'Voor slachtoffers is tot nu toe erg weinig gedaan' Plan van vakcentralen voor extra-matiging van inkomen de mist in üfcrugmans: 'De nationale staat s onze grote tegenstander' turope/e nederlcmder/ ROUW/KWARTET ZATERDAG 11 MAART 1972 Itl Directeur joods maatschappelijk werk: deze regering heeft wat goed te maken door Riëtte Kuin ®N HAAG 'Ik begin langzamerhand een vieze smaak in mijn mond te krijgen, wanneer ik aan ie oorlogsslachtoffers denk, in combinatie met de Drie van Breda. Terecht heeft het Auschwitz- lomité bij de hearing gesteld: 'Dit moet geen koehandel worden'. Of zoals het Tweede Kamerlid roogd (PvdA) het zei: 'Het gaat hier niet om een afkoopregeling'. 'Ik begrijp wel dat het moeilijk de zaak te ontkoppelen', zegt de heer J. Glaser, directeur van de stichting Joods Maatschappelijk Herk, 'maar voor onze cliënten is het een nare zaak, dat ze het idee krijgen: het debat over de vrij- ating van de drie van Breda is nodig geweest om bij het Nederlandse volk, parlement en regering indelijk aandacht te krijgen voor het leed dat wij moeten dragen. Tat is er tot nu toe gedaan voor de irlogsslaehtoffers? 'Erg weinig', indt Glaser. "Voor mij is het toch el heel erg, dat er na 32 jaar nog en waterdichte regeling is voor de irlogsslachtoffers. Alle regeringen de oorlog hebben gefaald'. In 1968 as het staatssecretaris Van de Poel, ie mede onder druk van buiten- irlementaire acties voor het eerst en regeling trof voor de financiële jstand aan oorlogsslachtoffers, laser: 'Eindelijk kwam er een rege- Toen was er een jaar of twintig tor gepleit. Van onze zijde was er lortdurend op aangedrongen met pporten'. nancieel werd de regeling allengs maar een psychologisch be- raar doemde op. De financiële steun stond uit een rijksgroepsregeling in »t kader van de bijstandswet hoewel wet hierover zegt, dat geld krijgen de bijstand een recht is, voelen len het nog aan als een handophou- 1. Niet in het laatst komt dat irdat ook de oorlogsslachtoffers het ld kunnen ophalen bij de gemeente- ke sociale dienst. Het idee van teuntrekken' was niet weg te praten, oorjaar 1970 ging het socialistische reede kamerlid Voogd daar iets aan len. Hij diende een motie in om de ":ering aan de joodse oorlogsslacht- die ers los te koppelen van de bij naar andswet. Hiervoor in de plaats zou ill in n pensioenregeling moeten komen, motie werd ondertekend door de 1, groep-Goedhart, PSP, D'66. >R, en PvdA. De WD, die de motie et ondertekende, stemde wel vóór. christelijke partijen stemden te- voornamelijk, omdat zij geen larte regeling wilden hebben voor odse oorlogsslachtoffers, lings- idanks het feit, dat deze grote ka- ermeerderheid 'ja' had gezegd op de >tie, werd deze door de regering, it kabinet-De Jong, niet uitgevoerd, was voor de Partij van de Arbeid hui. den om een motie van wantrouwen te dienen tegen de toenmalige aatssecretaris Van de Poel. Deze mo- haalde het niet. De liberalen en >'70 stemden tegen, omdat zij von- Wetsontwerp binnen twee maanden klaar den dat het steunen -an de motie teveel een afkeuring van het hele beleid van de staatssecretaris zou in houden. Een kabinet ging heen, een nieuw kwam terug, met minister Engels (KVP) op CRM tweede kamerlid Voogd: 'Al vlug bleek ons uit een toelichting op de begroting dat deze minister ook niet yan plan was de regeling te veranderen. De financiële tegemoetkoming was enorm verbeterd en het - aantal aanvragers was sterk (plm. 8.500 c-red.) toegenomen, wa ren de argumenten van de minister. Reden voor Voogd om opnieuw een motie in te dienen (bij de laatste begrotingsbehandeling). Opnieuw pleitte hij daarin voor een aparte pensioenregeling voor de joodse oor logsslachtoffers. Tot ieders grote ver bazing