de zuiverheid
van het bestaan
dichtbij
inspraak (I)
Inspraak (II)
Neem je grootje in het ootje
anti-hippie
ei
kbladenweekbladenweekbladen w
TROUW/KWARTET DONDERDAG 3 AUGUSTUS 1972
Binnenlnnd T5/K7
Commentaar
Het bestuur van de ARP heeft niet de
geforceerde beslissing willen nemen om
ook bij vervroegde verkiezingen in no
vember of in februari al samen met de
KVP en CHU met één lijst uit te
komen. In de nota van de Contactraad
waaronder de handtekeningen staan
j van de voorzitters van de drie partijen
wordt een gezamenlijke lijst aanbevo
len, maar dan voor de verkiezingen die
I onder normale omstandigheden in
1975 gehouden zouden worden. De
leden van de partijen houden in dit
geval alle gelgenheid om mee te den
ken en mee te beslissen over de fusie
met de andere confessionele partijen.
Van de ARP is bekend dat ze vergele
ken met de andere grote partijen naar
verhouding meer leden en ook meer
meelevende leden heeft, die zich in de
I kiesverenigingen plegen te laten horen.
Het is dan ook niet zo verwonderlijk
dat de statuten van de partij bepalen
dat besluiten over fusie met een meer
derheid van tweederde genomen moe
ten worden door de partijraad 'en de
kiesverenigingen. Die bepaling is onge
veer een jaar oud. Eerder lag een
dergelijke beslissing bij de befaamde
deputatenvergadering, die bestond uit
i rechtstreekse afvaardigingen van de
kiesverenigingen. Het was wijs, dat
men de kiesverenigingen deze bevoegd
heid niet heeft willen ontnemen en de
democratie in de partij zo geen geweld
heeft aangedaan.
Er beslaat nu een heilzame tijd (trou
wens ook voor de CHU en de KVP)
om zich verder op de fusie te bezinnen.
Temeer omdat in de ARP velen zich
ongerust maken dat door de fusie de
deconfessionalisering wordt versneld
en het principiële karakter van de
partij voor een deel verloren gaat. In
een artikel van het Tweede-Kamerlid
Ad Schouten in Nederlands Gedachten
wordt de hierover levende ongerustheid
goed onder woorden gebracht.
Nu is het niet zo, dat de ARP uit
oogpunt van karakter en principe on
berispelijk is. Principiële kritiek kan
ook geschreven worden afgaande op
een niet bestaande ideale situatie. In de
praktijk immers stemmen velen op de
ARP niet op programmatische rede
nen, maar (onvriendelijk gezegd) 'uit
gewoonte of bijgelovigheid' en (vrien
delijk opgemerkt) uit sociologische ver
bondenheid. Dat zal ook met de nieu
we partij het geval zijn. Hoewel de
sociologische verbondenheid tussen
'een bourgondische katholieke Limbur
ger en een steile calvinist-van-de-eilan-
den' ook weer niet zo duidelijk is, zoals
Schouten terecht opmerkte.
Hoe dan ook, al deze dingen moeten in
de partij die voor de keus staat een
fusie met de andere partijen aan te
gaan, besproken worden. Daarvoor
heeft het bestuur van de ARP nu tijd
gegeven. Het besluit tóch die ene lijst
door te zetten zou juist voor het
politiek meeleven van onderop fataal
zijn geweest en als manipulatie zijn
overgekomen. Er was aan de andere
kant ook een zekere moed voor nodig
om tegen heersende opvattingen in
deze beslissing te nemen. De kiezer
wiens inspraak zo duidelijk is gewaar
borgd heeft nu zeker geen reden terug
te vallen in de passiviteit van 'ze doen
maar'.
LOWIETJE
KYOTO:
KYOTO, Japan, juli
Tegen de tijd dat de tweede wereldoorlog op zijn apocalyptische
einde begon te lopen, moesten de menselijke beslissingen wel uit
groeien tot bovenmenselijke dimensies en dus tekort schieten. In
een oorlog is de verschrikkelijke betrekkelijkheid van het bestaan
beklemmender dan ooit. Meer dan ooit wordt het gesteld voor de
keuze tussen twee kwaden, terwijl het slechts kan gissen welke de
minste zou zijn. Er moet dan ook wel een ethische kortsluiting ont
staan, die bijna belachelijk zou aandoen als ze niet zo tragisch was,
d.w.z. onvermijdelijk.
