Moeilijkheden in
bestuur Zeeland
Groepswerk belangrijk in
jeugd-huis van bewaring
Portugese korporaal
vlucht naar Nederland
Boodschap aan allen van goede wil
Gedeputeerde Kaland in opspraak
en
ntsnappingen meestal bravourestukjes
WOENSDAG 22 SEPTEMBER 1971
ml
:nti
jeefti >CHEVENINGEN Talrijke ontsnappingen hebben de laatste
ik om lijkt te maken. Grootscheepse speuracties worden in de
este gevallen niet gehouden.
;erd.S 1 het complex strafinrichtingen in Scheveningen in het nieuws
jkebc ,rac^lt* ^et aantal geslaagde uitbreekpogingen, 33 dit jaar,
l van enit zó snel toe dat de Haagse politie zich er nauwelijks nog
ïdt,
loginj
ioldij
p in i it een onderdeel van het complex,
jeugdhuis van bewaring .,De
er lSÉang" (in de Haagse telefoongids
t nu 1 «sselijk „De Sprong" genoemd)
asis v napten tot nu toe veertien inbe-
ruii inggestelden. Alleen of in
a, rt groepje wisten zij over de muur
70 fkomen. Naar aanleiding hiervan
iet vejden wij een gesprek met de direc-
van De Sprang, de heer W.
ssens.
plichten deel te
groepsactiviteiten",
Janssens.
aan de
de heer
dat,
ge on
ng vi De eigen ingang van De Sprang is,
,erband met personeelsgebrek bui-
gebruik", meldde de heer Jans
ons al telefonisch. We vervoeg-
ons daarom bij het belendende
van bewaring. Een kleine poort
toegang tot de, door een vier
hoge muur omgeven ruimte.
geasfalteerde weg voert langs
mande wachttorens, barakachti-
betraliede gebouwen en haast
lische bloemenperken naar De
afgesloten door een soort
-an twee ijzeren deuren die van
ienuit worden geopend.
iel
spolib
irokki
illegt
Nieuwe opvang
ïetze et jeugdhuis van bewaring De
h ang omvat vijf cellenvleugels, een
hoin^-wijkgebouw, groepsvertrekken,
sporthal en een badafdeling,
ir gemiddeld 80 tot 100 jongens
18 tot 23 jaar enkele maanden in
rarrest zitten of een korte straf
OT itten. De opening van De Sprang
ij ||24 september 1970 door de toen-
ige staatssecretaris van justitie,
rsma, kreeg veel aandacht omdat
Sprang het eerste huis van bewa-
j was, en nog steeds is. waarvan
accommodatie een nieuwe opvang
gelijk maakt,
hebb
latuiAlle huizen van bewaring zijn",
sn Sprang-directeur Janssens, „ge-
aandi wd in een periode dat men nog
lis v^ing /van (je cellulaire opsluiting.
1953 stapte men af van dit princi-
op grond van de gedachte dat een
is een sociaal wezen is dat niet te
van de maatschappij geïsoleerd
blijven. Wettelijk werd het prin-
ra van bePerkte of algehele ge-
mschap ingevoerd, hetgeen ge-
inschappelijke arbeid, onderwijs,
sdienst, sport, recreatie en derge-
e inhoudt. Na, de oorlog zijn er
n nieuwe tehuizen meer gebouwd
dat betekent dat de oude inrich-
(en op provisorische manier moe-
proberen hun accommodatie aan
nieuwe beleid aan te passen. Het
ri ondere van De Sprang is, dat hier
op ruime schaal ge- en verbouwd
worden voor rond 4,5 miljoen,
dat dit Complex leeg stond.
In een observatieperiode van veer
tien dagen wordt bekeken welke ma
te van groepscontact het meest ge
schikt is. Daarna wordt de delinquent
op een van de cellenvleugels ge
plaatst waar dit contact, verschillend
naar afdeling, in meer of mindere
mate in praktijk wordt gebracht. De
gradaties van groepsleven lopen uit
een van alles behalve slapen groeps
gewijs doen tot een strikte isolatie, de
hele dag in de cel. De man zelf kan
hierbij zijn wensen naar voren bren
gen, hij kan bijvoorbeeld kiezen voor
een strikte isolering.
In de B-vleugel, waar de groepsge-
dachte het meest optimaal wordt ge
concretiseerd, hebben de in bewaring
gestelden inspraak in hun weekpro-
gramma dat behalve een aantal uren
verplichte arbeid (sjoelbakken en
grammofoonkoffers) vermeldt: re
creatie, sport, eten, onderwijs gods
dienst, en groepsgesprekken niet de
buitenwereld (studenten uit Leiden).
