dichtbij
De echte Falcon?
Koel, licht, droog.
ft.
Wat nu?
Herinneringen
aan
dr. Bruins Slot
En Brucks had het niet meer
Kaart voor een gevangene
TROUW/KWARTET DONDERDAG 30 NOVEMBER 1972
BINNENLAND T11/K13
De verkiezingsuitslag is voor ons niets
om erg opgewekt over te doen. De
cijfers die de kiezers gisteren hebben
geproduceerd, weerspiegelen meer dan
ooit het succes van het streven naar
polarisatie dat onze samenleving de
laatste jaren politiek, maar ook maat-
ichappelijk heeft beheerst. Het resul
taat van dat streven ingezet om de
duidelijkheid te bevorderen blijkt
zonder mankeren, dat de regeerbaar
heid van het land op zijn zachtst
gd dubieus is geworden. Het ge
volg is dat er een uitslag op tafel 1:"«
waarmee weinig te beginnen valt. Fr
zal een royale meerderheid gevon
kunnen worden door een coalitie
de progressieve en confessionele
binaties, maar het is al te beke
een dergelijk verbond onmogeliil.
de linkse drie hun medewe'in-
vorming van een meerderheid-
ni de verkiezingen definitief h
uitgesloten.
Voorts is de meerderheid, van d
vijf, van het kabinet-Bieshen
drie confessionele partijen met
en DS '70, tot precies één zetel
ken. Daarbij komt nog dat er 7-
duidelijke kiezersuitspraak ligt over het
conflict dat het kabinet-Biesheuvel uit
een deed vallen. DS'70, de stroming
binnen het kabinet, die het in de
overheidsmacht zocht, is op zijn re
tour, maar de resultaten van de overi-
meer voor het overleg geporteerde
partijen, die in het kabinet vertegen
woordigd waren, zijn te veelsoortig om
te kunnen worden beschouwd als een
kiezersuitspraak ten gunste van de lijn
die in de grote tegenspeler van de
heren Drees en De Brauw, minister
Boersma, werd gepersonifieerd.
Wanneer men het kiezersvotum over
dit conflict wil afmeten naar het resul
taat van de ARP tegenover dat van DS
'70 dan heeft de lijn-Boersma het ge
wonnen. Maar de twee andere confes
sionele partijen, die zich evengoed met
de methode Boersma hadden geïdentifi
ceerd, hebben ernstig verlies geboekt.
En daar staat dan weer tegenover, dat
de WD die lange tijd tussen het
standpunt van DS '70 en dat van de
confessionelen heeft geaarzeld be
langrijk heeft gewonnen.
De winst van de ARP zal, meer dan in
het standpunt van minister Boersma
inzake de inflatiebestrijding, moeten
worden gezocht in het gewicht dat de
heer Biesheuvel als minister-president
eenmaal in de weegschaal kon
en. En de aanzienlijke winst van de
WD zal, meer dan in 'de aarzeling
'tijdens de formatie van deze zomer, te
vinden zijn in het optreden van lijs-
aanvoerder Wiegel, die tijdens zijn
campagne zonder terughouding heeft
gespeeld op de begeerte naar vergro
ting van eigen welvaart bij de kiezer.
Het is deze verkiezingsthematiek van
de WD die naar ons gevoel een her
stel van de samenwerking van confes
sionelen met de WD met of zon
der DS'70 bijzonder onaantrekke
lijk maakt. Het zou een constructie
"zijn, die nog afgezien van zuiver cijfer
matige bezwaren, ook de confessionele
partijen zelf onwelkom zou moeten
zijn, omdat de heer Wiegel na de
enorme winst die hij heeft kunnen
boeken, bij de formatie hoge eisen zal
kunnen stellen, bij de inwilliging waar
van KVP, ARP en CHU in ernstige
mate aan het verwijt zouden worden
bloot gesteld, dat zij aan 'rechts' heb
ben moeten offeren. De uitslag van
gisteren maakt een meerderheidskabi
net dus een weinig begerenswaardig al
ternatief.
