'Havik' Arie Groenevelt
en het voorhoedegevecht
dichtbij
Groenevelt
Onthouding
Geen incidentele figuur, maar exponent van een stroming
We snoepen onze monden leeg
andbladen maandbladenmaandblad
Grimmig
Initiatieven
Desem
familiekwestie
WINSTEN OMHOOG,
LONEN GELIJK!
tiESfc
■ROUW/KWARTET ZATERDAG 4 NOVEMBER 1972
BINNENLAND
T5/K7
Voorzitter Groenevelt van de Indus
triebond NVV meent, dat hij niet voor
de rest van de vakbeweging door de
knieën is gegaan. Hieruit volgt, dat hij
lof voor de bereidheid om enig ge
zichtsverlies te accepteren, misplaatst
moet vinden. Anderen (ook binnen zijn
eigen kring, zoals gisteren is gebleken)
zien Groenevelts nieuwe positiekeuze
echter wel degelijk als een stapje terug.
En hij is slim genoeg om dat bij
voorbaat onder ogen te hebben gezien.
Dus verdient hij, zelfs al zou men zijn
interpretatie van het compromis binnen
het NW accepteren, tóch te worden
geprezen, en wel omdat hij, zij het te
elfder ure, voorlopig de schijn van een
nederlaag heeft verkozen boven ont
wrichting van de sociale verhoudingen
in ons land, en van de vakbeweging
meer in het bijzonder.
In hoeverre de toch al beperkte infla-
tiebestrijding die op grond van overleg
tussen regering en bedrijfsleven moge
lijk is, met de nu binnen de vakbewe
ging bereikte overeenstemming gediend
is, moet overigens worden afgewacht.
De vakbeweging wil nu de c.a.o.'s voor
1973 voorzien van een zg. openbreek-
clausule, op grond waarvan er in de
loop van volgend jaar aan die c.a.o.'s
kan worden gedokterd, als b.v. de
winsten of de prijzen onverwacht sterk
stijgen. Inderdaad is dat 'op zichzelf
een vrij logische zaak', zoals vakbonds
leider Brussel heeft gezegd. Maar het
is eveneens een zaak waarover, ook
binnen de vakbeweging zelf, licht een
hooglopend meningsverschil kan
ontstaan, wanneer het tijdstip van
eventueel openbreken nadert. Eerst
dan krijgen we er wat meer zicht op,
hoe hoog de prijs is, die voor een
herstel van de eenheid in de vakbewe
ging (nu en misschien straks weer) en
voor een behoorlijk overlegklimaat tus
sen regering en bedrijfsleven moet wor
den betaald.
Dat Nederland zich in de politieke
commissie van de assemblee der VN
onthouden heeft van stemming over 'n
resolutie waarin het Zuidafrikaanse
apartheidsbeleid wordt veroordeeld
lijkt een afwijking van het tot dusver
gevolgde beleid. Er zijn inmiddels ver
scheidene veroordelende resoluties ge
passeerd, waar Nederland vóór stemde.
Maar die gingen niet vergezeld van
voornemens tot acties, zoals verbreking
van alle betrekkingen, sancties, boycot
en steun aan bevrijdingsbewegingen.
De resolutie waar het nu om ging en
die met 99 stemmen vóór, 5 tegen en
23 onthoudingen werd aangenomen,
beval deze acties wel aan. En zulke
resoluties heeft Nederland nooit ge
steund.
Het Antilliaanse lid van de Nederland
se delegatie de heer C. W J. Jonckheer
maakte ook duidelijk waarom: Neder
land gelooft niet in een isolement van
Zuid-Afrika. Om dezelfde reden had
hij er ook bezwaar tegen gemaakt, dat
de debatten in de politieke commissie
niet door de Zuidafrikaanse delegatie
werden bijgewoond.
Dat Nederland niet, zoals de VS,
Engeland, Frankrijk, Zuid-Afrika en
Portugal, tegenstemde, maar zich met
22 andere, vooral westerse landen,
onthield, bewijst overigens, dat het zich
niet lijnrecht tegenover de Afrikaanse
en Aziatische naties wilde opstellen,
die natuurlijk niet aflaten deze zaak ter
tafel te brengen. Maar veel meer dan
een nuance verschil is dit onderscheid
tussen Nederland en de tegenstemmers
toch niet. De afwijzing van de Zuidaf
rikaanse rassenpolitiek als strijdig met
de rechten van de mens, is tot nu toe
volstrekt vrijblijvend geschied. Ook hu
manitaire steun aan bevrijdingsbewe
gingen, zoals die b.v. door de Zweedse
regering is gegeven, is er voor Neder
land vooralsnog niet bij.
