Hanny en de Rekels: 'Wat wij zingen zijn geen smartlappen, het zijn echte levensliederen' 4 dafeecepf TROUW/KWARTET MAANDAG 2 OKTOBER 1972 BINNENLAND T6/K6 Een avondje amusement met de Oranjevereniging in Ouddorp 'Kijk, ik zie het zo: die vier jongens die achter mij staan hebben alle vier vrouw en kinderen. Als er nu weer rottigheid zou komen, dan staan ze alle vier met hun gezin op straat, dat zou ik toch niet over m'n hart kun nen verkrijgen'. Wijze woor den van een nauwelijks zes tienjarig meisje. 'Hanny van de Rekels' is de naam, voormalig speelgoed ver koopstertje en sinds een maand zangeres bij het for tuinlijke gezelschap 'De Rekels'. Op dit moment staat de plaat 'Mario' hoog op de hitparade en er wordt nijver gewerkt aan nieuwe successen. 'Dag maan dag" was bij de uitvoering van Hanny en de Rekels in het Zuidhollandse Ouddorp, waar de plaatselijke Oranjevereniging een feestavond organiseerde. Er staan wat jongens met brom mers voor het verenigingsge bouw. Ze wachten en duiken af en toe de snackbar in om een patates mét te kopen. Vanavond gaat het gebeuren. Ze weten het al heel lang, want de voorzitter van de Oranjevereniging heeft er voor gezorgd dat de aanplak biljetten duidelijk te zien zijn, want er moet veel volk komen. Tegen een uur of zes rijdt er een soort bestelauto tot dicht bij het verenigingsgebouw. Er stappen jonge mannen uit die met versterkers en gitaren be ginnen te sjouwen. Het blijken 'De Rekels' die de avond mon ter tegemoet zien. Na enige ogenblikken zoeft ook een grote Chrysler de straat binnen. Oud dorp kan gerust zijn: ook Hanny van de Rekels is op het eiland aangekomen. Wanneer de indrukwekkende apparatuur wordt opgesteld is er even tijd voor een gesprekje met de zan geres. Het blijkt een aardig meisje te zijn, vol eerbied voor haar me demuzikanten en nauwelijks be seffend wat voor idool ze aan het worden is. Maar, zullen veel mensen zeg- Hanny van de Rekels gen: zijn jullie niet in de war. Het is toch 'Corry en de Re kels'? Ja, zeggen wij dan, dat was vroeger zo. Een ernstige ruzie heeft Corry van de Rekels gescheiden. Oorzaak: Piet Roz- len (22) van beroep marechaus see en verloofde van Corry. De ze schijnt de breuk tussen Corry en haar Rekels te hebben bewerkstelligd. De spanningen in de groep namen zulke ernsti ge vormen aan door de komst van de verloofde van Corry, dat men op den duur besloot om maar uit elkaar te gaan. Piet Roeien nam het hele fanclubwe zen over en schreef in het fan- blad vrijwel uitsluitend over Corry. Het zangeresje zelf kwam niet meer op besprekin gen van de groep en ze reisde apart naar de plaatsen waar moest worden opgetreden. Zn kwam toen een einde aan een succesformule die zorgde voor hits als 'Huilen is voor jou te laat' en 'Rq^en die bloeien voor jou en voor mij.' Alles bij el kaar verkochten Corry en de Rekels zo'n half miljoen platen. Terug naar Oudddorp. In de patates frites-zaak naast het ver enigingsgebouw mogen we even met Hanny praten. Ze vertelt dat ze altijd al zangeres had willen worden: dat ze eigenlijk Henny Bakkum heet, maar nu thuis ook Hanny wordt ge noemd; dat een onbekende des tijds naar de lei'deir van de Re kels had geschreven en hem op Hanny attent had gemaakt, toen er een nieuwe zangeres werd gezocht vanwege de ruzie met Corry. WE HEBBEN HET ERG DRUK 'Mijn moeder en ik kochten al tijd de nieuwste platen van Corry en de Rekels. Van de bandrecorder schreef ik dan re geltje na regeltje op en zo leer de ik de liedjes. Ik zong ze gewoon na'. Haar ouders ziet de zestienjari ge Hanny niet zoveel meer. Hanny woont nu bij haar mana ger in Den Bosch en alleen op de zeldzame vrije dagen wipt ze erven over naar Alkmaar waar haar vader kortgeleden 'n snack bar opende. Tk bel veel op naar huis', zegt ze. 