t 'Verspilling voorkomen op gebied hartchirurgie' dichtbij in Bestuurscolleges willen herziening van collegeldwet Prof. Wieberdink over de kwestie dr. Van der Schaar: andbladen maandbladen maandblad Het verpuurde, kuise, koele UW/KWARTET DINSDAG 23 JANUARI 1973 BINNENLAND/COMMENTA AR T5/K7 atioi het orkeur an zal, na wat zaterdag in deze n te lezen stond, geen verwonde- wekken dat wij van harte instem- mct hetgeen minister Boersma in iterview met 'Ruim Zicht' heeft :atie4nerkt over de meest wenselijke nstclling van het volgende kabi- jjjJ namelijk dat een regering met de toi'thans bepaald de voorkeur' ïaar uitei leer isen eel. liebi r der oom ii v argi immentaar 11.0 een grondige discussie waarin het argument tegen het andere wordt vogen. eht beleid is bekend dat de heer Boersma opvatting al jaren huldigt. Wat ietreft had hij dat woordje 'thans' 'die kunnen weglaten. Ons dunkt dat hans' zijn inhoud verleent aan de derde, geradicaliseerde opstelling eel 'J k'ï dc vakbeweging signaleert, verband daarmee, aan de tocne- e wenselijkheid, een 'afgerond rumjal contract' tot stand te brengen. d'e ccr Boersma zegt daar ten ovcr- e bij dat een regering met de niet veel kans maakt, zo'n con té sluiten. Begrijpen we de minis- ;oed, dan bedoelt hij, dat thans dan ooit een kabinet met de de voorkeur heeft. •gumenten van de heer Boersma sprekend genoeg. Het zijn argu- 'feer en die al zijn zij in de huidige 'V„„dJ ie klemmender dan ooit reeds gelden. Des te verwonderlijker is lat een geluid als dit binnen de 1 wo ssionele partijen zo schaars is. van deze hoek uit wel jarenlang 'l't erig geklaagd over de onbuigza- >ert{ jnredelijk geachte houding van de b L inzake samenwerkingsmogelijk- ïek« 1 niet andefe PartÜen en ovcr de uj igelijke programmatische verlan- die het linkse verbond zou culti- Het zijn bezwaren die men iofei 'ee,s ^an onderschrijven, maar x di nee is nog niet het politieke feit Lim tredeneerd dat er zonder een par- e zozeer de stem van de arbei- vertolkt. nu eenmaal geen stabiel letsbeleid mogelijk is. Van een verslaggever UTRECHT 'Hartchirurg dr. P. J. van der Schaar uit Eindhoven is een uitstekende vent met grote werkkracht en ongewoon brede kennis. Nederland noch enig ander land zou het zich kunnen ver oorloven deze hartchirurg aan de kant te zetten. Elk Nederlands hartchirurgisch centrum kan goede mensen gebruiken, het zou dus verspilling zijn als dr. Van der Schaar niet meer aan het werk zou kunnen. Bovendien: hij heeft een langdurige en kostbare opleiding achter de rug en die dient ten nutte gemaakt te worden'. Dit zegt prof. dr. Wieberdink, die na een hevig conflict begin januari 1971 ontslag nam als hoogleraar hart- en vaatchirurgie in Utrecht. tezet is een politiek feit, dat zo ovcr- da end is, dat het voorop had beho- de4n behoort te staan bij het beoor- van de vraag, welke samcnstel- erkj een te formeren kabinet zou ristten hebben. De bezwaren die men 1 deia nog zou kunnen hebben, zijn itc van secundaire aard. Door lijlu vel het overheersende politieke ingete veronachtzamen en de bezwa- ""koorop te stellen, wordt de inven- H1|t verslapt waarmee die bezwaren hadden kunnen worden opgelost, it laatste hebben de confessionele jen de laatste jaren laten gebeu- ar De zwarigheden waarmee infor- IJ kir Ruppert dezer dagen worstelt, enfcn dan ook op het reeds veel n. lagde hoofd der confessionelen Koos scholkan ook zijn dat de confessionc- if velen van hen, het niet met de :an°°)us'c van minis,er Boersma eens cho.I dat zij zijn argumenten ontken- of andere zwaarder laten wegen, als dat zo is, dan wordt het tijd Prof. Wieberdink wijst erop dat de toekomst van de hartchirurgie nog vrij onzeker is. 