Toen de generaals van het Ameri
kaanse opperbevel in het voorjaar van
1945 aan hun baas, de minister van
oorlog, Henry Stimson, een lijstje
voorlegden van enige Japanse steden
die in aanmerking zouden komen als
doelwit van het nieuwe wapen, de
atoombom, streepte Stimson de naam
Kyoto door en toen zij bleven aan
dringen, legde hij hun uit dat een
vernietiging van de oude Japanse kei-
prof.dr.j.w.schulte nordholt
zerstad net zo'n misdaad zou zijn als
die van Rome. Zo'n concentratie van
geschiedenis en schoonheid moest in
elk geval gespaard worden, wat er ook
gebeurde. Er waren trouwens meer
dan genoeg andere objecten. En zo
bleef Kyoto gespaard, zo werden de
inwoners van deze inderdaad schitte*
rende stad gezegend door hun grootse
verleden. En andere even schuldige
onschuldige mensen (wie kan daar
nog over oordelen?) moesten hun lot
dragen, plaatsvervangend lijden. Zo
geheimzinnig, zo ondoorgrondelijk, zo
gruwelijk verloopt een verhaal dat in
onze eigen tijd echt gebeurd is.
VROLIJKE STAD
En de duizenden die uit alle delen
van de wereld hierheen komen, genie
ten van de schoonheid, zonder zelfs
nog te weten van haar bizarre bewa
ring. Kyoto is een vrolijke stad, vol
kleur en licht. Wat dat betreft, Stim-
sons vergelijking met Rome, hoe ze
genrijk ook, is niet overtuigend als
men hier rondkijkt. Eerder zou men
aan Florence moeten denken. Want
niet Rome's verwarde strengheid,
maar de lichte orde van de stad aan
de Arno is hier het meest opvallend,
het patroon, de kleur, de helderheid.
Het netwerk van de straten van Kyoto
is evenzeer overzichtelijk, rechte lij
nen van noord naar zuid kruisen die
van oost naar west. Daarmee is de
stad een heel oud voorbeeld van plan
matige opbouw, omstreeks 800 is zij
zo getekend, en wel naar voorbeeld
van de Chinese stedenbouw, die hier
toen zeer populair is geweest, zoals
trouwens de hele invloed van de Chi
nese cultuur hier eeuwenlang gedomi
neerd heeft.
Kyoto is net als Florence landshoofd-
stad geweest, maar terwijl dat in de
Italiaanse stad maar tien jaar geduurd
heeft (vanaf de eenwording in 1860
tot de bezetting van Rome in 1870)
heeft het hier duizend jaar geduurd.
Omstreeks 800, in de tijd dus dat
West-Europa verenigd werd door Ka-
rel de Grote, kwam ook het Japanse
eilandenrijk tot een zekere centralise
ring. Al honderd jaar eerder was een
eerste permanente hoofdstad uitgeko
zen. het vlak ten zuiden van Kyoto
gelegen Nara, maar een eeuw later
trok de keizer met zijn hof naar
Kyoto (het woord betekent ook hoofd
stad, maar aanvankelijk kreeg het de
mooie naam Heian-Kyo, hoofdstad van
de vrede), en daar zou hij blijven,
meer dan een millennium lang. Pas
in 1868 werd zijn zetel verplaatst naar
Tokyo (de hoofdstad in het oosten).