Anderzijds zit een levenskrachtig min
derheidskabinet er ook niet in. De con
fessionelen zullen, na het verlies dat zij
gezamenlijk hebben geleden, niet goed
staande kunnen houden, dat zij de
eerst geroepenen zijn om zo'n kabinet
op de been te helpen. Maar het resul
taat van de progressieven is als geheel
genomen ook niet zo zonnig, als zij
waarschijnlijk hadden gehoopt. De
PvdA mag haar winst gevoegelijk weg
strepen tegen 't verlies, dat D'66 heeft
geleden. De PPR is op haar kleine
eentje verantwoordelijk voor de voor
uitgang van het progressieve zeteltal.
Deze winst naar ons dunkt voorna
melijk voortgekomen uit gerechtvaar
dige wrevel over tekortkomingen in de
mondiale verhoudingen zal tot gel
ding moeten komen, wanneer de sluit
post in het dcelkabinet-Den Uyl zal
moeten worden ingevuld. En dat zou
de verdeeldheid in het linkse kamp
over de bezetting van buitenlandse za
ken en defensie alleen maar doen toe
nemen. De PPR zal nu ook hogere
eisen kunnen stellen bij de vorming
van de 'progressieve volkspartij'.
Waarschijnlijk zullen na deze uitslag
zowel binnen het progressieve als het
confessionele kamp middelpuntvlieden
de krachten werkzaam worden. De po
litiek moet zo enigszins mogelijk haar
eigen problemen oplossen. Maar bij zo
veel onzekerheid komt het extra-parle
mentaire kabinet in het vizier.
Voor de confessionele partijen houdt
de verkiezingsuitslag een ernstige
waarschuwing in. Hun optreden vormt
blijkbaar voor steeds minder kiezers
een bewijs voor de opvatting, dat er
een verband behoort te bestaan tussen
geloof en partijvorming (niet te verwar
ren met het verband tussen geloof en
Politiek). De deconfessionalisering gaat
onverminderd voort
Dr. W. Drees Sr. (links) en dr.
Bruins Slot tijdens kabinetsfor
maties in de jaren vijftig.
EEN LEVEN VOL MOED
door dr. W. Drees sr, oud-minister-president
De helaas onvoltooid gebleven maar niettemin belangrijke herinne
ringen van Bruins Slot, hebben mij ertoe gebracht mijn herinnerin
gen aan hem nog eens te doordenken.
Wij zijn met elkaar in nauw contact geweest in zeer verschillende
omstandigheden. Eerst in de bezettingstijd, samenwerkend in bij
zonder goede verstandhouding. Daarna tijdens de formatie van het
kabinet Schermerhom-Drees, toen wij tevergeefs poogden hem voor
het ministerschap van binnenlandse zaken te winnen.
Vervolgens toen ik minister was en
hij kamerlid in het bijzonder tijdens
min minister-presidentschap en zijn
voorzitterschap van de anti-revolutio
naire fractie, toen wij bij kabinetsfor
matie en bij de algemene begrotings
debatten nog al eens tegenover elkaar
kwamen te staan. Niet intussen in
persoonlijk conflict maar principieel
en zakelijk. In het laatste jaar van de
bezetting ontmoetten wij elkaar ge
regeld in de contact commissie van de
illegaliteit. Hij heette er Swart. Er
zijn in die commissie nu en dan
belangrijke beslissingen gevallen o.a.
inzake de vorming van de binnenland
se strijdkrachten.
Zijn voornaamste verzetswerk lag ech
ter elders: in het redacteurschap van
Trouw, behalve wat het ontstaan be
treft. Maar allen die erbij betrokken
waren hebben verschrikkelijk veel
meegemaakt. Het zwaarst werd men
getroffen toen een aantal mede
werkers ir Duitse handen was geval
len en toen de Duitsers deden weten
dat hun leven slechts gespaard zou
blijven als de uitgave van Trouw
werd gestaakt.
