Topsport als nationaal uithangbord' S'é Sportmensen als pionnen München 1972 Wat is er mooier dan als Oostduitse ploeg een werel drecord te zwemmen in het bad van je Westduitse gastheren. Andrea Eife, Sylvia Eichner, Elke Sehmisch en Kornelia Ender hebben na de series van de 4 x 100 m vrijeslag dan ook alle reden tot lachen. In de finale raakten de Oostduitse meisjes het record evenwel kwijt aan de plpeg van de Verenigde Staten. Oost-Duitsland eindigde wél voor West-Duifcsland en ook dat is in de prestigestrijd belangrijk. Goud voor West-Duitsland. Heidi Rosendahl zorgde met een verte- sprong van 6.78 m. voor het eerste grote Westduitse succes. Goud voor Oost-Duitsland. Karin Janz (midden) veroverde bij het toestelturnen twee keer een gouden medaille. Bij de brug ongelijk en de paardsprbng, Haar landgenote Erika Luohold (links op deze fo- (to) was goed voor zilver. Rechts de Russische Ljoedmilla Toeristsje- 0OK IN DE SPORT ging de DDR na de tweede wereldoorlog met een achterstand van start. Zoals Walter Ulbrichts kameraden geen dollars kregen toegeschoven om niet alleen het puin te ruimen maar ook te herbouwen, zo mis ten zij in de sport ook de steun van geroutineerd kader. Toen Duitslands westelijk deel in 1949 een Olympisch Comité kreeg on der aanvoering van Hitlers laat ste Reichssportführer Karl Ritter von Halt, was men in het oostelijk deel nog bezig een kader op te bouwen dat van Nazistische smet ten vrij moest zijn. Pas twee jaar later, toen Statins plan I om een eigen communistisch sport- feest te houden was mislukt en de Sovjet-Unie alsnog naar Olympische erkenning streefde, richtte de DDR zich tot de internationale Olympische beweging. Olympisch voorzitter Karl Edel kreeg echter te horen dat er al een Duitsland was aangesloten en dat er maar over één gezamenlijke ploeg moest worden onderhandeld. Het sprak voor het IOC vanzelf dat de Westduitse inbreng het grootst moest zijn, niet alleen was de Bondsrepu bliek drie keer zo groot, maar ook sportief gezien hadden ze 'aan de andere kant' een aanzienlijke voor sprong. Er volgde een reeks onder handelingen, waarin de DDR klap op klap te verwerken kreeg: één keer zelfs werd, wegens de gebrekkige be heersing van de Franse taal, in Lau sanne het eigen Olympische 'doodvon nis' getekend. Omgedraaid Uiteindelijk kwam toch, zij het knar setandend, een gezamenlijke ploeg tot stand, voor het laatst in 1964 in Tokio. In 1968 had de DDR in Mexico zijn eigen ploeg en de rollen waren toen reeds zo volledig omgedraaid dat de Oostduitsers aan de Westduitse artsen voor hun zieke atleten medica menten aanboden. Het Oostduitse ar gument: wij hebben ze toch niet no dig. Eerst hadden jullie ('Die drliben') een grote mond, nu strompelen jullie achter ons aan Maar niet alleen pp het sportveld had de DDR de Bondsrepubliek toen al overvleugeld: de DDR was ook opge rukt in de internationale sportbon den, waar de Oostduitsers 115 functies tegen de Westduitsers 90 vervullen, de boycot van de NAVO was afge brokkeld doordat steeds meer bonden om moeilijkheden te voorkomen naar menleving waar niets voor niets gaat en alles zijn prijs heeft, zijn derge lijke geschenken op zijn zachtst ge zegd verdacht. Met welke argumenten Neckermann het geld loskreeg, staat te lezen in het Westduitse blad voor werkgevers. Daarin zette hij het waarom uit: 'Topsport is heden ten dage een nationaal uithangbord, niet alleen voor jonge naties. Staat en maatschappij worden, meer dan ooit, door hun topsporters vertegenwoor digd'. En in een bedelbrief schrijft hij: 'Het sportieve succes geldt als een graadmeter voor het prestatie-vermo gen van een volk'. Topsporters worden hierdoor een mid del om te laten zien hoe ver het land, de industrie is. Voor de Euro pese atletiekkampioenschappen in Hel sinki, vorige zomer, wees Neckermann Oost-Europa uitweken en in 1969 prees Avery Brundage, voorzitter van het IOC, de DDR als het land waar de Olympische idealen voorbeeldig wor den nageleefd. De vooruitgang is niet uit de lucht komen vallen. Walter Ulbricht kwam er snel achter dat 'sportieve prestaties tevens onze grote successen bij de herbouw van ons land aangeven' en met man en macht werd in de jaren vijftig en zestig aan de topsport ge sleuteld. De techniek en