VOLKSFEEST
Uit de vestiging van de keizerlijke
residentie blijkt wel dat de Japanners
verder waren met hun economie dan
de Europeanen: Karei de Grote moest
immers nog om de paar maanden
naar een andere stad trekken om met
zijn hofhouding verzorgd te kunnen
worden, zoals het voor een keizer c.s.
paste. In het algemeen moet gezegd
worden dat er in het Verre Oosten
een beschaving ontbloeide, die be
paald niet de mindere was van de
Europese, en die er, zoals gezegd,
toch ook zekere trekken mee gemeen
had. Dat wordt ook duidelijk als men
de volksfeesten hier meemaakt. Wij
hadden dat geluk: juist in midden
juli vindt hier in Kyoto het grote
jaarlijkse feest plaats, dat bekend is
geworden als het Gion-festival. Het is
van oorsprong even religieus als ons
carnaval en in zijn grote optocht
(maar verder niet) doet het daar aan
denken. Het schijnt begonnen te zijn
als een magische processie tegen de
pest en het is langzamerhand uitge
groeid tot een uitvoerig feest, waar
van het hoogtepunt valt op 17 juli.
Dan tonen de verschillende wijken
van Kyoto in een lange optocht hun
praalwagens. Dat is een uitermate
aardig schouwspel, in een bonte rij
trekken de wagens, voortgetrokken
door jonge mannen, door de straten,
enorme gevaarten soms, uitgedost met
doeken en tapijten uit aller heren
landen. Tot mijn verrassing zag ik er
heel wat laat-middeleeuwse uit Euro
pa bij, Vlaamse stukken voornamelijk,
met allerlei voorstellingen uit de sa
gen van Rome.
Van de oorspronkelijke ernst is niets
meer over, de vrolijkheid domineert
en duizenden en nog eens duizenden
komen er naar kijken. Trouwens, zo
is het al eeuwen: in het mooie natio
nale museum hier zagen wij een be
schilderde rol van driehonderd jaar
geleden waarop de optocht staat afge
beeld, even kleurrijk en uitbundig,
een lust voor het oog, van een volkse
vrolijkheid die waarschijnlijk weinig
verschilt waar ook ter wereld.
BOUWKUNST
Een verdere bijzondere vergelijking
met Florence moet nog gemaakt wor
den, vind ik. Hoeveel jaar is het
geleden dat ik daar op een dag,
toevallig helemaal alleen, terecht was
gekomen in de Pazzi-kapel, dat won
der van redelijke harmonie vlak naast
de kerk Santa Croce. Nooit vergeet ik
die eerste indruk van helderheid, be
reikt in een volmaakt evenwicht van
verhoudingen, simpel in zwart en wit.
De psalmregel 'Des Heren vrees is
rein' kwam mij in de gedachten. Hier
in Kyoto kan men dat ook zien, een
bouwkunst die zo redelijk en welover
wogen is, dat zij de volmaakte harmo
nie lijkt te vertolken. Hier zijn enke
le paleizen waaronder het ver-
maardste wel het Katsurapaleis is
die de barokke pracht van zoveel
Boeddhistische tempels geheel missen,
die integendeel niet in het minst
onderdoen voor de scheppingen van
de Italiaanse Renaissance. Hun tot
abstractie neigende zuiverheid is na
tuurlijk niet alleen daarmee vergele
ken, zij vindt een ander tegenwicht in
de strenge orde van de functionele
moderne bouwkunst, een paar vroege
huizen van Frank Lloyd Wright, en
kele producten van de Stijl. Bij som
mige van de heldere patronen die ik
hier zag werd ik aan Mondriaan herin
nerd.
Wat is dat toch voor een hebbelijk
heid van de Europese reiziger hier
om alles wat hij ziet te meten aan de
wereld waar hij vandaan komt? Of is
het zijn enige mogelijkheid om tot
herkenning en dus begrip te komen?
Ik vind het laatste, niet alleen omdat
ik alleen in betrekkingen bestaan kan,
maar ook omdat ik het gezamenlijk-
menselijke meer zoek dan het bijzon
dere. Ik heb altijd wat gesteigerd
tegen de gedachten betreffende het
eeuwig ondoorgrondelijke mysterie
van het Oosten, waar wij armzalige
westerse materialisten dan zo pover
bij afsteken. Daar is iets al te schema
tisch in zulke tegenstellingen, iets
modieus ook van tijd tot tijd en wij
schijnen weer in zo'n tijd te leven.
De diepzinnigheid van Zen is dan het
laatste woord of liever de laatste
stilte die ons zou genezen.