De vraag moet voor ieder die erover
te beslissen had een pijniging zijn
geweest. De beginselvastheid echter
won het. Niet wijken voor een eis
van bezetter, wat het ook kostte.
Bruins Slot, ondanks de zachtmoedig
heid die ongetwijfeld ook tot zijn
eigenschappen heeft behoord, zal niet
hebben geaarzeld.
De contactcommissie, waarvan de le
den voor drie vijfde werden aange
wezen door sektoren van de grote ad
viescommissie illegaliteit, die wegens
haar talrijkheid tijdens de bezetting
bezwaarlijk kon bijeenkomen, bestond
uit een linker een midden en een
rechter sektor, de O.D. terwijl ik
voorzitter was namens het vaderlands
comité waarin ik de politieke partij
en en een aanvankelijk door Paul
Scholten gepresideerde comité verte
genwoordigde.
Politiek en verzet
Ten aanzien van het verzet was er
meestal eenstemmigheid maar bij her
haling waren er tegenstellingen ten
aanzien van de houding aan te nemen
in politiek opzicht. De tegenstellingen
werden aangewakkerd doordat de re
gering in Londen voortdurend meen
de dat het verzet haar politiek kon
adviseren. Zij veronderstelde een een
heid c niet bestond.
Bruins Slot en ik waren beide gekant
tegen bemoeiingen van het, voor zo
ver mogelijk gebundelde, verzet met
politiek. Elke verzetsorganisatie die
dat wilde kon zich politiek uiten, niet
het verzet als zodanig.
De linker sektor dacht er anders over
en was ook geneigd in het verzet een
belangrijke factor te zien voor de
partijvorming na de bevrijding. Ik
achtte de linker sektor, gaande van de
communistische Waarheid tot het
rooms katholieke Christofor, te hetero
geen om later een bindend element te
zijn. Wel zouden de bladen Parool en
Vrij Nederland zeker hun invloed
doen gelden ook na de bevrijding.
Bruins Slot meende dat ook de mid
den sektor, al wees zij bij de bespre
kingen politieke bemoeiingen af, in
feite toch min of meer politiek geo
riënteerd was. Dat was echter bij
daarbij aangesloten organisaties, b.v.
van het artsen- en het studentenverzet
die allen van een bepaalde groep
wilden omvatten, uitgesloten. En dat
bij mij in dat opzicht een zeker
wantrouwen tegen ir. Neher zou heb
ben bestaan, is een vergissing. Wij
hadden elkaar leren kennen toen hij
directeur was van de toen nog ge
meentelijke telefoondienst en ik wet
houder. Wij stonden voortdurend in
zeer nauw contact met elkaar.
Dat Schermerhorn en ik na de bevrij
ding, toen Schouten en De Wilde als
vertegenwoordigers van ae anti-revo
lutionaire partij een regeling ten op
zichte van het parlement afwezen, die
tijdens de bezetting door de anti
revolutionairen in de verschillende
ondergrondse organisaties was aan
vaard, alsnog een poging deden om
deelneming van anti-revolutionairen
aan het kabinet te verkrijgen en
daartoe een beroep deden op Bruins
Slot voor het ministerschap van bin
nenlandse zaken, was een rechtstreeks
gevolg van ons contact tijdens de bezet
ting. Hij heeft na twee besprekingen
tenslotte gemeend het niet te moeten
doen. Dat daardoor slechts één anti
revolutionair, mr. Meijnen, deel
uitmaakte van het eerste kabinet
waarin hij ter wille van de continuï
teit van het departement van oorlog,
waarvan hij secretaris-generaal was
geweest, zitting had, en dat de anti
revolutionaire partij zich niet wezen
lijk vertegenwoordigd achtte, van 1946
tot 1952 geheel buiten de regering
bleef, heb ik betreurd om algemene
politieke redenen. Dat Bruins Slot
gemeend had niet te kunnen toetre
den ook omdat ik hem persoonlijk
gaarne aan binnenlandse zaken had
gezien.
