!EN PLANTSOENARBEIDER MET 'N ITRAFBLAD, DAT KAN TOCH NIET rchitect restaureert in zijn tentje het Weeshuis van Nuenen Ex-delinquenten uit banen geweerd is een dief, altijd een dief, vooral voor de overheid L] - /KWARTET ZATERDAG 18 NOVEMBER 1972 I BINNENLAND T11/K13 r Cisca Dresselhuijs h f HAAG 'Een eenmalig gfe act met de justitie is in ons nbl genoeg om iemand zijn le- ]ang te discrimineren op al- fl. j gebied. Met name werkge- V- of dat nu particuliere be- rozijn of de overheid', zijn V het overgrote deel niet ge- n iemand in dienst te nemen, jok maar iets op zijn straf- j heeft staan'. jbtenaren (roomser de paus) moeten tteloos zijn mevrouw mr. E. PLantenga- r, stafmedewerkster van het Na- Bureau voor de Reclassering Haag. Mevrouw Plantenga tot deze uitspraken na een [te die zij gehouden heeft onder 11 vijfhonderd maatschappelijke srs in dienst van de reclassering. Qr rzet van dit onderzoek was erach- JK e komen of en in welke mate senten gediscrimineerd worden ntf et zoeken naar een baan. Overi- ;in was zij ook vóór clit onderzoek Ra van overtuigd dat er heel wat 1 minatie bestaat ten opzichte van 52 fiquenten;, de uitslag van haar X t" h eft haar alleen maar in ia{ lening gesterkt. ,t! uw Plantenga vertelt: Bij het en van een veroordeelde als emer verliest men geheel de ran het delict uit het oog. De gaat al dicht wanneer duidelijk dat iemand ooit 'iets' met de te maken gehad heeft. Bij ons nog algemeen 'eens een dief, een dief'. schrikbarend te zien wat aller- ensen zich aan oordelen durven itigen over iemand, die een jus- verleden heeft. Het valt op, dat ■erheid voorop loopt, wanneer n discriminatie van deze mensen Waar het bedrijfsleven, vooral re bedrijven, nog wel eens ie- met een strafblad in dienst wil i, is dit bij de overheid vrijwel gelijk. Behalve uit vooroordeel, te verklaren uit wettelijke maat- en, die van de ambtenaar een smetteloos bestaan eisen, .sn de minister moet zonder zijn, maar ook de plantsoen- die typiste en de schoon- 'Ouw. En voorzover de wet op de justitiële documenta- I niet strenger is ten opzichte van tenaar, zijn de ambtenaren zelf r roomser dan de paus geweest allerlei aanvullende gelen en voorwaarden uit te waaraan ambtenaren-in-spé voldoen. Soms gaan die aan- i voorwaarden lijnrecht in te- principes, die aan de wet ten r lag liggen'. Mevrouw mr. E. Plantenga-Kuiper komt, is het vaak bij kleine bedrijfjes of via uitzendbureau's. In de wet op de justitiële documentatie is geregeld, dat een verklaring, omtrent het ge drag alleen maar^mag worden afgege ven door een burgemeester en dan nog in medeweten van de 'betrokkene. Achtergronden l lanng_ la 1L rf b st te zeggen, dat het de groep van ex-delinquenten niet ip korte termijn weer aan de komen. In de meeste gevallen rt men al niet om te sollicite- Jj de overheid of bij bedrijven, n verklaring omtrent het gedrag vroegere bewijs van goed ge- vragen. Als men al aan de slag Veel grote bedrijven in ons land vol staan echrer niet met het vragen van deze verklaring, maar zetten zelf hun eigen recherche-afdelingen aan het werk om de achtergronden van elke sollicitant volkomen uit te pluizen. Ik weet, dat bijvoorbeeld Philips en de Hoogovens een eigen bedrijfsrecher che hebben, die elke persoon, die solliciteert helemaal nagaat. Dat is, hoewel niet verboden in de wet, be slist niet de bedoeling. Het wordt hoog tijd. dat er een wettelijke bepa ling komt op dit punt. Je staat er versteld van over hoeveel gegevens, die particuliere recherches beschik ken. Je