'Dan vraagt m'n moeder alles en dan vertel ik. Jammer dat ik niet meer thuis woon? Oh, we hebben het zo druk. Af en toe heb ik geen tijd om adem te halen. We moeten bijna iedere avond op treden en lig dan niet voor drie of vier uur in bed. Je hele dagindeling is anders. Ik slaap tot twaalf uur uit Of ik licha melijk sterk ben? Ja, ik geloof van wel. Ik ben wel vaak ver kouden en dat merk je met zingen. Nou dan zing ik niet het hele lied 'Mario', alleen het eerste gedeelte.' Wanneer Hanny een portie pa tates frites, een fricandel speci aal en een kop koffie naar bin nen heeft gewerkt, vertrekken we naar de kamer achter het toneel van het verenigingsge bouw. De Rekels werpen zich daar op enkele 'Suske en Wis- ke' stripboeken en al snel komt de voorzitter van de Oranjever eniging binnen. Hij heet Klaas Ihrman, is 23 jaar en van be roep bouwvakker. 'Eens in het jaar houden we een feestavond', meldt hij. 'We hebben al eens John Woodhou- se hier gehad voor de postdui venvereniging en nu dan Hanny en de Rekels. De entreegelden zijn zo hoog omdat de kas van de Oranjevereniging wat bijge- spekt moet worden en tja, die artiesten kosten ook geld. Hanny en de Rekels vragen bij na tweeduizend gulden. Wat de Oranjevereniging nog meer doet? Nou, met de bevrijding gaan we weer feest vieren, maar dat is nog niet zeker, want we wachten af wat het landelijk gaat worden. Verder moeten we zo langzamerhand eens gaan denken over de festiviteiten ter gelegenheid van het regerings jubileum van Hare Majesteit. Dat is volgend jaar.' Intussen hebben al een paar honderd Ouddorpers zeven gul den vijftig entreegeld neerge teld en loopt de zaal vol. Het ruikt er net als in de kerk naar pepermunt en eau de cologne. Met roodverbrande koppen lo pen de mannen heen en weer met flesjes bier, want ze weten het: straks als de artiesten zin gen en spelen mag er niet meer gelopen worden. IK LEES GEEN KRANTEN Hanny vertelt over de voor- en nadelen van het Rekel-zijn. Een vriendje erop nahouden kan ze niet, 'anders zou het de volgen de dag in de krant staan.' Zelf leest ze geen kranten, 'want er staat allemaal politiek in. We hebben thuis de TeleVizier en ik lees Tina en Donald Duck. Het laatste boek dat ik gelezen heb? Ik geloof dat het 'Alleen op de wereld' was'. Heeft Hanny niet een erg ver drietig leven? Steeds maar op treden, midxlen in de nacht thuiskomen en geen gewone vrienden en vriendinnen meer. Hanny: 'Nee hoor, ik ben erg gelukkig. Ik heb er zoveel ande re dingen voor in de plaats. Dat Max in de confectie Voortaan hoeft geen mens meer drieduizend gulden voor een ont werp van modeontwerper Max Heymans neer te tellen, liet is heel simpel geworden: voor confectiefabriek Plaza ontwierp de grote kunstenaar een serie modellen die over een week of wat in de 'betere modezaken' hangen. Op de foto links een ontwerp van Hey mans uit de collection Diffusion voor Plaza en rechts een echt couture-ontwerp van hem. Weinig verschil dus tussen het 'echte' en de 'confectie'. Wat heet: de confectiemodellen zijn véél leuker de mensen het fijn vinden als je zingt. Dat is toch leuk?' Die liedjes die je zingt, vind je die teksten niet onzinnig? 