Volgend jaar hebben we
15.000 werklozen méér
Selectief gebruik auto en
goed openbaar vervoer"
Lardinois: Landbouw voor
leefmilieu belangrijk
Vierjarenplan voor
ontwikkelingshulp
Rijk subsidieert volgend
jaar ruim 109.000 huizen
Lonen 13 a 14 petprijzen 7 pet hoger
Ruilverkaveling door
5 ministers bezien
Vet i es voor behoud van
milieu meer bundelen
Afzonderlijk overleg
met Suriname en
Ned. Antillen
itbreiding gemeente
politie met 20 pet
zou te duur zijn
Li
Versobering het best te merken bij Verkeer en Waterstaat
n
DINSDAG 21 SEPTEMBER 1971
ÏER
DEN HAAG De werkloosheid, die dit jaar opliep tot ongeveer 65.000 personen, zal in 1972
net 15.000 toenemen tot ongeveer 80.000. Het Centraal Planbureau voorspelt dit in zijn macro-
iconomische verkenning over het jaar 1972. De toeneming van de werkloosheid is een gevolg van
:en verder dalende produktie en arbeidsproduktiviteit en zal zich waarschijnlijk ook in de jaren na 1972
mei roortzetten.
tela
Van onze parlementsredactie
Ondanks deze overigens nog be-
•kte ontspanning op de arbeids-
zal 1972 de kenmerken blijven
tonen van een overspannen eco-
jDmie. Het Centraal Planbureau ver-
u acht onder meer dat:
DU|
De loon- en prijsspiraal zich ook
v«i 1972 op een hoog niveau zal hand-
et^ aven. De lonen zullen naar wordt
ngii (rwacht stijgen met 13 a 14 procent
'er'" d de prijzen met rond zeven procent.
f OA" Het tekort op de betalingsbalans.
v®|at aan het eind van dit jaar onge-
eer twee miljard gulden zal bedra-
zal ook in 1972 aanzienlijk zijn,
amelijk 1.1 miljard gulden.
De bedrijfsinvesteringen lopen
trder terug.
oepi
De toeneming van de werkloosheid
een rechtstreeks gevolg van de da-
nde produktie en arbeidsproduktivi-
it. Lag het produktieniveau dit jaar
iet een groei van ongeveer vijf pro-
nog even boven het gemiddelde
4,82 procent, in 1972 zal de groei
ïoud meer bedragen dan drie procent.
.1 De groei van de arbeidsproduktivi-
lnTeit die voor 1971 nog op vijf procent
rordt geraamd zal in 1972 hier en
dalen tot slechts 1,5 procent en
imiddeld met 0,01. De stagnerende
it licht dalende werkgelegenheid
ran de bedrijven die daarvan het ge-
is doet de werkloosheid oplopen,
naar minder dan wellicht op het
erste gezicht zou worden verwacht.
De aanwas van het binnenlandse
arbeidsaanbod is namelijk vrijwel
verwaarloosbaar, omdat dit aanbod
gedrukt wordt door de leerplichtver
lenging en door een zoveel grotere
belangstelling voor het onderwijs. De
toeneming van de werkloosheid ma
nifesteert zich in 1972 ook in het wes
ten van het land. Hieraan mag echter
niet de conclusie worden verbonden
dat de werkloosheid verspreid over
het land een gelijkmatig beeld gaat
vertonen.
In sterkere mate dan voorheen zijn
namelijk de laatste jaren personen
werkzaam op sociale werkvoorzie
ningsobjecten blijvend op deze ob
jecten tewerkgesteld, waardoor zij
niet langer als werkzoekend worden
geregistreerd. Dit is vooral van in
vloed geweest op de omvang van de
arbeidsreserve buiten het westen.
