Vondst van Pines
overtuigt niet
De plagen uit Openbaringen
Gereformeerde jeugdwerk:
tekort anderhalve ton
a
Trouw
Kwartet
vandaa
Cosmetica uit puur-natuur
Nederland een
schrikbeeld voor
curiekardinalen
Beroepfngs-
werk
Onderzoek naar
kerkvernieuwing
KUNSTGEBIT
/Cj
ui
Boekenetala:
TROUW/KWARTET DINSDAG 21 MAART 1972
KEIIK III\NEM.A\n
Wat schreef Josefus over Jezus?
door dr. H. Mulder
In deze krant van vrijdag 18 fe
bruari stond een artikel van één
der redacteuren, waarin betoogd
werd dat Joodse geleerden te Je
ruzalem waarschijnlijk een raad
sel hadden opgelost dat nieuwtes-
tamentici en historici eeuwen
lang heeft bezig gehouden: heeft
de bekende Joodse geschiedschrij
ver Josefus over Jezus geschre
ven? Als deze vraag bevestigend
moet worden beantwoord wat
lang niet altijd gebeurt dan is
het natuurlijk van belang te we
ten, wat hij dan wel over Jezus
geschreven heeft?
Het is mogelijk snel klaar te komen.
In zijn boek 'Joodse Oudheden', door
Josefus geschreven omstreeks het jaar
93 komt een passage voor over Jezus.
Men noemt dit getuigenis gewoonlijk
het Testimonium Flavianum'. Het is
te vinden in het achttiende hoek,
hoofdstuk 3, paragraaf 3: 'Omstreeks
die tijd (van keizer Tiberius) leefde
Jezus, een wijs man, als we Hem
tenminste een man mogen noemen.
Hij deed inderdaad ongelooflijke din
gen en onderrichtte mensen die de
waarheid gaarne aanvaardden. Hij
sleepte veel Joden en ook veel Grie
ken met zich mee. Hij was de Messias.
Toen Pilatus Hem op grond van be
schuldigingen van onze leiders tot de
kruisdood veroordeelde, werden zij
die Hem eerst hadden liefgehad, Hem
niet ontrouw. Want Hij verscheen aan
hen op de derde dag weer levend,
zoals de profeten van God dat, en ook
talloze andere wonderlijke din
gen over Hem. voorzegd hadden. En
tot op deze dag is het geslacht der
christenen die hun naam aan Hem
Ontlenen niet uitgestorven'.
Over de tekst van dit stukje uit
Josefus 'boek bestaat geen verschil
van mening. Deze komt voor in alle
handschriften die ter beschikking
staan en wordt bovendien tweemaal
aangehaald door de beroemde schrij
ver van de geschiedenis van de chris
telijke kerk in de eerste eeuwen Eu-
sebius, eenmaal in diens 'Kerkgeschie
denis' en eenmaal de 'Demonstratio
Evangelica'. De moeilijkheid is echter
steeds geweest dat veel onderzoekers
bij dit citaat een vraagteken hebben
geplaatst omdat het hun hoogst on
waarschijnlijk voorkwam dat een
Joodse schrijver zich op deze wijze
over Jezus zou hebben uitgelaten. Hoe
kon Josefus schrijven: 'als we Hem
tenminste een man mogen noemen'
en ook: Hij was de Messias' en dan
tegelijkertijd in zijn boeken er blijk
van geven dat hij niet tot het geloof
In Christus was gekomen?
In de loop van de tijd is in verschil
lende richtingen naar een oplossing
gezocht. Sommigen oordeelden dat de
hele passage niet tot het oorspronke
lijke werk van Josefus mocht worden
gerekend en door een latere over
schrijver van het manuscript werd
toegevoegd. In dat geval zou het ech
ter wel vreemd zijn dat uitgerekend
die handschriften waarin deze toevoe
ging voorkwam, bewaard zouden zijn
gebleven en alle handschriften met de
originele tekst dus zonder deze
toevoeging verloren zouden zijn
gegaan. Anderen meenden dat een
deel van de bewuste passage wel van
Josefus afkomstig was, maar dat er
later een paar zinnetjes aan zouden
zijn toegevoegd om het getuigenis van
Josefus wat 'christelijker' te maken.