'Nee, waarom', het zijn levens liederen. Kijk, wat de Zange res zonder Naam zingt, dót zijn smartlappen. Ik zie het zo: als de meeste mensen het mooi vin den, dan is het mooi. Nee, de teksten vind ik mooi, anders zong ik ze niet.' Hanny gaat zich verkleden: een bruine broek met een bijpassend hesje met daaraan oranje franje. De voorzitter van de Oranjevereni- Eleni Voulgari moet vrij In 'Dag maandag' van vorige week stond het verhaal over Rnth Breunls, de stuwende kracht achter 'Amnesty Interna tional', een organisatie die zich Inzet voor politieke gevangenen. Wat kunnen we zélf doen voor de mannen en vrouwen die vaak zonder vorm van proces jarenlang worden vastgehouden en die een mensonterende be handeling krijgen, waarbij mar telen eerder regel dan uitzonde ring is? Lezers en lezeressen van Trouw/Kwartet kunnen iets doen voor deze mensen door hun een briefkaart te sturen met een wens, of een blijk van medeleven. Als eerste 'adopte ren' we ELENI VOULGARI, een Griekse vrouw die in 1966 door de politie werd opgepakt omdat ze twaalf jaar geleden haar zwager, die communist was, onderdak had verleend. Eleni was toen ln verwachting en in 1967 werd in de gevange nis haar zoon geboren. Drie jaar lang mocht ze die bij zich houden, totdat het regime het nodig vond om de wet te hante ren die zegt dat kinderen die ouder zijn dan drie Jaar, niet meer bij de moeder in de ge vangenis mogen zijn. De zoon van Eleni Voulgari is nu onder gebracht bij familie. Eleni is tot tien jaar gevangenisstraf veroordeeld, zuiver en alleen om het feit dat ze destijds haar zwager had verborgen. De gezondheidstoestand van Eleni is niet ai te best Daarom voert Amnesty International constant actie om haar op me- Eleni Voulgari dischc gronden vrij te krijgen. In honderden gevallen hebben de briefkaarten die naar gevan genissen en staatshoofden zijn gestuurd eraan meegewerkt dat er gevangenen eerder vrij kwa men cn/of dat hun toestand verbeterde. Dat moet nu ook met Eleni Voulgari gebeuren! Stuur een briefkaart aan: Miss Eleni Voulgari, Korydallos Pri son, Pireaus, Athene, Grieken land. Ook kunt u een briefkaart sturen aan Mr. George Papado- polous, Prime Minister, Panaia Anaktoria, Quecn Sovia Avenue, Athene, Griekenland. Op deze laatste briefkaart moet u erop aandringen bij de heer Papado- polous om Eleni vrij te laten. Ook kunt u zich opgeven als lid van Amnesty International, postbus 6262 in Amsterdam. Stuur kaarten, zoveel u kunt Eleni móet vrij. Appelen met braadworst 500 gr. braadwordt suiker, boter kaneel, rozijnen 750 gr appelen citroenrasp Mannenmode krijgt een luchtje Het blijft een heel gedoe om behoorlijke mannenmode te ontwer pen. De confectie-industrie gelooft dat vooral veel vrouwen daarvan de schuld moeten krijgen. Want voor tachtig procent is het zo dat die vrouwen meegaan om 'manlief' een nieuw pak te kopen. En vrouwen zijn voor zichzelf wél progressief, maar ze laten hun ega er het liefst zo ouderwets mogelijk bijlopen. Daarom hier een paar voorbeelden van 'keurige' maar toch vooruitstrevende 'pakken': velourskostuums van The Society Shop. Overigens lopen mannen ook niet hard wat betreft 'luchtjes'. Zeventig procent van de man nen in ons land gebruiken een after-shave. Het zijn de voorzichtige geurtjes zoals Tabac, Fresh-up en Old Spice. Maar al met al tóch een omzet van ruim 23 miljoen gulden in 1970. ging kondigt het optreden