Loonbeiveging
De toeneming van de werkloosheid
zal volgens het planbureau geen noe
menswaardige invloed hebben op de
loonbeweging. „Onder de huidige om
standigheden, waarMj reële loonstij
gingen inclusief werkgeverslasten
en incidentele verhogingen er toe
neigen uit te gaan boven de arbeids-
produktiviteitsverhoging en daaren
boven indexering over vrijwel de he
le linie met geringe vertraging wordt
toegepast, is een eenmaal in gang ge
zette loon- en prijsspiraal zeer moei
lijk te doorbreken, tenzij de sociale
partners doelbewust een sterke mati
ging zouden bewerkstelligen", aldus
DE WERKLOOSHEID
OE ARBEIDSMAN
totaal werklozen
AO -
V
opensraande"
f aanvragen v
f I" werkgevers
cn
O o
50
i~
40
30
wv. werkloze
bouwvakarbeiders
20
10 -
1
X
1000
1967 "68 '69 '70 h?7'
het planbureau. Het verwacht daar
om loonstijgingen in de orde van 13
tot 14 procent. De loonstijging bij de
overheid blijft met 11 procent achter
bij die in het bedrijfsleven.
In verband gebracht met de verbe
tering van de arbeidsproduktiviteit1
ad 3 procent leidt de loonstijging tot
een toeneming van de loonkosten per
eenheid produkt met ongeveer 10
procent, een stijging die sinds de
tweede wereldoorlog nog niet is voor
gekomen.
Het planbureau verwacht daarom
dat de prijsstijgingen groot zullen
blijven: voor de binnenlandse beste
dingen van 9 tot 10 procent en tot 5 a
6 procent voor bedrijfsinvesteringen.
Het prijspeil voor de particuliere
consumptie zal met ongeveer 7 pro
cent stijgen.
Verbetering
Het verschil tussen de loon- en
prijsstijging levert op het eerste ge
zicht een verbetering op van het reëel
beschikbaar inkomen van rond zes
procent. In 1972 zal echter ook de
druk van sociale lasten en directe be
lastingen aanzienlijk toenemen. Er
rest dan een verbetering van het reë
le loon van 3,8 procent.
Het planbureau tekent hierbij aan
dat dit percentage uitgaat van de drie
procent van de arbeidsproduktiviteit.
Van een achterblijven bij de toename
van de arbeidsproduktiviteit teneinde
ruimte te scheppen voor additionele
collectieve voorzieningen is onder de
geschetste omstandigheden dan ook
;;een sprake, aldus het planbureau.
De hardnekkigheid van de loon- en
prijsinflatie wordt volgens het plan
bureau niet alleen door spanningen
op de arbeidsmarkt veroorzaakt. Zo
signaleert het planbureau een toege
nomen neiging tot afwenteling van
vrijwel elke lastenverhoging. Dit
laatste duidt erop dat de huidige
overbesteding en de ten dele hiermee
verbonden inflatie niet uitsluitend
van conjuncturele oorsprong zijn,
maar ook structurele elementen be
vatten.
In dit verband doet l#ot planbureau
een beroep op het bedrijfsleven een
vrijwillige matiging te betrachten,
emdat een terugdringing van de in
flatie langs andere wegen bij voor
baat tot mislukken gedoemd is.
DEN HAAG De Nederlandse re
gering geeft de voorkeu.' aan afzon
derlijk en rechtstreeks overleg met
Suriname en weer afzonderlijk over
leg met de Antillen over de herzie
ning van het Statuut en de onafhan
kelijkheid van deze rijksdelen.
Zoals bekend is vorig jaar met de
delegaties van Suriname en de Antil
len overeengekomen een commissie in
te stellen, die de nieuwe rechtsorde
tussen de drie volkeren zal regelen.
Deze commissie zal bestaan uit een
Nederlandse, een Surinaamse en een
Antilliaanse sectie.
Ondanks deze samenstelling vindt
de regering het overleg op bilaterale
basis beter. Reden: de staatkundige
ontwikkeling van Suriname en de
Nederlandse Antillen behoeven niet
parallel te lopen.
Voor de begeleiding van de vele
migranten uit Suriname en de Neder
landse Antillen zullen deskundigen
uit Suriname en de Antillen worden
aangetrokken. De sterke stroom van
migranten uit Suriname vraagt grote
aandacht, vooral met het oog op de
gevolgen in het menselijke vlak.
Vijf miljard in deze kabinetsperiode
Van onze Haagse redactie
DEN HAAG Minister C.