Alles samen.
Alen hoeft dus niet aan het
groepsleven mee te doen, maar als
men er voor kiest en geschikt bevon
den wordt, is deelname aan alle acti
viteiten verplicht.
Positief
Niet verplicht
et regime in De Sprang steunt be-
tpans vre op dat nieuwe sociale beleid op
insda wetsartikel dat bepaalt dat de in
Japa faring gestelden niet rtieer beper-
imen gen mogen worden opgelegd dan
er <i kt noodzakelijk om hen binnen de
in d ren te houden en de tucht en de
e te handhaven. Dit houdt in dat
in principe niemand kunnen ver-
De voornaamste oorzaak waardoor
zoveel vluchtpogingen slagen is ech
ter het personeelstekort. Als gevolg
daarvan wordt het bouwterrein 's
nachts niet bewaakt, zijn de wachtto
rens onbemand en is, zoals gemeld, de
éigen ingang buiten gebruik", aldus
de directeur.
Van de organieke sterkte van 69
man bewakingspersoneel en groeps
leiders, de staf niet meegerekend,
heeft De Sprang er momenteel slechts
47. Er is een personeelsstop, waardoor
geen nieuwe mensen kunnen worden
aangetrokken. Buiten dat is het bij
zonder moeilijk personeel te krijgen
(dat geldt voor het hele westen van
het land).
De heer Janssens: „Het zijn niet
alleen de weinig geliefde weekeind-
diensten maar ook en vooral de huis-
.vestingsproblemen die hierbij een rol
spelen. De tekorten worden proviso
risch opgevangen door detachering
vanuit andere delen van het land. De
situatie is echter al zo nijpend dat
twee inrichtingen, het huis van be
waring in Dordrecht en de gevange
nis in Alkmaar deze zomer tijdelijk
werden gesloten om het personeel de
gelegenheid te geven met vakantie te
gaan.
De ontsnappingen en het perso
neelstekort hebben ook een negatieve
invloed op het werk zelf. Door een
gebrek aan voldoende (en met name
ook goed opgeleide) groepsleiders kan
het nieuwe beleid nog onvoldoende
inhoud worden gegeven, vooral wat
betreft de vulling van de vrije uren.
Je kunt wel een groepsdiscussie op
touw zetten maar als de groepsleider
geen goede gespreksleider is d m heb
je daar weinig aan. Verder moet het
personeel meer dan ooit rekening
houden met de mogelijkheid van ont
snappingen en dat betekent dat het
werk niet meer zo vrij kan worden
gedaan".
Ondanks het feit dat er voorlopig
nog geen oplossing voor het perso
neelstekort in zicht is, verwacht de
Sprang-directeur toch dat het aantal
ontsnappingen zal verminderen. Dit
als gevolg van het principe van col
lectieve verantwoordelijkheid dat nu
is ingevoerd. Als een jongen of een
groepje er vandoorgaat dan weet de
omgeving daar veelal van. Het is
zelfs mogelijk dat de organisator van
de vlucht is achtergebleven. Dat
maakt een onderzoek noodzakelijk, in
verband waarmee de groep tijdelijk
weer afzonderlijk in de cel wordt ge
zet.
Dezelfde maatregel geldt ook als bij
een vlucht bijvoorbeeld een raam is
gebroken, waardoor ook weer ande
ren weg zouden kunnen komen.
Als de ontsnapte terugkomt
moet de groep bepalen of zij hem
na een korte straftijd weer wil
aanvaarden. Reageert de groep
negatief dan blijft de vluchte
ling in de cel.
Nu ze dat ondervonden heb
ben zeggen de groepsleden: „Ont
snappen is best, maar niet ten
koste van ons." Nu al een paar
keer ben ik door de jongens van
te voren ingelicht over een
vluchtpoging. Ik ben geen voor
stander van deze „verlinkerij",
maar wij hebben voorlopig geen
keus", aldus sprangdirecteur
Janssens.
MIDDELBURG De leden van het Zeeuwse provinciale bestuur
waren het nog niet zolang geleden op één punt allemaal eens: Zee
land moest geïndustrialiseerd worden. Nu heersteer een ongekende
verdeeldheid over dit punt en zijn de provinciale staten het over
iets anders eens: milieuhygiëne en natuurbescherming zijn heel be
langrijk.