aan. Hij maakt ook van de gelegen heid gebruik om te zeggen dat men lid kan worden van de vereniging cn dat er straks ook nog een verloting is met vele fraaie prijzen, waaronder een hobbelpaard en een levende haan. En dan gaat Hanny onder luid applaus het podium op. Ze zingt over Mario, die ze zo lang heeft gekend en waar ze nu al vele nachten op ligt te wachten. Dat rijmt. En zo hoort het ook met levensliederen. Het vak vari Milly Scott 'Als ik zo nu en dan een avond eens niets te doen heb, krijg ik gewoon de kriebels. Dan grijp ik m'n agenda en roep 'hoera' als ik de eerstvolgende datum zie, dat ik weer kan zingen. Ik vind dit, ondanks de teleurstel lingen die je er in opdoet, een héérlijk vak', meent zangeres Milly Scott. Ze vindt het alleen wel verdrietig dat er maar wei nig mensen die nog van echte jazz houden, want dót zingt Milly het liefste. 'Ik moest con certpianiste worden, maar nog tijdens mijn conservatoriumstu die ontdekte Toon Hermans me witte wijn Schil de appels, het klokhuis eruit halen en in acht partjes snijden. Bestrooi de stukjes met kaneel en suiker en voeg er mieteen 125 gr rozijnen aan toe Laat dit appelmengsel een uur trekken. In een pan de braad worst in 50 gr. boter aanbraden en het appelmengsel er over heen strooien met wat citroen rasp. Het deksel op de pan en de boel ongeveer twintig minu ten laten smoren. Keer af en toe de stukjes appel voorzichtig om. Vlak voor het opdienen een glas witte wijn toevoegen. Menutip: appelen met braad worst, aardappelpuree, gemeng de sla, chocoladepudding. voor zijn show. Sindsdien heb ik zowat alles gedaan wat er in dit vak gedaan kén worden'. Milly Scott De redactie behoudt ilch het recht voor om ter opname la deze rubriek ontvangen me ningsuitingen verkort weer te geren. BIJ publlkatte wordt met de naam van de Inzender ondertekend. Brieven kunnen wor- den gezonden aan dc heer Job. C. Francken. secretaris van dc hoofdredactie van Trouw- Kwartet, Postbus S5S. Amsterdam. Palestijnen Als rcaktie op het ingezonden stuk 'Medeschuldig' (Tr/Kw 12.9.) zou ik gaarne enige historische feiten ge plaatst zien alvorens de lezers het schuldig of medeschuldig uit gaan spreken. Vier eeuwen ling had het gebied dat nu Libanon Syrië, Israël en Jordanië omvat deel uitgemaakt van het Turkse rijk dat in 1918 in elkaar stortte. De schaarsbevolkte Turkse provincie werd geteisterd door armoede en ziekten. In opdracht van de Volkenbond kwamen Libanon en Syrië onder Frans, Palestina onder Engels mandaat te staan. Na korte tijd werd door de Britten het gebied ten oosten van de Jordaan tot het koninkrijk Jordanië verheven en sjeik Abdoellah, de grootvader van koning Hoessein, werd de eerste Jordaanse vorst. Hij veroverde in 1948 die gebie den ten westen van de Jordaan die door de V.N. bestemd waren voor een Arabisch Palestina naast een Joods Palestina, benevens een deel van de stad Jeruzalem, Het door agressie ver kregen gebied werd zonder blikken of blozen geannexeeerd zonder dat de volkerenorganisatie zich erom bekom merde en zonder dat de oorspronkelij ke bewoners van de Westbank er in gekend waren. Want, noch tijdens de 400 jaar durende overheersing door de Turken, noch tijdens het mandaat van de Britten had het Palestijnse volk zich als zodanig gemanifesteerd. Ook niet tijdens de 19 jaar durende bezetting door Jordanië. De klemmen de vraag is waarom het in 1947 niet de kans heeft gegrepen een Palestijnse staat op te