vrhagt je af, hoe ze daar allemaal aan komen. Het is bekend, dat in die particuliere recherches vaak ex-politiemensen zitten, die soms bij de politie ontslagen zijn omdat ze zelf iets fout hebben gedaan. Deze mensen beschikken natuurlijk nog over hun vroegere contacten bij de politie, van wie ze beslist van alles te horen krijgen. Ook dat is niet tegen de wet, hoewel, ook hier weer, duide lijk tegen de principes van de wet wordt gehandeld', aldus mevrouw Plantenga. Het is wel duidelijk, dat er in de wet allemaal leemten zitten, die omzeiling en ontduiking mogelijk maken. Iets anders is, dat er in deze wet bepaalde mogelijkheden bestaan voor zeer uit zonderlijke gevallen, die echter in de praktijk op veel te grote schaal wor den toegepast.'Een voorbeeld hiervan is het zogenaamde antecedenten-on derzoek. 'In de wet wordt ae mogelijkheid van het antecedenten-onderzoek geopperd voor bepaalde hoge en verantwoorde lijke functies. In de praktijk wordt het bij alle departementen voor bijna alle functies toegepast. Er bestaat een zogenaamd antecedentenbureau bij de Rijks Psychologische Dienst. Maar in feite gaat het hier niet om een bureau maar gewoon om een soort brievenbus. Men stuurt er zon der verdere omhaal de strafbladen door naar de personeelschefs. Ik heb gehoord van een personeelschef op een van de departementen, die een la vol met foto-copieën van strafbladen heeft. Soms zitten die foto-copieën ook gewoon in het persoonsdossier van een werknemer, zodat heel wat mensen er een oogje op kunnen slaan'. Bepalend voor het verstrekken van een verklaring over het gedrag, bij een antecedenten-onderzoek en onder zoekingen, door particuliere recher che-afdelingen is het bestaan van een strafblad en de inhoud van dat straf blad. Op een strafblad wordt aangete kend welke onvoorwaardelijke veroor deling tot gevangenisstraf iemand heeft gehad (deze aantekening blijft acht jaar staan), welke voorwaardelij ke veroordelingen tot gevangenisstraf men heeft gehad (blijft ook acht jaar staan), en welke onvoorwaardelijke en voorwaardelijke boetes men heeft ge had in verband met een misdrijf (de ze aantekening blijft vier jaar staan). Hoewel in de wet duidelijk gemoti veerd is, waarom na vier of acht jaar deze aantekeningen moeten worden geschrapt, is men in de ambtenarij op eigen gezag zover gegaan, dat voor ambtenaren die termijnen verdubbeld worden tot zestien en acht jaar. In een onlangs aan de Tweede Kamer verstuurde open brief, heeft het Nati onaal Bureau voor de Reclassering hier nogmaals de aandacht op geves tigd. Het schreef: 'De overheid plaatst zichzelf met deze regeling in een uitzonderingspositie ten opzichte van particulieren, waarvan men zich kan afvragen of deze gerechtvaardigd is: in elk geval kan men stellen dat particulieren hierdoor weinig gesti muleerd worden een positieve hou ding ten opzichte van ex-delinquenten aan te nemen'. Waarom de overheid deze verdubbe ling van termijnen toepast? De enige verklaring, die men hiervoor heeft is: wij als overheidsdiensten timmeren zodanig aan de weg, dat het ambtelij ke korps, meer dan dat van personen in particuliere dienst, met bijzondere voorzorgen moet worden samenge steld. Overigens worden die termijnen van acht en zestien jaar niet alleen gebruikt voor het merendeel van de ambtenaren, maar ook in allerlei an dere maatschappelijke sectoren, die qua subsidiëring afhankelijk zijn van het rijk, zoals het onderwijs, kinder bescherming, jeugdzorg, maatschappe lijke werk etc. Mevrouw Plantenga zegt