'Vrij grote hartchirur- gische centra, bemand met twee of drie topmensen op hartchirurgisch ge bied, zijn waarschijnlijk de beste op lossing. Van onderlinge concurrentie mag dan echter geen sprake zijn, wel van nauwe samenwerking in teamver band. Daarom is het zo betreurens waardig wat er rond dr. Van der Schaar (sinds vorig jaar juli werk loos. óók na een hevig conflict) ge beurd is. 'Ik vraag me eigenlijk af," aldus prof. Wieberimk, 'wat nu eigenlijk de ach tergrond is van zowel mijn eigen zaak als die van dr. Van der Schaar. Gaat het erom het werk te verbeteren of de boel kapot te maken? Ik ben nooit goed in staat gesteld de kritiek op mijn persoon en mijn werk te beant woorden. De bezwaren tegen mij ble ven vaag. men zei het mè nooit rechtstreeks. Zo ook. met Van der Schaar. Als die het verkeerd doet, moet men dat rechtstreeks zeggen, tegen hem. Dan kan hij antwoorden. Van der Schaar toont zich in het hele conflict in Eindhoven bijzonder net jes. Dat kan niet van zijn aanvallers worden gezegd.' In het conflict tussen prof. Wieber dink en de medische faculteit in Utrecht heeft de commissie-Donner een belangrijke rol gespeeld. Deze commissie moest uitzoeken hoe de zaak lag en moest een oplossing aan dragen. Het eindrapport is nooit openbaar gemaakt, maar het gevolg was wel'dat prof. Wieberdink besloot ontslag te nemen. Prof. Wieberdink nu: 'De Eindhoven- se hartchirurgie is te gronde gericht, mede omdat het onderzoek van de commissie-Donner heeft gefaald. Er heeft voldoende rechtsbescherming ontbroken. Het was onmogelijk de klachten te vernemen, wie ze heeft geuit, wat ze exact inhielden. Alle verklaringen zijn geheim gehouden, medewerkers van mij hebben ondanks verzoeken nooit hun eigen verklarin gen. zoals ze gebruikt zijn voor de samenstelling van het rapport, ter inzage gekregen, hoewel ze menen dat ze onjuist of onvolledig zijn geciteerd. Dit is allemaal zeer ernstig, omdat prof. Donner de grote man van de rechtswetenschap in Nederland is, een erkende autoriteit. Maar wat bij over treders van de wet heel normaal is, een open en eerlijke behandeling van de zaak, is in mijn geval niet ge beurd. Het resultaat van het werk van de commissie-Donner is, dat die medi ci die het meer om hun carrière dan om de patiënten te doen is. hun gang konden blijven gaan. Wat dat betreft zie ik duidelijke parallellen met Utrecht en Eindhoven. Er blijken art sen te zijn die de meest onnette methoden te baat nemen om hun positie veilig te stellen. Daarbij beschuldigen zij hun tegen standers zelfs van een hoge mortali teit. Dat is bijzonder ernstig, vooral omdat de hartchirurgie een kwetsbaar vak is. Het is nu eenmaal zo dat in bepaalde periodes bij bepaalde opera ties de mortaliteit hoog is. dat er vrij veel patiënten sterven tijdens of na de operatie Dc kliniek voor hart- en vaatziekten van het academisch ziekenhuis in Utrecht, waar prof. Wieberdink destijds werkte. UTRECHT Minister Van Veen moet op korte termijn de wetge ving ten aanzien van het collegegeld zodanig herzien, dat deze wet uitvoerbaar is. Dat staat in het rapport dat een werkgroep van vijf man vanuit de universitaire colleges van bestuur heeft opgesteld met het oog op het gesprek dat deze besturen vandaag met minister Van Veen hebben. gehannes met de duizend gulden 3 öo gegeid bewijst dat er een grens is dc macht van dc overheid. Die ligt op het punt waarop de ikkenen het vertikken zo'n wet uit )eren. In dit geval zijn dat niet- ende studenten, niet-controlerendc nten, protesterende universiteits- i en ongehoorzame universiteits- iren. Voor de zoveelste