten van de oorlog. De tijd werkt in zijn voordeel. Het Bevrijdingsfront heeft nl. een betere organisatie, een duidelijker uitgewerkt maatschappe lijk programma, een eigen ideologie en wat het belangrijkste is het heeft tegen de Amerikanen gestreden. U zult misschien ook gehoord hebben, dat de populariteit van Thieu steeg op hetzelfde moment, dat hij zich tegen de Amerikanen afzette. Aange zien het Bevrijdingsfront zich als pa triottische beweging sterk voelt in de politieke confrontatie met Thieu, zal het zich in zijn eigen belang inzetten voor de uitvoering van het akkoord. Daarvoor heeft het Bevrijdingsfront in ieder geval de sympathie van de neutralen nodig. En als Thieu niet geïsoleerd wil raken, moet hij op zijn beurt ook zijn betrekkingen met de neutralen verbeteren. De Nationale Raad, waarover in het akkoord wordt gesproken, is slecht of niet gedefinieerd. De drie zogenaamde segmentpn hebben bovendien veto recht, waardoor de Raad niet behoor lijk functioneren kan. De Raad is dus alleen formeel van belang, maar in de praktijk onmachtig. Men moet zich echter op die Raad niet blind staren. Wij hebben 'n ons land drie regerin gen, die alle door een groot aantal landen zijn erkend en daardoor vol kenrechtelijk legaal zijn: de regering in Saigon, de Voorlopige Revolutio naire Regering en de regering in Hanoi. Voor ons is het probleem van die drie regeringen en die twee Viet namese staten nauwelijks reëel. Reëel zijn de politieke, sociale, economische en culturele problemen, die nu einde lijk aangepakt moeten worden. Wij zouden, als we niet als Vietnamezen dachten, strikt formeel, in Noord- en Zuid-Vietnam grote zuiveringen moe ten doorvoeren, omdat veel leiders in het noorden uit het zuiden komen, en omgekeerd. Neutralen Om normalisatie in ons land te krij gen, zonder dat er oorlog wordt ge voerd en één van beide partijen wordt uitgeroeid, is het noodzakelijk de neutralen erbij te halen. Alleen de neutralen zijn in staat om als buffer te fungeren tussen de extremisten aan beide kanten en in overleg met alle partijen de politieke formules te vin den voor een redelijke samenleving. Als de neutralen niet worden inge schakeld, zal de oorlog onvermijdelijk opnieuw uitbreken. En dat wil het Bevrijdingsfront niet en Thieu even min. Een zeer belangrijke factor voor de nationale verzoening is de hechte fa milie-structuur, één van de specifieke Vietnamese kenmerken, die bij de. communisten net zo aanwezig zijn als- bij de andere groeperingen. Ik heb' bijv. zes neven, die na de dood van mijn oom door mijn vader werden opgevoed. De oudste is officier bij de Viet Cong, de drie volgenden moesten in het regeringsleger dienst nemen. Dacht u dat zij het prettig vinden tegenover elkaar te staan en elkaar af te maken? En zoals mijn familie, zijn tienduizenden andere families uit el kaar gescheurd. Wij hebben in onze geschiedenis dui zenden jaren voor onze onafhankelijk heid gevochten. Om als Vietnamezen te blijven voortbestaan, moeten wij nu onderling vrede sluiten. Vrede zonder nationale verzoening is uitge sloten. En nationale verzoening zon der de neutralen is eveneens onmoge lijk. De neutralen zullen daarom inge schakeld worden, niet omdat ze zo machtig zijn, maar omdat ze samen met de hechte familiebanden het enige reëele bindmiddel zijn tussen de Vietnamezen aan de verschillende fronten. Met steun van de buitenwe reld kunnen wij ervoor zorgen, dat de nationale verzoening een realiteit wordt, opdat wij, Vietnamezen, kun nen blijven leven en u eindelijk van het Vietnamese probleem verlost wordt'. Dit is het vierde en laatste artikel in een serie over de neutrale krachten in Zuid-Vietnam. De vorige artikelen verschenen op resp. 3, 7 en 10 februa ri. >aar ei rhillend tot dui synthfrj rto*» door Rob Foppema 'Hoewel er nog veel te