TEGEN SCHENK VALT NIET TE VECHTEN Geen sprinter naar Sapporo Zo werd Ard kampioen Grootvorst wint drie afstanden fa Selectie fa Superioriteit fa Verbazing fa Volwassen fa Karakter fa Twee records Harm Kuipers in discussie met hoofdscheidsrechter Henrvy Roos. De resultaten van de zestien beste schaatsers op de vier afstanden zijn: 500 5.000 1.500 10.000 1 Schenk 39.89 1) 7.17.94 1) 2.00.57 1) 15.16.55 5) 169.702 2 Groenvold 39.91 2) 7.22.55 4) 2.01.45 2) 15.19.98 6) 170.647 3 Bols 40.81 GD 7.19.06 2) 2.01.60 3) 15.10.44 2) 170.771 4 Verkerk 40.95 (13) 7.21.82 3) 2.02.90 7) 15.08.41 1) 171.520 5 Fornaes 40.18 4) 7.27.02 (10) 2.01.98 5) 15.24.19 8) 171.752 6 Stensen 41.01 (14) 7.24.66 6) 2.01.92 4) 15.15.24 3) 171.878 7 Claeson 40.65 7) 7.25.75 8) 2.02.75 6) 15.22.75 7) 172.280 8 Verheyen 41.35 (15) 7.24.12 5) 2.03.32 8) 15.16.33 4) 172.686 9 Lavroesjkin 40.58 5) 7.35.92 (12) 2.04.01 (10) 15.47.35 (11) 174.877 10 Olsen 41.60 (18) 7,25.85 9) 2.06.25 (16) 15.36.81 9) 175.109 11 Koskinen 40.64 6) 7.40.11 (13) 2.04.53 (13) 15.44.17 (10) 175.370 12 Zimmermann 40.93 (12) 7.34.46 (11) 2.04.03 GD 16.09.88 (14) 176.213 13 Thomassen 40.72 8) 7.42.56 (14) 2.04.93 (14) 16.03.22 (12) 176.780 14 Johansson 41.48 (17) 7.44.68 (16) 2.07.12 (18) 16.15.56 (15) 178.099 15 Salakka 41.81 (21) 7.24.92 7) 2.08.94 (20) 16.04.51 (13) 179.449 16 Kuipers 41.73 (19) 7.24.92 7) 2.03.53 9) 15.33.78 (diskw.) Kuipers zou met zijn puntentotaal van 174.088 op de negende plaats zijn geëindigd. a J - i,: De omstreden wissel van Kuipers en Fornaess. MAANDAG 24 JANUARI 1972 DAVOS De Noorse trainer Johs Tenmann vatte het eerste grote schaatstoernooi van dit seizoen treffend in een zin samen: „Leen Pfrommer kunnen wij aan, tegen Ard Schenk valt eenvou dig niet te vechten". Tenmann liet zich terecht niet misleiden door de minder grote kloof die Schenk tussën zichzelf en de rest legde in vergelijking met het wereldtoernooi van vorig jaar. Want Ard Schenk heerste ondanks zijn handicap een kwalitatief mindere voorbereiding door zijn studiebeslommeringen opnieuw als een absolute grootvorst. Dat hoefde hij terecht niet nog eens extra te bevestigen in zijn ongeïnspireerde 10.000 meter, de enige afstand, die hij in dit toernooi niet op zijn naam schreef. Schenks hegemonie is nog even luidelijk als vorig seizoen. Pre- :ies als in dat jaar bewoog hij :ich nu met een griezelige re gelmaat als een perfect glijder jver de snelle piste van Davos. Slechts op één afstand kwam zijn gebrek aan conditie dui delijk tot uitdrukking: op de 1500 meter, de race die hij ove- •igens wel winnend afsloot. Ard ichenk: „Ik heb de mijl op tracht moeten rijden. Er wa- •en toch heel wat concurrenten, lie ik op die afstand vreesde. Ook Roar Grönvold, mijn direk- te tegenstander. Ik heb alles op alles gezet om al direct bij de start een voorsprong te kun- verkrijgen; daardoor kon ik mijn ritme opdringen, wilde niet hem laten rijden, ik wilde zelf de toon aan- en daardoor ging hij Ard Schenk had de mogelijkheid via vier afstandszeges een presta- te leveren, die de laatste 42 jaar meer is voorgekomen. De Noor Ballangrud was in 1930 de laat- die alle vier afstanden won. kon het echter mentaal niet opbrengen." Ik had tenslotte afstanden gewonnen. Iedereen mij al. Ik was de kam- 10 kilometer kon mij niet meer Ik heb echt zo lang moge- geprobeerd om Jan partij te ge- Maar toen hij wat wegliep heb hem laten gaan, met in het achter- de gedachte: -drie afstanden is voldoende. Ik heb er alleen :zorgd om het gat niet groter worden dan 100 meter. De ronden heb ik iets versneld te komen. Dat lukte en het de zekerheid dat die 10 ki- nog wel beter zal gaan in dit de achtergrond speelde voor ook nog een beetje de voor de Olympische winter- in Sapporo een rol. Hij bleef de 10 kilometer 1,2 seconde achter derde Nederlander Eddy Ver-, feyen. Schenk werd terecht gekozen ir de 10 