maal zal ster Van Veen vandaag met de ,gr! Srsiteitsbesturen overleggen hoe Drdé kan scheppen in de chaos, wanneer het lukt voor het eind het cursusjaar alle wanbetalers te 'j en is er weinig reden tot vreugde, ipbrengst zal door alle administra- rompslomp minimaal zijn. En wat is: de verouding tussen ministe- omi n universiteiten is er niet beter op irden. .er een grens'is gesteld aan de it van de overheid is wel vaker nstateerd. Een recent voorbeeld is fjl'-ftonwet. Toen de vakbonden twee geleden besloten het overleg in de iting van de Arbeid te boycotten, st de regering tenslotte ook bak- ,ds' halen en de gewraakte wetsartikc- ber in de ijskast zetten. De kunst van regeren is niet alleen de plus één van de parlementariërs je kant te krijgen, maar je moet 'endien voor zorgen dat de wet lijk overkomt bij dc betrokkenen, tot de duizend gulden wet terug eren: dat is niet het geval, wan- ccn enquête onder de bevolking alleen de studenten dus) uitwijst l'jjmcn dit een slechte wet vindt. kk« ias staat de collegegeld-wetgeving alleen. Er zijn meer voorbeelden slecht beleid. De studentenstop is haastig en klungelig geregeld als icffing van collegegelden. En om 'n voorbeeld te noemen: het is iqler meer een daad van onbehoor- bcstuur wanneer je werkende jon- 11,1 n een dag per weck leerplichtig kt en dc schadeloosstelling voor het Dt college van bestuur vergaderen vanmorgen eerst nog onderling om zich te beraden op het standpunt, dat zij gaan innemen Volgens de voorzit ter van het Utrechtse college van bestuur, de heer H. P. Trip, willen de besturen zoveel mogelijk ruimte laten om tot een oplossing te komen. Juist daarom hebben zij zich verbaasd over de brief, dieminister Van Veen vrige week aande besturen schreef, omdat in deze brief opnieuw eenzijdig door de minister allerlei voorstellen en richtlijnen worden gegeven. Toch is de indruk die dc besturen van de ministeriële brief hebben, niet helemaal ongunstig. In dit verband is het veelzeggend, dat zelfs het lanelijk overleg van grondraé'.en van studenten (LOG) enkele positieve punten heeft opgemerkt in de brief. Met name het weglaten van dreigementen over kin derbijslag en uitstel van militaire dienst, zien de studenten als een eer ste overwinning voor zichzelf. Hun acties blijven gericht op algehele in trekking van de wet. De werkgroep die de universiteitsbesturen heeft ge- adviseerd, gaat minder ver. Het voor stel van de werkgroep komt erop neer, dat minister Van Veen eindelijk serieus begint de gaten deze wetge ving te dichten. En dan niet via onwettige maatregelen (zoals met de kinderbijslag), maar waar nodig via wetswijziging. In eerste instantie denkt de werk groep aan een onderscheid tussen drie categorieën studenten: de betalende collegelopers, de nie-betalende college lopers en de tentamen- en examenstu denten, die de colleges al achter de rug hebben. Die laatste groep zal wel moeten mee tellen bij de toewijzing van financiële middelen aan de universiteit. Zoals het nu is bestaat er eigenlijk geen wttelijke basis om etweede categorie gederfde dagloon pas vier maanden na invoering van de wet regelt. Op die manier werk je in de hand dat mensen hun goodwill jegens dc over heid verliezen. De impasse waar we nu in zitten is een gevolg van een te harde lijn van mensen als Dc Brauw en Bicsheuvel. Zij hebben niet willen luisteren naar de oppositie die (hoewel dc PvdA voorstander is van collegegeld verho ging in een andere vorm) massaal tegenstemde. Zij hebben zelfs de te genstem van KVP-voorzitter De Zeeuw in de Eerste Kamer genegeerd. Dc ellende van dit moment bewijst dat dit land op deze wijze onregeerbaar