Toegegeven: het is ook voor ons
onvoorstelbaar, dat Nederland geen of
ficiële relaties meer zou onderhouden
met Zuid-Afrika. Langs die kanalen
kunnen zich immers ook de spanningen
voortplanten, die voortkomen uit een
internationale veroordeling. Maar dan
moeten die kanalen daar ook voor
worden gebruikt. Helaas blijkt er in de
praktijk maar bijster weinig van, dat de
menigvuldige verbindingen die ons
land met Zuid-Afrika heeft, ook wer
kelijk onder die spanning staan.
Hoeveel visa er ook worden geweigerd,
hoeveel buitenlandse zendingsmede
werkers er ook uit Zuid-Afrika worden
gezet het heeft aan de officiële
bejegening van Zuid-Afrika door de
westerse landen niets veranderd. De
regering-Vorster is er nog nooit zuur
om aangezien.
Ons land maakt zich dan ook aan
hypocrisie schuldig, wanneer het een
op zichzelf juiste visie op de zin van
relaties met Zuid-Afrika ontkracht
door die relaties niet zoveel mogelijk te
benutten om pressie uit te oefenen. Dat
westerse landen in de VN anders stem
men dan de meeste Afro-Aziatische,
zou nog gemotiveerd kunnen worden,
als een effectief gebruik van de wester
se betrekkingen met Zuid-Afrika kon
worden aangetoond. Als dat niet kan,
wordt onze geloofwaardigheid in de
Derde Wereld alleen maar geschaad.
EN Nederland wordt er ook niet ge
loofwaardiger op, als het zich af
schermt door een zo duidelijk blank-
westerse stemmotivering te laten pre
senteren door een Antilliaan.
door Huub Elzerman
AMSTERDAM Om de een van andere merkwaardige reden er
zijn wel andere manieren om je tegenstanders belachelijk te maken
hebben de publiciteitsmedia altijd geprobeerd Arie Groenevelt te
^vergelijken met een dier. Nadat kikker van koele kikker en
kemphaan als onbevredigend ter zijde zijn geschoven, hebben vriend
en vijand elkaar gevonden op de term 'havik'. Sindsdien staat Groene
velt als de havik binnen de vakbeweging te boek.
Alleen De Tijd heeft ter gelegenheid
van het zojuist beëindigde conflict
binnen het NW een nieuwe diere-
naam bedacht: 'kalkoen'. Een kalkoen
immers is altijd op zijn hoede, agres
sief, opkomend voor zijn kuikens en
zeer rood aangelopen. Bovendien
vindt menigeen ook van Groenevelt
dat hij als vakbondsbestuurder
de kerstdagen maar niet moet halen.
Nu is het bij het zoeken naar een
bijpassende dierennaam niet gebleven.
Van Groenevelt is gezegd dat hij
hard, stug en monomaan is, een ge
lijkhebberige doordrammer, een
machtsusurpator, een overmoedige en
herzenloze man. en een rechtstreekse
revolutionair en dat hij een demo
nisch spel speelt en zelfs kenmerken
van Hitler in zich draagt. De reactie
van Arie zal nog wel komen. Hij
heeft evenals zijn ex-collega Harry ter
Heide al eerder van een nauwelijks
verholen minachting voor journalis
ten blijk gegeven. Een voorproefje
geeft een Industriebondvoorlichter:
'We hebben gewoon ingecalculeerd
dat er twee weken stront over ons
wordt uitgestort.'
Groenevelt heeft meer geprobeerd
duidelijk te maken, dat niet hij, maar
het bondsbestiiur en meer nog de
leden van die bond het beleid bepa
len. Deze uitvlucht wordt hem even
wel niet gegund. Want waarom ook
zou men zich verdiepen in de taktiek
en de strategie van de vakbeweging,
kijken naar de werkwijze en opstel
ling van bijvoorbeeld de Franse en
Italiaanse vakbonden, zich druk ma
ken over de beheersing en achter
grond van het arbeidersprotest, wan
neer de dader, de veroorzaker van de
chaos, voor het grijpen is? Waarom
gewacht tot de kerstdagen?
