oia de Jong kijkt verwonderd rond Zelf weten hoe laat je begint >e Grevelingen: dood vater, ook bestuurlijk chrijfster na dertig jaar terug uit Amerika 'Variabele werktijden' al in ruim veertig bedrijven ingevoerd ïharrewar over inrichting van Nederlands rootste recreatieproject 1iTJW/KWAKTET ZATERDAG 22 .APRIL 1972 BLWENLMD/KIINST T1I/K11 I Schri Joor Leo Kleyn igen jej tera] zijn zeil nuse-j :hen,] om aken' dat dooi ngeli Mu- aan- wer« atie. Den' valt. isterbloemen', zegt Dola de „xxg, terwijl ze er een paar aan- f9st' 'die heb J'e niet in Ameri- Ter afsluiting van het lange rek verzorgt zij een korte Ldleiding door haar royale die haar hart heeft en ir ze, naar haar zeggen, 'al- aan het donderjagen' is. haar verdriet wordt de tuin listerd door mollen. Ze heeft trigens ook een plezierig inblik aan die beestjes te ;en gehad. Haar huishoud- tr, vertelt ze, had het laatst rer 'een loei van een mol', en r moest Dola de Jong erg om :en: van die zegswijze had ze nooit gehoord, schrijfster Dola de Jong is na -jn verblijf van dertig jaar in de ..jerenigde Staten weer neergestre- z'jn.jestreken in Nederland, waar is geboren. Na korte tijd afge'en oud klokkeluidershuisje in €®enfroek in Waterland te hebben be- rnd, heeft ze een half jaar gele- in haar intrek genomen in een aai verbouwde boerderij in Ouder- aan (Jq Amstel. paarf J*$nderkomen et aan de voet van een dijk gele- fen onderkomen is het meest ideale raen'Iiiis dat denkbaar is, verzekert Dola Jong, een 'erge poes', zoals zij zelf noemt, die maar het liefste luisblijft. Desondanks wipt ze er :1 eens even uit, naar Amsterdam, n lar ze met haar auto in zeven "linuten zit. ^lan het rijden zelf beleeft ze in a j^'federland weinig plezier. Hoewel ze pk J" ^Jne"ka toch al heel wat 'v "jlometers op had zitten, en ook ■t Jew York, waar ze al die tijd ge- u"?"joond heeft, met haar auto door- 01 "hiiste, heeft ze na haar komst naar herland toch maar wat rijlessen momen. Als ze hier achter het .ur zit, constateert ze, kan ze geen inde haar aandacht laten verslap- vooral omdat ze bij haar Neder- idse mede-weggebruikers een lich- voorkeur voor het zogenaamde "jijden heeft moeten vaststellen. over de wat roekeloze rij- verbaast Dola de Jong zich e roerende, daarmee enigszins tegenspraak lijkende, zorg waar- .wor)ee de Nederlanders hun vervoer- maeRiddeien omringen. De auto, zegt is hier nog een speelgoedje. Haar valK!f)-jarige zoon, die aan de universi- n zei^jt van Chicago studeert, heeft ze zaen tekening gestuurd van een ïderd^pisch zaterdags tafereel: mannen Me in de weer zijn met groene langen die uit de huizen naar de noestijto's kronkelen. Sinds kort is Dola rzl?njp Jong ook aan het tekenen en "a*hilderen geslagen. Dola de Jong, die in 1940 bij de komst van de Duitsers de wijk nam naar Marokko (toen nog allesbehal ve een toeristenoord) en een jaar later de kans kreeg naar Amerika te gaan, spreekt nog steeds accentloos Nederlands. Wel zijn haar in de loop van de jaren nogal wat woor den ontschoten en moet ze zich met Amerikaanse behelpen. Ze schrijft in het Engels, mede met het oog op de Amerikaanse markt. Haar taalgebruik, zegt ze, is nog dat van de jaren dertig, al merk je daar eigenlijk niets van als je met haar praat. Aan nieuwe uitdrukkingen, zoals 'loei' voor iets dat erg groot is, of 'ga d'r maar aan staan', moet ze wel even wennen. Omgekeerd merkt ze dat zij soms woorden bezigt die allang uit de gratie zijn geraakt. Er is wel meer waaraan Dola de Jong moet wennen in Nederland, waaraan ze de afgelopen dertig jaar alleen maar af en toe een bezoekje heeft gebracht. Ze wekt de indruk nogal wat kritiek te hebben op de gang van zaken in haar hervonden vaderland, meer dan ze kwijt wil. Als Amerikaanse (wat ze in 1946 is geworden, mede omdat 't 'niet leuk' werd gevonden als immigranten zich niet lieten naturaliseren), zegt ze zelf ook, wil ze 'echt niet te kritisch' zijn. Haar kritiek wordt overigens over vleugeld door verwondering. Ze stuit op zoveel dingen die ze niet kent of niet begrijpt dat ze iedereen overstelpt met vragen. Niet altijd wordt ze daar wijzer van. Zo is Dola de Jong, met haar uitgesproken voorkeur voor klassieke muziek, er nog steeds niet achter hoe het moge lijk is dat de radio Haar zo weinig aan haar trekken laat komen. 