Openheid
Hij liet mij terwijl hij al in het
ziekenhuis lag een nummer van het
orgaan der Vrije Universiteit toeko
men, waarin het deel van zijn memoi
res was opgenomen dat betrekking
had op het overleg omtrent deze
kwestie. Onze kijk op de gang van
zaken liep op sommige punten uiteen,
zoals niet verwonderlijk is bij herin
neringen na 27 jaar, niet steunend op
dokumentatie. In de brief waarin ik
hem voor de toezending bedankte,
schreef ik hem hoe mij de zaken voor
de geest stonden. Ik voegde er uit
drukkelijk aan toe, dat ik mij tegeno
ver hem wilde uiten maar niet be
doelde te vragen wijziging te brengen
in zijn memoires. Hij antwoordde met
de vraag of hij de brief in zijn geheel
in de memoires kon opnemen, iets
waarmee ik natuurlijk akkoord ging.
Hij staat er ook in.
Dit is een treffende getuigenis van de
openheid van Bruins Slot en zijn
bereidheid het inzicht van een ander
tot uiting te doen komen. Intussen is
de weergave van zijn herinneringen
in de definitieve memoires vervangen
door schriftelijke verslagen over de
besprekingen die hij inmiddels had
teruggevonden. Bruins Slot werd geen
minister maar kamerlid.
Wij kwamen daardoor tegenover el
kaar te staan, in het bijzonder ten
aanzien van de Indonesische kwestie,
al is dat behalve wat Nieuw Guinea
betreft niet in debatten tot uiting
gekomen omdat het grote conflict een
jaar na mijn optreden als minister
president eindigde met de ronde-tafel-
conferentie en de souvereiniteitsover-
dracht en Bruins Slot pas later voor
zitter werd van de anti-revolutionaire
fractie. In het voorbijgaan merk ik op
dat ik een verantwoordelijkheid als
mij wordt toegeschreven, niet door
Bruins Slot in zijn memoires maar in
aanhaling van een ander op de achter
kant van het boek, afwijs. Waaróm
kan men vinden in uiteenzettingen
die ik elders heb gegeven.
Voordat ik iets zeg over Nieuw Gui
nea nog een paar andere punten,
maar allereerst wil ik uiting geven
aan mijn bewondering voor de presta
tie die Bruins Slot heeft geleverd
door vele jaren een actief waargeno
men kamerlidmaatschap te combine
ren met een even actief hoofdredac
teurschap van Trouw dat hem ook na
de bezettingsjaren dierbaar is geble
ven. Uit zijn memoires, is mij boven
dien nog duidelijker geworden dan
het tevoren was, hoeveel hij ook op
het gebied van de Europese eenheid
heeft gepresteerd. Hij moet voordat
hij ziek werd lichamelijk ijzersterk
zijn geweest. Geestelijk een man van
grote veerkracht en bovendien vol
toewijding voor al wat hij op zich
nam.
Formatie en crisis
Nu een paar opmerkingen over de
formatie van 1956 en de kabinetscrisis
in december 1958. Wij stonden daar
bij in zeer verschillende posities en
ook hier lopen onze herinneringen
uiteen. Wat 1956 betreft zijn voor mij
andere punten van belang geweest
dan hij noemt, maar ik wil slechts
iets zeggen over het feit dat ik vol
gens hem op een gegeven ogenblik
niet meer met Rorarae wilde praten.
Zover is het niet gekomen maar ik
begrijp de oorzaak van het misver-
stand.
Na een reeks van besprekingen met
de fractievoorzitters was afgesproken
dat ik de conclusies waartoe wij geko
men waren zou formuleren en een
eind-voorstel aan de fracties doen. Tot
mijn verwondering reageerde Romme
namens de K.V.P.fractie daarop niet
enkel met een voorstel omtrent an
dere formulering van sommige con
clusies maar met een reeks van nieu
we eisen. Daartegenover stelde ik dat
over het eerste te praten was, maar
dat ik het na onze besprekingen waar
in hij alles aan de orde had kunnen
stellen niet mogelijk achtte alsnog
over nieuwe en ingrijpende eisen te
(ADVERTENTIE)
gaan onderhandelen. Andere partijen
zouden zpals de PvdA dan ook deed,
hunnerzijds weer met eisen kunnen
komen. Niet dus: niet meer met Rom
me praten, maar niet over nieuwe
eisen praten.