ZEN-TUINEN
Vanmorgen zaten we in de Zen-tuin
van de Ryoan-ji tempel, in het noord
westen van deze stad. 's Middags za
gen wij een dergelijke tuin, maar
kleiner en daardoor haast nog exqui-
Midden juli wordt in Kyoto het Gion-festival gehouden, dat, als magische
processie tegen de pest begonnen, in de loop der eeuwen is uitgegroeid tot een
uitvoerig feest, waarop de verschillende wijken van de stad in een lange op
tocht hun praalwagens tonen. Onder de doeken en tapijten waarmee deze
wagens zijn uitgedost zijn er heel wat laat-middeleeuwse uit Europa (foto
prof. Schulte Nordholt).
Mensen op de maan? Laat me niet
lachenI
Zo reageerden de meeste Marokkaanse
plattelandsbewoners op de vraag: ge
looft u dat er mensen op de maan
geweest zijn? De New York Herald
Tribune doet uitvoerig verslag van
een enquête die in zes Marokkaanse
dorpen gehouden is. Het overgrote
deel van de mensen daar was er vast
van overtuigd dat de zogenaamde
Amerikaanse landingen op de maan
nep waren of hadden ten minste ern
stige twijfeld. En dat terwijl 88 pro
cent van hen van alle maantrips sinds
de eerste landing drie jaar geleden
uitstekend op de hoogte was.
De meesten hadden de reportages
over de radio gehoord, ook van de
bezoeken die bekende astronauten
aan de grote steden in hun eigen
land gebracht hebben. Jongere men
sen hadden de maanwandelingen met
eigen ogen op de televisie gezien
maar, zeiden ze, dat was allemaal
bedrog uit de grote Hollywood-fa-
briek.
Toen de euquêteurs dezelfde vraag
voorlegden aan marktbezoekers, leek
er eerst helemaal geen antwoord te
komen. De ondervraagden staarden
een poosje diepzinnig zwijgend voor
zich uit, maar barstten daarna in
schaterlachen uit. Onder hen was een
zeventig jaar oude man, die beweerde:
'De maan staat nota bene nooit stil,
Hoe kan je daar dan ooit op landen?'
ser in een ander tempelcomplex, Dai-
toku-ji, niet ver daar vandaan. Dit
zijn tuinen zonder groen of bloemen,
bestaande uit niets dan wit, heel
zorgvuldig aangeharkt zand waarin
enkele stenen liggen, als eilanden in
een oceaan. Dat is niet zomaar een
vergelijkenis, zoiets moet de maker,
zegt men, bedoeld hebben: een beeld
van de essentiële wereld, terugge
bracht tot volmaakte eenvoud. En ik
moet het meteen zeggen, hoe onge
loofwaardig het ook klinken mag voor
wie het niet gezien heeft: deze aanleg
is prachtig. Of nee, dat is een te vol
woord, daarvoor is wat men ziet te
simpel. Woorden als prachtig, schitte
rend, zelfs mooi, voldoen, niet. Er zijn
gewoon geen woorden voor, en dat is
dan ook de bedoeling: laten wij stil
zijn, de stenen beschouwen, zwijgen.
Maar mij westerling die herkennen
wou, kwamen al kijkend toch associa
ties in de gedachten, romantische ei
genlijk. Dit stilleven der natuur, dat
ik zo verrukt aanschouwde, verschilde
het zoveel van bijvoorbeeld het beste
werk van de Duitse romantische schil
der Kaspar David Friedrich? Drukte
het iets anders uit dan de Engelse
Romantische dichter William Words
worth wilde zeggen toen hij over een
dode schreef:
No motion has she now nor force,
She neither hears nor sees,
Rolled round in earth's diurnal cour
se
With rocks and stones and trees.
En daarachter rees de andere, verwan
te idee voor mij op, die van Spinoza.
Was dit niet de wereld van de Amor
Dei, die, om het samen te vatten met
Verwey. niets anders was dan liefde
Gods tot zichzelf, Een wereld die in
zichzelf rust vond?