'De hele dag dat larmoyante gebler', zegt ze verbolgen, 'allemaal van die zesderangs pop. Hoogst zelden hoor je eens klassieke muziek. In Ameri ka deed de radio daar veel meer aan. Hier ben je totaal aangewezen op platen'. Over het peil van de televisieuitzendingen in Nederland heeft ze geen mening, want ze ziet nooit televisie; ze bezit zelfs geen toestel. Bovendien heeft ze in Amerika een 'gruwelijke hekel aan televisie opge lopen'. Alleen de 'late movies' kon ze wel waarderen. De 'talk shows' keurde ze bijvoorbeeld geen oog waardig, al kijkt ze er nu, als ze in Amerika is, wel naar: om, zoals ze zegt, de vinger aan de pols van dat land te houden. Van de televisie naar de bioscoop is een niet al te grote stap, en een doeltreffende, want Dola de Jong laat prompt het woord 'ramp' val len. Ze vindt het maar een uiterst merkwaardige toestand 'met die pau ze en die ijsjes'. 'In Amerika ga je gewoon tussen twee afspraken door naar de bioscoop. Hier is het hele maal een avondje uit'. Ook andere dan de uitgaansgewoon- ten van de Nederlanders verbazen haar. Met name van het doen en laten van de Nederlandse vrouw be grijpt ze niet veel. Met ver bazing in haar stem spreekt ze over de huisvrouw die het bood- schappen-doen al als een uitje ziet (met als gevolg dat Dola de Jong riah ongaarne in winkels ophoudt) en een groot gedeelte van haar tijd besteedt aan het, in letterlijke zin, 'wegboenen van de gereformeerde schuldgevoelens'. Dolle Mina maakt bij dat alles maar weinig goed. De Mina's, vindt de schrijfster, hebben een verkeerde naam gekozen en zou den een voorbeeld moeten nemen aan de Amerikaanse vrouwenbevrij dingsbeweging, waarvoor ze grote bewondering heeft. Nachtmerrie Wie vindt dat de Nederlandse Ame rikaanse er toch wel wat fors tegen aan gaat, kan uit haar mond ook horen, en ze zegt het zonder enige aarzeling, dat het ondanks alle be zwaren in Nederland uitstekend uit te houden is. Was ze het, nog In New York wo nend, eens met de beroemde uit spraak van de ook naar Amerika uitgeweken dichter Leo Vroman (met wie ze dik bevriend was), 'Liever heimwee dan Holland', nu is ze minder pertinent in die voorkeur. Ze geeft zelfs grif toe dat ze het leven in haar boerderij in Ouder kerk 'verrukkelijk' vindt. Niemand die weet hoe het leven in New York is, hoeft dat te verbazen. Dola de Jong spreekt van een 'nacht merrie'. De laatste jaren woonde ze in een hotel, omdat ze zich thuis niet veilig meer voelde. 'De grote avenues, hele wijken zijn 's avonds uitgestorven. Zelfs de mannen zijn bang'. De criminaliteit, meent ze, is in New York een onoplosbaar pro bleem. Onlangs hoorde ze van haar zoon dat diens hi-fi-installatie gestolen is. Het was de zoveelste bezitting die hij door diefstal kwijtraakte: op prille leeftijd al verloor hij zijn sleetje, zijn driewieler, zijn step, zijn fototoestel en nog zo het een en ander. Als klein jongetje, vertelt zijn moeder, maakte hij het wel mee dat een leeftijdgenootje met getrok ken mes en onoirbare oogmerken op hem afkwam. Behalve met criminaliteit werd Dola de Jong in New Work ook gecon fronteerd met 'verschrikkelijke ar moede'. De laatste paar jaar zag ze zelfs bedelaars op straat. Die armoe de heeft bij haar het denkbeeld doen postvatten dat in Nederland iedereen in de watten wordt gelegd. 