hierover: 'Ten eerste is het mij al niet duide lijk waarom ze op eigen gezag die termijnen verdubbeld hebben, maar ten tweede vind ik het gewoonweg belachelijk, dat ze die verdubbeling tfoor bijna elke functie toepassen, tot plantsoenarbeiders toe. Op deze ma nier is er natuurlijk geen enkele kans om nog ooit in overheidsdienst te komen. Dat deze maatregel ook in andere maatschappelijke sectoren speelt, zoals bijvoorbeeld het onder wijs, heeft onder andere akelige ge volgen gehad voor de bezetters van de pedagogische akademie in Beverwijk en voor bijvoorbeeld Maagdenhuis-be zetter Ton Regtien, die in eerste in stantie geen verklaring over z'n ge drag van burgemeester Samkalden kon krijgen, 'toen hij aan de universi teit. van Groningen kon gaan werken. Omdat een Groningse hoogleraar de zaak heeft doorgezet, heeft hij die tenslotte toch gekregen maar met moeite'. Strafbladen blijven? Het grote probleem is, moeten die strafbladen blijven bestaan en zo ja is het dan goed om aan burgemeesters (en in feite allerlei ambtenaren) de beslissing over te laten om verklarin gen over het gedrag te geven of te weigeren? Mevrouw Plantenga: 'Ik vraag me per soonlijk af, wat de waarde van de strafbl den is. Die waarde lijkt mij namelijk zeer betrekkelijk. Er staat op, wat iemand heeft gedaan, maar er kan natuurlijk nooit op staan of ie mand nognaals in herhaling zal val len. En daar gaat het toch eigenlijk om. Het is maar een onbewezen stel ling, dat iemand, die één keér fout is gegaan, automatisch meerdere keren in zijn leven verkeerd zal gaan. Boven dien zijn erg veel misdrijven leeftijds gebonden, dat blijkt bijvoorbeeld uit onderzoekingen van professpr Buik- huisen. Aan de andere kant zou ik het straf blad ook niet willen afschaffen, omdat ik bang ben voor de consequenties. Volgens mij zou er dan een hausse in de particuliere detective bureau's ko men, die zich gaan bezighouden met het nasnuffelen van iemands verle den. Dan zou je een soort publieke heksenjacht kunnen krijgen en daar ben ik beslist niet op gesteld. Wat bij het beoordelen van de waarde van een strafblad ook vaak vergeten wordt, is de grote willekeurigheid ervan. Neem nou een geval, dat ik laatst had. Een vrouw had vreselijk veel last van een winkeldiefstal, die ze jaren geleden gepleegd had en waarvoor ze veroordeeld was. Laten we eerlijk zijn: hoeveel winkeldiefstal len gebeuren er ongemerkt, zonder dat er een strafblad van komt. Hoe veel, meest kleinere delicten, blijven onopgemerkt en dus ongestraft Is het dan eerlijk en redelijk zoveel waarde te hechten aan een strafblad, waarop bijvoorbeeld een winkeldief stal vermeld staat. Wat betreft het weigeren of toekennen van verklarin gen omtrent het gedrag: ik vind dat dat uit handen van de burgemeesters moet worden genomen en moet wor den gedaan door een rechter of een gerechtelijke commissie'. Kleine bedrijfjes Waar kunnen ex-delinquenten nu tenslotte nog terecht, rekening hou dend met al die vooroordelen en dis criminatie? Mevrouw Plantenga 'Over het alge meen proberen zij het bij kleine be drijfjes en bij uitzendbureau's. Men hoopt dan via het werken voor een uitzendbureau op een vaste baan. Overigens is dat in veel gevallen een illusie, want het blijkt, dat men wel in een bedrijf kan werken als uitzend kracht met een justitieel verleden, maar niet als vaste kracht. Bovendien gebeurt het tegenwoordig steeds va ker, vooral bij de Staatsdrukkerij in Den Haag, dat ook uitzendkrachten gescreend worden op hun verleden. Blijkt hier dat een