richten toen het daartoe in de gelegenheid werd gesteld. Het verdelingsplan van de V.N. werd una niem verworpen, men eiste alles. Men droomde van kastelen die luchtkastelen bicken te zijn. Men spreekt van 700.000 personen die het land verlie ten en in vluchtelingenkampen van de V.N. werden ondergebracht. De 200.0000 die zich niet door de Arabi sche heersers hadden laten ophitsen (hun aantal is inmiddels verdubbeld) kunnen zich niet alleen vrij bewegen, maar hebben ook alle politieke vrij heid die menig burger in niet nader te noemen landen zich zou wensen. Posten als vice-voorzitter van het par lement en min. van volksgezondheid zijn in Israël aan Arabieren toegewe zen. Wie waren nu precies die 700.000 die in 1948 het land verlieten toen de Joden het hun toegedachte deel wel tot de staat Israël uitriepen? Voor een deel misschien de oorspronkelijke bewoners, maar het overgrote deel was pas het land binnengekomen na dat, het moet erkend worden, de Jo den de verwaarloosde grond tot ont wikkeling hadden gebracht. Toen, als gevolg vam de economische crisis in de jaren '30, in de hele wereld onge kende armoede en werkloosheid heer ste was in Palestina geld te verdienen en was er een tekort aan arbeids krachten. Uit de omringende Arabische landen maar ook uit Afrika (vooral in Gaza terug te vinden) kwamenl zoals men dat nu noemt, gastarbeiders het land binnen. Cijfers uit de Britse mandaattijd spreken van: Arabieren in 1918 - 300.000, in 1936, 800.000, in 1948 - 1.200.000. Een aanwas van 900.000 man waarin echter verdiscon teerd is een verhoging van het ge boortecijfer en een verlaging van het sterftecijfer als gevolg van betere le vensomstandigheden. Toen in 1936 door de Britten de immigratie van Joden sterk was beperkt als gevolg van het in groten getale toestromen van Duitse Joden bleef de stroom van gastarbeiders uit de omringende lan den aanhouden en overtrof het aantal uit Syrië afkomstige Arabieren zelfs da» van de Duitse Jcden. Hun landen van herkomst (paspoorten bezaten ze niet toen ze daar wegtrokken) hebben hen niet weer opgenomen, toen de zaak anders uitpakte dan ze verwacht hadden. Palestijnen zijn Arabieren, maar Arabieren zijn daarom nog geen Palestijnen. De bewoners van de Noordafrikaanse landen zijn welis waar Islamieten maar geen Arabieren. De Palestijnen van de Westbank na men de vluchtelingen niet op omdat ze van vreemde origine waren. Om dezelfde reden werden ze miet opgeno men door de Noordafrikaanse landen die de Joden verdreven hadden maar de Arabieren eveneens a,s vreemde elementen beschouwden. Dit is onge twijfeld triest, zeer triest voor de veelal onderontwikkelde slachtoffers. Men kan zich afvragen hoe anders het had kunnen zijn als er 25 jaar gele den inderdaad een Palestijns volk had bestaan met bekwame leiders die hun beste krachten zouden hebben gege ven om hun broeders op een hoger sociaal en economisch niveau te bren gen in een eigen Palestijnse staat naast een Joodse staat. Parijs Gallet Basjousef Martelingen Gedurende de laatste tien jaar heb ik. sedert mijn ogen ervoor geopend wa ren, gemerkt dat veel Joden lijden onder het optreden van de Tsionisten in Palestina. Zij redeneren: moeten wij die.nu.Vult u zelf maar in! Nu de zaak van de martelingen aan de orde is gekomen, is er aan het lijden van deze Joden weer iets toege voegd. want de staat 'Israël' doel in dit opzicht op zijn minst niet onder voor de rest van de wereld. De docu mentatie daarover heeft Amnesty In ternationaal en u kunt die opvragen als u dat wilt. Uit wat ik in Tr.