'Er is hier toch geen armoede,' roept ze uit. 'Nou ja, misschien dan wel verborgen armoede', geeft ze na enige discussie toe. De in de watten gelegde Nederlan ders, vindt ze, moeten ook maar niet zoveel nadruk leggen op de negatie ve aspecten van de Amerikaanse sa- Dola de Jong werd geboren in Arnhem, waar ze korte tijd als verslaggeef ster bij de Nieuwe Arnhemsche Courant werkte. Ze verhuisde naar Am sterdam, waar ze op de kunstredactie van De Telegraaf de slechte films recenseerde. Daarnaast trad ze op als balletdanseres. In 1939, kort voor haar vertrek naar Marokko, en later naar de Verenigde Staten, debuteerde ze met de roman 'Dans om het hart'. Haar ervaringen in Marokko lagen ten grondslag aan haar In 1946 verschenen roman 'En de akker is de wereld', die in 1947 werd bekroond met de prozaprijs van de stad Amsterdam. In 1954 publiceerde ze 'De thuiswacht', waarvan een lesbische verhouding het thema vormde, en in 1965 'De draaitol van de tijd'. Daarnaast heeft ze veer tien kinderboeken geschreven. menleving. Ze mist te veel de 'posi tieve geluiden": 'Het zijn toch alle maal slogans die je hoort. Commu nisme. Fascisme. Als je vraagt wat dat dan is, weten ze het niet'. Ze refereert aan berispingen van gelij ke strekking, onlangs aan het adres van de Nederlanders uitgedeeld in een groot Amerikaans tv-blad, en is verbaasd te horen dat die veeg uit de pan op nogal eenzijdige informa tie was gebaseerd. Afschuwelijke man Haar tweede vaderland, dat Is duide lijk, ligt Dola de Jong na aan het hart, al wil ook zij het bepaald niet verheerlijken. Ze vindt het bijvoor beeld maar raadselachtig dat Nixon president is geworden; onomwonden zegt ze dat een afschuwelijke man te vinden. Bij de jongste presidentsver kiezingen ging haar voorkeur uit naar McCarthy. Haar liefde voor Amerika, waar ze met een paar dollar op zak aan kwam, valt niet moeilijk te begrij pen: het is haar daar altijd voor de wind gegaan. Als schrijfster heeft ze naar eigen zeggen erg veel geluk gehad: haar boeken vonden gretig aftrek. Haar Nederlandse collega's had ze graag eenzelfde lot beschoren gezien; ze heeft zich altijd ingespan nen de Nederlandse literatuur in Amerika ingang te doen vinden. Dat het nauwelijks gelukt is, ligt niet aan haar, maar aan de gebrek kige manier waarop daartoe vanuit Nederland, in slecht Engels en zo, pogingen werden ondernomen. De vertalingen, zegt Dola de Jong, wa ren vaak uiterst bedroevend. Met de propaganda voor de rest van de Nederlandse cultuur is het vol gens haar niet veel beter gesteld. Teruggekeerd in Nederland, kan Do la de Jong er verder ook niets meer aan doen. Ze is, na zes jaar niet meer gepubliceerd te hebben, maar weer aan het schrijven geslagen. Ze werkt aan een psychologische thril ler, met Amsterdam als plaats van handeling. In een la ligt ook nog een half afgemaakte roman op haar te wachten. Ze weet niet of ze er nog aan toekomt. 'Schrijven', ver zucht ze, 'is een eenzaam beroep'. Wat dat betreft maakt het niet uit of je in Nederland of ln Amerika woont. door Dick Ringlever DEN HAAG/UTRECHT Voor langslapers en vroege opstaanders breken gouden tijden aan. Nog even en iedere werker zal zelf mogen uitmaken hoe laat hij de slaap uit de ogen wil wrijven, of hij matineus om half aoht wil beginnen dan wel om een uurtje of negen: hij krijgt het allemal in eigen hand nu het systeem van variabele werktijden snel gemeengoed lijkt te worden in het Nederlandse bedrijfsleven. Zo'n twee jaar terug aarzelend en bij wijze van proef begonnen, blijkt dat systeem zo populair te zijn, dat nu al ruim veertig bedrijven en gemeente diensten het hebben ingevoerd. Zelfs op de ministeries is men er al mee bezig. Een studiegroep van binnen landse zaken heeft al een discussie stuk opgesteld, dat