de wetenschap werden ook voor de sport aangewend met als gevolg dat bijvoor beeld de sportgeneeskunde in de DDR op ongekend peil staat. De hoge school voor sport in Leipzig id wereldberoemd, in instituten worden nieuwe materialen ontwikkeld. Zo werd onlangs in het instituut Manfred von Ardenne in Dresden een roeiboot van kunststof gebouwd, die lichter is dan welke andere boot ook. De vlucht die de topsport in de DDR heeft genomen, is zo groot dat zelfs het grote voorbeeld, de Sowjet-Unie, om raad komt. In 1966 bezochten de atletiektrainers Boechanow en Gri- galka de DDR voor een studie en in die zomer van 1971 gingen Oostduitse experts naar het oosten om de zwakke plekken in het Russische sportsysteem aan te wijzen. Ook ontwikkelingslan den, uit Afrika en Azië, komen op studie-bezoek en zelfs Frankrijk is om raad gekomen. Hiërarchie Aan liefhebbers voor de topspport bestaat geen gebrek aan talenten ook niet, want die worden reeds vroeg geselecteerd en gespecialiseerd. Wie er komt, is verzekerd van een uit stekende plaats in de socialistische hiërarchie. Naast hard en met overgave trainen, hoef je niet veel te doen. Je hoeft alleen maar wat over te nemen van wat de sportideologen je voorhou den. De gevluchte kanovaarder Wulf Reinicke: 'De enige opdracht luidde voorlaatste te worden wanneer een sportman uit de Bondsrepubliek op de laatste plaats eindigde'. Met München in zicht kreeg dit nog een extra en vrolijk begniffelend ontvan gen dimensie, want München biedt de uitstekende gelegenheid om op kosten van 'Die drüben' en in door hun voor veel geld gebouwde stadions een onge kende propaganda voor de DDR te maken: wat is mooier dan de klasse vijand op eigen grondgebied te ver slaan? Topsport legt de Oostduitser geen windeieren de materiële voordelen zijn ongekend. Je bent verzekerd van een overvloed aan voedsel en fruit en de gevluchte zwemmer Axel Mitbauer meldde een omvangrijk hamster systeem voor 'thuis'. Ook mag je alles meenemen vanuit het buitenland, want (alweer volgens Mitbauer) een overwinning geeft je het recht op smokkelen. Maar ook Marken liggen voor de topsporter klaar. Via het onderscheidingssysteem bijvoorbeeld. Topsporters worden in de DDR snel van onderscheidingen voorzien en aan zo'n penning is een geldbedrag ver bonden. Dat bedrag krijg je ieder jaar uitbetaald, veertig jaar lang, als een soort rente, maar de mogelijkheid bestaat alles ineens te ontvangen. Werken is er nauwelijks bij: be drijven moeten plaatsen voor kader openhouden, die dan door topsporters worden bezet. Vaak komen ze echter nooit op het bedrijf, maar vullen ze hun dag aan met het houden van lezingen. Kogelstootster Margitta Gummel reed na haar overwinning op de Spelen in Mexico in een rode Wartburg met het kenteken SC 1961 SC staat voor sport club, met 19,61 meter werd zij Olympisch kampioene. Beloning Prestaties worden echter, zo meldde het Westduitse weekblad Der Spiegel, ook op nog directer wijze beloond. In 1960, na de Spelen in Rome, kregen de deelnemers in het Astoria hotel in Leipzig van een onbekende man (al snel de 'kerstman' gedoopt) één voor één een blanco enveloppe met geld zonder kwitantie, maar onder de strengste geheimhouding. Een gouden medaille in Mexico zou al goed zijn geweest voor 50.000 Mark. De premies in de hoogste voetbalafdeling verschil len nauwelijks van die in de Bundes- liga nauwelijks te bewijzen feiten, waarvan de Westduitse zwemtrainer Gerhard Hetz een witboek wil aanleg gen. Het wordt dan echter een kinder lijk weiles-nietes, want de Westduitse amateurs worden door Neckermanns Sporthilfe betaald, terwijl in het West duitse amateur-voetbalelftal dat aan de Spelen deelneemt, ook spelers uit de Bundesliga uitkomen. Sport is in de DDR echter niet alleen topsport mag bovendien een unieke wekken dat je er heel wat in kunt bereiken als je maar hard genoeg werkt en goed genoeg luistert, topsprot mag bovendien een unieke diplomatieke functie vervullen en niet op de laatste plaats een voor de ideologie ongevaarlijke vorm van mas sa-amusement zijn het belang van de breedtesport heeft de DDR daarbij nooit uit het oog verloren. Steunend op een tweeslachtige achtergrond uit de vorige eeuw (enerzijds de 'turnva- der' Jahn die de jeugd wilde trimmen in