Men kan er dan vrijwel eindeloos
over blijven redetwisten wat wel en
wat niet tot de oorspronkelijke tekst
moet worden gerekend. Vooral in de
negentiende eeuw heeft men zich zeer
intensief met deze kwestie bezigge
houden. De bekende Leidse hoogle
raar .J H. Scholten heeft er in het
'Theologisch Tijdschrift' van 1882 uit
voerig aandacht aan besteed. Hij ging
nauwkeurig na wat Josefus als Joods
historicus zou hebben kunnen schrij
ven en gaf op grond van deze analyse
aan, wat naar zijn mening door een
ijverig christen aan de tekst was toe
gevoegd.
Tegen deze achtergrond moet het arti
kel over een oplossing van dit pro
bleem worden geplaatst. Prof. Shlomo
Pines, zo wordt ons meegedeeld, vond
in een Arabisch geschrift uit de tien
de eeuw een heel andere tekst van de
eerder aangehaalde passage uit Jose
fus' 'Joodse Oudheden' en meende
daarmee de authentieke tekst gevon
den te hebben. Ik neem de tekst nog
DA redactie behoudt rich het recht voor om
ter opname In deze rubriek ontvangen me
ningsuitingen verkort weer te geven. Bi)
publikalic wordt met dc naam van de
inzender ondertekend. Brieven kunnen wor-
den gezonden aan de lirer Joh. C. Francken.
secretaris van de hoofdredactie van Trouw-
Kwartct. Postbus SS9. Amsterdam.
oen varkensstal lijkt. Stafleden of hun
kinderen krijgen echter eerste klasse
behandeling in een der hospitalen te
Paramaribo. Kan men zich dan voor
stellen wat voor kloof er bestaat tus
sen arbeiders en stafleden?
Begin april wordt èr beslist of deze
arbeiders kunnen doorwerken of bui
ten moeten staan oih naar lucht te
happen om in leven te blijven. Het
ergste is dat de arbeiders geen enkele
Inspraak hebben over deze zaak. Als
ze zouden staken wordt de fabriek
direct gesloten. Dit is een zaak voor
de Surinaamse overheid zegt de direc
tie van de Rubber Cultuur Maatschap
pij Amsterdam. Denkt u dat de Ne
derlandse regering zich er mee zou
gaan bemoeien? Nee hoor, want zij
zegt: we hebben er geen profijt van
(en de Billiton dan?). Men praat
zoveel over ontwikkelingshulp maar
dit is alleen maar schijn.
Leiden Ch. A. M. deBack
Prof. Siertsema
Mevr. prof. Siertsema, dr Albert
Schweitzer en andere idealistische
opofferingsgezinde, wijze mensen zul
len er altijd rekening mee moeten
houden, dat er onder hun 'jongere
broeders en zusters', zoals dr.
Schweitzer het zo liefdevol uitdrukte,
altijd wel een domme gans zal zijn.
die hun liefdewerk niet kan bevatten.
Ik hoop echter, dat onze idealisten
hun moed in deze zotte tijden niet
zullen verliezen Zij moeten weten,
dat velen het vierstromen-beleid zoals
Zuid-Afrika dat heeft ingevoerd van
uit de praktijk een wijze voorzorg
vinden (titel boek dr. Dominicus).
Mensen van kwade of van onnoze-
len wille krijgen tegenwoordig in dit
land veel te grote kansen alsmaar
goed werk te bevuilen en af te kra
ken.
Den Haag C. van Oosten
Suriname
Over de wantoestanden op de in Suri
name door Nederlanders gedreven
plantages zou ik graag het volgende
willen zeggen. De plantage Mariën-
burg is een van de twee. die zijn
overgebleven van de zeshonderd die
Suriname eens gekend heeft. De rest
is door de Nederlandse uitbuiters tot
verval toe gedreven. Mariënburg is nu
aan de beurt om zijn poorten te
sluiten, omdat dc heren hier al ge
noeg winsten hebben gemaakt. Als dc
plantage sluit, komen er 7000 tot 8000
mensen zonder eten te zitten. De
directie vraagt een ondraaglijke ver
hoging per kilo suiker of een minder
hoge verhoging en een subsidie van
de Surinaamse overheid van maar
liefst 200.000 gulden per jaar of een
deelname van de overheid. Dit zou
betekenen, dat de Surinaamse rege
ring de helft van dc verliezen zal
dragen en tevens het bedrijf zal subsi
diëren. dan wel algehele overname
door de overheid.