binnenkort in het georganiseerd overleg zal worden be sproken. Ziet men er wat in, dan betekent dit, dat straks wellicht 134.500 rijksambtenaren zich zullen aansluiten bij de enkele tienduizen den werknemers, die al profiteren van de nieuwe regeling. Hoewel over de resultaten van het systeem tot nu toe weinig of geen concrete gegevens bekend zijn, is de algemene indruk wél, dat het minder moeilijkheden heeft opgeleverd dan aanvankelijk werd gedacht. In de meeste bedrijven is de overschakeling vrij soepel verlopen. Niet in de laat ste plaats omdat nog altijd een vrij hoog percentage van de werknemers (geschat wordt de helft) niet of nau welijks de mogelijkheid om vroeger of later te beginnen aangrijpt. Drs. E. de Graaf, bedrijfssocioloog bij de Nederlandse Spoorwegen, die als eerste grote onderneming het systeem begin 1970 voor de 3000 administratie ve werknemers in Utrecht invoerden: 'We hebben nog geen onderzoek naar de resultaten ingesteld, maar op het gezicht zijn die gunstig. Ongeveer 50 procent van de mensen maakt gebruik van het systeem. Een duidelijke voor keur blijkt uit te gaan naar 8 uur als begintijd'. Gebleken is, dat vooral de forensen hun tijden hebben veranderd. Meestal zijn dat de werknemers die door een trein vroeger of later te nemen soms een half uur kunnen besparen door dat ze betere aansluitingen hebben. Het door de spoorwegen geconstateer de gevolg daarvan is, dat de traditio nele pieken in het treinvervoer naar het Gooi aanzienlijk zijn afgevlakt: de drukte is meer gespreid. De Utrechtse verkeerspolitie constateert hetzelfde, al omschrijft zij de verlichting als 'nog maar een druppel'. 'Pas wanneer meer bedrijven op het systeem over schakelen, zullen we er in het stads verkeer meer van gaan merken'. Uren sparen In tegenstelling tot veel andere be drijven hebben de spoorwegen het systeem van gestaffelde in plaats van glijdende tijden ingevoerd. Dit bete kent, dat er gefixeerde begin- en eind tijden zijn. Men kan beginnen om half acht, acht uur, half negen en negen uur. De eindtijden zijn nave nant. want men is verplicht de mini- (or Jan Brokken appa- eyser neterirt'j vier schil-1 luurd reg< Jdngf, ver- eini; yordt Voor en n de taald idek- een HAAG/MIDDELBURG is een beleid, maar wij weten hoe dat beleid eruit ziet. In Haag bestaan plannen, maar kennen die plannen niet. Af oe zie je weer eens een hoop- rint in de Grevelingen liggen, dan vraag je je af: wat zijn ïu weer aan 't doen'. Zo om- ijft de Zeeuwse gedeputeerde Boersma de 'bestuurlijke digheid' waarmee de rijks- 'heid werkt aan de inrichting Nederlands grootste recrea- roject De Grevelingen. puteerde Boersma was drie jaar emeester van Brouwershaven, het je dat in het toekomstig mekka de watersport een belangrijk toe- ich centrum gaat worden. In die jaar moest de toenmalige burge ier Boersma maar wat aanmodde- omdat de 'regering geen leiding aan wat zij zelf een nationaal ekt noemt'. Grevelingen kan een mooi meer ;n, maar ik vraag me nu al af, of imliggende gebieden op Schouwen ïoeree harmonisch zullen zijn af bind op dat meer. De gemeenten len niets anders doen dan wat irim enteren'. Boersma's opvolger, emeester A. P. Schouwenaar et eenzelfde kreet. 'We kunnen bestemmingsplan niet afstemmen het Grevelingenplan, omdat het te domweg niet bestaat'. uit burgemeester Schouwenaar Ier felle kritiek dan zijn voorgan- Samen met de Zeeuwse gedepu- le Van Geestbergen, de Zuidhol- se gedeputeerde Engelsman en de lemeester van Goeree is hij verte- ;-poordiger van de lagere overheid e stuurgroep, die het Grevelingen- ekt moet begeleiden. Die stuur- lenfler groep had al maanden geleden bijeen moeten komen, maar de bestuurlijke moeilijkheden hielden dit tegen. Zo lang in Den Haag gebekvecht werd onder welk ministerie de Grevelingen zou vallen (verkeer en waterstaat of cultuur, recreatie en maatschappelijk werk) kon niets van de grond komen, en trokken de vertegenwoordigers van die lagere overheden voortdurend aan de Haagse bel. Tenslotte moesten zij zich verantwoorden tegenover de ge meenteraad of de staten. 