Boertien heeft de Tweede Ka
mer een vierjarenplan voor
de ontwikkelingssamenwerking
voorgelegd. Voor de kabinetspe
riode 1972-1975 is ruim vijf mil
jard gulden uitgetrokken: 1050
miljoen in 1972; 1.150 miljoen in
1973; 1.325 miljoen in 1974 en
1.525 miljoen in 1975.
Het bedrag van 1.0$0 miljoen voor
het komende jaar betekent, dat er 80
miljoen méér kan worden uitgegeven
dan dit jaar. Voor Suriname en de
Nederlandse Antillen is 228 miljoen
uitgetrokken.
Het ontwikkelingsbeleid wordt ge
richt op een versterking van de inter
nationale samenwerking in het Twee
de Ontwikkelingsdecennium. Daarom
0MTW1KKELINGS
wordt het accent gelegd op de hulp
via internationale organisaties en op
de multilaterale hulpprogramma's. De
bijdragen aan de Internationale Ont-
wikkelings Associatie (IDA), de regio
nale ontwikkelingsbanken en het VN-
ontw\kkelingsprogramma zijn dan
ook belangrijk verhoogd.
Woningbouw programma: totaal 132.000
Geertsema
•ing'
Van onze Haagse redactie
DEN HAAG Minister
ieus leertsema blijkt niet bereid de
erkte van de gemeentelijke po-
tiekorpsen met twintig procent
t te breiden, zoals de Vereni
ng van Nederlandse Gemeen-
tarij n gevraagd had. De minister
et i ijst er in zijn begroting op dat
t een uitbreiding van 3000 man
W ou be ekenen en honderdmil-
jen gulden meer zou kosten.
De minister zal wel laten onderzoe-
En wat precies de werkelijke be
liefte aan politiepersoneel is. waarbij
Et zwaartepunt zal liggen op verhe
ffing van de bedrijfsvoering in de
nrpsen. Voor het optreden bii orde
erstoringen wil de minister de mo-
j elijkheid bestuderen van het opzet-
En van, mede door het rijk te finan-
ieren, pools van materieel. Hij over
legt het aantal waterwerpers uit te
|0 ireiden en zal het onderzoek naar het
Ebruik van geweldsmiddelen, die zo
feinig mogelijk letsel of schade ver-
fv orzaken, laten voortzetten.
BB/BRANDWEER
Minister Geertsema heeft nog geen
Eslissing genomen over de samen-
nelting van brandweer en EB als
Ern voor de te vormen nationale
gj, ampenorganisatie in vredestijd, om-
ndal 3t llierte8en nogal wat bezwaren
^'Tjn geopperd.
Het kabinet zal zich nader beraden
het functioneel leeftijdsontslag
oor ambtenaren. Hierbij zal ook
bekeken welke moeelijkhe-
's en er zijn functioneel leeftijdsont-
mlif
befl
op
on-
efl
Van onze Haagse redactie
DEN HAAG In 1972 zal voor 109.500 woniiïgeh rijkssubsidie worden toegezègd. Samen
met 22.500 huizen die nafar verwacht in de ongesubsidieerde sector worden gebouwd, zal het
woningbouwprogramma voor dat jaar 132.000 woningen omvatten.
De rijkssubsidie zal. zo blijkt uit de
begroting van volkshuisvesting, be
schikbaar worden gesteld voor:
49 450 woningwetwoningen, waar
van tenminste 6000 woningen voor
bejaarden
60.050 particuliere huur- en eigen
woningen waarvan eveneens ten
minste 6000 voor bejaarden.
Voorts zal het mogelijk zijn finan
ciële tegemoetkomingen te verstrek
ken voor de bouw van verzorgingste
huizen voor bejaarden tot een totaal
van 5000 bedden.
Minister Udink zegt dat allereerst
daar gebouwd dient te worden waar
dit gezien de vorderingen bij de voor
bereiding en uitvoering van de stede-
bouwkundige plannen op korte ter
mijn mogelijk is. Dit houdt in dat bij
de uitvoering van het woningbouw-
programma een flexibel beleid dient
te worden gevoerd
Overeenkomstig de wens van de
SER zal een nader onderzoek worden
ingesteld naar de elementen die de
continuïteit in de woningbouw bepa
len Het gaat daarbij vooral om de
invloed van het conjunctuurverloop
op de bouwactiviteit en de doeltref
fendheid van de door de rijksover
heid getroffen maatregelen.
slag te voorkomen door overplaatsing
of aanpassing van de functie aan de
ouder wordende ambtenaar.