verband met de revanche op Na poleon en anderzijds Marx die het zelfde wilde vanwege de bevrijding van de arbeidersklasse), is in gelijke tred met de tcpsport de massa-sport gestimuleerd. Het gebrek aan bewe ging, dat de Westduitse economie jaarlijks 10 miljard Mark kost, is in de DDR uitstekend bestreden. In 1959 nog hield Walter Ulbricht voor dat iedereen een keer in de week aan sport moest doen. vier jaar terug was dat al 'meerdere keren'. DE SPORTHILFE WORDT in de Bondsrepubliek graag vergeleken met de brandweer: de gelden die de door Josef Neckermann ge- inspireerde industriëlen de West duitse topsporters toeschoven, zouden juist op tijd de brand heb ben geblust. Hoe Neckermanns bluswerk heeft geholpen, blijkt echter eerst volgende week, wan neer aan het eind van de Spelen een balans kan worden opge maakt. Wat in ieder geval wel vaststaat, is dat het ingrijpen van de man die zich via een postorderbedrij en vliegreizen een aanzienlijk kapitaal heeft ver gaard, hard nodig was. De Westduitse sportwereld vertoonde een chaotisch beeld, er moest nodig orde op zaken worden gesteld. München 1972 en de steeds benauwender concurrentie van de DDR vormden de directe aanlei ding tot het ingrijpen. GUnther Pels- henke, een van de directeuren van de Sporthilfe, zei in die dagen: 'Wanneer wij in München ons land goed willen vertegenwoordigen, moeten we ook de basis leggen'. Georg von Opel, gaf, naast het finan cieel steunen van topsporters, nog een andere weg aan: 'Wij moeten einde lijk dynamische persoonlijkheden in de bondsbesturen krijgen, mensen die zich in denken en handelen oriën teren op de industrie'. Efficient De Sporthilfe nam de taak van het Deutsche Olympische Gesellschaft, dat officieel de sportmensen moest steu nen maar sinds de oprichting in 1951 nog nooit bijeen was geweest, over en begon met het inzamelen van gelden. Neckermann, al snel de succesvolste bedelaar genoemd, werkte efficiënt en zette een bedrijf op waar vrijwel niets (drie procent) aan de strijkstok blijft kleven. Het gevolg is dat tot einde 1973 35 miljoen mark aan sportmen sen is en kan worden uitgekeerd. De Sporthilfe werkt volgens de laatste principe van het moderne mana gement, het is een bedrijf van techno craten die hun scholing op andere terreinen van de samenleving hebben gehad. Een wrijving met de traditio nele bondsofficials was dan ook on vermijdbaar. Het deerde Neckermann niet. Drie In de nationale prestigeslag doen ook de atleten zelf tot het uiterste mee. Werner Lampe, de Westduitse zwemmer, liet zich er zelfs kaal voor scheren. Dat scheelt, zo argumen teerde hij, wellicht net die paar fracties van een seconde, die mij op het erepodium kunnen brengen. Op de 200 meter vrijeslag slaagde hij. Hij veroverde het brons. Op de foto links Lampe met het kaalgeschoren hoofd in het water na de race, op de foto rechts Lampe met pruik op het erepod ium naast de klappende Mark Spitz. keer per maand verscheen hij voor de televisie om zijn nobele doelen uiteen te zetten, het boulevard blad Bild van uitgever Axel Springer zette zijn lezers aan het 'denken' door, hun wegen te laten verzinnen om nog meer geld voor de sportmensen bijeen te krijgen. De industrieën kwamen royaal over de brug, de miljoenen stroomden toe. De rijkste mensen uit de Bondsrepubliek mochten voor veel geld op een bal de topsporters in levende lijve bewonderen, sterren als Catherina Valente en Udo Jürgcns werkten belangeloos mee aan een grammofoonplaat. Toen dat ook nog niet voldoende was, werd nog een beroep op de burgers gedaan en niet tevergeefs. Het gulle geven mag op zijn minst verwondering wekken in een sa- in een toespraak de atleten erop dat zij ook het bedrijfsleven vertegen woordigden. En dat is van belang voor een man als Neckermann, die niet nalaat te wijzen op de 'maat schappelijk politieke concurrentie met de socialistische landen', en die ook van mening is dat 'wanneer de Duitse economie internationaal weer een goe de naam heeft gekregen en de presta ties op bijna alle andere gebieden op velerlei wijzen vooruitgaan', je je geen middelmatige sport kunt veroorloven. Want dat past niet in het beeld van het nieuwe Duitsland dat in München moet worden getoond. De mensen die hun geld in de top sport hebben