Dat lijkt een leuke ontwikkeling in
Zéeland Maar zo eenvoudig is het
niet. Want om een goed milieubeleid
te voeren, moet er ook een standpunt
- r.-.'sche en planologische
ontwikkeling bepaald worden. Dat
zijn niet van elkaar te scheiden za
ken.
Die eensgezindheid op het ene punt
en die verdeeldheid op het andere
punt, dat er niet van los te maken is,
leidt in Zeeland tot de vreemdste re
sultaten. De overgrote meerderheid
van de Zeeuwse provinciale staten
stemde vorige week voor een motie,
waarin werd vastgesteld dat in het
tractaat met België over het Baal-
hoekkanaal een internationale milieu
raad verplicht moet worden gesteld.
Ook moet er een arbitrage-clausule
komen voor het oplossen van geschil
len. Verder moeten er waarborgen
komen voor milieugygiëne en schade
loosstellingen.
Het Baalhoekkanaal moet de lin-
kerschelde-oever bij Antwerpen gaan
verbinden met de Westerschelde. De
Nederlandse regering heeft enkele ja
ren geleden België toegezegd mee te
zullen werken aan de totstandkoming
van dit kanaal. Het is de bedoeling
wanneer het kanaal gereed is, er
een enorme industriële ontwikkeling
in België, vlak bij de Nederlandse
grens, op gang komt. Geen gekke
zaak dus van de Zeeuwse staten om
een goed milieubeheer in dit grensge
bied gegarandeerd te willen hebben.
üi
Maar er is nog een ander punt.
Welk tracé moet het kanaal gaan vol
gen? Hierop wisten de Zeeuwse sta
ten geen antwoord. Een kleine meer
derheid vindt dat het kanaal door het
volgens de natuurbescherming unieke
schorrengebied van het Verdronken
Land van Saeftinge moet komen. Een
kleiner deel vindt dat het knaal beter
landbouwgrond kan opslokken. Een
nog kleiner deel vindt niets, omdat
het eerst wel eens wil praten over de
vraag of dat Baalhoekkanaal eigen
lijk aangelegd moet worden.
Daarmee hebben de Zeeuwse pro
vinciale staten een niet onbelangrijke
boot gemist. De minister van verkeer
en waterstaat moet uiteindelijk voor
03,3.1 kiezen. In
feite hebben de Zeeuwse staten, door
geen duidelijk standpunt kenbaar te
maken, tegen de minister gezegd: doe
het maar, wij zullen wel zien wat er
uit de bus komt. En dat is een
vreemde zaak voor een provinciaal
bestuur dat zich juist zo druk zit te
maken over milieuhygiëne en natuur
bescherming.
Ontivikkelingsschets
Binnen de Zeeuwse gedeputeerde
staten is de onenigheid' over de toe
komstige ontwikkeling van de pro
vincie het grootst tussen de gedepu
teerden Boersma (PvdA) en Kaland
(CHU). Dat leidt keer op keer tot
meerderheids- en minderheidsstand
punten van GS. Met nieuwsgierigheid
kijken de Zeeuwen dan ook uit naar
een door GS aangekondigde „ontwik-
kelingsschets van Zeeland", die voor
het eind van dit jaar moet verschij
nen. Lukt het GS om de zaken zo te
formuleren, dat iedereen het ermee
eens kan zijn?
José Aligusto Gomes Pinhal
Volgens de heer Janssens (en getui
ge het grote aantal brieven van ex-
Sprangbewoners, die hij ons laat
zien), staan de jongeren zeer positief
tegenover deze opzet, „ondanks dat
deze ook aan hen hogere eisen stelt
dan de cellulaire opsluiting".
Het grote aantal ontsnappingen zou
echter het tegendeel kunnen doen
veronderstellen, namelijk dat dc
Sprangbewoners zo genoeg hebben
van het regime, dat ze er vandoor
gaan als dat maar even mogelijk is.
Volgens de directeur is dit echter
pertinent onjuist: „Voor de meesten
is een ontsnapping een stukje bra-
voiurewerk, waarvan ze doorgaans al
gauw spijt hebben. Het gebeurt wel
dat er iemand is die per se weg wil;
die trekt dan zo'n groepje avontuur-
zoekers met zich mee. Moeilijkheden
met het gezin, verloofde of meisje
zijn soms de aanleiding voor een ont
snapping. Daar heb ik wel begrip
voor, het is eens gebeurd dat de offi
cier van justitie in zo'n geval de
vlucht achteraf legaliseerde. Dat het
voor de meeste ontsnappers geen
ernst is, blijkt wel uit het feit dat
zeven van de veertien ontsnapten
zich vrijwillig de volgende dag of
kort daarop weer meldden".