kilometer. De technische :ommissie en het NOC hielden rekc- ling met de bijzondere trainingsop- )ouw van de fysiotherapeut. Dag ornaess leverde nauwelijks een pro- leem op voor Schenk. Alhoewel Schenk geen angst kende: Ik. was ook helemaal niet bang voor i. Van Fornaess heb ik nog nooit n een persoonlijk duel verloren. Voor lem moet het langzamerhand wel een ibsessie zijn geworden op de korte ifstand tegen mij te moeten rijden." De afstand waaruit de overmacht 'an Ard Schenk het minst sprak, was ie 5000 meter. Zijn winst op stayer lan Bols bedroeg nauwelijks meer een seconde. Schenk had echter ie pech op die afstand als eerste ver lette de baan over moeten." „Ik jing weg op een schema van 7.32 mij had Koskinen een tijd neer t van 7.40. Met mijn schema was k daar dus duidelijk onder gebleven, klaar ik moest al heel spoedig swit- ihen omdat op dit ijs veel meer mo- jelijk bleek. Ik ging naar een schema 7.20 minuten toe en toen ik met drie ronden te rijden ook daar •nderbleef, gaf dat een te geruststel end gevoel. Want als je de laatste onde in 34,7 kunt rijden, houdt dat dat je gewoon teveel over hebt." Schenks solo-programma heeft in iet eerste kampioenschap opnieuw ot een duidelijke superioriteit geleid, loewel hij minder op het ijs stond dan de concurrentie, stak hij weer boven de rest uit. „Ik heb mij alleen voorbereid uiteraard wel op program ma's van Leen Pfrommer. Het is in goede harmonie gegaan. Maar dat al leen trainen is niet alleen nadelig ge weest Het hield ook het voordeel in, dat ik louter en alleen naar mijzelf hoefde te kijken. Als je met een kernploeg van dertien man naar Noorwegen gaat, zitten daar nu een- REPORTAGES DOOR PETER ONULEE EN JOOP HOLTHOUSEN maal wat „toeristen" bij en dan is het wel eens moeilijk je volop te concen treren." Ard Schenk wil overigens het kernploeg-systeem niet koste wat kost veranderen. „Wat voor mij goed is dat alleen trainen is voor een ander misschien minder goed. Voor mij golden dit jaar bijzondere regels. Maar als er volgend jaar niets aan de hand is, wil ik mij echt wel weer in het gareel van dc kernploeg voegen. Mijn wens is eohter: wel trainings kampen, maar niet altijd op dezelfde plaatsen. Ik ben nu echt wel uitgeke ken op Hamar, Oslo en Davos. Het is altijd hetzelfde. Als dat een gevoel van irritatie opwekt, ligt dat meer aan onszelf dan aan het systeem. Want zodra wij ermee ophouden, is Ard Schenk, reeds zeker van de Europese titel, in gevecht met Jan Bols op de 10.000 meter. het voor de debutanten weer allemaal nieuw en dan gelden die bezwaren niet meer." Lag de handhaving van de supre matie door Schenk zo'n beetje in de lijn der verwachtingen in dit toer nooi, veel verrassender was de rol van de Noorse kampioen Roar Grön vold, die de teleurstellende taak van Dag Fornaess overnam. Grönvold had zich al voor het Europese toer nooi gemanifesteerd als de man, die nu eindelijk eens zou doorbreken naar een plaats op het erepodium. Maar de manier waarop hij dat deed, was toch veelzeggend. Ard Schènk: „Ik ben verbaasd over de prestaties van Grönvold. Hij heeft een goed toernooi gereden. Met name op de 10.000 meter." Die 10.000 meter van Roar Grönvold, de man, die in het verleden nauwelijks beneden de 16 minuten kon komen, wekte verba zing in het hele Nederlandse kamp. Pfrommer: „Roar Grönvold kwam zelfs in het Noorse kampioenschap op die afstand uiterst matig voor de dag. Ik had geen redenen om aan te ne men, dat hij hier in Davos wel wat van betekenis zou kunnen presteren op die afstand. Maar iemand, die in staat is om de 10.000 meter in 15.19 minuten te voltooien, is zonder meer een goede tweede. Dat Grönvold in staat zou zijn om zijn achterstand op Jan Bols zo beperkt te houden op de 10 kilometer, is voor mij een comple te verrassing." Grönvold worstelde op de schaatsmarathon met een formidabele inzinking. Nadat hij aanyankelijk goed was