Overheid miskent medische sportkeuring OUW/KWARTET ZATERDAG 4 NOVEMBER 1972 SPORT T23./K23 CHAOS IN PROFWIELRENNEN NAUWELIJKS OP TE LOSSEN I door Joop Holthausen Een groot en sterk rennersveld start op de Rotterdamse Coolsingel. Langs het parcours zo'n 20.000 men sen. Het gaat om amateurs. De 'merken' hebben de toprenners stevig onder contract. Tot genoegen van de 'amateurs' zelf, tot groot ongenoegen van de profs. AMSTERDAM Het beroeps- wielrennen beweegt zich in Ne derland de laatste jaren bijna per definitie op het randje van het bestaan. Sponsors komen, trek ken vervolgens een maximum aan reklame naar zich toe en ver dwijnen dan weer even schielijk, zich niet bekommerend over de sandwichmannen, die de afgelo pen periode in hun dienst waren. Steeds geringer in aantal worden de financiële vruchten, die de Nederlandse professionals in eigen land kunnen plukken. Ta lentvolle amateurs wachten zich wel om zich in het onzekere prof- avontuur te storten. Zij vullen liever hun zakken in eigen rijen. Het gevolg: geen doorstroming, minder belangstelling, weinig in teresse bij de sponsors. Kortom, malaise. Zo was de situatie ruim twee jaar geleden, toen zowel Ton Vissers als Gerard Peters van hun respectievelij ke sponsors te horen kregen dat de firma's geen brood meer zagen in een voortgezette sponsoring. Zo is de situ atie thans weer, nu Pellenaars er noodgedwongen het bijltje bij neer moet leggen. Natuurlijk, ook nu zal er wel weer iemand (of meerderen) opstaan, die zich ais de reddende engel aandient. Met de start van 's werelds grootste wielerspektakel de Tour de France het komend jaar in Scheveningen zullen er allicht spon sors zijn die bereid blijken in ruil voor die maximale reklame ettelijke tonnen in een wielerstal te stoppen. Maar een garantie voor werkelijke continuïteit is een nieuwe sponsor geenszins. Alle plannen, die tot nu toe in die richting zijn ondernomen, strandden op een muur van onbegrip en onwil. Het legertje wielerprofs," verenigd in de Vereniging voor Be roeps Wielrenners (VVBW) lijkt een hecht blok in tijden van nood. Maar rodra de eerste sponsor zijn neus aan het venster steekt, blijkt ieder voor zich er op uit om zijn privé belange tjes te regelen, daarmee vergetend dat alleen een totaal andere structuur een mogelijkheid tot waarborgen voor de toekomst inhoudt. Die andere structuur is in het nog niet eens zo verre verïeden al eens door Hans Schmit UTRECHT In de jaren na de oorlog heeft de rijksoverheid haar waardering voor de verplich te medische sportkeuring uitge drukt in een stijgende steun. De Federatie van bureaux voor me dische sportkeuring ontving in 1349, toen jaarlijks ruim 60.000 keuringen werden verricht, een subsidie van 10.000 gulden. In 1971 was dat bedrag, bij meer dan 300.000 keuringen, opgelopen tot 173.000 gulden. Toen echter zette het ministerie van CRM het mes in de begroting en schrapte de post voor de sportkeuringen. Een actie vanuit de Tweede Kamer 'redde' de federatie: er werd dat jaar toch nog 20.000 gulden gegeven. Voor het komende jaar echter dreigt weder om hetzelfde beeld: Want wanneer de plannen van minister Engels en diens staatssecretaris Vonhoff doorgaan, komt de federatie wederom niet in aanmerking voor steun. Dat voorne men heeft bij de federatie kwaad bloed gezet en geresulteerd in een krachtig protest (hoewel wat minder gehoord dan het boe-geroep dat de sportbonden lieten horen bij het zien van het botte hakmes waarmee Engels en Vonhoff dreigend zwaaien) bij de vaste kamercommissie van CRM. Verbazing De verontwaardiging van de federatie gaat gepaard met verbazing. Terwijl drie jaar geleden, in de discussienota van CRM, de overheid van mening was dat de sportkeuring van groot belang is, dat moet worden gestreefd laar een uitbouw en een bredere opzet en dat de frequentie moet wor den opgevoerd, dreigt nu de 'stimule rende rijksbijdrage', waar toen sprake van was, geheel van het toneel te verdwijnen. Onaangekondigd. En ook dat draagt bij tot de boosheid. De Utrechtse arts dr. Jongh, voorzitter van de federatie: 'Wij zijn erg kwaad over het schrappen van de post. Bo vendien is het gebeurd