In tal van commentaren is ook niet
gewacht tot de kerst. Ook genuanceer
de standpunten komen er op neer dat
het tot de taak van het NVV behoort
,deze kalkoense haan vet te mesten,
lees in te kapselen. Mocht dat misluk
ken dan vindt ook menig vakbondscol
lega dat Barbertje Groenevelt moet
hangen.
Gesteund
Alleen de niet geringe strijdvaardig
heid van Groenevelt en meer nog de
solidariteit van zijn leden staan borg
voor een overlevingskans. 'Ik weet me
gesteund door medewerkers en kader
leden', heeft Groenevelt gezegd. De
leden moeten zeggen of ze vinden of
we het goed hebben gedaan. Zo niet
dan horen wel het wel en stappen we
op.'
Inmiddels is bekend geworden hoe de
leden tegen de manoeuvres van hun
voorzitter aankijken. 'Arie heeft het
goed gedaan' is een veel gehoorde
slogan. Unaniem zijn de leden ook in
hun waardering voor de consequente
uitvoering van de statutaire bepaling
dat de leden het laatste beslissende
woord hebben en dat de bestuurders
uitvoerders zijn van de wil van de
leden. Het is tamelijk onthullend dat
dit soort geluiden in het vakbondswe
zen anno 1972 nog steeds met nadruk
moet worden gemaakt.
Stroming
Het is misschien in dit verband goed
er op te wijzen dat Groenevelt geen
incidentele figuur, maar een exponent
van een stroming is. Een stroming
die 180.000 leden telt en waarvan
prof. P. J. A. ter Hoeven al eens
heeft gezegd dat de wederopleving
van het arbeidersprotest los moet
worden gezien van maatschappij-kriti
sche stromingen onder de intelligent- I
sia. De strijd van de arbeider heeft ji
volgens hem voornamelijk tot functie,
de invloedverdeling binnen de vakbe
weging grondig te wijzigen. Aan de
leden zal een grotere macht toevallen,
indien de huidige ontwikkeling zich
voortzet.
Ter geruststelling voegt hij er in
1971 aan toe dat de conflicten niet
zo chaotisch behoeven te verlopen als
thans nog zo dikwijls het geval is.
Prof. Ter Hoeven wijst erop dat de
sociaal-politieke crisis reeds geruime
tijd in de meeste westelijke industrië
le staten merkbaar is. In het bijzon
der bij het oplopen van de conjunc
tuur blijkt de traditionele protestbe-
heersing, welke vooral via de vakbon
den tot stand kwam, niet of nauwe
lijks meer te functioneren.
Directe acties van de werknemers
hebben opmerkelijk veel succes, waar
door het gegroeide sociaal-politieke
bestel geleidelijk aan geloofwaardig
heid inboet. Tot vreugde van elke
maatschappij-hervormer, maar tot
angst en sombere voorgevoelens van
vele anderen komt volgens prof. Ter
Hoeven in deze ontwikkeling geen
conjunctureel, maar een structureel
probleem aan de oppervlakte. We zul
len er, eenvoudiger gezegd, nog meer
van horen.
Voorhoede
De positiebepaling van Groenevelt is
betrekkelijk eenvoudig. Hij is van
mening dat de andere bonden achter
hoedegevechten leveren en dat zijn
bond bezig is met een voorhoedege
vecht. De opdracht voor dat gevecht
ontleent hij aan een congresresolutie,
die in april '71 door het laatste con
gres van de Metaalbedrijfsbond NW
werd aangenomen. Daarin wordt ge
steld dat:
de vakbeweging zich niet kan en
mag neerleggen bij de huidige kapita
listische maatschappij-structuur, om
dat die het kennelijk onmogelijk
maakt om te komen tot
een werkelijke belangenbeharti
ging van de werknemers;
democratische arbeidsverhoudingen;
een economische ontwikkeling die
gericht is op het scheppen van een
leefbaarder samenleving.