kwam toen plotseling de heer Baruch (DS'70), onder de vlag van: 'geen aparte regeling voor joden' met een eigen motie. Ook daarin werd een loskoppeling van de bijstandswet, ge vraagd maar dan voor alle vervol gingsslachtoffers, ook uit de Indische kampen. Deze motie werd aangeno men, met steun van de Partij van de Arbeid. Voogd: 'Ik stemde vóór, om dat er tenslotte iets bereikt was, de loskoppeling van de bijstandswet'. In de kamer zei de heer Voogd destijds: 'Over de vraag, wie deze zaak nu wel in het politieke vlak hebben getrok ken. moet ieder voor zich in dit huis nu maar naar eigen geweten een oor deel vormen. Het is voor mij te stuitend, op die vraag nog verder in te gaan'. Intussen wordt er op het ministerie hard gewerkt aan een wet die op nieuw de uitkeringen gaat regelen Kamerlid Voogd: ik pleit mezelf niet vrij aan 'hen, die door de vijandelijke bezettende machten werden vervolgd om hun ras, geloof of wereldbeschou wing of om hun deelneming aan het verzet', en 'die invalide is geworden of wiens reeds voordien bestaande invaliditeit is verergerd tengevolge van de vervolging of de vervolgings omstandigheden'. Binnen twee maan den zal het ontwerp klaar zijn. Tot die tijd wordt er gepraat met allerlei instanties, die zich met het probleem hebben beziggehouden. Zo ook met de Stichting Joods Maat schappelijk Werk, die nog heel wat mensen op haar lijstje heeft staan. Op het ogenblik krijgen de gehuwde vrouwelijke vervolgingsslachtoffers geen uitkering. Dit zou moeten veran deren meent de stichting. Dit vindt zij ook van de regeling, dat de men sen nu maar een beperkt vermogen mogen hebben, willen zij in aanmer king komen voor een periodieke uit kering. Graag zou zij ook zien, dat ex- Nederlanders eronder zouden vallen, Nederlanders die na de oorlog zijn geëmigreerd naar Canada, Australië of Israël. Glaser: 'Hoewel we tegen koehandel zijn, is het natuurlijk wel een plus punt, dat vele mensen met minister Van Agt in de bewuste debatten er van geschrokken zijn hoe weinig er tot nu toe voor de naar schatting dertigduizend vervolgingsslachtoffers is gedaan. Maar al met al heeft de regering zich nog niet uitgesproken voor een vaste pensioenregeling. En deze regering heeft heel wat goed te maken voor de kabinetten die hieraan vooraf gingen', meent hij. Hoger betaalden blijven 'ongrijpbaar' door Klaas van der Veen DEN HAAG Het plan van de drie vakcentrales om via het in de Ionen compenseren van prijs stijgingen een extra brokje loonmatiging, alsmede een stukje verdere inkomensnivellering te be reiken, is op een mislukking uitgelopen, zo blijkt uit de nieuwe cao's, die tot dusver werden afge sloten. Wel zijn de vakbonden erin geslaagd in diverse bedrijfstakken en ondernemingen de mini- mum-vakantietoeslag wat extra op te krikken om relatief toch iets meer voor de lager betaalden te bereiken, maar een bijdrage aan, wat genoemd wordt, een rechtvaardiger inkomensverdeling kan hiermee nauwelijks worden bereikt. Over die inkomensverdeling is de vak beweging nog steeds ontevreden. Meer echter nog dan de kloof tussen de cao-lonen en de inkomens, die 'indivi dueel' tot stand komen, steekt het de vakbeweging dat de hogere inkomens nog steeds onzichtbaar zijn en dat als gevolg daarvan eventuele loon- politieke maatregelen altijd uitslui- MlSlUKKing tend de cao-lonen treffen en de hoge re inkomens in de praktijk nooit deel kunnen uitmaken van een mede door de vakbeweging bepaald loonbeleid. want de hogere inkomens (behalve die bij de overheid) zijn ondoorzich tig, ongrijpbaar. Het zal dan ook nog wel geruime tijd duren voor een be vredigend antwoord op deze vraag gegeven kan worden. J. Glaser: erg dat er nu nog geen waterdichte regeling is voor de oorlogs slachtoffers 'Schandaal' 'Ja, het is volstrekt onjuist, dat het een schandaal is, dat pas in 1968 voor het eerst een regeling is getroffen voor de slachtoffers', zegt de heer Voogd, die zichzelf daarbij niet vrij pleit: 'Ik heb voor mijzelf ook geen verklaring gehad voor het feit, dat ik ook al vijf jaar in de kamer zat en al die tijd aan het vraagstuk voorbij gegaan ben. We hadden immers alle maal allang het probleem kunnen on derkennen uit het proefschrift van prof. Bastiaans. dat in 1956 ver scheen'. 