is. Je kunt geen maatregelen nemen met een parlementaire meerderheid van 51 procent als een nict-parlemcn- tairc meerderheid van het volk zo'n geforceerde wetgeving aan zijn laars lapt. Zolang deze regering nog zit is ei maar één uitweg: doormodderen. (de ontduikers) cn de derde groen (oudere jaars die geen college meer lopen) behoorlijk te scheiden. De sua gestie van de werkgroep is dat de faculteiten waarschijnlijk zullen mee werken aaaneen-registratie van tenta men en examenstudenten, wanneer dat hu begrotingen te goede komt. Voor de volged cursus zou minister Van Veen dan een sluitende regeling moeten ontwerpen, waarin duidelijk bepaald is wie collegegeld verschul digd is cn waarvoor. Dergelijke bepa lingen zijneigenlijk al voorbereid in de Wet-Postuhumus. waarin omschre ven staat, wat als onderwijs be schouwd kan worden en wat niet Ook sancties kunnen dan uitdrukkelijk worden opgenomen. Verder zou de werkgroep willen, dc collegegelden werden geïnd op dezelfde manier als- de schoolgelden, namelijk via de be last ngrilenst. Het gevaar van schermen met hoge mortaliteitscijfers van hartchirurgen kan ook tot gevolg hebben dat de hartchirurgen zelf voorzichtiger wor den, moeilijke gevallen dan maar niet opereren omdat ze vrezen dat hun mortaliteitscijfers dan gunstig worden beïnvloed. Dit houdt echter ook in: de ernstige hartpatiënten helemaal geen kans meer geven, ook al is het mis schien een kleine kans.' In Ardennen Prof. Wieberdink leeft nu een vrij teruggetrokken bestaan ergens in de Belgische Ardennen. Anders dan dr. Van der Schaar hoeft hij zich. door de 'gouden handdruk' die hij bij zijn ontslag kreeg, geen financiële zorgen te maken. Hij is nu 54 jaar. Op mogelijkheden om in Nieuw Zeeland of in Israël aan het werk te gaan. is hij niet ingegaan omdat dat hem volledig van zijn familie zou afsnij den. Of hij zijn verder leven als ambteloos burger wil slijten, laat hij enigszins in het midden. De herinnering aan zijn werk in Utrecht, waar onder zijn leiding een geheel nieuwe kliniek voor hart- en vaatchirurgie tot stand kwam die hij als gevolg van het conflict niet zelf heeft kunnen gebruiken, doet hem af en toe nog zeer scherp formuleren. Twee jaar na het conflict doorbreekt soms nog een stukje emotionele be trokkenheid de verstandelijke distan tie. Zelf noemt hij een 'bittere conclu sie' zijn opmerking: 'Door het falen van mr. Donner en de kwalijke rol van de commissie als geheel blijkt het nodig dat de hartpatiëntenvereniging van de heer Fievet de artsen op hun roeping wijst. 'Er zijn', aldus prof. Wieberdink, 'na tuurlijk een heleboel goede artsen, maar de vrijheid voor die artsen, die een machtsrol willen spelen, is blij ven bestaan. De heer Fievet is juist als een terrier geworden omdat hij zag dat er niet voor het belang van de patiënten werd opgekomen. 'Moeilijk' 'Agressie' Terugkomende op het conflict in Eindhoven (sluiting van de door dr. Van der Schaar daar opgebouwde af deling hartchirurgie en uitschakeling van dr. Van der Schaar zelf) zegt prof. Wieberdink: 'Dr. Van der Schaar mag niet vallen anders dan op zakelij ke argumenten, en die ontbreken ten enen male. Ik weet niet precies wat dc norzaken in Eindhoven zijn, maar ik constateer een enorme agressie. Ik ben ervan overtuigd dat als Donner de zaak in Utrecht goed had gesa neerd het geval-Eindhnven niet had kunnen gebeuren Maar wat heeft Donner in feite gedaan, hij heeft de Mogelijkheden Éénwording Het laatste nummer van A.R. Staat kunde. de maandelijkse uitgave van de Dr. A. Kuyperstichting, opent met een stuk van CBTB-voorzitter drs. R. Zijlstra, waarin hij zijn diensten aan