Ook wij in Europa kennen, geloof ik,
die magnifieke begoocheling. Om nog
een vergelijking te wagen: in de zo
juist genoemde kleine tuin, met maar
enkele stenen in het witte zand,
wordt er een verklaring gegeven
waarom er zulke mooie ringen rond
om de steen in het midden zijn
geharkt. Dit is, lees ik, de wijsheid
van Zen, hoe sterker de kracht van de
steen in het water des te wijder de
kringen er omheen. Maar mij schoot,
ditmaal in duidelijk contrast, daarbij
een sonnet te binnen van Revius:
'Gelijk als in een kolk een steentje
valt te gronde' (ik citeer uit het
hoofd) waarin, naar mijn beperkte,
westerse opvatting het beeld van de
uitvloeiende kringen in het water op
een oneindig veel diepzinniger wijze
wordt gebruikt, namelijk om de onbe-
grenstheid van Gods genade te om
schrijven. Zij blijven dan ook einde
loos uitvloeien.
DROOMBEELD
Het is waarschijnlijk eenzijdig om de
zuiverheid van Zen al te veel te
idealiseren. Het is hier als bij ons: na
eeuwen zijn het geweld en de dwaas
heid verstomd, wat er over is is vrede
en schoonheid, van verre misschien
nog vrediger en schoner lijkend, een
droombeeld waarmee men dweept, in
doodse stilte verstard. Men zou zich
eens moeten voorstellen hoe de we
reld van toen er werkelijk uitzag. Aan
het einde van de Middeleeuwen waren
hier in Japan de monniken van de
Boeddhistische kloosters een op zijn
minst even grote bedreiging voor de
maatschappij als bij ons de bedelor
den vlak voor de Reformatie. Of ei
genlijk nog veel erger: zij vormden
staten in de staat, zij trokken in
zwaar bewapende benden door het
land, partij kiezend in de vele politie
ke twisten.
Niets is er van hen over dan deze
grandioze nalatenschap. In de stad
Kyoto staan honderd tempels en
meer, en daarom is tij gespaard, daar
om liggen de stenen nog net zo in het
zand, even onwrikbaar vredig als eeu
wen geleden, in volmaakte harmonie,
de dode abstractie van het verstorven
leven. De kringen er om heen vloeien
niet verder uit.
KYOTO TH
Noot: Er bestaat een mooie, Nederlandse
vertaling van J. C. Bloem van dit vermaarde
gedicht, maar die heb ik hier helaas niet bi]
de hand. Er staat letterlijk: Geen boweglng.
geen kracht is er meer in haar, zij hoort en
ziet niet moer, maar wordt meegewenteld in
de dagelijkse wenteUng der aarde, met
rotsen en stenen en bomen.
(De door prof. Schulte Nordholt bedoelde
vertaling van Bloem luidt:
Een slaap verzegelde mijn ziel.
Deed sterflijke" angst vergaan:
Zij scheen een ding, dat gansch ontviel
Den greep van "t aardsch bestaan
Zij hoort niet meer. zij ziet noch roert.
Bevangen in dien droom.
In aarde's omloop meegevoerd
Met rots, en steen, en boom.)
De nieuwste militair eregering van de
Zuidamerikaanse staat Ecuador is nu
vijf maanden oud en omdat militairen
nu eenmaal niet veel op hebben met
ietwat vrijgevochten, langharige jon
geren, hebben deze kolonels de oorlog
verklaard aan hippies. Onder het mot
to 'hippies brengen gewoonten het
land binnen die niet met de onze
stroken, ze houden van vrije sex en
gebruiken drugs' hebben ze alle inter
nationale luchtvaartmaatschappijen
die op Ecuador vliegen, verboden hip
pies aan land te zetten op straffe van
een forde boete. De maatregelen te
gen douanebeambten die op hippies
gelijkende personen in het land toela
ten, zijn ook niet misselijk: zij zullen
op staande voet ontslagen worden en
de man of vrouw, in wie de overheid
een hippie meent te herkennen, wordt
het land onmiddellijk weer uitgezet.
De dieren in diverse 'verzorgingste
huizen' houden maar niet op met
eiren leggen. Nu weer is het een
rode ara, zo'n grote papegaai, die in
Ouwehands dierenpark een ei gelegd
heeft in een ton op haar terras. Al
eerder heeft een papegaai het daar
geprobeerd, maar die deed het op een
zitstok die wel haar, maar niet het ei
hield. Haar kroost kwam op de grond
terecht en spatte daar in kleine stuk
jes uiteen.