De irritatie over het uitblijven van
fundamentele veranderingen, die in
deze motie ligt opgehoopt, is later
toen de metaal-, textiel-, chemie-, en
fabrieksarbeidersbonden opgingen in
Arie Groenevelt
de Industriebond NVV blijven be
staan. Net zo goed als er irritatie in
deze bond is blijven bestaan over het
uitblijven van de jaren geleden aange
kondigde beleidsstudie voor een nieu
we maatschappijvisie van het NW.
Vooral de metaalarbeiders bleken tij
dens de oprichtingsbijeenkomst van
de Industriebond NW op 15 okto
ber 1971 nogal verontrust over het
laten vallen van socialistische stok
paardjes. Volgens de statuten van de
Metaalbedrijfsbond NVV was een
planmatige ordening van het gehele
bedrijfsleven onmisbaar. Beschik
kingsmacht en eigendom van de pro-
duktiemiddelen dienden in handen
van de gemeenschap te worden ge
legd.
Dit streven naar een centraal geleide
economie werd afgezwakt toen Groe
nevelt duidelijk maakte dat de Indus
triebond NW zich niet kon veroorlo
ven afwijkende bepalingen omtrent
doel en beginselen op te nemen. De
nieuwe afgezwakte tekst luidt:
In Socialisme en Democratie het
maandblad van de Wiardi Beekman-
stichting (Kluwer, Deventer) staat de
ze maand in een grimmig opstel van
de oud-minister van financiën prof dr
H. J. Hofstra, te lezen 'hoezeer het
financiële overheidsbeleid in de atgelo-
pen jaren in gebreke is gebleven.'
Hofstra stelt daarvoor de partijen aan
sprakelijk die de voorafgaande conser
vatieve kabinetten hebben gesteund.
'De onbevredigende ontwikkeling van
de overheidsfinanciën was het onver
mijdelijke gevolg van een gebrek aan
regeerkracht op bijna alle gebieden.
Dat men onder deze omstandigheden
de zo gewichtige portefeuille van fi
nanciën toevertrouwde aan iemand die
zich reeds door zijn eerste ambtsperio
de een reputatie van igatengraver'
had verworven (bedoeld is natuurlijk
oud-miiinister Witteveen, red. Tr./Kw.).
mag echter zwaar worden aangere
kend' aldus Hofstra.
De schrijver laat, ook in het verdere
van zijn verhaal, de rol van de linkse
oppositie tegen het kabinet De Jong
onbesproken. De PvdA haxl in die
jaren grote bezwaren tegen het beleid
van Witteveen, maar niet omdat hij
te veel, maar juist omdat hij te
weinig uitgaf. Ook nu staat de pro
gressieve combinatie niet als een
groot bezuiniger bekend. Hofstra
schrijft dat het wezenlijke probleem
is: een gebrek aan verantwoorde bepa
ling van prioriteiten, efficiency en
behoorlijke planning. Daarpij had hij
wat ons betreft mogen aantekenen dat
de PvdA de afgelopen zes jaar even
min in die lacune heeft voorzien.
Dat de huidige regering intussen ge
dwongen is geweest, op pijnlijke wijze
in bestedingsprogramma's te snijden,
begrijpt Hofstra. Maar hij meent dat
zij het probleem niet bij de wortel
heeft aangepakt: 'de conservatieve aap
komt herhaaldelijk uit de mouw, roet
name wanneer getracht wordt
de klappen vooral daar te doen vallen
waar een progressieve gedachtengang
in het verleden bouwde.'
De oud-minister noemt dan enige 'be
trekkelijk willekeurig gekozen voor
beelden' van verspilling van over
heidsgelden en gebrek aan efficiency,
schrijft dat elke overheidsactiviteit ei
genlijk eens in de vijf jaar zou moe
ten worden getoetst en concludeert:
'De enige mander om onze samenleving
bestuurbaar te houden en de moge
lijkheid tot nieuwe overheidstaken te
openen is gelegen in een vereenvoudi
ging van de regelingen en van de
uitvoering beide: in een bewuste cam
pagne tot een uiterste efficiency.'