biedt bij dc eenwording van de drie confessionele partijen. Hij schrijft dat hij de vele obstakels die er op de weg naar de eenwording nog zijn, graag mee wil helpen opruimen, onder meer 'omdat in een bijna wanhopig makend proces van politieke verbrokkeling, het op de spits drijven van tegenstellin gen en bijbehorende armetierig gekift, een teken van saamhorigheid kan wor den opgericht'. Verder meent Zijlstra dat de verkie zingsuitslag niet tot reserves mag lei den. Hij blijkt afkerig van redene ringen als: 'Is het wel verstandig mijn politieke lot aan politieke partijen te verbinden die zo duidelijk in de ver sukkeling zijn?'. Zijlstra: 'Het toege ven aan dergelijke opvattingen zou een vorm van politiek gedrag zijn, die wei nig meer met christelijke inspiratie en evangelische politiek te maken heeft; zou terecht worden opgevat als een vorm van politiek groepsegoisme'. Tenslotte: Zijlstra vindt dat het orga nisatorisch onjuist zou zijn, aan een zo belangrijk stuk als de nota hel politieke fiat van de belangrijkste fi guren uit de partijtoppen mee te ge ven en tegelijkertijd te suggereren dal deze achterban de ondertekenaars bij een zo belangrijk stuk, dat op zo'n be langrijk moment gepresenteerd wordt, niet desavoueren zonder een vertrou wenscrisis te veroorzaken en m i. be hoort de vertrouwenskwestie hier ook aan verbonden te worden. Verder in ARS een stuk van nu. A. K. Koekkoek, waarin de algemene grond wetsherziening wordt besproken aan de hand van enkele pre-adviezen die zijn besproken op een vergadering van de vereniging voor administratief recht. Daar was onder meer het rap port van de staatscommissie Cals- Donner besproken. Koekkoek keert zich nu tegen 'het paardemiddel' van de direct gekozen formateur. Zijn grootste bezwaar tegen dit idee van de staatscommissie is 'dat de positie van de kabinetsleider wordt verzelf standigd tegenover een mogelijke par lementaire meerderheid'. Ook Koek koek acht het mogelijk dat er een 'rechtse' formateur wordt gekozen bij een 'linkse' meerderheid. 'Eén forma teur-premier moet voortkomen uit een parlementaire meerderheid.' aldus Koekkoek, die verderop de interessante mededeling doet dat Donner een van de voorzitters van de commissie het voorstel van de gekozen forma teur ziet als een stok achter de deur. 'Hopelijk hoeft hij nooit te worden ge bruikt,' aldus Koekkoek. Tenslotte uit ARS een lang verhaal van prof. dr. K. J. Popma over 'Evan gelie cn Politiek'. Uit het slot enkele citaten: 'Als we globaal onderscheid maken tussen normale staten en mon- sterstaten, dan rijst de vraag of in monsterstaten nog een door het evan gelie geïnspireerde politiek mogelijk is Ik ben geneigd deze vraag met een beslist 'neen' te beantwoorden' Zal er in de eventuele Verenigde Sta ten van Europa nog ruimte zijn voor een door het evangelie geïnspireerde politiek? Popma: 'Vermoedelijk op kleine schaal, als curiositeit en als komisch anachronisme. Als zachte herinnering aan tijden waarin christe lijke politiek nog mogelijk was'. Milieuvoogdij willekeur gesanctionneerd, een premie gegeven op machtswellust van bepaal de artsen, een aansporing aan de slechtste elementen in de geneeskun de. De hier Fievet is eigenlijk de enige die daartegen iets onderneemt.' De Jong faalde Na deze aanval op zijn 'rechters', zegt prof. Wieberdink het beleid van oud premier P. J. S. de Jong bij de opzet van het hartchirurgisch centrum- Utrecht niet te begrijpen. De heer De Jong, die voorzitter is geweest van het bestuursorgaan dat de samenwer king op hartchirurgisch gebied tussen het Antoniusziekenhuis in Utrecht en het Utrechts academisch ziekenhuis tot