Breuk
Dan de breuk in 1958. Die ontstond
niet zoals Bruins Slot meent als gevolg
van eisen van Burger, die fase was zij
het met moeite alweer voorbij gegaan.
De breuk kwam doordat een op zich
zelf niet zeer belangrijk amendement
op belasting voorstellen werd aangeno
men, dat was toegelicht met de woor
den: 'Wij allen eisen drastische verla
ging van de rijks uitgaven'. Een on
mogelijke zaak waarvan in het volgen
de kabinet en daarna niet meer
sprake is geweest.
Ten aanzien van Nieuw Guinea heb
ben wij vooral bij de formaties van
1952 en 1956 tegenover elkaar gestaan,
omdat hij als voorzitter van de anti
revolutionaire fractie, met de K.V.P.,
wilde dat in het program zou worden
opgenomen, dat over Nieuw Guinea
met Indonesië niet meer zou worden
gesproken. Hoewel ik voorshands
geen mogelijkheid zag tot overeen
stemming te komen tussen Indonesië
waar Sockamo de onvoorwaardelijke
overdracht van Nieuw Guinea eiste, en
Nederland, waar in elk geval de ka
mers daartoe niet bereid waren, heb ik
steeds de mogelijkheid van overleg
open willen houden. De regering had
in de korte tijd dat wij met Indonesië
in een unie verbonden waren aangebo
den de souvereiniteit aan de unie op
te dragen, was later ook bereid het
beheer eventueel aan de Verenigde
Naties over te dragen, maar dit leidde
niet tot een resultaat.
Dat met Indonesië in geen geval
meer over Nieuw Guinea zou worden
gesproken is intussen pas opgenomen
in het program van het kabinet De
Quay. Ik zie de houding van Neder
land inzake Nieuw Guinea als een
zakelijke fout, niet als een morele
fout. Het moest gaan om de bevolking
van Nieuw Guinea, om de Papoea's.
Die zijn door de overgang naar Indo
nesië zeer geschaad. De enige gezonde
oplossing zou zijn geweest, dat op den
duur het gehele eiland, het aanvanke
lijk Nederlands en aanvankelijk Au
stralisch, één staat zou zijn geworden
met een geleidelijk tot zelfbeschik
king geschikt wordende bevolking.
Voor Nederland zou het echter zake
lijk veel beter zijn geweest als eerder
tot overdracht was overgegaan. Soe-
kamo zou ook dan op den duur er op
uit zijn geweest Nederlandse belangen
uit Indonesië te doen verdwijnen,
maar het zou allicht niet zijn gebeurd
op de ruwe wijze waartoe het nu is
gekomen en die veel schade en leed
heeft veroorzaakt.
'Ik kan me nog goed herinneren ivat
er in Monster gebeurde. Dominee
Brucks was met Joop meegereden in
die ouwe vrachtwagen die ze toen
hadden. Dat ioas een oud kreng, hoor,
die wagen. Ze stopten op het markt
plein van Monster. Daar zouden ze
beginnen met een serie van vijf bij
eenkomsten in de openlucht. Er wa
ren jongelui die een platform in me
kaar begonnen te zetten, ze zetten de
microfoons en de luidsprekers neer.
Het was er niet zo rustig, daar op de
markt. Het stond er eigenlijk al vol
met hippies toen we kwamen en er
stonden lui van een of andere motor
gang- Die droegen allemaal leren jeks
en helmen. Ze leken wel wat op de
'Hells Angels' uit Amerika.