In hetzelfde nummer van S. en D.
pleit mr. C. A. de Kam voor een
diastische beperking van de groei van
het energieverbruik, zeker in de wel
varende landen tot maximaal 4 pro
cent. In het buitenlands oeleid van
Nederland zou een milieu-politieke
opstelling een belangrijk element
moeten worden. Wat de nationale
energiepolitiek betreft doet de schrij
ver o.a. deze suggesties: het staken
van reclame voor energieverbruik, het
afremmen van het huishoudelijk ener
gieverbruik door betere warmte-isola-
tie en dubbele beglazing van gebou
wen en woningen en tenslotte het
inschakelen van windkracht hij de pol
derbemaling.
men gaan behoren.' Om in zo'n tijd
'nog eens massaal te gaan beseffen
dat het Evangelie uitdaging, opgave
en gaive tegelijkertijd is', daarvoor heb
je aldus Bogaers mensen nodig
'die het ideaal willen proberen voor
te leven, met vallen en opstaan', 'per
sonen die stilte, gebed en elkaar no-
dig hebben om inspiratie op te doen
en grotere onzelfzuchtigheid te berei
ken.'
AR-Staatkunde, maandblad van de
Dr. A. Kuyperstichting, komt deze
maand met een wat opgewonden stuk
van oud-miinister drs. P. C. W. M.
Bogaers over de nota van de Contact-
raad van de drie confessionele partij
en. Bogaers blijkt er zeer enthousiast
over; zijn verhaal kan alleen maar de
indruk versterken dat hij bezig is.
weer rijp te worden voor het lidmaat
schap van de KVP. Hij is in elk geval
zeer geboeid door de gedachte van de
'Christen-democratische beweging' die
de Contactraad geopperd heeft. Die
beweging, aldus Bogaers, moet tot
leven worden gebracht 'niet als een
nieuwe politieke organisatie, maar
wel als een de maatschappij doorde
semende beweging van deze tijd; een
beweging die in tal van maatschappe
lijke activiteiten zou moeten doorwer
ken die in het bijzonder ook verbon
den zou dienen te zijn met hen die
voor het algemene belang werkzaam
zijn.'
Bogaers is niet gelukkig met deze
tijd, met zijn 'ongeduldige, materialis
tische/hedonistische systeem', waarin
•overspanning, overbelasting, het geen
tijd hebben om eens rustig over de
grote problemen na te denken, de
angst voor de stilte en het schier
onoplosbaar worden van telkens meer
problemen tot de kwalijkste sympto-
In Acta Politica, tijdschrift voor poli
ticologie, tenslotte heeft drs. H. Borst
lap voor ons uitgevlooid, hoe vaak,
door wie, wanneer en waarom tussen
1888 en 1971 in de Staten-Generaal
het recht van initiatief (het recht,
wetsvoorstellen te doen) is gebruikt
Het blijkt dat er in die tijd 132
initiatief-voorstellen zijn gedaan. Vijf
tien procent ervan moet worden geru
briceerd onder 'sociaal-economisch be
leid' (maatregelen ten behoeve van de
zwakkeren), 14 procent kiesrecht, 14
procent juridische aangelegenheden.
De Hekelingse boer Braat van de
Plattelands Partij, heeft vijf keer
voorgesteld, de zomertijd af te schaf
fen. een dergelijk voorstel is met
even weinig succes door anderen
nog vier keer herhaald.
De periodes 1918-1,940 en 1967-1971
hebben een sterke opleving van het
recht van initiatief te zien gegeven.
Borstlap heeft uit de menigte van
cijfers die hij op een rijtje heeft
gezet, geconcludeerd, dat het recht
van initiatief 'onmiskenbaar een in
strument is in handen van de opposi
tiepartijen', omdat die in 66 procent
van de gevallen het voorstel deden.
Wel hebben initiatieven van regerings
gezinde fracties over het algemeen
meer kans van slagen. Voorstellen die
van 'gemengde' afkomst zijn (van re
geringsgezinde èn oppositionele zij
de) worden vrijwel allemaal aanvaard.
De confessionele kabinetten uit de
onderzoekperiode kregen de helft van
alle initiatieven te verwerken. 'Wan
neer er tevens liberalen in het kabi
net zitting hebben, neemt de belang
stelling duidelijk af. Zitten er een
maal sociahsten in het kabinet, dan is
de animo vrijwel geheel verdwenen',
zo concludeert Borstlap.