Ook de kaaimannenmoeder op de Am
sterdamse Floriade heeft het niet
makkelijk. Zij heeft alle moeite ge
daan om achtentwintig gezonde kroko-
dilleneieren te leggen, maar die zijn
haar meteen afgepakt en allemaal
Een ander merkte op, dat de maan zo
dichtbij was dat je 'm met het blote
oog kon zien. En als er dan echt
mensen op geweest waren, had hij
daar toch iets van gezien moeten
hebben. 'Trouwens, de maan ziet er
nog precies zo uit als vroeger', vond
een ander, die daar de conclusie aan
vastknoopte dat er dus nooit iets
bijzonders gebeurd kon zijn. Een ou
dere vrouw was er stellig van over
tuigd dat iemand die op de maan
geweest zou zijn, de macht moest
bezitten doden op te wekken en dat
had ze nog nooit meegemaakt. Een
jongen met een behoorlijk schooldi
ploma op zak had de televisiebeelden
gezien en was wel geneigd er in te
geloven, maar een mannetje op de
maan strookte nu eenmaal niet met
zijn godsdienstige opvattingen. 'Ik
heb Armstrong op de maan zien rond
springen', vertelde hij, 'maar dat was
natuurlijk niet echt de maan. Ik ben
er wel van overtuigd dat zoiets weten
schappelijk mogelijk moet zijn, maar
de Koran ivaarschuwt tegen geloof in
dingen die niet van deze wereld zijn
en die je niet met je eigen ogen
gezien hebt. Dat is net zoiets als
geloven in valse profeten.'
De ironie van het geval wil, dat het
veel kleinere aantal mensen dat wèl
geloof hecht aan een maanwandeling,
dat 'wonder' aan de Sowjet-Unie toe
schrijft, die nog altijd z'n eerste
astronaut op de maan moet brengen.
naar een broedstoof in Artis gebracht
Onderweg is er één kind-in-de-dop
bezweken
Aanval Op 1 september gaat een
Fries tot de aanval over. Zijn naam is
P. Kramer en zijn object het werel
drecord tafeltennis (niet te verwarren
met het wereldkampioenschap) dat
met een vol etmaal op naam staat van
de Groninger Kaufmann. In de kanti
ne van de condensfabriek Friesland
gaat deze Fries proberen het minstens
een uur langer tegen jan en alleman
vol te houden. Ponyfeest Vrijdag
en zaterdag vindt in de Bossche Bra
banthallen een jubileummanifestatie
plaats van het (35-) jarige Nederlands
Shetland Pony Stamboek, dat nu al
5600 fokkers heeft ingeschreven. Vrij
dag wordt er gekeurd en zaterdag
worden er wedstrijden gehouden,
waaraan ook pony's uit de vreemde
meedoen. Reünie Het vijfde
bataljon van de Irenebrigade (dat van
1947 tot 1950 op Su m atra diende
houdt 2 september een reünie in de
Arnhemse Saxen Weimarkazerne. Wie
er toen bij was of er alsnog bij wil
zijn, wordt desgewenst uitvoerig voor
gelicht door de heer G. Beekhuizen,
Lange Bergweg 13 in Ede. Mugge-
misère Een Wagenings echtpaar is
een hele nacht door een mug wakker
gehouden, die zo bloeddorstig precies
naast de trouwring van de vrouwelij
ke helft had toegehapt, dat de vinger
begon te zwellen, de ring te knellen
en de politie te hulp werd geroepen.
Die haalde er een juwelier bij die
midden in de nacht de vrouw van
haar ring verloste. Het echtpaar
wil nu een klamboe aanschaffen.
Smerig zaakje
De Zen-tuin van de Ryoan-ji tempel, in noordwest-Kyoto. bestaat uit niets dan
wit, zorgvuldig aangeharkt zand. waarin, als eilanden in een oceaan, enkele
stenen liggen: een beeld van de essentiële wereld, teruggebracht tot volmaakte
eenvoud (foto prof. Schulte Nordholt).