'Als ik toch probeer om iets van die houding te verklaren dan kom je op drie punten terecht: 'Het onvermogen om je te verplaatsen in wat die mensen hebben doorstaan. Dan de zogenaamde 'Spëtifolge' (de gevolgen die pas de laatste jaren naar voren zijn gekomen). Als derde belangrijke punt: als je probeert je te realiseren wat die mensen hebben doorgemaakt, houdt je eigenlijk op met eraan te denken, omdat je er toch niet uit komt. Je gaat het op je eigen familie transponeren en dan zeg je: ho. Kans Toen dan ook eind voriig jaar op centraal niveau ernstige pogingen werden gedaan om tot een doelbewus te en effectieve loonmatiging te ko men, zagen de vakcentrales hun kans schoon om (eindelijk) ook op de onzichtbare hogere inkomensvorming enige invloed uit te oefenen. 'Wij erkennen dat de lonen zich moeten matigen, maar wij stellen wel de voorwaarde dat de hogere inkomens aan die matiging een relatief groter bijdrage leveren dan de lager betaal den, verklaarden de vakcentrales met instemming van al hun bonden. Een voorwaarde, die heel wat stof deed opwaaien, met name onder de hogere ambtenaren, die te kennen gaven wel te willen matigen, maar niet extra, en daarmee een bijdrage te leveren aan het verlangen van de vakbeweging om tevens een nieuw stukje inkomensni vellering te bewerkstelligen. De ministers evenwel besloten een goed voorbeeld te geven en in 1972 zelfs van elke inkomensverbetering af te zien, minister Boersma (sociale zaken) organiseerde hals-over-kop ge sprekken met representanten van de vrije beroepen (medici, architecten, makelaars, accountants, apothekers, notarissen enz.), die voor het meren deel hun medewerking toezegden (zonder dat exact duidelijk werd hoe en op welke wijze), de burgemeesters lieten weten van elke reële inkomens verbetering te willen afzien en de centrale werkgeversorganisaties bon den hun leden-ondernemers op het hart de stijging van de hogere salaris sen in de bedrijven zoveel mogelijk te beperken. Wat is er van die matiigingsgolf te recht gekomen? Niemand, die het weet. Niemand, die het macro-econo misch effect ervan nog kan becijferen, Temidden van de matigingsroes kwam de vakbeweging met een con creet plan. 'Laten we de procentuele prijscompensaties in 1972 binden aan een inkomensminimum van 12.000 gulden en een inkomensmaximum van 25.000 gulden, zodat bij een compensa tie van bijvoorbeeld zes procent dege nen met een inkomen beneden 12.000 gulden in elk geval 720 gulden krij gen en degenen met een inkomen boven 25.000 gulden niet meer dan 1.500 gulden', zeiden de vakcentrales. Dit voornemen, dat gelanceerd werd met instemming van vrijwel alle aan gesloten vakbonden, werd echter in slechts enkele cao-onderhandelingen gerealiseerd: enkele kleine bedrijfstak ken, waaronder bijvoorbeeld de siga- renindustrie. In algemene zin moet geconstateerd worden dat langs deze weg de gewen ste extra-matigingsbijdrage, en daar mee tevens een stukje verdere inko mensnivellering een volslagen misluk king is geworden. De meeste vakbon den hebben met het oog op de totale matiging die moest worden betracht, een extra-inkomensverbetering voor de lagerbetaalden liever gezocht in een