Het is voor Suriname echter onmoge
lijk om deze zeer verouderde fabriek
draaiende te houden met machines
die al 70 jaar oud zijn en levensge
vaarlijk voor de arbeiders. De manier
waarop het riet wordt gekapt is nog
steeds slavenarbeid De rietkappers
moeten 's morgens al om 6 uur het
huis verlaten om naar de velden te
gaan. ze werken er tot 5 soms 6 uur
's avonds in een niet te dragen zon of
bij abnormale regenval. Deze mensen
krijgen dan een dagloon van 3.50 en
als één van hen verpleegd moet wor
den komt hij in een hospitaal dat op
De Rotterdammer
Nieuwe Haagse Courant
Nieuwe Leidse Courant
Dordts Dagblad
Dagelijks bestuur: B. Bol, Den
Hoog; dr. E. Bleumink, Poters-
wolde; mr. G. C. van Dam,
Noordorp; W. A. Fibbe, Potter-
dam; J. Lonser, Utrecht; drs. J.
W. de Pous, Den Haag; J. Smal-
lenbroek. Wassenaar.
Overige leden van het algemeen
bestuur: K. Abmo, Amsterdam;
H. A. de Boer, IJmuiden; Th.
Brouwer, Assen; mr. dr. J. Don-
ner. Den Hoag; J. von Eibergen.
Schaarsbergen,- mr. K. von
Houten, Wageningen; ds. O. T.
Hylkema, Bilthoven; Joc. Huijsen,
Delft; mevrouw M. C. E. Klooster-
mon-Fortgens, Voorschoten; me
vrouw J. G. Krooyeveld-Wouters,
Heerhugowoard; prof. dr. G. N.
Lammens, Noorden; ds. F. H.
landsman, Den Hoog; H. de
Mooij, Rijnsburg; prof. dr. G. C.
von Niftrik, Amsterdom; H. Otle-
vonger. Buitenpost; mr. dr. J.
Ozinga, lunteren; dr. A. Veermon,
Rijswijk IZ-H); H. H. Wemme'i.
Den Hoog; drs. R. Zijlstro, Ooster-
lond (Zld).
Uitgaven van
N.V. De Christelijke Pers
Directie:
Ing. O. Postma, F. Diemer
Hoofdredactie:
J.de Berg (waarnemend)
Hoofdkantoor N.V. De
Christelijke Pers: N.Z.
Voorburgwal 276 - 280,
Amsterdam. Postbus 859.
Telefoon 020 - 22 03 83.
Postgiro 26 92 74. Bank:
Ned. Midd. Bank (rek.nr.
69.73.60.768). Gem.giro
X 500.
maar eens over zoals deze reeds door
Trouw werd gepubliceerd: 'In deze
tijd was er een wijs man die Jezus
genoemd werd. En zijn optreden was
goed, en Hij stond bekend als deugd
zaam. En veel mensen van onder de
Joden en de andere volken werden
zijn discipelen. Pilatus veroordeelde
Hem om gekruisigd te worden en te
sterven. En zij die zijn discipelen
waren geworden, gaven zijn discipel
schap niet op. Zij vertelden dat Hij
aan hen verschenen was drie dagen
na zijn kruisiging, en dat Hij leefde.
Bijgevolg was Hij misschien de
Messias, over wie de profeten won
dere dingen hebben verhaald'.
Het boek waarin prof. Pines de om
streden tekst van Josefus in een an
dere versie aantrof werd omstreeks
942 geschreven door Agapios, bisschop
van Manbig. Over het algemeen wordt
rijp en groen in dit verzamelwerk
zonder enige schifting door elkaar
gegeven. Zij die een uitgave van dit
werk verzorgd hebben zijn het erover
eens, dat er weinig waarde aan mag
worden toegekend.
Nu denkt prof. David Flusser, nieuw-
testamenticus aan de Hebreeuwse
Universiteit te Jeruzalem, ook in
Nederland bekend door lezingen die
hij hield aan enkele universiteiten en
door de vertaling van verschillende
van zijn geschriften in onze taal, dat
Agapios Josefus correct citeerde. Eu
sebius daarentegen die de langere
tekst gaf zou moeten worden gebrand
merkt als de vervalser. Flusser komt
langs de volgende weg tot deze
slotsom. Eusebius speelde in de strijd
tussen de Arianen en de volgelipgen
van Athanasius een bemiddelende rol.