doen is, is er ook veel bereikt'. Het lijkt een nietszeggende zin uit een standaard gelegenheidstoe spraak. Maar directeur Francis co Aquino van het Wereldvoed selprogramma (WFP) kan hem lesgewenst waar maken. En de waarheid achter zijn gemeen plaats is ongemeen boeiend. Het nu tienjarige- WFP is een van de •limste vormen van ontwikke lingshulp die ooit zijn bedacht. Het meest in het oog lopende pro bleem in ontwikkelingslanden is dat honderden miljoenen mensen er on- I D voldoende te eten hebben. Dat komt w I» niet of nauwelijks doordat de we reld als geheel onvoldoende voedsel produceert. Als we alles netjes ver deelden zou er ongeveer genoeg zijn. (Hoewel juist dit jaar op een dra matische manier dreigt duidelijk te maken dat we wel op het randje balanceren, nu graanoogsten in Rus land en Azië gelijktijdig mislukten). Maar het grootste probleem is toch niet dat er geen eten is, alleen dat het op de verkeerde plaatsen aanwe zig is: landen waar geen honger lieerst, verbouwen meer dan ze op tv Hdlfkunnen. En dan doen ze het soms nog opzettelijk kalm aan, want over schotten bederven de markt. .Internationale handel als manier om J Qf het wel aanwezige voedsel te krijgen ®TiWl op cte plaatsen waar het nodig is, blijkt slecht of niet te werken, otavwg Want de landen die het nodig heb- mk/nh ben- zijn onderontwikkeld en dus weinig koopkrachtig. Als ze het geld LINQi *1 vrij kunnen maken, betekent het toch in ieder geval dat ze in het buitenland minder andere dingen kunnen kopen, en die andere dingen hebben ze nu juist nodig om hun onderontwikkelde economie op te vijzelen. Zo blijft het grondpro bleem bestaan. FINANCIëLE ZAAK En als een ontwikkelingsland dan toch voedsel invoert, blijkt binnen de landsgrenzen weer net zo'n moei lijkheid te bestaan. De bevolkings groepen die honger hebben, zijn niet helemaal toevallig nu juist de groepen die geen geld hebben om meer eten te kopen, ook al zou het er zijn. Honger is in overtreffende mate een financieel probleem, zowel op het nationale als op het interna tionale vlak. Daar is natuurlijk op een radicale manier iets aan te doen door voed sel niet te verkopen maar te geven. Dat gebeurt ook wel, met name in acute noodsituaties, maar het lost op den duur niets op. De grondoorza ken van de honger blijven bestaan, noodzakelijke ontwikkelingen kun nen er zelfs door worden vertraagd. Aan dat soort hulp heeft het We reldvoedselprogramma tot nog toe tien procent van zijn middelen moe ten besteden. De rest van zijn voed selhulp gebruikt het WFP als een bijzonder doeltreffende hefboom om economische ontwikkeling op gang te helpen. FILIPPIJNEN Hoe dat werkt, is bijvoorbeeld mee te maken op Leyte, een eiland in het zuiden van de Filippijnen. Er wonen ruim een miljoen mensen. Meer dan tien procent lijdt aan schistosomiase, een tropische ziekte. veroorzaakt door kleine wormpjes. Dat is niet alleen menselijk, maar ook economisch funest: zolang de werkkracht van een aanzienlijk deel van de bevolking is aangetast zal Leyte een probleemgebied blijven. Schistosomiase wordt niet van mens op mens overgebracht. Eitjes van de wormpjes komen met uitwerpselen in het water terecht, ontwikkelen zich in een bepaald soort waterslak, en de wezentjes die daar uit komen kunnen via de huid weer mensen besmetten. De enige effectieve be strijding van de ziekte bestaat uit het bestrijden van de waterslak, ge combineerd met sanitaire maatrege len om uitwerpselen zo veel moge lijk uit het water te houden. Studies met hulp van de Wereldge zondheidsorganisatie, de Voedsel- en landbouworganisatie en nog wel een paar instellingen van de Verenigde Naties verricht, toonden aan dat de slak onder controle te krijgen was maar ten koste van grote inspannin gen. Hij voelt zich thuis in dichtge groeid moerassig gebied en dus