Veel mensen vinden politiek een sme
rig zaakje, openbaren A. J. Heerma
van Vos en Kees Tamboer aan ex-
minister De Brauw, als zij ten gerieve
van de Haagse Post met hem zitten te
praten over de nacht in het Catshuis
en wat daar verder volgde. De heer
De Brauw: 'Ik kan me dat voorstellen.
Als men dit zich op deze manier ziet
afspelen en dat vind ik het hele
nare gevolg van dit soort evenemen
ten dan krijgt de kiezer z'n buik
vol van de politiek. Dat bewerkstelligt
men door dit soort houdingen'. Welke
houdingen, laat de heer De Brauw in
het midden.
Jan Haasbroek zocht gewetensbezwaar
de Gerard Roovers op en Nico idem
verhaalt over zijn reis door Algerije,
Marokko en Tunesië. Hij, Nico dus,
zou in deze landen, als-t-ie de baas
was, direct de consumentenbond, Dol
le Mina, de vereniging voor veilig
verkeer en de dierenbescherming op
richten. Maar hij is daar de baas niet.
Waar wel? Voorts leidt HP ons in in
de wereld van de disc-jockeys (Ischa
Meijer sprak met nationale coryfeeën,
zo wordt ons opgewonden aangekon
digd), en evenals in Elsevier ook in
HP Hitchcock en zijn Frenzy.
Vrij domme wezentjes
Ook in de modernste supermarkten
kom je tenslotte nog een levend we
zen tegen: de ka^sière. Weliswaar be
staat er al een apparaat voor automa
tisch afrekenen, maar dat schijnt
voorlopig onbetaalbaar te zijn. Boven
dien heeft een juffrouw-aan-de-kassa
voordelen: de klant gaat naar huis
met het gevoel dat hij ook nog per
soonlijke aandacht kreeg. Deze wijshe
den halen we uit De Groene, waarin
een zekere meneer Willem Smidt roy
aal de ruimte kreeg om zijn ervarin
gen op een 'studiedag kassière', die
hij meemaakte omdat hij in dienst is
van een grote grossier-kruidenier or
ganisatie, kwijt te raken.
Blijkens zijn verhaal staan de mensen
van 't vak voor déze vraag, als het om
kassières, gaat: 'Hoe kunnen we deze,
vrij domme, jonge wezentjes enerzijds
zo dom mogelijk houden, zodat ze
zichzelf geen vervelende vragen gaan
stellen over hun materiële en immate
riële situatie, hoe kunnen we ander
zijds hun fysieke en psychologische
kennis van het vak én de bereidheid
om die te gebruiken, vergroten?' Wat
meneer Smidt zelf betreft, die ging
van de bijeenkomst 'gewoon' met de
tram naar huis. Tjonge, tjonge!
Voorts «n De Groene verder meer:
eerste van twee (kritische) artikelen
over het aanstaande Almere in de
Flevopolder; een verhaal over de Ne
derlandse Antillen en hun afhanke
lijkheid van westers kapitaal; een be-
schouling over de PvdA die er niet
is om het land te redden, en (op
pagina één, want we bladeren terug)
artikelen over het Chinese leger en
de werkloosheidscijfers in uropa.
Smeerlappen
Een hele pagina in De Nieuwe Linie
voor Ben Bos om ons er bij te
bepalen dat we hier een miljoenenim
port van reactionaire Amerikaanse
striphelden hebben. Het gaat dan spe
ciaal om de zgn. action-strips, door
Classics Nederland geïmporteerd en
vertaald. 'Soms zit de reactionaire
tendens een beetje verstopt, meestal
krijg je het centimeters dik op de
boterham', zegt Ben Bos, die zijn
verhaal zó besluit: 'De Amerikaanse
helden in 'action' getoond zijn eigen
lijk grote smeerlappen. Maar ze zijn
herkenbaar voor een zeer breed pu
bliek en dan zijn zakelijke argumen
ten voldoende om ze onbeperkt in te
voeren in Europa, die oude wereld,
waar miljoenen mensen nog op de
eerste drempel staan, waarachter ken
nis over zichzelf en hun omgeving
begint' (op het tweede deel van deze
zin zouden wij zelf nooit gekomen
zijn!).