Om zich te zuiveren van de verden
king dat hij bij de Arianen zou
moeten worden ingedeeld, zou hij in
de latere uitgaven van zijn 'Kerkge
schiedenis' verschillende wijzigingen
hebben aangebracht om bij de orthodo
xie in het gevlij te komen. Zo zou ook
de opmerking van Josefus over Jezus 'n
toevoeging gekregen hebben. Agapios
maakte echter gebruik van een vroe
gere uitgave van Eusebius' geschied
werk' daterende uit de tijd toen het
nog niet nodig was zich zo duidelijk
uit te spreken. De conclusie waartoe
Flusser komt is. dat de toevoeging
aan Josefus' werk zou zijn ingegeven
door kerkpolitieke motieven.
Het komt me voor dat deze gedachten-
gang moet worden verworpen. Wat
voor belang kon Eusebius er bij
hebben juist in het citaat van Josefus
wijzigingen aan te brengen? Als hij
vreesde dat zijn rechtzinnigheid bo
ven alle twijfel verheven was, had hij
gemakkelijker een andere weg kunnen
gaan dan deze. Waarom zou juist aan
een Joodse auteur iets worden toege
schreven dat moeilijk uit diens pen
kon zijn gevloeid?
Er is nog iets anders. De vondst van
prof. Pines wordt gepresenteerd als
gloednieuw. Van de overgebleven ge
deelten van het boek van Agapios
bestaan twee verschillende tekstuitga
ven. L. Cheiko verzorgde in 1912 een
editie voor de reeks: Corpus Scipto-
rum Christianorum Orientalium en A.
Vasiljev voor de serie: Patrologia
Orientalis. Zo werd het boek van
Agapios dat slechts in één handschrift
tot dusver bekend is dit is te
Florence toch toegankelijk ge
maakt. Men veronderstelt nu dat het
Arabisch blijkbaar een belemmering
vormde voor diepgaand onderzoek.
Dit is niet het geval. Het citaat uit
Josefus, waaraan Pines een uitgebreid
commentaar verbonden heeft, kan
men in Duitse vertaling reeds vinden
in het 'Zeitschrift für Katholische
Theologie van 1916 in een artikel van
J. Linder uit Innsbruck (pag. 191-
199). Het is dus onjuist om te
beweren flat dit citaat uit Agapios 'op
de een of andere gekke manier aan de
aandacht is ontsnapt. 'Er is wel dege
lijk werk van gemaakt door deskundi
gen uit verschillende landen. Het is
bij de bestudering echter meer cu
rieus dan betrouwbaar gevonden en
daarom buiten beschouwing gebleven.
Er is geen reden om deze mening
thans te wijzigen. Prof. Pines heeft
ons met zijn 'vondst' geen stap dich
ter gebracht bij de oplossing van de
vraag of Josefus over Jezus ge
schreven heeft.
Dr. H. Mulder is als wetenschappelijk
hoofdmedewerker verbonden aan de
Vrije Amsterdam (the-
ol. fac.).
Sue Steward (rechts), assistente van Mary Quant, heeft gisteren in Amsterdam de nieuwe puur-natuur
cosmetica geïntroduceerd. Ingrediënten: tarwe-olie, bijenwas, honing en voor de kleuren: bessen, wor
teltjes en groen van bladeren en grassen. Op de foto maakt Sue een model met het nieuwe middel op.
ROME (KNP) Het topbestuur van
de congregatie voor de eredienst kan
slechts een verdeeld advies aan de
paus aanbieden over een eventuele
uitbreiding van het aantal eucharisti
sche gebeden. Het voorstel daartoe
was gedaan door de internationale
studiecommissie van deze curiecongre
gatie. Bij de bespreking ervan hebben
de vier curie-kardinalen in het topor
gaan en bloc tegen het voorstel van
de studie-commissie gestemd. Zij had
den hiertoe een verklaring opgesteld,
dat begon met de woorden: 'gezien
het kwaad dat in Nederland is aange
richt' aldus verneemt het KNP uit
betrouwbare bronnen uit het Vati-
caan.