zat een kwart van Leyte (1600 vierkante kilometer) er vol mee. De oplossing: op die delen van het eiland waar mensen in de buurt zijn, de moeras sen droogleggen, begroeiing uit ri viertjes en bevoeliingskanalen ver wijderen. Verder de traditionele ma nier van rijst verbouwen (plantjes dicht op elkaar en daartussen nog onkruid) radicaal veranderen, want ook daar woont de waterslak. Uit een proef op kleine schaal bleek dat die aanpak inderdaad doeltref fend was. Bovendien bleken goed gewiede rijstvelden een hogere op brengst op te leveren, en onder controle gebrachte moerassen wer den nieuwe rijstvelden. Dat was voor de Filippijnen aanleiding om voor 26 dorpen in zes zwaar besmet te provincies van de eilandenrepu bliek een vijfjarenprogramma op te stellen ter bestrijding van schistoso miase. Veel kapitaal was er (gelukkig) niet nodig. Waterpanten kun je met mes sen klein krijgen, moerassen met de spade. Dat betekende naar schatting 630.000 man-dagen vrijwilligerswerk uit de plaatselijke bevolking. En daar kon het Wereldvoedselprogram ma inspringen. Deze afzonderlijke VN-organisatie maakte het voor de vrijwilligers mogelijk, zich voor dit soort niet direct produktieve arbeid vrij te maken. Voor elke werkdag krijgt een man voor zichzelf en zijn gezin een compleet rantsoen voe dingsmiddelen: tarwemeel, melkpoe der, bonen, vis in blik, spijsolie, gedroogd fruit. De actie zal pas geslaagd zijn als, na afloop van het vijfjarenprogram ma, de gemeenschap ook zonder de ze stimulans, met vrijwillige arbeid de waterlopen vrij van onkruid houdt. Dan kan dan ook: de mensen hebben dan ervaren dat de nieuwe methoden succes hebben, en de ei gen voedselproduktie moet tegen die tijd voldoende verbeterd zijn. Met voedselhulp als hefboom is dan een blijvend stuk ontwikkeling bereikt FLINKE GROEI Dat is één project. Het WFP heeft er in zijn tienjarig bestaan 530 ge steund met hulp tot een tegenwaar de van ruim 750 miljoen dollar. Het is een betrekkelijk bescheiden be drag, gezien tegen het totaal van de ontwikkelingshulp. Maar de groei van het programma is opmerkelijk geweest In 1963 werd een proefpe riode van 3 jaar begonnen met jaar begrotingen van 32 miljoen dollar. Onder de energieke directie van dr. A. H. Boerma (die na vijf jaar vertrok om de wat vastgelopen Voedsel- en landbouworganisatie FAO te gaan leiden) bleek de for mule een succes te kunnen worden. De omvang van het werk is intussen verviervoudigd. De opzet is zakelijk en doeltreffend. Regeringen kunnen ontwikkelings projecten aanmelden voor voedsel steun, waarbij zij de economische doelstellingen op korte en lange ter mijn moeten aangeven. Het WFP overtuigt zich ervan dat het project realistisch en waardevol is. Het wordt dan goedgekeurd door een intergoevernementele commissie. Er wordt een gedetailleerd plan opge steld, en het WFP en het ontvan gende land overtuigen zich er we derzijds van dat de toegewezen hulp inderdaad tot het gewenste resultaat zal leiden. Tijdens de uitvoering blijft men het project volgen, om te zien of er misschien wijzigingen no dig zijn. Ook wordt zo vastgesteld welk soort werk het meest met voedselsteun gediend is. Zo krijgen Egyptische boeren die zich in het 'nieuwe land' langs het Aswan-stuwmeer vestigen voedsel hulp die geleidelijk afneemt naarma te hun eigen produktie op gang komt. Zo wordt in India door arbei ders die WFP-rantsoenen eten het Radjasthankanaal gegraven dat een miljoen hectare woestijn moet be vloeien. Zo worden landbouwvoor- lichters in Senegal opgeleid en we gen aangelegd in Peru. En zo wordt, om eens verrassend dicht bij huis te komen, de bestrijding van malaria in Turkije verbeterd. Het zijn stuk voor stuk geen wereldschokkende dingen. Maar het helpt I

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1973 | | pagina 11