De bouwactiviteiten in het complex
strafinrichtingen blijken de vluchtpo
gingen wel te vergemakkelijken.
Vroeger had het weinig zin bij ons
over de muur te klimmen, omdat je
dan op het bewaakte terrein van de
gevangenis naast ons terecht kwam.
Nu wordt daar gebouwd, de hele dag
staat de poort open voor de aanvoer
van bouwmaterialen.
ROTTERDAM José Augusto
Gomes Pinhal, 19 jaar, is gebo
ren in Villa Nova Gaia bij Opor
to in Portugal. Hy zit, na een
jaar van voor onze begrippen on
gelooflijke avonturen, tegenover
ons om van die avonturen te
vertellen. Dat gaat vlot, hij
spreekt uitstekend Frans.
Als gevolg van deze avonturen
zal hij vermoedelijk nooit meer
een voet op Portugese bodem
kunnen zetten. Hij heeft een
boodschap, zegt hij: alle mensen
van goede wil te vertellen wat
er in Portugal gaande is.
José Gomes Pinhal ging, toen hij
twaalf jaar oud was, met zijn ouders
en alle elf broers en zusters naar No
va Lisboa in Angola. Daar beëindigde
hij zijn schoolopleiding en daar begon
hij zijn werkkring als monteur \van
textielmactiinerieën.
Zijn avonturen begonnen, zoals hij
ons vertelde, in 1969. toen hij met de
Santa Maria voor een vakantie naar
zijn Portugese geboortegrond ging en
al de eerste dag aan land in moeilijk
heden geraakte.
Gevangenis
In een café in Lissabon had hij een
gesprek met de caféhouder, die hem
vroeg waarom zijn ouders en hijzelf
indertijd naar Angola waren gegaan.
Twee in burger geklede mannen
regenjas, slappe deukhoed tikten
hem op de schouder, namen hem mee
in een auto en leverden hem af in
een gevangenis in Oporto.
José Gomes Pinhal vertelde, dat hij
aan handen en voeten werd gebon
den. dat hij werd afgeranseld en dat
hij ten slotte een blanco papier onder
z'n neus geduwd kreeg, dat hij moest
ondertekenen.
Er volgden enkele maanden opslui
ting, de jonge José hield zich ziek en
toen een politieman hem kwam halen
voor een onderzoek bij de dokter
volgde een gevecht, dat ermee eindig
de dat José werd neergeknuppeld. Jo
sé Gomes Pinhal werd overgebracht
naar een fort in Lissabon en in ja
nuari 1970 werd hij in een militair
uniform gestoken. Niet het normale
uniform, maar een speciaal soldaten
pak, waarin hij als „misdadiger" ken
baar Weef.
Hij kreeg wel een militaire trai
ning, maar werd niet bewapend.
In augustus 1970 werd hij geboejd
overgebracht naar dezelfde Santa
Maria, waarmee hij indertijd zijn zo
ongelukkig geëindigde vakantiereis
had gemaakt.
Het schip ging naar Guinee, José
Goines Pinhal kreeg ccn normaal
uniform en werd bewapend met een
FN-pistoolmitrailleur.
Terreur
In Guinee wachtte hem eerst een
plezierige verrassing De kolonel was
een vriend van zijn vader en gaf hem
al dadelijk de korporaalsrang met
een bevel over een sectie van twintig
soldaten.
Korporaal Gomes Pinhal moest met
zijn sectie meteen aan het werk. Per
jeep en vrachtwagen ging het naar de
dorpen. Wat men daar aan inwoners
vond werd op de wagens geladen, wie
niet mee wilde of niet mee kon werd
doodgeschoten. Wie wel meeging ver
dween in de stad achter prikkel
draad.
José Gomes Pinhal vertelt, dat hij
toen al verzet in zich voelde: hij
meende niet het recht te hebben, de
mensen bij honderden zomaar af te
maken en hij meende ook, dat men
niet het recht had, mensen zonder
vorm van proces uit hun dorpen weg
te halen en op te sluiten.
Hij vertelt verder, dat deze pa
trouilles niet ongehinderd waren: er
waren regelmatig hevige gevechten
met guerrilla's.