Op een gegeven moment stapte de
leider van die club naar de wagen toe
en zei tegen Brucks: 'We komen hier
een happening organiseren, ouwe,'
'Waar?' vroeg Brucks. 'Precies op de
plaats ivaar jij nou staat met je
rotwagen,' zei die vent en hij stak
een grijnzend hoofd en een stevige
vuist door het portierraampje. Ik ge
loof dat Brucks het op dat moment
niet meer had. Enfin we begonnen
met de samenkomst, want we konden
nou niet meer terug, want dan waren
we afgegaan als een gieter, dat be
grijp je.
Nou moest tk zelf wel even lachen,
want zodra we op het platform ston
den en begonnen te zingen: 'Welk een
vriend is onze Jezus,- toen kwamen er
drie naar voren met van die voetbal
toeters en die begonnen daar vlak
voor onze neus op te blazen, nou, we
konden ons zelf niet meer horen. Dat
was lachen dus van die lui daar.
Toen begonnen ze ook nog stenen
tegen de wagen te gooien. Op een
gegeven moment was het een vreselij
ke rotzooi daar en toen kwamen ook
de politie en de brandweer nog.
'Brucks liep naar een van de micro
foons en riep: 'Stop!' Het werd even
stil. Toen zei hij: 'Ik zie dat we hier
een stel muzikanten hebben. Waarom
komen jullie niet op het podium om
ons te helpen?' Er hing een ijzige
stilte. Ze weigerden.
Toen riep Brucks tegen de anderen:
'Waarom góóien jullie ze niet op het
podium?' 'Ja, ja, gooi ze erop!' riepen
ze, want voor een geintje was ieder
een wel te vinden. Nou ze werden er
inderdaad opgesineten, die jongens
met hun toeters. Brucks zei toen te
gen ons: 'Nou gaan we zingen Welk
een vriend is onze Jezus, en dat doen
we net zolang tot ze niet meer kun
nen. Al moet het twintig keer. Dus
denk erom: telkens opnieuw.' Nou,
toen hebben we vreselijk plezier ge
had. We hebben het zes keer hele
maal doorgezongen. In het begin blie
zen die lui zo hard ze konden maar ze
teerden steeds meer moe en op het
laatst konden ze niet meer. Ze vroe
gen toen aan Brucks of ze er weer af
mochten. Ze hebben die avond wel
even flink voor paal gestaan. Wat
later wilde Brucks gaan preken, maar
weer begonnen ze te schreeuwen en
iemand riep: Donder op met je geloof.
Toen riep Brucks: 'Laten we een
afspraak maken. Iedereen mag op het
podium komen en zeggen wat hij te
zeggen heeft en degenen die geen lef
genoeg hebben houden hun mond. Is
dat okee?' 'Jaf rieven ze. Een vaar
seconden later stond er al een op het
podium.'
Dit is het begin van een hoofdstukje
uit een pas bij Kok in Kapen uitge
komen boekje van Youth for Christ-
directeur ds. George Brucks, dat 'God
mag het weten' heet en ivaarin hii
een aantal meisjes en jongens aan het
woord laat over drugs, sex, geloof
enz. Hijzelf schreef het laatste hoofd
stukje onder de titel 'Wat ik zeggen
wou'. Het boekje telt 104 pagina's en
kost 6,90.
Nu het toch tegen Sinterklaas loopt,
willen we op nog een boekje attende
ren, dat eenzelfde geestelijk klimaat
ademt. Het is 'Je kunt het geloven of
niet' van Sipke van der Land, waarin
door hem gehouden radio- en televi
sietoespraken gebundeld zijn. Het is
ook bij Kok in Kampen verschenen
(72 pagina's, prijs 5.90).
'Ommezwaai'
Bruins Slot echter heeft nog tijdens
het kabinet De Quay zijn houding
zowel ten aanzien van Indonesische
conflict in het algemeen, als ten op
zichte van Nieuw Guinea gezien als
fout, niet alleen zakelijk maar ook
zedelijk. Die 'ommezwaai' heb ik
slechts uit de verte als buitenstaander
gevolgd, maar met intense belangstel
ling en met diep respect.