extra-verhoging van de minimum vakantietoeslag. Het effect daarvan op verdere nivellering is echter aanzien lijk kleiner dan het geval geweest zou zijn bij realisering van het plan der vakcentrales, omdat de omvang van de vakantietoeslag immers wel naar beneden, maar niet naar boven werd begrensd. (Dat zou overigens ook heel moeilijk kunnen, omdat dan in vele gevallen verkregen rechten zouden worden aangetast). Voor op schema Inmtddels blijken talrijke bedrijfstak ken en ondernemingen voor te liggen op het 'schema' van de vakbeweging om via een jaarlijkse verhoging van 0.4 procent, de vakantietoeslag uiter lijk in 1975 op te trekken tot acht procent. Volgens die enige jaren gele den geformuleerde doelstelling zou de vakantietoeslag in 1972 gemiddeld 6,8 procent 'moeten' bedragen. Het ge middelde zweeft inderdaad tussen 6,5 en 7 procent, maar enkel tientallen bedrijfstakken en ondernemingen zit ten al boven de zeven procent, de si garenindustrie en enkele afzonderlij ke bedrijven zelfs al op acht procent. Dit betekent niet. dat de minimum vakantietoeslag daarmee gelijke tred houdt. De metaalindustrie bijvoor beeld heeft een minimum van 1.080 gulden bij een vakantietoeslag van 7.4 procent, terwijl Hoogovens een mini mum van 1124 gulden (bij een percen tage van 6,6 heeft. Daarmee is Hoogo vens relatief 'goedkoper' uit dan de metaalindustrie omdat het gemiddelde loonpeil bij dit concern aanzienlijk hoger ligt. Hieruit blijkt al dat het niet gewenst is een uniform minimumbedrag voor alle vakantietoeslagen vast te stellen, omdat de consequenties daarvan voor elk bedrijf verschillen. De ongeveer 30 tot 40 cao's, die thans een mini mum-vakantietoeslag vermelden, laten dan ook een grote variatie zien: van ongeveer 700 gulden tot ongeveer 1.100 (het wettelijk minimum, afge leid van het minimumloon, bedraagt thans rond 645 gulden. Ook al gezien deze grote differentiatie is het moei lijk na te gaan welke exacte invloed het invoeren of verhogen van de 'vloer' in de vakantietoeslag op de inkomensnivellering heeft. Andere middelen De vakbeweging beschouwt het op trekken van deze vloer dan ook als een ondergeschikt middel om de inko- mensopbouw verder te nivelleren. Als betere middelen worden gezien het begrenzen van loonstijgingen (zowel naar beneden als naar boven). Het verhogen van de kwaliteit van de arbeid door onderwijs, scholing en vorming en het geleidelijk streven naar verhoging van de cao-inkómens- grenzen, waardoor ook de hogere sala rissen zichtbaar worden. Dit laatste wordt onder meer bereikt via de weg van integratie van de cao voor handarbeiders en beambten, in diverse bedrijfstakken en ondernemin gen reeds gerealiseerd. Om nog een voorbeeld te noemen: de Hoogoven cao kent thans reeds een 'uitloop' tot ongeveer 36.000 gulden. ngeland kan democratisering van de EEG op gang brengen' i(Joor Rimmer Mulder RUGGE 'Voor het oplossen van de chte grote problemen is de eenwor- van Europa absoluut noodzakelijk, oem maar op: de versterking van de emocratie, het opheffen van de kloof ussen arme en rijke landen, het stich- en van een wereldeenheid om duur- ame vrede te garanderen. Ze veron- erstellen allemaal Europese integra- rofessor dr. Hendrik Brugmans, rector van et Europa College te Brugge, zegt dit niet Is een geloofsbelijdenis, maar als een sim- ele constatering. Voor hem staat als een aal boven water, dat de nationale staten loeten opgaan in grotere eenheden, omdat afzonderlijk niet meer kunnen wat ze luden moeten doen. De nationale staat kan veiligheid van haar burgers niet garande- i, kan alleen niet zorgen voor een goede eonomische ontwikkeling en stelt op het rrein van de wereldpolitiek niets voor. Ie nationale staat is onze grote tegenstan- er'. zegt dr. Brugmans. 