In juni 1970 vertelde een van de op
deze manier gevangen dorpelingen na
martelingen onder meer met afge
dankte injectienaalden dat hij een
ondergrondse bergplaats met wapens
wist. Korporaal Gomes Pinhal met
zijn mensen en een andere korporaal
met diens sectie, in totaal 42 man
onder bevel van de andere korporaal,
gingen met de dorpeling als gids,
naar de bergplaats.
Die werd inderdaad gevonden en
met rijke buit aan wapens ging de
patrouille huiswaarts.
Op ongeveer drie kilometer van de
kazerne liet de korporaal-patrouille
commandant halt houden en hij gaf
zijn mannen hel bevel, de gids neer
te schieten.
Ondercommandant Gomes Pinhal
verzette zich daartegen, zeggend, dat
de kapitein niet had bevolen de man
af te maken.
De patrouille keerde met de man
terug naar de kazerne, de kapitein
heeft hem de volgende ochtend neer
laten schieten.
José Gomez Pinhal vertelt, dal dit
voor hem de deur dicht deed. Hij
raakte over z'n toeren, maakte amok
in de mess en sloeg in woede alle
servieswerk kort en klein.
Desertie
De militaire politie greep in, korpo
raal Gomes Pinhal ging met gebroken
neus en allerlei andere verwondingen
voor anderhalve maand het militaire
hospitaal in.
Na die tijd gevoelde hij zich fit
genoeg om zelf in te grijpen. Met drie
kameraden deserteerde hij naar Sé-
négal, vanwaar hij als verstekeling
aan boord van een Congolees schip
naar Europa reisde, met medeweten
en hulp van twee Portugese passa
giers.
José Gomes Pinhal ging op 13 sep
tember 1971 in Antwerpen van boord,
de andere drie reisden door naar
Zweden.
Het einde van zijn avontuur kwam
in Breda, waar hij nu verblijft bij de
familie Küttschreuter.
Dat slot was nog even héél onaan
genaam. Hij stelde zich in Amster
dam in verbinding met het Angola-
Comité, dat hem weer overgaf aan de
Stichting Bijstand Buitenlandse Stu
derenden in Den Haag. Samen met de
cultureel werkster dezer stichting,
mejuffrouw E. Ch. C. Geeve, ging hij
vrijdagochtend naar de Rotterdamse
politie om moeite te doen voor een
verblijfsvergunning.
Dat pakte heel naar uit. Van de
zyde van het stichtingsbestuur werd
ons verteld dat de Rotterdamse poli
tie. blijkbaar in de mening te doen te
hebben met de zoveelste gedroste
Portugese schepeling, hem meteen in
een cel opsloot, niemand bij hem toe
liet en hem snel een-in liet Neder
lands gesteld papier ter onderteke
ning voorlegde.
José Gomes Pinhal weigerde en
met reden: later bleek dat papier een
akkoordverklaring te zijn met zijn
transport naar Portugal!
De stichting ging aan het werk via
het ministerie van justitie en slaagde
er in een aanvrage voor een ver
blijfsvergunning in zee te krijgen.
Die zal nu waarschijnlijk voor een
jaar worden toegekend.
José Gomes Pinhal werd maandag
vrijgelaten en kon naar het gezin
Küttschreuter gaan, dat hem via
vrienden was gegeven
Hij zoekt nu werk in Rotterdam
„Ik wilde, dat ik een kans kreeg,
om voor 'de televisie de mensen te
laten zien en horen wat voor toestan
den er in Portugal en de Portugese
koloniën zijn", zegt hij.
"a'and is- wel eens
de „glamour boy" van de Zeeuwse
industrialisatie genoemd. Hij strijd
daar nog altijd voor, maar de tijd dat
hij de Zeeuwse staten alleen maar
kon imponeren door het aankondigen
van nieuwe en grotere ontwikkelin
gen is voorbij. Gedeputeerde Kaland
ziet kans om zich behalve door
zijn industrialisatie-mening nog
veel meer moeilijkheden op de hals te
halen. Want synchroon met de ont
wikkeling naar een niet zo grote zelf
verzekerdheid van de Zeeuwse staten
over de industrialisatie, heeft zich in
Zeeland een affaire-Kaland ontwik
keld. Die zaak heeft zijn hoogtepunt
nog niet bereikt. Het zou wel eens
kunnen dat deze affaire tegelijk met
de onenigheid in de Zeeuwse staten
eindigt. Maar dat einde kan nog wel
even op zich laten wachten, want
„Kaland heeft een harde kop", zoals
de Zeeuwen zeggen
De affaire-Kaland is eigenlijk be
gonnen met de zaak-Stikkelorum.