'democratisering van het economisch
levven op elk niveau, zodat alle machts
uitoefening aan verantwoordingsplicht
tegenover de betrokkenen is gebon
den'.
Deze op het eerste gezicht merkwaar
dige manoeuvre van Groenevelt
'Het NW pikt een afwijkende tekst
niet' verklaarde hij later met de
opmerking dat de praktijk voor hem
belangrijker is dan de theorie. 'Anti
kapitalistisch, jawel, maar ik zie niets
in holle frasen over onteigening van
het particulier bezit en in nationalisa
tie van de produktiemiddelen. Dit
soort kreten heeft al zestig jaar zon
der succes in onze statuten gestaan',
aldus de heer Groenevelt.
Conflicten worden door hem en in
andere bonden wordt dat met de
mond ook wel beleden gezien als
onderdeel van een proces van vooruit
gang. Langs een weg met conflicten
kan de maatschappij geleidelijk wor
den verbeterd. De stelling dat conflic
ten zo fundamenteel zijn, dat dc be
staande maatschappij totaal moet wor
den verworpen, is niet de zijne. In de
visie van Groenevelt moeten er wèl
duidelijke stappen worden gezet op do
weg naar het einde van het kapitalis
me. Alleen voor dit doel wil hij zijn
looneisen matigen. Blijft de herverde
ling van inkomens, macht en invloed
uit dan eist hij daarvoor in de plaats
een 'kapitalistische prijs van 3,5 pro
cent reëel
'Want', zegt Groenevelt, 'elke mati
ging van de arbeiders, zonder dat
daar iets tegenover staat, verdwijnt in
de portefeuilles van dc aandeelhou
ders. Het winstinkomen is vorig jaar
met 500 miljoen gestegen.'
Oorzaken
Voor de strijdbare houding van de
Industriebond NVV zijn verschillende
oorzaken aan te wijzen. Om te begin
nen heeft deze bond veel ervaring
met het vakbondswerk binnen de on
derneming. Dit heeft tot gevolg dat
veel leden direct bij het vakbonds
werk zijn betrokken. Daarbij ontwik
kelde zich een sterk verlangen naar
de invoering van een strijdvaardig
arbeiderszelfbestuur.
Een andere factor is dat de sectoren
waarbinnen de Industriebond NVV
werkzaam is, niet tot de meest inge
slapen gebieden van het vakbondster
rein behoren. Vooral onder de metaal
arbeiders zijn vele militante kernen
te vinden. De werkgevers in het Rijn
mondgebied hebben dat al een paar
keer aan den lijve ondervonden. De
belangrijkste factor is ongetwijfeld de
manier waarop de leden van de Indus
triebond de laatste jaren met de ge
volgen van de kapitalistische econo
mie in aanraking zijn gekomen. Met
name de massa-ontslagen in de metaal
en in de textiel hebben veel onvrede
en verbittering teweeg gebracht.
Van Groenevelt is bekend dat hij
destijds als districtsbestuurder van de
metaalbond de onderhandelingen over
de sluiting van de Demka heeft ge
voerd. Toen heeft hij ook meegemaakt
dat oudere werknemers zonder meer
op straat werden gezet. Volgens insi
ders heeft hem dit verschrikkelijk
aangegrepen. Arie veranderde in een
dag van een gematigd man in een
bikkelharde onderhandelaar. Hoe bik
kelhard, hebben nu ook zijn collega's
ondervonden. Groenevelt stond en
staat op het standpunt dat een vakbe
weging, die fundamentele punten zo
als een inkomensbeleid voor alle groe
peringen (en niet alleen voor CAO-
werknemers) zonder overleg met de
achterban laat vallen, ongeloofwaardig
is. Dit verwijt zal hèm niemand kun
nen maken.
'Beter goede tanden dan gouden tan
den, 'goud of zilver in uw gebit is
overbodig bezit' en 'geen suiker meer
in je mond, dan blijven je tanden
gezond'. Dat zijn een paar leuzen die
de leden van de Utrechtse tandheel
kundige studentenvereniging John To
mes hebben bedacht om de actie die
zij volgende week dinsdag gaan voe
ren ter gelegenheid van hun vijftien
de lustrum, kracht bij te zetten.
Niet meer dan een kwart van ons
volk stapt regelmatig naar de tand
arts, zeggen die Utrechtse studenten.