zonder enig overleg, wij hebben het uit de krant moeten lezen. Vorig jaar waren we nog enigszins voorbereid en hebben we dankzij een initiatief uit de Twee de Kamer toch nog iets gekregen. De minister heeft toen aan de wens uit bepleit door Karei Jansen, adviseur van de WBW. In zijn onschuld meende Jansen dat renners, managers, organisatoren en KNWU zich enthou siast achter zijn plannen zouden scha ren. Enkele jaren ervaring in het beroepsrennerswereldje hebben Jan sen anders geleerd. Prof-wielrennen is een dermate gecompliceerde 'bedrijfs tak' en er zijn zoveel tegenstrijdige krachten werkzaam, dat een ordening van de chaos een onbegonnen karwei lijkt. Niettemin toog de VVBW nog altijd geleid door de ex-prof Eddie Beugels, maar vooral geïnspireerd door de Haagse jurist Karei Jansen, on vervaard aan het werk. Het oorspron kelijke plan, de oprichting van een bureau dat alle Nederlandse renners onder kontrakt zou houden en vervol de Kamer gehoor gegeven en het laatste wat je verwacht is dat de minister een jaar later precies hetzelf de doet, wat de Kamer een jaar daarvoor zeer beslist niet wilde. En dan de wijze waarop: we leven in een wereld vol inspraak, hoe haal je het dan in je hoofd om zomaar, zonder de federatie erin te kennen, die post van de begroting te schrappen?' Betalen Dat het schrappen tot drama's op de vaderlandse sportvelden zal leiden, dat in de toekomst grote aantallen voetballers op het veld plotsklaps naar het hart grijpen en neervallen, zal dr. Jongh geenszins beweren. De keuringen gaan gewoon door de sportmensen zullen er alleen iets meer voor moeten betalen dan de vijf tot tien gulden die een keuring nu kost. En groot is die méérprijs ook niet, want de rijksbijdrage was, ook voor het begin van de afbouw, toch al niet zo groot. Het geld dat de artsen, de assistenten, de administratie en de gebouwen vragen, werd altijd al voor het grootste deel door de sportmensen zelf betaald. Daarnaast droegen de gemeentelijke overheden, de Neder landse Sport. Federatie en ook de keuringsartsen zelf (zij werken voor aanzienlijk lagere vergoedingen dan in hun vak gebruikelijk) bij in de kosten. De klap, die de sportmensen hebben moeten opvangen, viel bovendien in feite reeds een jaar terug. Toen ver dween de subsidie van vijftig cent per keuring reeds. Dr. Jongh: 'Vorig jaar waren de gevolgen in feite niets: de man die gekeurd werd, betaalde vijf tig cent meer. Ik kan me, op grond van het profijt-beginsel, een dergelij ke maatregel, als je wat moeilijk zit. zelfs nog wel indenken. De keuring stort daardoor niet in elkaar. Maar dit jaar gaat het ten koste van het centrale apparaat en daarom zijn we ook nu wat bozer, want een orga nisatie op het terrein van de volksge zondheid is in het geding een stuk gezondheidszorg van het particulier initiatief wordt ontkend. Vroeger vie len wij onder sociale zaken en volks gezondheid en wij hebben toen vanuit medische gronden subsidie gekregen. Toen de zaak overging naar CRM is echter dat medische aspect een minde re rol gaan spelen. En daar is de federatie het slachtoffer van. We heb ben ons dan ook niet alleen tot de vaste kamer-commissie gewend, maar gens kan uitbesteden aan diverse sponsors ging de ijskast in. Karei Jansen: 'Wij kwamen tot de conclusie dat een dergelijk plan slechts fase gewijs tot stand zou kunnen komen, ook al omdat hel overkoepelend orgaan, de KNWU. nu niet bepaald uitblinkt op het gebied van aktivitei- ten voor de professionals. Iedereen meent dat de beroepswielrennerij lou ter op ploegsponsonng berust. Met die stelling heb ik erg veel moeite. Het is een zeer labiele basis, omdat de partij die sponsort er ieder mo ment uit kan stapen'. Stichting Er kwam begin dit jaar uit het plan van de VVBW een stichting voort, die zich ten doel stelt het beroepswielren- ook een brief naar sociale zaken en volksgezondheid geschreven'. Het aantasten van het functioneren van het administratief en coördine rend apparaat zit de federatie hoog. In de brief aan de vaste kamer commissie staat onder meer dat de kosten van dat apparaat (die niet eens hoog zijn: nog geen 20.000 gul den per jaar) door