-Kw. van 25 sept. las moet ik wel opmaken dat mevrouw Ruth Breunis iemand is die het hart op de rechte plaats heeft. De redactie heeft echter een stuk gebracht, waarin zij zeer duidelijk een Davidsster draagt. Maar in het relaas wordt 'Israël' als mede-martelende in stantie niet genoemd. Daarmede werd mevrouw Breunis groot onrecht aan gedaan, want zij moet daaronder lij den. Er zijn Joden en Joden en vooral tegenwoordig moet men dat onderscheid scherp in het oog hou den. Ruurlo dr. E. B. PloolJ Niet cadeau (2) De bewering in het schrijven van de heer Sekan in Tr.-Kw. van 26 sept. dat de Palestijnse vluchtelingen opzet telijk niet terugkeerden om hun leed aan te tonen is volstrekte larie. Hoe- velen zijn er niet, bij pogingen om over de wapenstilstandlijnen naar hun bezit in Israël terug te keren, door Israëlische patrouilles overhoopge- schoten. Verder: de Arabische staten weigerden de vluchtelingen op te nemen. Ik zeg niet, dat ze hen graag wilden opnemen, maar: de geschoolde Palestijnen vonden wel werk in de Arabische wereld de agrariërs (die in de kampen bleven, 70 pet. van het totaal) konden niet terecht wegens tekort aan bescli'kbare grond: boven dien verzetten deze kampbewoners zich heftig tegen een permanente her vestiging buiten Palestina (zie: John H. Davis: The evasive peace, p. 62, 63 en 64). Utrecht A. W. van der Kooij Niet linkser In Tr.-Kw. van 25-9-72 laat de CHJO- voorzitter, de heer Chris van Gulik zich erg negatief uit over de kandida tenlijst van de CHU. Dat de heer Van Gulik teleurgesteld is, is begrijpelijk, maar hoeft geen verbazing te wekken. Sinds de progressieve krachten bin nen de CHU overgingen naar de PPR (vorig jaar nog de heer Folkert Boersma), is de CHU er bepaaldelijk niet linkser op geworden. Integendeel, deze partij, verkocht als zij is aan de WD, heeft consequent een rechtse politiek gevoerd. Van een andere koers is niets te bespeurengeweest. Ook het Tweede-Kamerlid van de CHU de heer J. Huijsen, voor CHU- begrippen een linkse persoon (let wel, voor CHU-begrippen), heeft geen enkele poging ondernomen om opposi tie te voeren tegen het beleid van het kabinet-Biesheuvel. Dit stemt tot nadenken. Als de heer Van Gulik werkelijk een progressief beleid voorstaat, zal hij wel consequent moeten zijn. Bewapening Op het provinciale congres van D'66 (16-9-72) in Rotterdam heb ik ge vraagd, hoe het komt dat D'66 ka merleden in bewapeningszaken onder de progressieven altijd het meest rechtse standpunt innemen. Wordt men hierin gesteund door de ach terban? Verdraagt een dergelijke stel- lingname zich met het rapport- Mansholt, dat de bewapeningswedloop als de hoofdoorzaak van veel ellende ziet? Een stemming hierover wees uit dat 36 pet van het meest establish- mentachtige deel (kamer-, staten-, raadsleden en afdelingsbestuurders) uit deze niet meest progressieve regio van D'66, de PvdA-D'66 formulering over onze verhouding tot de NAVO vervangen wilde zien door de PPR formulering, 9 pet onthield zich van stemming en 55 pet was voor handha ving van het 'officiële' standpunt. Het geschrift van prof. Verkuijl en Bas de Gaay Fortman over de bewapeningse- thick zaait ook binnen D'66 in vrucht bare aarde. Bodegraven A. Koolma ADVERTENTIE1 Harderwijk P. Schilderman 5?oitnÊöe£

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1972 | | pagina 6