In zijn voorstellen had de internatio
nale studiecommissie, waarvan ook de
onlangs benoemde secretaris-generaal
pater Vriens lid is, ruimte willen
scheppen voor meer en gevariëerder
eucharistische gebeden op basis van
de behoeften der plaatselijke kerken.
Om Wildgroei in dit opzicht te vermij
den hadden zij voorgesteld, dat het
centraal bestuur der kerk aan de
bisschoppenconferentie criteria zou
verschaffen voor de beoordeling van
nieuwe eucharistische gebeden of dat
de congregatie voor de eredienst zelf
modellen ervoor aantrekken.
Het topbestuurder de congregatie
voor de eredienst bestaat uit de kardi
nalen Tabera Araoz, Confalonieri, Feli-
ci, Willebrands en Samore. Vóór
stemden 12 kardinlaal-aartsbisschop-
pen, die de wereldkerk in de congre
gatie vertegenwoordigen. De enige
uitzondering is kardinaal Bengsch van
Berlijn geweest, die zich solidair ver
klaarde met de vier curie-kardinalen.
ADVERTENTIE
Van een onzer verslaggevers
DRIEBERGEN Met een enorme krachtsinspanning is het lande
lijk centrum voor gereformeerd jeugdwerk (LCGJ) erin geslaagd,
zijn begrotingstekort voor 1972 terug te dringen tot ruim 150.000
gulden.
'Wij zijn er wel van overtuigd, dat de
grens van eigen bezuinigingen nu is
bereikt Wij kunnen niet meer bezui
nigen, anders tasten wij de voortgang
van het werk nog meer aan'. Aldus
LCGJ-voorzitter drs. D. Jol in zijn
openingswoord in de ledenraad.
Het LCGJ ondervindt met alle jeugd-
en jongerenwerk de gevolgen van de
temporisering van de overheidsuitga
ven. Drs. Jol deelde mee, dat een
werkgroep, bestaande uit vertegen
woordigers van de Nederlandse jeugd
gemeenschap en ambtenaren van
CRM, nog deze maand met concrete
voorstellen zal komen om de financië
le problemen van 1972 het hoofd te
bieden. Daarbij wordt gedacht aan de
mogelijkheid, de subsidiepercentages
voor de landelijke organisaties dit
jaar al enigermate te verhogen. De
werkgroep geeft prioriteit aan de lan
delijke organisaties van de vrije
jeugdvorming en de koepels.
Drs Jol sprak zijn voldoening uit
over de discussie in de gereformeerde
synode over het jeugdwerk. Mede
door het rapport-Kunst is er ter syno
de meer begrip voor het werk van het
LCGJ gekomen, zef hij. Vooral was
hij dankbaar voor de synode-uit
spraak, dat het LCGJ als medewer
kend orgaan de steun van de gerefor
meerde kerken dient te ontvangen.
'Wij zijn er natuurlijk nog lang niet.
Landelijk mag dan de verhouding dui
delijk liggen, er zal nu plaatselijk en
regionaal op ingehaakt moeten wor
den, anders blijft het geheel toch een
slag in de lucht', aldus de LCGJ-
voorzitter.
De ledenraad aanvaardde het werk
plan 1972/73. Het stelt als prioriteiten
gemeentezijn en ontwikkelingssamen
werking. Tevens wordt in het komen
de seizoen de relatie kerk-jeugdwerk
verder onder de loep genomen.