de overheid zou den moeten worden gedragen. Dr. Jongh: 'Het is moeilijk vast te stellen wat de taak van de overheid is en wat niet. Sport dient de volksgezondheid en het bevorderen daarvan en van de recreatie zie ik toch wel als een taak van de overheid. Hoewel de mensen die daarvan profiteren, er best heel wat voor over mogen hebben. Blijft de vraag hoever de overheid moet gaan. Ik dacht dat het instandhouden van de organisatie en een zeker toe zicht van de overheid niet zo gek is. Onze organisatie, die van de medische keuring, de meest primitieve vorm van sportbegeleiding, houdt controle op de kwaliteit, moet de ontwikkelin gen bijhouden en daar mag de overheid gerust aan bijdragen'. Eenvoudig De sportkeuring een eenvoudig medisch onderzoek, dat vrijwel ieder een het briefje: goedgekeurd oplevert: een vorm van preventie of mis schien nog minder: een gezondheids verklaring in de huidige sportbeoefe ning, hoewel het minachtende gebaar waarmee de subsidie werd geschrapt een andere opvatting bij de CRM- bewindslieden Engels en Vonhoff doet veronderstellen. De artsen die op de 213 bureaus werken denken er anders over, gezien de vele tijd die zij er voor beschikbaar stellen. Dr. Jongh: 'In het verleden wilde men met de keuring altijd de conditie nagaan. Dat is, daar zijn wij nu achter, een moeilijke zaak, je moet dan wel heel diep graven. Het is nu vooral een gezondheidsverklaring. Als je behoorlijk gezond bent, kun je aan alle sporten deelnemen. Sport is pas gevaarlijk als je niet gezond bent, of wanneer op niet-verantwoorde wijze leiding wordt gegeven, wanneer de hygiëne wordt verwaarloosd, wanneer er onder slechte weersom standigheden wordt gespeeld, wanneer de trainer niet deskundig is. Van de gekeurden worden de meesten goed bevonden, slechts bij hooguit tien procent worden afwijkingen gevonden die medisch gezien de moeite waard nen in Nederland te bevorderen: Stichting Bevordering Beroepswielren- nen. een college dat zich in het eerste jaar van zijn bestaan vooral heeft beijverd voor het stimuleren van het aantal wedstrijden. In die stichting hebben namens de VVBW zitting voorzitter Beugels en adviseur Jansen. Namens de KNWU vice-voorzitter van de sportcommissie Förster en mr. Dingenhouts en namens de organisa toren Schram (Acht van Chaam) en Molling (Ulestraten). In het eerste jaar van haar bestaan heeft de Stich ting via het reklamebureau Gosewehr 25 mille bijeen geschraapt, die ge bruikt is ter medefinanciering van een twintigtal wedstrijden. Secretaris Pierre Dingenhout: 'De Stichting kwam pas in januari van de grond. Dat betekent dat het tijdstip waarop de meeste bedrijven hun reklamebud- getten rond maken, al voorbij is. Niettenmin kwamen wij aan een be drag van 25 mille. Die is binnenge bracht door bedrijven, die daar tegen over via spandoeken reklame konden maken op die wedstrijden die onder onze vlag werden georganiseerd. En dat waren de belangrijkste wedstrij den in Nederland Er is een verdeeldsleutel gemaakt voor dit 25 mille, en die is gebaseerd op het toeschouwersaantal van het jaar daanoor. Een Acht van Chaam. altijd goed voor minimaal 40.000 mensen, kreeg uiteraard meer dan de koers in St Willibrord, waar 2500 mensen ko men. De sponsor krijgt immers bij de eerste wedstrijd veel meer reklame dan bij de tweede'. Druppel Het bedrag van 25 mille mag dan in ogen van de Stichting een mooi be drag zijn, in feite is het niet meer dan de bekende druppel op de al even bekende plaat. De meest simpele prof- koers kost exclusief premies al gauw 5000 gulden. De SBB is in wielerkrin- gen een nog nauwelijks gekend feno meen. dat slechts zelden in de schijn werpers van de publiciteit treedt. Wat broodnodig is: een man die het klap pen van de reklamezweep uit en te na kent, die inderdaad een maximum aan gelden weet los te peuteren uit de budgetten van aspirant-sponsors en endelijk eens wat lijn weet te bren gen in de chaos. Met Jan Derksen als manager is er op dit punt in ieder geval niet bijster veel uitgekomen. Niettemin is door de SBB een belang rijk stuk pioniersarbeid verricht. Mr. Pierre Dingenhout heeft gelijk als hij stelt: 