Mevrouw Stikkelorum, voorzitster
van de Vereniging Milieuhygiëne
Zeeland, moest haar functie opgeven
of anders zou haar man, die bij de
Provinciale Zeeuwse Energie Maat
schappij (PZEM). naar een andere
functie overgeplaatst worden. Hoewel
hij fel gekritiseerd werd. zag Kaland
toch kans deze zaak te winnen.
Daarna kwam de PZEM-affaire
Die is nog lang niet afgelopen. Wat
begon als verschrijvingen van direc-,
teur ir. T. Bogerd ten behoeve van
zijn privé landhuis in Domburg, ein
digt in een zaak-Kaland. Gedeputeer
de Kaland is ir. Bogerd tot het
uiterste de hand boven het hoofd
blijven houden. De advocaten van de
PZEM-directeur hebben aangekon
digd desnoods tot bij de Hoge Raad
in beroep te zullen gaan tegen een
niet eervol ontslag van ir. Bogerd.
Dat kan nog wel eens een tijdje gaan
duren en dat kost het provinciale be
drijf dan voorlopig 120.000 gulden per
jaar, als jaarsalaris voor de niet in
functie zijnde directeur T. Bogerd.
Er is nog meer. Gedeputeerde Ka
land weigerde na het bekend worden
van de zaak-Bogerd af te treden als
voorzitter van het dagelijks bestuur
van de PZEM. De PvdA-gedeputeer-
den Van Poelje en Boersma weiger
den op hun beurt naast Kaland in het
PZEM-bestuur te gaan zitten en al
maandenlang is dit dagelijks bestuur
niet voltallig.
Onderzoek justitie
In juli kreeg de justitie bciahgstel-
ling voor de verschrijvingen bij dc
PZEM. Sindsdien is de rijksrecherche
in opdracht van de Middelburgse of
ficier van justitie aan het onderzoe
ken of er daarbij ook strafbare feiten
gepleegd zijn. Dat heeft weer geleid
tot een stroom van geruchten in Zee
land. Vrienden van ir. Bogerd zouden
ook geprofiteerd hebben van diensten
van de PZEM.
En daarna zoiets kan gewoon
niet uitblijven ontstond het ge
rucht dat gedeputeerde Kaland ook
priv-voordclen van de PZEM had
genoten. Tenslotte kwam voor de
roddelaars de bevestiging. Gedepu
teerde Kaland verklaarde desge
vraagd dat het ontwerp voor de ver
bouwing van zijn achterkamer bij de
PZEM is gemaakt. En sindsdien is de
achterkamer van gedeputeerde Ka
land in Zeeland een vast onderwerp
van gesprek.
Volgens de verklaring van Kaland
zou ir. Bogerd hem op een avond
aangeboden hebben een tekening te
maken voor het uitbreken van een
muur in de achterkamer en het daar
voor in de plaats maken van een
kastwand. Kaland zou. denkend dat
ir. Bogerd deze tekening zelf op pa
pier zou zetten, dit aanbod als een
vriendendienst hebben aanvaard.
Maar de PZEM-directeur liet het
PZEM-personeel de tekening voor de
achterkamer van de voorzitter ma
ken. Kaland ontkent dat PZEM-per
soneel aan de verbouwing zelf heeft
gewerkt.
Gaslantaarns
Volgens een „traditie" kunnen de
leden van het dagelijks bestuur van
de PZEM van dezelfde faciliteiten ge
bruik maken als het personeel van
het bedrijf. De heer Kaland maakt
gebruik van die korting op de aan
schaf van elektrische apparaten en
stroom. Gedeputeerde Van Poelje
die is afgetreden als lid van het be
stuur is zo wijs geweest om deze
voordeeltjes altijd van de hand te
wijzen. Toen de Zeeuwse Gas Maat
schappij met de PZEM fuseerde,
bleek deze maatschappij nog een paar
oude gaslantaarns te hebben. Eén was
interessant genoeg voor het Zeeuws
museum, de andere ging als cadeau
naar de tuin van gedeputeerde Ka
land.
Wanneer Zeeland geen PZEM-af
faire had gekend, zou niemand over
deze zaken praten. Maar nu hebben
ze een gewicht gekregen en leveren
zij een bescheiden bijdrage tot de af
faire-Kaland, die er op zich weer toe
bijdraagt dat het provinciale bestuur
van Zeeland niet erg soepel functio
neert.