DE STAD DER OPBOUWERS
Eén van de meest kostelijke grejl v
van Paul van Ostayen vind
altijd die van 'De stad der
wers'. Het is 't verhaal van de
stad Creixcroll, waar men zodat
een opbouwdrift bezeten is i dc
straf van de schandpaal opnii bet
ingevoerd om iemand die ook an
een steen afbreekt aan de k n d
stellen. Aanvankelijk gaat allei |e
er wordt enorm gebouwd. M /a,
gauw bouwt men alleen nog m r
om het opbouwen. Men vraa; ,nte
meer waarvoor, men bouwt. Rék
'5 gerechtshoven, 8 raadhuiz |ni
slachthuizen en evenzoveel
voor zwervende honden en 70
waarvan 45 voorlopig niet i eV
worden gebruikt.' Enfin, ei
komt er reactie. De grond raa
Ook de openbare pleinen moet
nu ontgelden. Er komt een Ani
beweging. De leider ervan word,^
het Hoger Hof wegens land; 'an=
veroordeeld tot het geradbraai f n
den. Dit moet. in het publiek ie
ren. Maar er is geen plaats. N '^e
is ook maar enige ruimte te vin ®st'
dit plaats te doen vinden. D«IIWC
bouwers weten zelfs het volk ayiet
kant te krijgen door het tragisc
de situatie uit te buiten: nu
eens iets spectaculairs gebeuren i
kan het niet! Wat moet er
men? 'Pleinen!' golgde het
plain-chantmatig tegen'. Achter
der van deze revolutie staat ec)
heer Hapmans, die hem in h
fluistert: 'Je zal ons geen tweed
ontsnappen'. Wat wilde Paul
tayen zeggen? Bouwen om te
is waanzin. Een waarheid als e
Wie echter om zich heen K
waarneemt hoe er de laatste
allerlei zg. instantiegebouwen
grond verrezen zijn, kan niet
men aan de indruk dat Pai
Ostayens groteske bijzonder acting
We bouwden om te bouwen. Gr
dat door bijzondere omstandi
de bouw van bepaalde grote bo
ken momenteel niet door katvu
Men krijgt tijd om zich te be 0
Wij gingen vooruit in welva:
vooruit te gaan. Welvaart, grot „1'
den doeleinden in zichzelf,
wij nu de kans om de kritiso^
gen te overwegen?
Oranje Munt
Lange Poten 5a - Den Haag
Tel. 070 - 64,69.24
Abonnatrt u op MWU
DEN HAAG (KNP) Na tien jaren
van discussie over en experimenteren
met kerkvernieuwing in ons land wil
len het katholiek sociaal kerkelijk
instituut (KASKI) in Den Haag en
het documentatiecentrum De Horstink
te Amersfoort onderzoeken, wat er
van ól die kerkvernieuwing terecht is
gekomen. Ook willen zij nagaan, hoe
ver de massa van het kerkvolk de
vernieuwingsbewegingen van kritische
gemeenten en basisgroepen bereid is
te volgen.
Het onderzoek van beide instituten
zal zich er voornamelijk op richten
om de belangrijkste sleutelfiguren in
de kerkvernieuwende bewegingen te
vinden. Men wil nagaan wat de grond
visies van deze sleutelfiguren en hun
groepen zijn, door welk kerkbeeld zij
zich laten leiden, hoe zij hieraan
gestalte geven, hoe groot hun invloed
en hoe hun verhouding tot de grote
kerkgemeenschap is en hoe deze laat
ste reageert.
In 1973 zal in Amsterdam een wereld
congres voor godsdienstsociologen
worden gehouden. Hieraan is een in
ternationale studie over nieuwe kerk
vormen verbonden. In de werkgroep
hiervoor heeft naast vertegenwoordi
gers uit universitaire kring ook het
KASKI zitting.
(ADVERTENTIE)
ida
boe
d£
erk
ste
Dort
iet
h<
Var
rak
il
[•Riem
V A I
Wanneer de vorm van het mondweefsel
of tandvlees zich wijzigt, waardoor Uw
prothese loslaat, dient U de tandarts te
raadplegen.
f\
TUSSENRUIMTEN, veroorzaakt door
schrompelen van het tandvlees
Alleen de tandarts is In staat het gebit weer
passend te maken. Tracht dit niet zelf te doen rtiet
stoffen, die zich op het gebit vastzetten, de vorm
wijzigen en de tere mondweefsels kunnen aan
tosten.
Indien U zich niet onmlddelll|k tot de fondarts kunt
wenden, is het raadzaam voorlopig DENTOFIX
te gebruiken, een aangenaam alkalisch poeder, dat
het gebit stevig op zijn plaats houdt. DEI'""'
wordt geheel verwijderd door
het schoonspoelen van Uw gebit
en geeft geen zuurvorming onder
de plaat. Het vormt een zacht,
beschermend laagje tussen gebit
en gehemelte en doet het gebit
goed vastzitten, zodat men even
gemakkelijk kon eten, praten
en lachen ois met notuurlijke
tanden.