'Wanneer je ziet dat in het eerste jaar van het bestaan van de Stichting meer dan de helft van het aantal profkoersen in Nederland on der de vlag van de SBB wordt gere den. kun je niet anders dan van succes spreken. Wat wij hebben gedaan, is het verschaffen van werk gelegenheid. Hoe meer koersen er komen, des te meer werkgelegenheid is er voor de profs. Des te aantrekke lijker wordt het voor de amateurs om eventueel over te stappen naar de rijen van de beroepsrenners'. Kwaad bloed Die weigerachtige houding van veel amateurs om de Overstap te wagen zet veel kwaad bloed in beroepsrenners- kringen. Het is niet op de eerste Evërt Dolman plaats de angst voor de kwalijke kan ten van het nieuwe milieu dat de toppers onder de amateurs weerhoudt. Het is veel meer het geld, dat zij in eigen kring zoveel gemakkelijker en dikwijls in voldoende mate kunnen verdienen. Startgelden voor topama- teurs in criteria belopen soms bedra gen die een goed betaald vakman doen likkebaarden. En sponsors schui ven onder tafel door maar al te vaak hedragen af. die met een onkostenver goeding niets te maken hebben. Jan Spetgens, de man die in het nationaal kampioenschap door Ben Kooken werd verslagen, is het levende bewijs. Hij prijst zichzelf overal te koop aan en probeert een aantrekkelijk hand geld te krijgen. De goede amateur verdient aanzienlijk meer dan een matig professional. lederen weet het en bijna iedereen zwijgt. Er is in KNWU-kringen even sprake van geweest om de onafhankelijkencatego- rie weer in ere te herstellen, maar dit plan is weer naar de achtergrond geschoven. Mr. Dingenhout: 'Het room van de wielrennerij moet de catagorie van de professionals zijn. Een doorstroming is noodzakelijk. Als je geen renners hebt, komen er ui- afwijking, te dik of te mager, vaak is kunt vertellen wat hij moet doen'. Het aantal keuringen is de afgelopen twintig jaar meer dan vervijfvoudigd, hetgeen een enorme belasting voor de artsen en de bureaus inhoudt. Dr. Jongh: 'Hoe gaat het over het alge meen? De arts gaat, uit liefde voor de sport, een avondje keuren. Maar door de stijging is het langzamerhand geen liefde-werk meer. Ik vraag me. even terzijde, daarom af waarom nu op de sport, waar juist zo veel con amore wordt gedaan, wordt bezuinigd. Wat maakt die drie miljoen op een begro ting van miljarden uit moet je daarom de mensen in een sector waar in zoveel minder professioneel werk wordt gedaan dan in bijvoorbeeld het jeugdwerk, kwaad maken?' Schoolarts Van het aantal keuringen worden ver reweg de meeste onder de jeugd ver richt. Een mogelijke samenwerking met de schoolartsen kan mogelijk op korte termijn het werk van de federa tie verlichten. Dr. Jongh: 'Er is over leg met de schoolartsen. Deze zijn over het algemeen hun taak wat bre der gaan zien, zij kijken verder dan alleen de school. Mogelijk valt nog in 1973 de leerplichtige jeugd onder de hoede van de schoolartsen. Wij zou den daardoor iels meer ruimte, tijd en gelegenheid krijgen om meer aan dacht aan de kwaliteit te besteden'. Die kwaliteit van de keuring staat centraal in de toekomstplannen, waar in sprake is van een keuring om de vijf jaar, van een extra keuring in de puberteit en een verhoogde keurings frequentie van mensen boven de der tig jaar. Bovendien zou dan ook meer aandaoht kunnen wórden besteed aan de groep die Vonhoff zo na aan het hart ligt: die van de semi-topsporters die net de top niet halen. Dr. Jongh: 'De sub-top, de groep mensen die zich intensief op een kampioenschap voor bereiden, is groter dan dc groep die op Papendal een uitgebreide keuring ondergaat. Die sub-top zou in feite ieder jaar moeten worden gekeurd'. De federatie gaat door met het werk dat al jaren wordt verzet en met dezelfde ambities voor dc toekomst als altijd. Maar zonder de in steun uitgedrukte erkenning van de rijkso verheid. Tenzij de in een protest gestalte gekregen verontwaardiging via de Tweede Kamer alsnog de mi nisteriële opvatting kan wijzigen, zo dat (le basis van waaruit dat werk wordt "verricht wat steviger wordt. teraard geen wedstrijden. Maar het is een moeilijke zaak om tot een oplos sing te komen. Persoonlijk