Hoofdredacteur Gerard van den
Boomen is doende met Limburg, waar
Gijsen en De Telegraaf het gaan ma
ken: 'De eerste heeft een blanco vol
macht gekregen van Rome en De
Telegraaf koopt het Limburgs Dag
blad op. De reactie is aan de winnen
de hand in de zuidelijkste provincie
van NederlandDNL besteedt
verder aandacht aan mensen, dingen
en zaken als: China's tweede man, die
en zaken als: China's tweede man, die
te links was; aan ons aanstaande kabi
net; Den Uyl, die van een lezer kan
vernemen dat fluor in het drinkwater
medisch-technische kwakzalverij en
een misdaad voor de wet is, en de
mythe van de vrije tijd (we moeten
ons van Toine Kreykamp door een
weerbarstige laag van illusies heen-
werken).
Kerk en politiek
Uitvoerig omslagverhaal van Elsevier:
politiek in de kerk. Rex Brico reisde
hiervoor naar Genève en praatte daar
met een aantal functionarissen (hóge
functionarissen zelfs) van de werel
draad van kerken, inclusief dr. Blake.
Bent u niet bang, vroeg Elsevier aan
de secretaris-generaal van de werel
draad, 'onder te gaan in (politieke)
activiteiten, die waarschijnlijk beter
gedaan zouden kunnen worden door
meer seculiere organisaties?' Ant
woord van dr. Blake: 'Aangezien mede
door de techniek de verschillende de
len van de wereld steeds sterker van
elkaar afhankelijk worden, is onze
buurman nu de man aan de andere
kant van de aardbol. Maar wat kan
een individu doert? Het problem is
dat we zeggen vóór de armen, vóór de
gerechtigheid en gelijkheid te zijn,
maar gewoon doorgaan het voorrecht
te aanvaarden dat we in Holland
geboren zijn en niet in Zaire'.
Met elkaar voor insiders niet veel
nieuws, maar goeie informatie op een
rijtje voor iedere belangstellende. En
precies op tijd: de 13e augustus be
gint het centraal comité van de werel
draad in Utrecht te vergaderen.
Voorts in deze Elsevier: Hitchcock
over 'Frenzy', Wiegel ziet het oude
kabinet weer zitten, de onbestorven
weduwen van de kabinetmakers (ja-
ja!), Nixon wacht hete herfst. Vakbe
weging schrijft ons de wet voor (al
dus mr. Van Riel) en de Vliegavontu
ren van prins Bernhard.
Jammer van Drees jr.
'Jammer trouwens dat Drees jr. weg
is. Het was zo'n minister waar je
zeker van kon zijn dat de posttarieven
regelmatig zouden stijgen. Mijn sala
ris gaat regelmatig omhoog, dus moe
ten de zegels volgen', zo overdenkt
Douwe Trant achter zijn loket op de
laatste pagina van Vrij Nederland.
Voor het ernstige werk naar pagina
één, waar 'Het wachten is op de
PvdA' (op pagina twee gaat het ver
der, ook over Drees en Wiegel). Een
complete pagina over het Limburgs
Dagblad ('Lij, Limburgse journalis
ten, worden voor het karretje van de
krantenbazen gespannen') en bijna
een hele pagina over McGovern, die
naar J. van Tijns voorspelling de
volgende president van de VS is.
Het alternatieve toer-wezen in Am
sterdam laat het niet-Nederlandse
klootjesvolk (soms) meemaken hoe
marihuana-priester Kees Hoekert zich
in olifantenkcutels rondwentelt Ter
zijde zinspeelt op Biesheuvels nieuwe
ambities: 'Na de spruitjes Brussels
lof', Martin Koomen schrijft over 'de
eeuwige pogingen om kuntmatige
mensen te maken' en Het Wereldje
(we zijn nu weer op de achterpagina)
deelt mee dat Joop Wilhelmus van
het sexblad Chick in vliegende scho
tels gelooft en in een nieuw tijd
schrift. dat Ufo's heet, informeert
over ongeïdentificeerde vliegende ob
jecten, aan de hand van de vraag of
sex en Ufo's flauwekul zijn.