Het is droevig maar waar, constateren
ze, dat we eigenlijk alleen maar wor
den opgeleid tot 'putjesscheppers van
de voedingsresten', omdat 'Nederland
zich de mond leeg snoeptDaarom
vestigen ze komende dinsdag met z'n
allen de aandacht nadrukkelijk op
het belang van een goede behandeling
van landen en kiezen. Tweehonderd
vijftig tandheelkundige studenten en
mondhygiënisten delen elfduizend tu
bes tandpasta en evenveel tandenbor
stels uit, maar daar laten ze het niet
bij. Want er zijn ook nog honderden
Nederlanders, die wel een tandenbor
stel in huis hebben, maar dat nuttige
instrument onjuist hanteren of zelfs
helemaal niet gebruiken. Voor zulke
gevallen hebben ze een folder over
het tandenpoetsen bij de handdie
in een oplage van tienduizend exem
plaren uordt verspreid.
De wortel van het kwaad veel
snoepen en verkeerde voedingsge
woonten wordt ook stevig aange
pakt: onder het bekende motto 'snoep
verstandig, eet een appel' worden
tienduizend appels uitgedeeld, verder
een hele berg suikervrije kauwgom en
dan nog tweeëndertigduizend folders
over voeding en tandbederf. Al dit
materiaal is voor een groot deel be
schikbaar gesteld door de industrie;
vooral de tandpastafabrikanten zien
wel brood in het doel van de actie.
Appels, folxlers, kauwgom, tandenbor
stels en tandpasta worden uitgereikt
aan de Utrechtse schooljeugd, een
groot aantal onderwijsmensen en aan
het publiek dat langs de 'gebitten-
kraampjes' wandelt die her en der in
Utrecht worden neergezet. Elke
kraam is bemand door tien studenten,
die alle inlichtingen over tandenpoet
sen verstrekken en desnoods zelfs een
voorstelling van de enig echte manier
tan tandenpoetsen willen geven. En
als de inwoners van Utrecht het na
dinsdag nóg niet goed doen, dan we
ten de tandheelkundige studenten het
ook niet meer.
De actie is de grootste die op dit
gebied ooit in ons land is gevoerd en
Het Ivoren Kruis en het Voorlich
tingsbureau voor de voeding staan er
Carmelo PernagaLlo (27) en zijn veer
tienjarige vrouw Giuseppina zitten,
sinds Carmelo vader respectievelijk
schoonvader respectievelijk grootvader
Pernagallo doodschoot, samen in een
Siciliaanse cel.
Ondanks al zijn 'vaderlijke' functies is
het slachtoffer één en dezelfde man.
Het zijn Carmelo en Giuseppina die
de zaken zo ingewikkeld hebben ge
maakt. Indertijd liepen ze samen weg,
omdat de familie tegen het huwelijk
was. Zij is de dochter van haar mans
zuster, wat betekent dat haar moeder
nu tevens haar schoonzuster is. haar
eigen broers en zusjes neefjes en
nichtjes en haar schoonvader ook
haar grootvader, wat hij trouwens
voor de trouwpartij ook al was.
De nu vermoorde vader zat volgens
Carmelo achter Giuseppina (klein
dochter plus schoondochter van het
slachtoffer dus) aan en niet zo'n beet
je ook. Het is maar de vraag of
Carmelo's vrouw dat zelf ook zo erg
vond, want volgens de politie kwam
Carmelo begin deze week thuis en
vond in de stal zijn vader met Giusep
pina 'in een houding die er niet om
loog.' De doldriftige zoon pakje zijn
jachtgeweer en schoot dat op de min
naar, zijn vader, totaal leeg. Daarop
nam het echtpaar al ruziënd de be
nen, maar de politie kreeg ze gauw te
pakken.
dan ook met hun volle gewicht ach
ter. De tandartsen hebben in de prak
tijk gewoon geen tijd om voorlichting
te geven. 'Ze hebben het te druk met
het trekken van tanden en kiezen en
het vullen van gaten', zegt Willem
Pijls, voorzitter van de lustrumcom
missie. Toch is die voorlichting brood
nodig; sombere cijfers illustreren dat
duidelijk: 99.8 procent van het Neder
landse volk heeft geen gaaf gebit
meer. Voor snoep gaven we vorig jaar
driehonderdvijftig miljoen gulden uit
en voor drop, als we die even buiten
het etiketje 'snoep' laten vallen, apart
nog eens vijfenzestig miljoen.