zie ik het niet zo somber in. Ik ben er zeker van dat er binnenkort twee en mis schien zelfs wel drie profsponsors in Nederland zullen komen en er zullen ook een aantal goede amateurs over stappen. De problemen die we het afgelopen jaar hebben gehad, zullen we in 1973 niet meer kennen*. Verdeeld Voor het komende jaar verwacht de SBB een toename van het aantal wed strijden en sporsorgelden. Ook het komend jaar zullen niet alle profwed strijden onder de SBB-vlag worden gereden. Ton Vissers, de bekende ma nager, heeft inmiddels al aangekon digd vijftien profkoersen te zullen organiseren. Vissers is in het verle den al eens benaderd om voor de SBB als manager op te treden. Maar hij en de SBB kwamen niet tot overeenstem ming. Nu Vissers de koersen op eiigen gelegenheid organiseert, doet hij ech ter wei een beroep op de reklamepot van de SBB. Vissers: 'Ik denk er niet over om mijn renners te laten kon trakteren door Jan Derksen. Dan steekt hij 750 gulden in de zak. Die renners kan ik zelf wel kontrakteren. Maar de SBB moet toch een aantal wedstrijden kunnen aanbieden aan de sponsors. Toen heb ik onmiddellijk mijn 15 wedstrijden aangeboden. Dat geld kan ik ook wel gebruiken voor de organisatie van mijn wedstrijden'. Buiten de wedstrijden onder de vlag varn de SBB om zijn er 't afgelopen jaar nog 14 koersen gereden, die hetzelfde stempel droegen, het stempel van het Vrije Volk, dat via de verkoop van sponsorpakketten deze koersen organi seerde. Mr. Dingenhout: 'Met die mensen onderhouden wij een heel goede relatie. Er is geen sprake van concurrentie. Zij gaan uiteraard uit van een ander principe, maar het resultaat is uiteidelijk hetzelfde: de werkgelegenheid voor de wielerprofs wordt vergroot'. Eef Dolman Mede behulpzaam in die organisatie voor de koersen onder auspiciën van de Rotterdamse krant is Eef Dolman, de wielerprof, die het afgelopen sei zoen In dienst van Joop Zoetemelk reed. Hij kon niet overweg met ploegleider Briek Schotte en krijgt zijn kontrakt met de Belgische fa briek niet verlengd. Tot nu toe heeft hij geen nieuwe werkgever gevonden. Eef Dolman houdt teveel van zijn sport om zo maar zondermeer te be sluiten te stoppen. Toch stelt hij: 'Ik ga alleen dan door wanneer ik een kontrakt krijg, dat mij uitzicht biedt op een hoger loonsaldo aan het eind van het seizoen dan ik nu heb. Hoe langer het duurt, hoe geringer die kans is. Direkt na het seizoen is de prijs hoog, maar die gaat zakken naar mate het langer duurt voor je een ploeg hebt gevonden. Eef Dolman meent dat het verschaf fen van meer werkgelegenheid in ei gen land al een behoorlijke basis biedt. 'Er moet een groter aantal kriteria komen, waar de renners gaan rijden zonder startgelden. Dan krijg je niet die grote vedetten, maar dan worden de organisatiekosten wel ge drukt. Als je daar via sponsoring door middenstand en VW's voor gratis entree kunt zorgen, komt er toch wel publiek op af. Dat is aantrekkelijk, zowel voor de sponsors, als voor het publiek en voor de renners, die werk gelegenheid hebben'. Dolman gelooft dat het meer de kant van het semi- professionalisme uitgaat in de sport. 'Het fu'll-professionalisme is niet houdbaar op de langere duur. De sportmensen zullen in de toekomst zo verstandig zijn om een maatschappe lijke carrière niet uit het oog te verliezen, in een zucht naar presta ties. De tijd is voorbij dat de wieler sport voor de jongens uit de lagere milieu's een kans was om zich boven dat milieu uit te werken. Vroeger was een wielrenner meer verwend dan een arbeider. Tegenwoordig heeft een ar beider het beter, omdat hij zich veilig weet door zijn sociale verzekering. Menig prof is jaloers op de amateur, die bij de een of andere werkgever op de loonlijst staat en 's zomers alle vrijheid krijgt om te fietsen. Ik zou dat ook wel willen en dan zou die werkgever mij mogen verplichten om een bepaald aantal uren per jaar te moeten werken'. Dr. Jongh zijn. De grote waarde in die gevallen elke keuring een advies kunt verbin- is dat, wanneer je goed keurt, je aan den, je de man hoe onbenullig de

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1972 | | pagina 23