uitzendkracht een strafblad heeft dan gaat er een tele foontje naar het uitzendbureau om die bepaalde man of vrouw onmiddel lijk te vervangen. Ik ken een geval van een uitzendkracht, die bij het ministerie van verkeer en waterstaat zat. Hij werkte daar twee jaar tot volle tevredenheid. Men wilde hem graag in vaste dienst nemen. Toen bleek, dat hij een strafblad had op grond van het feit, dat hij jaren geleden een zedendelict had gepleegd. De hele zaak was onmiddellijk van de baan. Het is natuurlijk te gek, dat iemand wel jarenlang als uitzend kracht kan werken op een ministerie, maar dan opeeniet in vaste kan komen'. Tenslotte: welke delioten worden streng beoordeeld door een werkgever en welke minder streng? Mevrouw Plantenga: 'Zedendelicten cn vennogensdelicten worden naar mijn idee het strengst veroordeeld. Maar zoals ik in het begin al zei, meestal is liet feit. dat er eenmaal contact met de justitie is geweest, al genoeg om iemand werk te weigeren, nog afge zien van de aard van het gepleegde misdrijf. Ter illustratie van de bewe ring, dat het voor ex-delin quenten uitermate moeilijk is om weer werk te krijgen, me de door een grote mate van discriminatie, een aantal voor beelden. Onderhoudsmonteur voor verlich ting, pleegde 'zedendelict' door tij dens zijn\ werk een meisje op te bellen met 'onzedelijke' voorstel len. Geen andere misdrijven. Geen straf, alleen waarschuwing van de politie. De werkgever, een particu lier bedrijf met aangenomen werk op de TH in Twente, bij wie de man een half jaar tot volle tevre- denhead in dienst was, gaf ontslag op staande voet met de motivering, dat het delict gepleegd was in de werksfeer van de overheid. Graficus, pleegde exhibitionisme, geen andere misdrijven en geen recidive, het feit werd niet in de werksituatie gepleegd. De man kreeg geen voorlopige hechtenis, de zaak werd voorwaardelijk gese poneerd. De man werd een jaar na het delict afgwezen als portier bij de Rotterdamsche Droogdok Maat schappij. Kleermaker, pleegde vermogensde lict door huurauto defect achter te laten in het buitenland, kreeg zes maanden onvoorwaardelijke gevan genisstraf. De man vroeg een ver klaring omtrent het gedrag in ver band met een sollicitatie als wer ker in een psychiatrisch zieken huis. Gemeente Den Haag weiger de deze verklaring te geven, hoe wel delict ruim vier jaar geleden was gepleegd. Boekverkoper, pleegdè diefstal van auto en voorwerpen uit auto's, eer ste misdrijf, delict niet gepleegd in werksituatie, kreeg een onvoor waardelijke boete van tweehonderd gulden. De werkgever van de man, de AKO-boekhandel, plaatste de man ondanks dit misdrijf, dat een jaar geleden werd gepleegd, in zijn stand op het Centraal Station in Amsterdam. Deze benoeming moest ongedaan worden gemaakt, omdat de spoorwegrecherche bezwaar maakte tegen de aanwezigheid van de man op het Centraal Station. Schoonmaker, pleegde zedendelict (exhibitionisme), eenmaal recidive, delict niet in de werksituatie ge pleegd, boete van 250 gulden. Ruim twee jaar na het delict mocht de werkgever, een schoon maakbedrijf, cliënt niet laten wer ken bij het Rijks Computer Cen trum in Apeldoorn. Ambtenaar provinciale griffie, pleegde in depressieve toestand diefstal van tafel en stoelen van café-terras. Eerste misdrijf, niet in werksituatie gepleegd. Vonnis ne gen maanden gevangenisstraf, waarvan drie voorwaardelijk. Werkgever, bij wie de man zes jaar in dienst was, gaf ontslag. Cliënt was onder psychiatrische be handeling toen hij het delict pleeg de. Man, 22 