stand moest brengen, heeft vol gens prof. Wieberdink gefaald in het stellen van de juiste diagnose in het Utrechtse conflict. Over de nu in het hartchirurgisch centrum tot stand gekomen samen werking tussen beide Utrechtse zie kenhuizen, zegt prof. Wieberdink: 'Ik kan hels worden over die 'vondst' van samenwerking tussen beide hartteams. nadat mijn centrum kapot was ge maakt. Dat is gewoon bedrog geweest Er heerst nog steeds wantrouwen tus sen beide ziekenhuizen. Toen ik in Utrecht werd benoemd (in 1963) was het tussen het Antoniusziekenhuis en het academisch ziekenhuis water en vuur. Ik wilde samenwerken en heb tegen alle tradities in een begin van samenwerking tot stand gebracht.' Puur en edel en echt mooi Het verpuurde, kuise, koele En u-at is er levender dan een diamant? Dieper vurig dan een robijn? Intenser groen, qroener groen, smaragdgroener dan een smaragd? Typisch de taal van een juwelier, terug te vinden in 'Het versierde leven', een geschenkboekje van juwe liers voor hun klachten, data de Fede ratie Goud en Zilver heelt uitgegeven In de vorm van een vraaggesprek moet er iets ran de moderne juwelier en zijn koopwaar op het publiek over komen De schrijver Hans Andreus stelde daartoe onder andere deze vra gen: 'Waarom bent u eigenlijk juwe lier?' 'Ah! Dus toch de traditie'. 'U heelt nooit iets anders gewild?' en soms staat er alleen maar 'Ja?' 'och' of 'dank u' en een andere keer ietwat snauwerig 'u praat, 'ik schrijf' en een goedkeurend 'een hele collectie' Daar '■alt dus niet veel uit te leren, maar het gaat er dan ook om dat de lezer iets opsteekt van wat de juwelier vertelt. Over de 'voorvadei lijke juwelier': Weet u wat ik merkwaardig vind? Dat een goed deel van mijn klanten die toch nog graag in mij terugvindt. Men verlangt soms nog juist dat waardige, deftige van een juwelier. Dat hofleveranriersachtige als u wilt' En dat terwijl 'de moderne juwelier open huis houdt', waarmee deze spre ker dit bedoelt: 'We hebben natuur lijk onze vertrouwde klanten; via de verlovings- en trouwring naar het eerste zilveren rammelaartje of be kertje, de gouden schakelarmband voor haar verjaardag en de manchet knopen voor rffe van hem, cn de han ger voor tante Jo Klantenbinding, zoals dat heet en daar zijn we blij mee. Maar laten de zomaar-kijkers, de vragers, snuffelaars, liefhebbers ook maar komen Teveel mensen gaan nog alleen naar de juwelier als ze vooruit hebben besloten: ik koop dit of dat. Maar waarom zou iemand bij een antiekwinkel bijvoorbeeld wèl zomaar naar binnen lopen en bij een juwelier niet? Zelfbediening is een ticeede; ik verkoop tenslotte geen tandpasta of wasmiddelen, ik ben er juist ook voor vakkundige informatie. Maar laat ie dereen maar komen en kijken en vragen en desnoods weggaan zonder iets te kopen'. (Let op dat woordje 'desnoods', dat niet op een echt open huis kan slaan'). Behalve een enkel verduidelijkend te keningetje staan er in het boekje wat kleurenfoto's van horloges, gebruiks- zilver, klokken, sieraden en edelste nen. die allemaal bij het ware 'ver sierde leven' horen, maar helaas zon der ook maar een verklarend regeltje over u-at er op het plaatje staat. Zo blijft het raden of het nu om dc 'zonnegloedachtige warmte van goud' of 'het koele verpuurde van zilver gaat. We missen trouwens ook iets. De winkelier wil over zijn privé- stenenverzomeling vertellen, maar dat mag niet van zijn ondervrager. Die heeft daar geen tijd voor en valt voor de tweede achtereenvolgende keer de praatgrage juwelier in de rede als die zegt: Maar u mist iels. Weet u dat ik Dat zullen we dus nooit te weten komen. Tenzij we in draf naar de juwelier