Dus geen angst meer voor
verschuiven, loszitten e. d., doch
wel een gevoel van zekerheid
dank zij DENTOFIX.
NED. HERV. KERK
Beroepen: Te Zeist: P. Warneiig
Heerenhoek, die bedankt voor
lo (Gld) en voor Geldermalsenr"-
Benoemd: tot pred. voor ha
Dam-ziekenhuis te Rotterdam:
Hietkamp aldaar.
Aangenomen: naar Otterlo: J.
Lunteren; naar Ameide: W.
te Driebergen (ree); de benoed
leraar g.o. aan het chr. at£
Blaise Pascal te Spijkenisse:
gen te Rhoon.
Bedankt: voor Heemstede: C.
te Gouda.
GEREF. KERKEN
Beroepen: te Laren: E. Th. 1|
Kampen; te Arnhem: J. J. Brj
te Oss; te Zwijndrecht: A.
Den Haag-West.
CHR. GEREF. KERKEN
r aat Beroepen: te Utrecht-Centrum:
ntofFx der Veer te Nieuwe Pekela.
GEREF. GEMEENTEN
Bedankt: voor Rotterdam-Wi
Weststrate te Meliskerke; vo<
Annaland: A. Hoogerland te
dam (ree).
GEREF. KERKEN (VRIJGEM)
Beroepbaar: (volgens art.
kand. D. J. Dral, Zijpendaalsel
Arnhem (buiten verb).
lige
f 1
itriji
vai
;els,
Verkrijgboor bij Apothekers en Drogisten.
Het VU-magazine is, dat stemmen we direct toe,
géén kerkblad. Toch een citaat uit dat blad.
Nader: uit het daarin gepubliceerde interview met
prof. dr. B. Goudzwaard die, ondervraagd naar
aanleiding van zijn inaugurele rede over het
vooruitgangsgeloof, o.m. de volgende opmerkingen
maakt'
'De plagen utt Openbaringen kunnen dan ook
door de mensen zelf verwekt worden: wij kunnen
door onze milieuverontreiniging zelf gaan veroor
zaken dat de zon verduisterd wordt en de maan
rood lijkt als bloed. In dat laatste bijbelboek staat
dat de mensen zelf wel beseffen waar de eigenlij
ke oorzaak zit, maar ze vertikken het om zich te
bekeren. En daarbij denk ik niet aan een vage
bekering van tot 'het ware geloof' komen, maar
het inzien dat wij mensen in wezen hun houvast
in hun leven hebben gekozen op een manier, die
die plagen wel moeten oproepen. Dat is voor mij
het eigenlijke punt: dat wij als westerlingen ons
nog steeds religieus vastbijten in het geloof in de
vooruitgang van de techniek, wetenschap en eco
nomische groei. De hele samenleving gaat daar
dan naar staan. Je wordt een slaaf van deze
goden. En je kunt er ook niet meer van afkomen'.
Het is nog even wennen, elke veertien dagen weer
In de Waagschal in de bus te krijgen. In het
tweede nummer schrijft prof. dr. J. M. Hasselaar,
de hoofdredacteur over de aanbevelingen van de
AKV (de algemene kerkvergadering) inzake de
oecumene. Een fragment uit zijn betoog:
'De AKV vraagt vervolgens om intensivering van
de relatie met de rooms-Katholieke Kerk, omdat
'wij ons solidair voelen met hun zoeken naar de
waarheid'. De vraag of deze solidariteit van gevoe
len inderdaad een dragende grond is voor het
Oecumenisch gesprek en de oecumenische daad,
wil niet sceptisch verstaan zijn. Het moet mij
alleen van het hart, dat ik weinig solidariteit kan
opbrengen voor de wijze, waarop b.v. dc rk
secretaris van de Ned. Raad van Kerken, prof. dr.