jaar, stal op achttienjarige leeftijd een bromfiets, nadat zijn eigen bromfiets, een week oud, niet afbetaald, niet verzekerd, ge stolen was. Vonnis: veertien dagen voorwaardelijke gevangenisstraf en 100 gulden boete. Werkte vier jaar na het delict als uitzendkracht bij de Staatsdrukkerij, maar werd we gens zijn 'crimineel verleden' ont slagen. oi f Joop van Dalfsen Jd (EN Van 1883 tot 1886 i derde Vincent van Gogh in 'en. Uit die tijd stamt onder tr 'De aardappeleters'. Minder üj id zijn de vele tekeningen 1j hilderijen van de wever- van Nuenen, die Van Gogh uwigde in het Weefhuis, pi dein linnenfabriekje, waar 1 ds tafellinnen werd ver- D digd. Na verloop van tijd C het gebouwtje echter in - In 1967 stond het op de natie om gesloopt te worden. ic> ris het echter niet geko- :pi Architect Henk Smolders rt het Weefhuis in zijn eentje, Jj gen kosten gerestaureerd zijn bureau in onder ge- ^.Jnt. Bovendien heeft hij er si nimte gemaakt voor het Ito van exposities. 10 jj studeerde de nu ut pög jarige Henk Smolders af d; ®Ufg. Hij trok naar Italië waar 8 werken bij Gio Ponti, een in - and niet onbekend architect. z0n kennis van het Italiaans Reikend was om de rende teksten op de ekeningen te lezen, hield hij wnamelijk bezig met de A e kant van het ontwerpen. Na 1 ,]"en vestigde hij zich in Ponti was in die tijd niet Dat is ook te begrijpen, hij Henk Smolders was een soort toevluchtsoord voor jonge architecten uit de hele wereld. Iedereen wilde graag een tijdje bij hem werken. Maar ik moest ook leven en daarom ben ik na enige jaren gaan werken op een architectenbureau in Rome. bij de vader van een kennis van me'. Ondanks het minimale inkomen heeft Smolders toch veel te danken aan Ponti: 'Ik heb er een ongelooflijke levenservaring opgedaan. Ik werkte daar op internationaal niveau'. Na rome volgde een korte vakantie in zijn geboorteplaats Nuenen, waarna Smolders opnieuw naar het buitenland vertrok, ditmaal Zwitserland. Daar werkte hij drie jaar. In die tijd werd een van zijn ontwex-pen bekroond met een zilveren onderscheiding. Hierdoor kwam hij in contact met ir. Kalff, cjie op dat moment druk doende was met het ontwerp van het Evolüpn in Eindhoven. Deze wist hem over te halen terug! te komen n'^ar Nederland. Voor die tijd kende Smolders het Weefhuis echter al. Tijdens een van zijn korte verblijven in Nuenen bracht hij een bezoek aan de tandarts. 'Niet omdat ik kiespijn had, maar gewoon omdat het in Zwitserland zoveel duurder is. Het was destijds nogal druk in de wachtkamer en daarom ging ik buiten een beetje wandelen. Toen liep ik toevallig tegen het Weefhuis aan. Terug bij de tandarts vroeg ik van wie dat ding eigenlijk was en daar hoorde ik. dat het een oud linnenfabriekje was 'Eenmaal definitief terug in Nederland zocht Smolders een onderkomen voor zijn eigen architectenbureau. Bij informatie bleek, dat de gemeente vlak tevoren het Weefhuis had gekocht teneinde het te slopen. 'Het gebouwtje was in die tijd een ontzettende ruïne. Binnen liepen de ratten rond je oren, het was een onbeschrijflijke troep. Ik heb toen een privé-onderzoek ingesteld naar de constructie en de kwaliteit van het hout. Dat onderzoek heeft weer geresulteerd in een voorlopige restauratieschets. Burgemeester jhr. mr. J. Smits van Oyen zag daar wel wat in, en toen is de zaak eigenlijk gaan rollen'. Smolders praat gemakkelijk en geestdriftig als hij het he°ft over zijn Weefhuis. 