'Als al die kleine inden blijven bestaan, kunnen we niets aal öen. Dan stikken we in die kleine ruim en'. Brugmans strijdt al sinds 1945 voor het 'erenigd Europa'. In 1952 kreeg hij de arel de Grote-prijs voor zijn Europese ctiviteiten. Hij was de eerste voorzitter van Europese Unie van Federalisten. Sinds 850 is hij rector van de 'school voor uropologie' in Brugge. 'ver het doel en de werkwijze van dit nderwijsinstituut vertelt hij: 'Wij brengen leine groepen afgestudeerden bij elkaar om Europees te leren denken. We willen ze i transnationale, grensoverschrijdende (iëntatie geven. De gemiddelde leeftijd van dze studenten is 23, 24 jaar. Ze vertegen- wrdigen 18 verschillende nationaliteiten, "e leven van subsidies van de Belgische laat, tien andere Europese landen en de EG. Verder geven alle landen studiebeur zen voor onze school. De stad Brugge geeft ons de gebouwen. Wij hebben drie richtin gen: politieke en sociale wetenschappen, rechten, en economie, allemaal Europees georiënteerd'. Levert het bijbrengen van al die verschil lende nationaliteiten veel moeilijkheden op? Dr. Brugmans: 'Nee, de nationaliteiten zijn nooit een probleem geweest. Dat is anders gegaan dan we aanvankelijk dachten. Niet het nationalisme, maar de taal is nu een moeilijke factor. Wij gebruiken hier Frans en Engels om en om als voertaal. Dan doen wij ook alle colleges, tafelconversatie en dergelijke in die ene taal. Er zijn natuurlijk ook grote verschillen in mentaliteit. Maar die vormen geen rem. Het kennis nemen van die verschillen in mentaliteit kan zelfs erg bevruchtend werken. Je moet natuurlijk niet proberen al die nationale standpunten aan elkaar te breien. Je moet proberen iets anders te scheppen, een algemeen stand punt, dat boven dat nationale uitkomt'. Dr. Brugmans, gepromoveerd in de Franse letteren, ziet elk jaar nieuwe groepen jonge Europeanen binnen komen. Nu bestaat er juist bij de jongeren in het algemeen niet zoveel geestdrift voor de Europese zaak. Was dat 20 jaar geleden anders? De inspiratie was toen groter, omdat we dachten iets na te streven wat realiseerbaar was. We hadden toen ook de verwachting, dat we de gevestigde orde konden doorbre ken. Na de bevrijding leefde het idee om een nieuw Nederland te bouwen. Maar de nationale staat bleek niet te hervormen. De nationale ruimte is niet geschikt voor her vormingen. Maar in grotere ruimten zou het wèl anders kunnen'. Nu zie Je, dat jongeren zoals bijvoorbeeld de studenten, die maatschappelijke hervor mingen willen en de gevestigde machten aanvallen, zich niet richten op Europese eenwording. Ze wenden zich eerder af van de Europese instellingen, die al bestaan. Brugmans: 'De meeste eisen van de radicale studentenbeweging. steun ik voor de volle 100 procent. Maar hun acties vind ik vol strekt steriel. Eerst moeten we door die rijstebrij heen naar een Verenigd Europa. Dan pas zijn hervormingen mogelijk. Ik geef toe, zo'n Verenigd Europa kan ook gekke dingen doen, maar het biedt in elk geval meer perspectief dan er nu is'. Een radicaal in Nederland kan ook als volgt redeneren: Het zal me moeite genoeg kosten om de gevestigde macht in Nederland te breken. Als het nu op Europees niveau moet, krijgen wij ook nog te maken met bijvoorbeeld het Franse establishment, dat nog veel vaster in het zadel zit. Brugmans: 'Ja, maar toch Ook in Frank rijk kun je de zaak versnellen door de Europese integratie. Je moet daar nieuwe verhoudingen scheppen door nieuwe proble men te stellen'. Het ambtelijke, technocratische, ondemocra tische karakter van de huidige Europese instellingen schrikt ook af. Brugmans: 'Ja, maar! die instellingen zijn niet schuldig aan de