gaan en mèt het antwoord 'desnoods weggaan zonder iets te ko pen'. flauw Prof. Wieberdink en dr. Van der Schaar hebben gemeen dat zij allebei 'moeilijke mensen' worden genoemd. Er zou niet goed met hem samen zijn te werken, eenzelfde verwijt dat dr. Van der Schaar te horen heeft gekre gen. De directe aanleiding voor de operatiestop van prof. Wieberdink was dc ongunstige mortaliteit, heeft dc rijksuniversiteit in Utrecht altijd verklaard. Het rapport-Donner is ge heim. Hoewel hij niet optimistisch is over de kansen voor dr. Van der Schaar ergens opnieuw als hartchirurg aan het werk te gaan, meent hij toch dat er wellicht nog mogelijkheden zijn. 'Anders zou ik het niet in het open baar voor hem opnemen. Ik vind het triest dat alle betrokken beroepsvere nigingen, zoals de maatschappij tot bevordering der geneeskunst, de vere niging voor heelkunde, en de vereni ging voor thoraxochirurgie, niets doen.' Prof. Donner was voor commentaar op de kritiek van prof. Wieberdink niet bereikbaar. In 'Socialisme en Democratie', het maandblad van de Wiardi Beekman- stichting, staat deze maand een plei dooi te lezen voor het oprichten van een afzonderlijke bestuurspyramide voor het milieubeheer en -beleid. De bedoeling van de schrijver, H. Ver sloot, is dat het milieu zal worden beschermd en hersteld door een vorm van functioneel bestuur, dat randvoor waarden moet opleggen aan het alge meen bestuur, eigenlijk op de manier waarop vroeger de waterschappen hun taak vervulden bij het afweren van het watergeweld, dat het volksbestaan bedreigde. De milieuvoogdij, die Versloot voor ogen staat, zou 'met een even beperk te als stringente taakstelling, een dui delijke eigen gestalte geven aan het milieubesef van alle betrokkenen'. Voorts zou. zo meent Versloot, een dergelijke afzonderlijke bestuurspyra mide in mindere mate blootstaan aan concurrerende doelstellingen en zou zij daardoor over een grotere beweeglijk heid beschikken. Een derde voordeel ziet de schrijver in het feit dat de stringente machtsuitoefening die voor het miileubeheer vereist is, in de door hem voorgestelde structuur niet mede ter beschikking komt voor andere over heidstaken. zodat de kans op machts misbruik gering wordt gehouden. Ove rigens zal, verwacht Versloot, een der gelijke bestuurspyramide de normale functies van de 'klassieke' bestuurs organen het minst belemmeren. Tot zover 'Socialisme en Democratie', dat verder diepgravende studies publiceert over 'een sociaal-progressief arbeids marktbeleid' en ondernemingsmobili teit cn regionaal arbeidsmarktbeleid'. 'Ik heb er nog nooit over nagedacht, maar nu je het mij vraagt, zeg ik ook: ja, waarom eigenlijk geen meisjes- fiets? Ik kan natuurlijk zeggen, dat anders jongens komen vragen waarom er een meisjesfiets op staat en geen jongensfiets. Maar dat zou een flauw antwoord zijn.' Dat stond in de brief, die negenjarige José Kalthof uit het Limburgse Sim- pelveld van de minister van verkeer en waterstaat kreeg, wie zij zelf eerst geschreven had, omdat ze het niet kon uitstaan dat er op verkeersborden altijd herenfietsen staan en nooit eens damesfietsen Alsof dames niet fiet sen. De minister, die vermoedelijk wegens José's leeftijd meteen maar van volwassen rijwielen op kinderfiet sen overstapte, had wel een idee waarom het zo zit: 'Dat bord met die jongensfiets bestaat al heel lang en alle landen hebben met elkaar afge sproken dat de fiets die er op staat een jongensfiets moet zijn. Ik denk dat dit komt omdat de vorm van een jongensfiets, met die dwarsstang, een beter vlakverdeling mogelijk maakt.' Nu zou zo'n verouderd herenrijwiel in deze unisex-tijd met