Onderweg - Na zondag mag ieder
een weer gewoon thuisblijven. Mor
gen worden nl. om 10 en II uur in
het oecumenische kerkje Blauwkapel
aan de oude weg van Utrecht naar
Hilversum de laatste van de 73 'on-
derweg-diensten'van het seizoen ge
houden, die tot vandaag ruim 13.000
mensen, al ff niet 'onderweg' trokken.
Traditiegetroue zullen in deze slot-
diensten de verkeersslachtoffers, hun
nabestaanden en de gewonden cen
traal staan.
MP*
(de Jongeheer H. Wiegel)
Voor 'alle rechtzinnige Nederlanders
die genoeg hebben van terreur, dicta
tuur en manipulatie door en van
allerlei linkse zogenaamd pro
gressieve minderheden, die van het
door de eeuwen heen religieuze, ge
hoorzame maar vooral fatsoenlijke Ne
derland een soort 4e republiek wen
sen te maken' heeft de Stichting bui
tengewone produkties in Sittard een
aantal inderdaad opmerkelijke pro-
dukten gemaakt: posters en stickers,
waarmee o.a. plakploegen, jongeren
centra, boekhandels en café's 'propa
ganda' kunnen maken voor vier poli
tieke partijen: DS'70, ARP, WD en
KVP. Een van deze 'propagandapos-
ters' die voor de WD van 'jongeheer
Wiegel' is hierbij afgedrukt.
'U zult nu ongetwijfeld opmerken: en
de CHU dan? Welnu: de CHU is een
unie en geen partij; bovendien be
hoeft zij geen propaganda. Al jaren
lang staat zij pal voor stabiliteit, denk
maar aan het dappere optreden van
de Heer de Geer in 1940', aldus de
stichting, die er bij zet dat het in het
belang van 'vooral onze jonge genera
tie' is op 29 november te kiezen voor
'een stabiele regering, waardoor een
einde kan komen aan de overal heer
sende wanorde in sociaal, economisch
en cultureel opzicht. Onze jongeren
zullen dan weer kunnen leven in en
werken aan een maatschappij waarin
opnieuw zoals in de dertiger jaren en
direct na de tweede wereldoorlog or
de, tucht, anti-communisme, discipline
en bezitsvorming als deugden worden
erkend'.
Een greep uit de bijgevoegde 'eigen
tijdse en pakkende', ook wel 'zeer
ludiek en avant-gardistisch' genoemde
teksten die bij de posters passen:
'Wiegel, 30 jaar jong en toch een
oude man'; 'D estem van Andriessen
lijkt best wel op die van Gilbert
O'Sullivan'; 'Barend Biesheuvel is een
jongen van stavast'; 'DS'70, progres
sief en toch voor de Nato'.
De stichting, vier jaar geleden opge
richt, omdat te weinig voor jongeren
geschukte culturele manifestaties naar
Limburg kwamen en vrijwel allemaal
in de randstad plaatsvonden, organi
seert sindsdien onder het hoofdje
'kulturele projekten' o.a. het jaarlijks
pinkpop-festival, dat dit jaar door
twintigduizend jongeren bezocht
werd. De sarcastisch bedoelde verkie
zingsstunt al zal Frits van Rijsen
van de stichting dat woord niet in de
mond willen nemen is de eerste
onderneming van de afdeling informa
tieve projekten, 'omdat wij politiek
ook cultuur vinden. Wij vinden dat
een aantal partijen onvoldoende steun
krijgt, met name van de jongeren'. Of
dat nou de op de posters genoemde
partijen zijn of juist die andersden
kenden, mag iedereen van hem voor
zichzelf uitmaken. Ook of de tekst
'Jezus is terug op aarde' op het ARP-
pamflet in dit verband wel zo nodig
had gemoeten, al verklaart Van Rij
sen dat als een bewust verband met
de Jesus Movement, die de jeugd van
nu zo aanspreekt
'Goed, je gaf hem een landkaart, een paar speldjes, plaatjes en zegels, maar
verkocht Je ook benzine?'