Naast de moed getoond gedurende de
bezetting gaf hij nu blijk van een
zeldzame morele moed. Terecht zegt
in de inleiding tot de memoires Ben
van Kaam dat het ih wezen meer was
dan een politieke ommezwaai, het was
een bekering. Bruins Slot zag zijn
plicht als christen anders dan te vo
ren en getuigde daarvan. Dat daaraan
veel innerlijke strijd aan vooraf ging
en dat zijn publieke getuigenis een
stroom van verwijten vooral van me
de anti-revolutionairen over hem heen
heeft doen gaan, ligt voor de hand.
De mogelijkheid zich vrij te blijven
uiten in Trouw zal hem hebben ge
sterkt en veel voldoening hebben ge
geven.
Hij heeft, schrijft hij, geen gelukkige
dagen beleefd in de politiek, maar hij
was gelukkig in het verzet en na 1963.
In wezen een gelukkig begin en een
gelukkig einde, na een leven van
strijdersmoed en van morele moed.
Een van de activiteiten van Amnesty International, die al jaren de publieke
aandacht vestigt op de mensen, die om hun politieke of godsdienstige over
tuiging onrechtmatig gevangen gezet zijn, is de jaarlijkse kerstkaartenactie.
Iedereen kan speciale kaarten sturen naar zulke gevangenen, voor wie zo'n
groet van buitenaf een grote morele steun betekent, omdat hij en ook de
autoriteiten van zijn land weet niet vergeten te zijn. Hoe meer kaarten
een gevangene krijgt, hoe groter zijn kans op een betere behandeling.
Peter Vos tekende dit jaar de Amnesty-kaart. Een hoopvolle tekening, waarop
zoveel zingende vogels staan dat ze, al zijn ze op het eerste gezicht niet mak
kelijk te vinden, zelfs binnen de gevangenismuren te horen moeten zijn. Wie
op postgiro 454000 van Amnesty International, Amsterdam, 3,25 stort (voor
vijf kaarten plus porto) krijgt behalve de kaarten ook een lijst met naam en
adres van politieke gevangenen thuisgestuurd.
miljoen pakjes in handen krijgt en
die dan ook nog moet afleveren, ge
looft zelf niet meer dat vandaag of
later verstuurde presentjes de ontvan
ger nog op tijd zullen bereiken. Wat
niet wegneemt dat zoiets wat later
natuurlijk ook welkom zal zijn, mits
het een leuk cadeautje is.
Behalve de posterijen hebben ook de
spoorwegen wagonladingen vol werk,
maar dat zit 'm meer in de kerstda
gen en oud en nieuw. Wel een half
miljoen hier en in West-Duitsland
werkende vreemdelingen willen die
dagen in hun eigen buitenland vieren
en daarom hebben de Duitse spoorwe
gen 169 extra treinen voor Italië.
Joegoslavië, Griekenland en Turkije
klaargezet. Vanuit Rotterdam vertrek
ken op 15 en 16 december twee extra
treinen speciaal voor de Spanjaarden.
Alle anderen kunnen met zgn. grens-
landtreinen naar Keulen voor de ove
rige extra verbindingen. In elk geval is
iedereen zo op tijd thuis.
pleeidee
Het advertentieblad Journaal 2000
geeft een paginaatje 'mannen-sugge
sties' voor Sinterklaas onder de kop:
'Sint, geef hem dit jaar wat anders'.
Daar staan aardige ideeën in, maar
ook tamelijk onzinnige tips, zoals:
een pleeradio met closetrolhouder
('afleiding bij de stoelgang", 39);
een schriftelijke garantie dat hij
een jaar lang niet hoeft af te wassen
('tracht meteen voor uzelf een afwas
machine los te peuteren');
een bordje 'pers' voor in de auto'
(vanaf 4,50);
een judoka-pyjama 41,95).
pakjes
Sinterklaaspakketjes die nu nog ver
stuurd moeten worden, kunnen maar
beter thuis blijven. De PTT, die in
een week als deze meer dan anderhalf
'Ik zei hem dat hij zijn bureau moest schoonmaken.'