vouwfietsen voor het hele gezin toch een beetje te denken moeten geven en dat doet het blijkbaar ook. als zelfs een negenjari ge er zich het hoofdje over breekt. Behalve dan de heren die nieuwe plaatjes voor nieuwe toestanden moe ten bedenken. Neem de spoorwegen. Die geven duidelijk aan. waar de 'stille coupé's' coupé's waar je moet kunnen werken, die bij wijze van proef tussen Groningen en Den Haag heen en weer rijden tp vinden zijn, maar hoe? Met een plaat je op de wagon, waarop een mannetje zijn wijsvinger tegen de lippen drukt, daarbij zonder twijfel 'ssst' roepend als hij geen plaatje zou zijn geweest. Een unisex-hoofd op dc wagon zou misschien wat ver gezocht zijn. maar dc spoorwegen kunnen in elk geval niet uit de voeten met het verkeers bordenargument van de minister, dat de vorm van een mannenhoofd een betere vlakverdeling mogelijk maakt prijsverhoging Slechts gekleed in onderbroek en flad derend overhemd snelde gisternacht een dertigjarige man uit Oss het Arn hemse politiebureau binnen om aan gifte te doen van een bliksemsnelle prijsstijging in Arnhems rosse buurt plus bijbehorende mishandeling. In het beruchte Spijkerkwartier had hij voor twintig gulden de gunsten van een negentienjarige dame verwor ven, maar dc afgesproken prijs steeg tijdens de ceremonie met niet minder dan honderdvijftig procent, wat toch niet geheel en al aan de verhoogde BTW te wijten kon zijn. Toen de man weigerde vijftig gulden neer te tellen, riep het meisje haar 'beschermer' er bij. die de klant met een siersabel in wang en pols stak. Die nam toen, schaars gekleed als hij was, de benen naar het politiebureau. Agenten re kenden zowel de dure dame als haar vriend in en namen in één moeite door nog twee jongens uit hetzelfde huis mee, bij wie ze een papieren zak met een half pond hasj en ruwe hennep vonden. modern De moderne Juwelier houdt open huis voor hem, voor haar, voor tante Jo, voor iedereen, maar zo'n nachtclub achtig animccrmannetjc als op het plaatje is hij toch ook weer niet (zie ook: 'Het verpuurde, kuise, koele'). muizenissen Na ruim vier jaar samenhokken heb ben meer dan tweeduizend muizen zichzelf vrijwillig uitgeroeid. Ze wa ren het resultaat van een proef met vier mannetjes- en evenveel vrouw tjesmuizen. die dr. John Calhoun van het Amerikaanse nationale Instituut voor geestelijke volksgezondheid me dio 1968 in een hok van drie bij drie meter bij elkaar zette. Daar hadden de dieren genoeg ruimte om er des noods met z'n veertienduizenden te zitten en bovendien kregen ze er alles wat ze nodig hadden: water, voedsel en warmte. Zo ver hebben "ze het nooit gebracht. Toen er na twee jaar experimenteren 2200 muizen in het hok rondscharrel den. begonnen de moeders opeens hun kinderen te verwaarlozen. Intus sen deden zich ook al de eerste asoci ale verschijnselen voor: door gebrek aan ruimte konden de jonge manne tjes geen eigen terrein afbakenen cn daardoor begonnen ze samen op de vloer een bandeloos leven te leiden, als echte straatslijpers. Een kleiner aantal jongen wilde niet uit het ge zinsnest weg. Proeven toonden aan dat de eerste groep zwaar overspan nen was en dat de tweede aan apathie leed. Ten slotte stierven er steeds meer muizen zonder voor nageslacht te zorgen. Het laatste mannetje is nu dood, zodat de kolonie definitief ge doemd is uit te sterven. Net als bij de mensen hebben ook hier de vrouwtjes het 't langst volgehouden: er zijn nog vijftien die. naar mensennormen gere kend. al een jaar of honderd oud zijn 'Nee, Simpkins, ik geloof niet, dat zo'n vogclüouche verkawpbaar is.'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1973 | | pagina 7