geïnvesteerd, willen dan ook resultaten zien. Dat houdt in dat de Sporthilfe in de eerste plaats pres taties honoreert: wie achterblijft en niet meer voldoet aan de gestelde eisen in de diverse klassen, wordt op straat gezet. Zo werd vorig jaar schoon schip gemaakt en 700 sportmensen uit de Sporthilfe ge stoten. Om, zoals Bild het uitdrukte, het kaf van 't koren te scheidien. Wat diat betekent, illustreerde het feit dat er sportmensen zijn die meer dan 1.000 Mark in de maand (via een mentor, anders zouden ze geen ama teur meer zijn) ontvangen. De Sport hilfe is daarom ook voor veel mensen (onder die de Nederlander Ad Pau- len) een onaanvaardbaar instituut. Hartaanval Het betalen van prestaties en het voorbijstappen aan de mens kan ui terst kwalijke gevolgen hebben. Steun van het Neckermann-fonds schept ver plichtingen: trainingen kunnen niet meer worden overgeslagen. Toen de roeier Hen een hartaanval kreeg, gaf een official toe dat deoorzaak wel eens in het feit kon liggen dat hij zich overtraind had om de steun van de Sporthilfe te kunnen behouden. Toch stappen slechts enkele sportmensen discuswerpster Brigitte Berendonk, hordenloper Rainc-r Schubert) aan de geldelijke aanbiedingen voorbij. De anderen gaan, vervuld van dank baarheid jegens de gulle gevers, door. Als arme, uitgeperste slaven van maatschappelijke belangen, zoals do minee Hagelsbach uit München schreef. Of, zoals Rainer Schubert in dezelfde geest zei: als onvrijwillige mannequins voor ideologieën en pro- dukten waarmee ze zich niet identifi ceren. Hans. Schmit QRP MÜNCHEN Bij het verwerven van nationaal aanzien spelen, zo merkte de vermoorde Amerikaanse president John Kennedy reeds op, ruimtevaarders en sportmensen een belangrijke rol. Sinds 1952, toen in Helsinki de Sowjet Unie voor de eerste keer aan de Olympische Spelen deelnam, richtte de aan dacht van de wereld zich dan ook vooral op het aantal medailles dat door de Russen en Amerikanen werd veroverd. Sportmensen zijn in dit spel reeds lang niets meer dan pionnen alleen de jonge Afrikaanse landen echter geven onverbloemd toe dat het uitzenden van atleten naar een gigantisch festijn als de Olympische Spelen in de eerste plaats een politieke daad is, namelijk het opvijzelen van het nog geringe nationale prestige. In München echter spitst de strijd zich niet meer toe tussen de Verenigde Staten en de Sowjet-Unie. Op het Oberwiesenfeld staan vooral de twee Duits- landen tegenover elkaar, als twee met gelijke rechten behandelde staten. Aan dé ene kant de grote en machtige Bondsrepubliek, door het economisch won der van na de tweede wereldoorlog een rijke gigant aan de andere kant de kleinere Duitse Democratische Republiek, die zich veel moeizamer aan de gevolgen van de oorlog heeft ontworsteld maar waar zich op sportief gebied een wonder heeft voltrokken. Hoewel het land tussen de Elbe en de Oder nog geen 18 miljoen inwoners telt, vijf keer zo klein is als bijvoorbeeld Frankrijk en nog steeds aan het economisch herstel bouwt, exporteert het communistische Duitsland sport in ongekende mate. Juist in de Bondsrepu bliek, waar het feit dat Duitsland in twee stukken (volgens sommigen zelfs in drie stukken) is gedeeld nog steeds steekt, moet de vlag van het land dat lang bitter de 'zogenaamde DDR' werd genoemd, wapperen moet Johannes Bechers lied 'Aus ruinen erstanden' klinken. Voor enkele miljoenen toeschou wers en een miljard televisiekijkers moeten de diplomaten in trainingspak strijden voor erkenning van de DDR. Jaren terug al merkte Walter Ulbricht op dat 'sportmensen uit de DDR op het hoogste platform het beste antwoord is aan de Westduitse revanchisten'. De Bondsrepubliek zag het gevaar op eigen grond te worden verslagen tijdig in. Kort nadat de Spelen München waren toegewezen, startte grootindustrieel Josef Neckermann zijn 'Sporthilfe', een stichting die de Westduitse topspor ters in staat moest stellen zich onbekommerd op het feest in München voor te bereiden. Neckermanns credo: sport is het uithangbord van het nationaal presteren, van de economie, de vooruitgang en de welvaart. TROUW/KWARTET ZATERDAG 2 SEPTEMBER 1972 SPORT T21/K21 'DE KLASSE-VIJAND OP EIGEN BODEM VERSLAAN'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1972 | | pagina 21