'Het leek of we iets achter onze kiezen hielden, maar we wisten domweg niets', zegt gedeputeerde mr. H. B. Engelsman. Knoop doorgehakt Op 5 maart hakte minister-president Biesheuvel de knoop door. Het minis terie van verkeer en waterstaat zal zich in de aanlooptijd met de Greve lingen belasten; ir. Ferguson, hoofd van de Deltadienst, wordt voorzitter •van de stuurgroep, die op 28 mei de eerste vergadering gaat houden. En omdat in politiek Den Haag met stellige zekerheid wordt gezegd, dat het rijk het hele Grevelingenprojekt gaat betalen (150 miljoen voor het meer zelf en eenzelfde bedrag voor de voorzieningen op het land) willen de vertegenwoordigers van de lagere overheden niet al te veel kritiek meer geven. 'Wij zijn niet blij met de beslissing, dat de Grevelingen onder verkeer en waterstaat gaat vallen, maar wij willen ons nu loyaal opstel len om eindelijk eens iets van de grond te krijgen', zegt de Zuidhol landse gedeputeerde Engelsman De kritiek strekt zich voornamelijk uit over de voorgeschiedenis van de Gre velingen, een 'beschamend voorbeeld van bestuursonkunde', zoals een sta tenlid het eens uitdrukte. Recreatieproject In 1957 werd door de Tweede Kamer de Deltawet aangenomen, waar de afsluiting van de Grevelingen, de open zeearm tussen Schouwen en Goe ree, onder ressorteerde. De expansie van de Randstad en het tekort aan recreatiegebieden deed in 't begin van de zestiger jaren de gedachte rijpen om van de Grevelingen 'n groot, natio naal recreatiegebied te maken. Begin 1967 verscheen de Ontwikkelings- schets Recreatiegebied Grevelingen (plan Santema). Kort daarop verenigden vertegenwoor digers van de twee betrokken provin cies, Zuid-Holland en Zeeland en een tiental omliggende gemeenten zich in de Stichting Recreatieplan Grevelin gen. De Stichting was dik tevreden over het plan Santema, waarin een schets werd gegeven van de inrichting van het Grevelingenmeer: de creatie van een aantal eilanden, vaste oever beplanting en de aanleg van kilome ters lange stranden. De gemeentelijke en provinciale bestuurders constateer den niet zonder trots 'dat ze met een nationaal projekt bezig waren, de cre atie van een Veluwe voor de water sport'. Die tevredenheid Is nu ver te zoeken. Want sinds het plan Santema is er niets meer gebeurd 'Dood' Een jaar geleden kwam de Brouwers- dam gereed, de zes kilometer lange dam, die de Grevelingen aan de zee kant afsluit. De Grevelingen is nu dood water, 'zowel natuurlijk als be stuurlijk' zoals burgemeester Schou wenaar het stelt. Stichting schreef vele brieven aan de minister-presi dent, aan de betrokken ministeries, om te komen tot de vorming van een stuurgroep en een beslissing onder welk departement De Grevelingen zou vallen. De brieven werden niet of met de tussentijd van eén half jaar beant woord met het Haagse zinnetje 'de zaak is in studie', een handelwijze die burgemeester Schouwenaar en gedepu teerde Engelsman omschrijven met 'schandalig'. Terwijl de provincies en de gemeenten nog steeds in het 'nie mandsland' verkeren, gaat Rijkswater staat haar gang in een volstrekte anonimiteit. In Den Haag en Middel burg fluistert men, dat Rijkswater staat met dit objekt een geweldig stuk public relations in handen kreeg geworpen, maar dat ze het nu al redelijk verknald heeft. Het beleid is onbekend, de plannen zijn onbekend Fouten En er worden fouten gemaakt, getui ge een artikel van drs. Wolff van de Deltadienst voor Hydrobiologisch Onderzoek in het Zeeuws Tijdschrift. Er is rogge ingezaaid in het (volgens het plan Santema bestempelde) na tuurgebied, in plaats van in bet voor recreatie bestemde gebied. 