ondemocratische struc tuur. De schuld ligt bij het parlement, bij de politici. We mogen blij zijn, dat er in elk geval Europese ambtenaren zijn, die iets doen. De meeste politici proberen alleen maar een Europese structuur boven op de bestaande nationale structuur te zetten. En dat kan niet. Je denkt of Europees of nationaal'. De sociaal-democraat Brugmans vindt uiter aard, dat met kracht naar meer democrati scher instellingen gestreefd moet worden. Maar tegelijk ook naar meer integratie, want: 'Er wordt gezegd, de beste remedie tegen de kwalen van de democratie is meer democratie. Datzelfde geldt ook voor inte gratie'. Hij is ervan overtuigd, dat Engeland de democratisering van de EEG op gang kan brengen. Hij geeft grif toe, dat het voor de rest van Europa beschamend is, dat Enge land het nu moet doen. Of die rest inder daad schuld zal bekennen en van nu af aan haar best zal doen om zo vlug mogelijk een krachtig, democratisch verenigd Europa te scheppen, is zeer de vraag. Wat denkt Brugmans bijvoorbeeld van de rol, die West-Duitsland zal gaan spelen? 'Vele jaren heeft Duitsland zich koest ge houden. Ze durfden na de oorlog geen mond open te doen. Nu is dat gelukkig anders. West-Duitsland is gelukkig weer toe aan een eigen politiek. Maar er bestaat een goede kans. dat deze politiek sterk op het oosten gericht zal zijn, waardoor West-Euro pa wat op de achtergrond zal komen. Duits land is een land met een sterke traditie van Ost-politik. Er is een kans. dat ze die weer belangrijker gaan vinden en zich gaan afvragen of ze wel zo nodig in West-Europa moeten integreren. Het Duitse nationalisme acht ik geen gevaar meer. Daar zijn ze wel van genezen. Maar ze kunnen wel eens gaan denken, dat ze hun eigen Duitse problemen beter kunnen oplos sen zonder Europese integratie'. En Frankrijk dan? 'In Frankrijk zijn ze te intelligent om over het hoofd te zien, dat de Europese integra tie een eigen dynamiek heeft De olievlek breidt zich uit, als je er niets aan doet. Ze zien ook, dat Duitsland aan West-Europa moet worden gehecht, als het ware moet worden ingekapseld. Aan de andere kant zit dat Gaullistische virus nog in de regering. De ideologie van het Europa der vaderlan- Prof. dr. Hendrik Brugmans den, geen supra-nationaliteit. niet teveel bevoegdheden voor de Europese commissie, die ideologische erfenis ligt er nog'. Dr. Brugmans is een groot bewonderaar van De Gaulle, maar is erg teleurgesteld over de rol, die de Franse redder des vaderlands in de Europese eenwording heeft gespeeld. 'Toen hij op zo'n indrukwekkende wijze de leiding van Frankrijk op zich had genomen, heb ik een ogenblik gedacht, nou gaat hij de grote toer in Europa maken. Nou gaat hij de eerste president van het Verenigd Europa worden. Maar hij is een andere weg gegaan. Het Franse volk en de Franse staat waren voor hem niet te scheiden'. De nu 65-jarige rector put moed uit het feit. dat de Franse jeugd duidelijk minder 'nationalistisch' denkt. Bij een enquête zei ruim 60 procent van de ondervraagde Fran se jeugd het niet erg te vinden als een ander dan een Fransman Europees presi dent zou worden. Trouwens bij dat soort ondervragingen blijkt toch meestal, dat de inwoners van Europa wel Europees denken. Daaruit concludeert Brugmans. dat men maar flink aan de slag moet gaan met die Europese eenwording. 'De stemming is: doen jullie maar, we zien wel dat het moet'. Snel zal het niet gaan: 'Ik geloof niet in de automatische vooruitgang. Ik geloof in de erfzonde: wij zijn geboren met een gebrek kige visie. De algemene stroom is niet vooruit. Om die vooruit te brengen zullen we enorm actief moeten zijn'.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1972 | | pagina 13