H. Fiolet, de weg uitstippelt Men leze zijn
jongste artikel in 'Kosmos en Oecumene (1971.
no: 10-11) over de kerken, die uitgerangeerd staan
op het doodspoot* van de Wereldraad van Kerken
En legge daarnaast de vragen, die de bejaarde
Karl Barth aan Rome stelde in zijn 'ad limina
apostolarum' (EVZ Verslag, Zurich 1967)! Wp
zullen moeten kiezen welke inspiraties we willen
dienen; een reformatorische kerk moet waakzaam
zijn tegen elk humanisme met altaar en bisschop
erbij. Zich solidair weten met de Katholieke kerk,
die op dit moment in een ongehoorde krisis
verkeert, is geen geringe zaak. Het is iets anders
dan solidaire geestverwantschap in menselijke
emancipatie en vrijheidsstreven. Dragen wij b.v.
hun lasten inzake de ambtsleer en het Petrus
primaat echt mee? De vraag is brandend: wat kan
onze reformatorische kerk in geloof, hoop en
liefde nu betekenen voor de katholieke broeders
en zusters, die naar een scheuring (of schisma)
toegroeien? Wij moeten uit het individualistische
vlak wèg en elkaar de liefdedienst bewijzen van
kerk tot kerk. De AKV vraagt aan de Hery.
Kerk mee te werken aan de totstandkoming van
'oecumenische gemeenten, gedragen door de
plaatselijke Raad van Kerken'. Het zou m.i. zowel
in de achtergronds- als in de voorgrondsvragen
niet minder dan een ramp zijn. als de Herv Kerk
deze sectevorming niet resoluut afwees. Natuur
lijk moet zij zich het ongetemperd ongeduld, dat
uit deze vraag spreekt, terdege aantrekken. Maar
de echte loofhutten zijn in Israël, niet buiten
Israël!'
In het hervormde Gereformeerd Weekblad luidt
ds. A. Vroegindeweij de noodklok, o.m. vanwege
het volgende:
'Het is bedroevend hoe weinig Bijbelkennis er
nog is onder de jeugd van ons volk. Dat ondervin
den de leraren op de middelbare scholen en dat
ondervinden de predikanten ook bij en met hun
catechisanten. Moet het Bijbelonderwijs op de
lagere scholen niet meer gericht worden op ken
nis? Vroeger moesten we op de lagere school in
elk geval veel feiten uit de Bijbel leren. Gebeurt
dat tegenwoordig ook nog? Want alleen zo kan
men op de catechisatie en op de middelbare
school voortbouwen op de kennis die er aanwezig
moet zijn. Moeten de christelijke scholen ook hier
niet de hand in eigen boezem steken? Er is een
heleboel onderwijsvernieuwing in onze dagen. En
we willen daar hier geen oordeel over uitsprèken,
omdat we nu eenmaal niet deskundig genoeg zijn
op dit gebied. Maar zij die tot oordelen bevoegd
zijn voeren toch ook grote bezwaren aan. En is
het Bijbelonderwijs niet- ook wat de kennis der
Schriften betreft de dupe geworden van deze
vernieuwing?'
Dr. N. A. van Uchelen .Psalm
I. Serie De prediking van heP^
Testament. Uitgave G. F. Cal
NV., Nijkerk. Prijs 32,50.
kening 29,-.
Zc
ERV
yan
Om technische redenen, zo
aan het slot, zal het commen
de Psalmen uit bovengenoemd
in vier delen verschijnen,
deel bevat de eerste veertig p
Omdat het bij de psalmen om
ten gaat. heeft de schrijver
commentaar m.i. terecht zich
nen op de vraag hoe men ge
behoort te lezen (en te parafri
I-lij sluit zich aan bij de besd
die het gedicht als taaleenhei
en ook als taaleenheid wil ve(
d.w.z. de wijsheid niet van
halen maar vanuit het naut
lezen van de tekst zelf. De
verdedigt deze methode helder
dingrijk aan het begin van zi
mentaar. Zich aan zijn eigen
houden, gaat hem ook weer
der moeite af (de tekst kan
ook buiten de tekst leiden),
betekent zijn methode, dat hij
doen zonder de bekende 'ac"
den' (troonsbestijgingscultus;
ideologie enz.) die inderdaa<$»re
eens gezocht aandoen.
Men moet lang met een coi
omgaan om te zien of hij be t
Ik vind het hier aangekondig<
een spannend experiment.
l€ g,;
,cj] irorc
"ld. tot
*5^ jke
bijzc
ing
ng t
in; t
licht'
oude
con
de
ire"
met
s^ogin
rreni
het
e/Rij
'min;
van
ehui;
m;
ten 1
1 >ning
•eng
raa
vrag.
de D
Ror