'Wanneer er nu direct iets aan deze fouten gedaan wordt, dan kan er nog het een en ander hersteld worden. De natuur gebieden kunnen dan voor negentig procent in de oorspronkelijke staat worden teruggebracht. Die tien pro cent zijn nu al verloren gegaan', zegt bioloog Wolff later. Dergelijke fouten wijten de betrokke nen niet aan de onbekwaamheid van Rijkswaterstaat maar aan het bestuur lijk geharrewar. 'Dat Verkeer en Wa terstaat wordt betrokken bij de ont wikkelingen van een groot waterpro- jekt is de normaalste zaak ter wereld', zeggen zij. Maar waarom het ministe rie zo'n centrale plaats moet bekle den, blijft een vraag. Misschien kan het antwoord gevonden worden in het lijstje van leden van de stuurgroep Het feit dat daarin vertegenwoordi gers van de dienst Zuiderzeewerken, de dienst IJsselmeerpolders, zitting hebben doet vermoeden, dat zolang er nog geen zekerheid bestaat over het afronden van de Zuiderzeewerken een plaatsje voor ambtenaren gevonden moest worden. Mr. H. B. Engelsman: 'komt de Grevelingen niet knel te zitten met z'n infra structuur'. Burgemeester A. P. Schouwenaar: 'schandalig lang wachten' De Grevelingen is nu al een jaar afgesloten. Maar Nederlands' groot ste recreatieproject komt nog steeds moeilijk van de grond. Gedeputeerde Boesma wil van al deze suggesties af wezen. 'Welk departe ment er zich mee belast, het zal me verder een zorg wezen. Als die zaak maar eens opengegooid wordt. Nu weet niemand wat'. Door de ambtelij ke strubbelingen blijven belangrijker vragen, zoals die van gedeputeerde Engelsman onbeantwoord. Engelsman vraagt zich af, of de Grevelingen eigenlijk wel zo'n groot recreatiege bied moet worden. 'Met zo'n projekt moet je geweldige investeringen doen in de infra-structuur. Als over een jaar of tien vele tienduizenden recre anten een zomerse dag aan de Greve lingen gaan doorbrengen, moet je wo gen bouwen met een enorme capaci teit om de drukte in de spitsuren gedurende drie, vier zomermaanden op te vangen. Je kunt je daarom afvragen, of je de Grevelingen niet wat moet afremmen en 't Haringvliet ook wat moet ontwikkelen'. Het grote nadeel van het Haringvliet is echter, dat de afgesloten zeearm in open verbinding staat met de Rijn. Het water van 't Haringvliet is nu al smerig, terwijl het water van de Gre velingen, ondanks negatieve berich ten, van een ongekende helderheid is. Onderzoekingen van het Delta-insti tuut voor Hydrobiologisch onderzoek hebben dat aangetoond. mum pauze in acht te nemen. Even eens is men verplicht zich voor een half jaar vast te leggen: wie kiest voor acht uur moet dat ook zes maan den volhouden. Drs. De Graaf: 'Op deze manier om zeil je het probleem van de prikklok en de onrust op de afdelingen, die het gevolg kan zijn als de mensen gedurende anderhalf uur per minuut kunnen binnenkomen'. De vervanging van de chef, *die ook wel eens wil uitslapen', is in de praktijk bij NS geen probleem geble ken. De Graaf: 'Als er maar voor gezorgd wordt, dat er een plaatsver vanger is. Ik geloof, dat dit een goed systeem is. Op deze manier krijgen ook anderen de gelegenheid eens op de stoel van de chef te gaan zitten en daardoor krijigen ze een betere indruk van wat een chef te doen heeft Dat geldt ook voor de onderlinge verhou dingen: men krijgt een heter Inzicht in het werk van collega's, men raakt meer geïntegreerd. Daardoor wordt ook de democratie Ibinnen een afde ling 'bevorderd'. BohaLve het voordeel van meer indivi duele vrijheid, is het pré van het systeem óók, dat eenvoudiger overu ren kunnen worden geteld. Iedereen heeft immers het recht meer dan de voorgeschreven werkuren te maken. Bij de meeste bedrijven is daarvoor een