meegegaan met Kees Ver kerk moest hij even na de helft van de rit veel seconden aan Bols prijs geven. Maar dankzij een formidabele finish (een laatste ronde van 35 se conden) bleef hij ruim binnen de 1-5.20 minuten, waardoor hij zijn tweede plaats in het klassement be hield. Grönvold was zelf ook enigszins verrast door zijn tijd. „Ik wist na tuurlijk dat ik dit seizoen een betere 10.000 meter zou rijden dan in het verleden. Tenslotte heb ik er nu meer voor getraind dan ooit tevoren. Dc trainingstijd. die in in Toesberg had gedraaid (15.32) gaf mij de zekerheid dat ik nog sneller kon. Maar Bols' prestatie van 15.10 leek voor mij een onoverkomelijk probleem. Ik ben ge woon weggegaan op een schema van 15.20 en daar bleef ik nog geruime tijd onder. De tweede plaats inspi reerde mij tot dit succes. Ard was ongrijpbaar. Ook op de 1500 meter, want hij gunde mij niet de kans om het initiatief te nemen." Het' minst verbaasd over de opmars van Roar Grönvold was trainer Johs Tenmann. „Roar heeft zich dit sei zoen erg serieus voorbereid. Hij is anders dan andere jaren. Het resul taat was op deze piste duidelijk zichtbaar. Wat op mij vooral indruk maakte was zijn manier van rijden op de 5000 meter. Het ging moeite loos. Als enige van de Noorse rijders, ging hij zonder grote schommelingen in de rondetijden over het ijs. Voor mij was dat het bewijs dat Grönvold volwassen is geworden. In het verle den moest er steeds een speciaal mannetje op Grönvold worden gezet, omdat hij meer aandacht vroeg dan de anderen. Maar nu heb ik het al leen gedaan. Grönvold heeft zich dit seizoen gemakkelijker laten plooien dan in het verleden." De 10.000 mtr van Roar Grönvold lag in de lijn der verwachtingen van Tenmann. „Hij heeft meer dan de anderen van de Noorse kernploeg op deze af stand getraind. In het Noorse kam pioenschap hoefde hij niet zo gewel dig hard te gaan op de 10.000 meter om zich desondanks toch kampioen te kunnen noemen. Daardoor kon Roar zijn echte mogelijkheden versluieren. Hij kon hier bewijzen tot wat hij werkelijk in staat is, temeer omdat mister Bols hem tot een uiterste krachtsinspanning dwong. Voor het eerst in zijn leven toonde Roar dat hij in staat cn bereid is om te vech ten. Hij kwam uitgeput over de streep, zeilde op hetzelfde erepodium neer, waar kort tevoren Bols uitgeput neerstortte. Als je zover kunt gaan, toon je werkelijk over karakter te beschikken. Hegemonie van Schenk en de op mars van Grönvold, is het debuut van Jan Bols op het erepodium van het eindklassement. Bols had maar een afstand, waarop hij teleurstelde, de 500 meter. „Daar was de kloof tus sen mij en de andere groten te wijd". Maar op de lange afstanden en verrassend (ook op de 1500 meter) toonde Jan Bols opnieuw tot de wer kelijke groten te behoren. Voor Bols was dit kampioenschap ook een soort wraak-expeditie. Na zijn matige op treden in het Nederlands kampioen schap had hij nogal wat kritiek te verwerken gekregen. „Ik reed daar niet zo geweldig. Hoe het komt, daar ben ik nog niet helemaal achter, maar wellicht is het de techniek. Hier in Davos heb ik mijn stijl iets veran derd. Vorig weekeinde reed ik een tijd van 7.20,7 over de 5000 meter. Dat gaf mij zelfvertrouwen. Het was voor mij ook een bevestiging van mijn stelling, dat ik voornamelijk door mijn verbe terde techniek weer tot goede presta ties kwam. „Bols ging het toernooi in als outsider, de Drent was niet zoals vorig jaar een uitdrukkelijk favoriet. Die rol van underdog maakte hem onbewust sterker. „Ik heb nu de ze kerheid op tijd terug te zijn. Wan neer je een slecht Nederlands kam pioenschap hebt, heeft mij geleerd dat ik op de lange afstanden weer helemaal terug ben. Mijn achterstand op Eddy Verheyen heb ik wegge werkt. En daar had ik toch Wel wat angst voor. Want je weet tevoren nooit of je wel of niet draait." Jan Bols verbeterde twee per soonlijke records: op de 1500 en de 10.000 meter. Daarvan was de 1500 het meest opmerkelijk. „Tijdens het Nederlandse kam pioenschap had Kees mij al ge zegd dat ik snel moest openen op de mijl. In mijn rit tegen Kees Verkerk deed ik dat, maar ik klapte later in elkaar. Nu heb ik het op aanraden van Pfrommer opnieuw gepro beerd, het lukte. Vandaar dat record". Eddy Verheyen, die op de lange afstanden de kans verspeelde in Sapporo op de 5.000 of 10.000 m uit te komen. DAVOS Nederland zal geen specifieke sprinter naar Sappo ro sturen. Ondanks hardnekkige pogingen van schaatscoach Leen Pfrommer en de technische commissie van de KNSB heeft het Nederlands Olympisch Co mité een streep gehaald door de kandidatuur van Jos Valentijn. De 19-jarige sprinter uit Ter Aar, tijdens de nationale kam pioenschappen nog duidelijk verslagen door Jan Bazen, zou naar de overtuiging van het NOC geen positie bij de beste tien sprinters ter wereld kun nen innemen tijdens het gebeu ren in Japan. Leen Pfrommer was teleurgesteld over deze beslissing van het NOC. Temeer, omdat Valentijn dit seizoen snel is gekomen en gezien zijn jeug dige leeftijd de man van de toe komst kan zijn. NOC-voorzitter Cees Kerdel over het NOC-besluit: „In tegenstelling tot de KNSB zijn wij van mening dat hij niet aan de eisen heeft voldaan. We hebben lang over deze zaak nagedacht. Drie dagen. We hebben alle prestaties van Va lentijn daarbij in ogenschouw geno men. Zijn tijden van het Nederlands kampioenschap ook. We hebben de prestaties van de internationale a-wedstrijden (Davos, Cortina, Madonna) vergeleken voor de internationale krachtsverhoudin gen en hebben ook de resultaten van het Suiker uernooi in onze overwe gingen betrokken. Hij mag dan vori ge week nog de Zweed Ove König hebben verslagen, toch kwamen we tot de overtuiging dat Valentijn nog niet bij de beste tien behoort." In tegenstelling tot Jos Valentijn gaat kernploeg-reserve Jappie van Dijk wèl mee naar Sapporo. Een aanwijzing, die al na de nationale titelstrijd in Deventer vaststond, maar dit weekeinde in Davos op zijn minst twijfelachtig werd. Door het uit de boot vallen van Eddy Ver- hèijen op de 5 en 10 kilometer hij is nu voor óeze afstanden als reserve aangewezen is de reserverol voor Jappie van Dijk in Japan lichtelijk belacneüjk geworden. Slechts als re serve voor de 1500 meter, een af stand nota bene- waarop hij zeker geen specialist, kan worden genoemd en ook zeker niet voldoet aan de Olympische limiet van „de beste tien". NOC-voorzitter Kerdel: „Van Dijk heeft de kans van bijvoorbeeld een Kees Verkerk niet gehad om zijn stijgende vorm te bewijzen. Dit was de enige internationale wedstrijd lus sen het Nederlandse kampioenschap en de winterspelen. En trouwens: er bestaat nog de mogelijkheid dat er meer dan een rijder ziek kan wor den waardoor Van Dijk toch op de 5 of 10 kilometer kan starten." Pikant detail bij dit alles: Van Dijk mist, wanneer hij straks na de eventuele selectiewedstrijd met Harm Kuipers op het wereldkam pioenschap in Oslo mag starten meer dan een maand'wedstrijdervaring en -ritme. Alleen daarom was het wel licht verstandiger geweest van KNSB en NOC (Kerdel: „Dat is geen zaak van het NOC, maar van de bond") verenigd in schaatsbondvoor zitter en Sapporo-chef d'equipe Quarles van Ufford de inschrijving van Jappie van Dijk te annuleren en hem ergens anders (Noorwegen) een wedstrijdcircuit te laten meemaken. De indeling van de Nederlandse deelnemers aan de wintersptlen luidt als volgt (in volgorde van rij den): 500 meter: Schenk, Bols en Verkerk. Reserve: Verheyen. 5000 meter: Schenk, ter plaatse zal bekeken worden of Bols, Verheyen en Verkerk op deze afstand ook zul len starten. 1500 meter: Schenk, Verkerk, Bols, Verheyen. Reserve: Van Dijk. 10.000 meter: Verkerk, B0I3 en Schenk. Reserve: Verheyen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1972 | | pagina 9