'Ik was er van het begin af aan helemaal weg van, het liet me niet meer los. Zelfs toen bleek, dat de gemeente me financieel niet verder kon helpen was ik niet te remmen. Ik heb net zolang gezocht tot ik ergens een hypotheek wist los te peuteren en ik ben aan het werk gegaan'. Das was nog steeds in 1967. De restauratie werd uitgevoerd in verschillende fasen. Droeg de gemeente financieel niet bij, Smolders kon wel rekenen op hand- en spandiensten. Ook het onderhoud van het parkje waarin het Weefhuis ligt komt voor rekening van de gemeente. Ook veel noodzakelijk materiaal, zoals oude stenen en dakpannen, afkomstig van sloopboerderijen, werden door tussenkomst van de gemeente aan Henk Smolders geleverd. Het Weefhuis is voor veertig jaar zijn eigéndom. Hiervoor heeft hij een symbolisch bedrag van veertig gulden betaald: 'Dat is natuurlijk niet veel. Maar voor de rest is het allemaal op mijn nek neergekomen. Een financiële bijdrage van de gemeente zou beslist niet onwelkom zijn, temeer, daar het Weefhuis, tenminste de benedenverdieping, een huis voor Het Weefhuis in Nuenen de gemeenschap is, Waar exposities en dergelijke georganiseerd worden. Nuenen heeft er vrijwel voor niets een monument bijgekregen en dat zou best wel eens gewaardeerd mogen worden'. Een huis voor de gemeenschap kan het Weefhuis inderdaad worden. Bovendien is het in de nieuwe wijk Nuenen Oost een bijzonder aantrekkelijk rustpunt geworden, gelegen aan een vijver, omzoomd door veel groen. De restauratie is zoals gezegd in veel fasen uitgevoerd. 'Toen ik het Weefhuis leerde kennen was er nauwelijks sprake van een vloer, het was niets dan leem. De muren hadden constructief geen enkele functie en het dak zat boordevol gaten. En die situatie verslechterde met de dag omdat de ruïne een ideale speelplaats was voor de jeugd. Henk Smolders heeft binnen de oorspronkelijke gevels nieuwe muren gebouwd, voorzien van schoon metselwerk en uitgevoerd in mbl betonsteen. De vloeren zijn uitgevoerd in uitgewassen grind. De middenkern van het pand is een weinig verhoogd. De vernieuwde verdiepingsvloer wordt gèdragen door de muurpilasters. Door deze constructie is er op verschillende plaatsen aan de buitenkant een open verbinding tussen de boven- en benedenverdieping ontstaan. Deze verbinding wordt extra geaccentueerd door geraffineerde verlichting met behulp van kopspiegellampen. De benedenruimte wordt gebruikt voor exposities. Henk Smolders: 'Hierover bestaan nogal eens misverstanden. Er wordt in veel gevallen gesuggereerd, dat deze ruimte alleen beschikbaar is voor de gemeente en dat is niet waar. Ik bepaal wat erin komt en wat niet. Ik sta echter graag ruimte af aan de gemeente als zij iets interessants heeft zoals.nu met wereldstedebouwdag. Maar verder heeft de gemeente daar geen enkele bemoeienis mee'. Smolders wil het komende jaar zeker drie verschillende exposities inrichten van vooraanstaande Nederlandse kunstenaars'. Ze hebben me hier ook gevraagd of ik de ruimte beschikbaar wil stellen voor een hobbyschilderklub, maar daar begin ik niet aan. Wat ik hier exposeer nioet toch wel een bepaalde goede kwaliteit hebben', aldus Smolders. Het Weefhuis staat niet onder Monumentenzorg: 'Nee, het is wel overwogen, maar de gemeente vond het niet nodig", aldus Henk Smolders. 'We hadden hier in Nuenen nog meer panden, die daar eventueel voor in aanmerking zouden komen en er is bij Moumentenzorg toch al zo'n grote wachtlijst, terwijl bovendien het Weefhuis toch wel behouden zou blijven, dankzij het partikulier initiatief'.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1972 | | pagina 13