spaarregeling opgezet. De NS keert die uit in ten hoogste halve vrije dagen, andere werkgevers (on der meer de gemeente Rotterdam) stellen de werknemer in de gelegen heid de extra uren aan de vakantie toe te voegen. Prikklok Over het algemeen is het aantal be drijven, dat mét dit systeem óók de prikklok weer heeft ingevoerd vrij beperkt. Wat niet wegneemt, dat on dernemingen, die zich met de fabrica ge hiervan bezighouden vooral het laatste jaar weer een sterk groeiende verkoop signaleren. De verkoop orga nisatie van de Zweedse Ericsson-fa- briek in Rijen: De afzet stijgt onver wacht snel. En we verwadhten nog veel méér van deze ontwikkeling'. Die prikklok wordt met name in ere hersteld in bedrijven, die de zoge naamde glijdende werktijden invoe ren. Het systeem vol'gens welk de werknemer binnen bepaalde limieten op elk moment kan binnenkomen. Hij stopt zijn kaart in het apparaat en weet aan het eind van de maand precies hoeveel uren hij teveel of te weinig heeft gewerkt. Overigens is dat systeem van glijden de tijden geen volledig vrijblijvende zaak voor de werknemer. De meeste werkgevers eisen wel degelijk, dat van tevoren afspraken worden ge maakt: per dag, per week, of per maand. Wanneer dit niet wordt ge daan, heeft de ervaring uitgewezen, komt men dikwijls voor onaangename verrassingen en stagnaties te staan. Om dit zoveel mogelijk te voorkomen heeft verreweg het grootste deel van de bedrijven ook een blbktijd Inge-, steld: de periode, waarin in ieder- geval iederéén aanwezig moet zijn. Deze loopt meestal van negen uur tot een uur of vier. Proef in fabriek Variabele werktijden blijken het minst problemen te geven in de admi nistratieve sector. Op de produktie-af- delingen met name daar, waar het lopende band-systeem wordt toegepast lijikt het systeem vooralsnog min der attracties te hebben. Wat overi gens niet wegneemt, dat men er ook in deze sector in Duitsland in vei> scheidene ondernemingen proeven mee neemt. En volgens de eerste berichten zijn deze niiet ongunstig uitgevallen. Duidelijk gunstige resultaten blijken te worden geboekt bij research-afde- lingen. De ShelRaboratoria in Am sterdam en Rijswijk leveren er het bewijs voor. Een woordvoerder van het bedrijf: 'juist In deze sector zijn de voordelen aansprekend. Vroeger kon men om vier uur 's middags niet meer beginnen met een proef, die anderhalf uur duurde. Zoiets werd uitgesteld tot de volgende dag met het gevolg, dat de mensen een uur lang niets te doen hadden en maar moesten wachten tot de werkdag er op zat. Nu kan men gewoon doorgaan. Dat halve uur extra wordt gewoon ..ri ekend: of men komt de volgende dag een half uur later, óf men spaart het op'. Die extra uren worden bij de Shell door de mensen zélf geregistreerd. Evenals bij veel andere bedrijven voelt men hier weinig voor het prik kloksysteem. Niet alleen omdat het als een weiniig sympathieke methode wordt beschouwd, vooral ook omdat het veel administratieve rompslomp geeft. Al die kaarten bij te houden en tijden te registreren, zou een comple te afdeling dagwerk leveren. Vooral voor grote bedrijven zou dit welhaast ondoenlijk zijn. Ook dus voor de ministeries, waar men trou wens nog wel meer obstakels zal ont moeten. Wat zal men bijvoorbeeld om maar één voorbeeld te noemen - aanmoeten mot het reistijdenbedult? Op het ogenblik krijgen rijksambtena- ren, die buiten de officiële werktijden voor de baas bulten het kantoor bezig zijn, extra vergoedingen. Hoe zal dat straks moeten als men uit eigen bewe ging kiest voor latere werictijden? Voor het georganiseerd overleg zaken, die straks ongetwijfeld ter tafel zullen worden gebracht en moeten worden opgelost voordat besloten wordt tot Invoering van de regeling.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1972 | | pagina 11