Bij het benoemingsbeleid voor bur
gemeesters en commissarissen der ko
ningin wil minister Geertsema de ge
meenteraad. respectievelijk de pro
vinciale staten van te voren horen
over hun wensen.
Bij herbenoeming van een burge
meester na zes jaar zal voortaan ook
worden gekeken welke eisen aan hem
moeten worden gesteld in de komen
de ambtsperiode. Het kabinet zal een
beleidsnota over dit onderwerp uit
brengen.
Minister Udink denkt dat de voor
stellen om tot een huurharmonisatie
te komen op 1 april 1972 geëffec
tueerd kunnen worden. Dit betekent
dat de huren op die datum in over
eenstemming zuilen worden gebracht
met de werkelijke huurwaarde, wat
in de meeste gevallen een vrij be
hoorlijke huurverhoging betekent.
Tegelijkertijd zal echter meer in
houd worden gegeven aan het verle
nen van individuele huursubsidies.
Deze subsidie zal ook worden ver
strekt in gevallen waarin door ingrij
pende woningverbetering een on
evenredig verschil tussen huur en in
komen ontstaat. Voor het verstrekken
van aanvullende huursubsidies kan in
1972 tot 61,6 miljoen gulden aan ver
plichtingen worden aangegaan.
Tot de hoofdlijnen van het natio
naal ruimtelijk beleid rekent de rege
ring de bescherming van de centrale
open ruimte tussen de beide vleugels
van de randstad en de Brabantse ste-
denrij. Een speciale wet voor de re
constructie van Midden-Delfland zal.
zo wordt verwacht, nog dit jaar bij
de Tweede Kamer worden ingediend.
De grondaankopen ten behoeve van
het recreatiegebied Spaarnwoude (in
de bufferzone tussen Haarlem en
Velsen enerzijds en Amsterdam an
derzijds) vinden snel voortgang. Tot 1
juli 1971 werd in dit gebied 672 hec
tare in eigendom verworven. Ver
wacht wordt dat binnenkort 1600
hectare van de in totaal 22000 te ver
werven hectare in eigendom zal zijn
verkregen.
In het kader van de algemene be
perking van de rijksuitgaven is het
programma van de rijksgebouwen
dienst voor een belangrijk gedeelte
opgeschort en zal het hele program
ma voor 1972 tot na dat jaar worden
opgeschort. Dit betekent dat met veel
projecten ten behoeve van een aantal
departementen, de hoge colleges van
staat en andere rijksinstellingen niet
kan worden begonnen.
Van een onzer verslaggevers
DEN HAAG De betekenis,
die de landbouwgebieden kunnen
hebben voor het leefmilieu, is
één van de belangrijkste facto
ren van het beleid, dat minister
Lardinois (landbouw) het ko
mend jaar wil voeren.
In de memorie van toelichting
op zijn begroting zegt de mi
nister, dat in zijn beleid centraal
staat .,de opgave te bereiken dat
de landbouw in de moderne in
dustriële maatschappij een eco
nomisch en sociaal verantwoorde
functie vervult, en tegelijkertijd
een-fundamentele bijdrage levert
aan verbetering van ons leef
klimaat".
De minister betoogt, dat ook in 1972
de snelle afname van het aantal men
sen, dat in de landbouw werkzaam is
zal doorgaan. Het bedrag voor het
ontwikkelings- en saneringsfonds
voor de landbouw wordt op de begro
ting voor 1972 weer verhoogd. Het
fonds krijgt 13,5 miljoen méér dan dit
jahr. en komt daarmee op 90,5 mil
joen. Het borgstellingsfonds wordt
met 20 miljoen gulden versterkt,
waarmee de draagkracht van dit
fonds op 120 miljoen gulden komt. De
verhoging is nodig geworden door de
overbruggingsregeling voor fruittelers
en de financieringsregeling zware
stookolie 1970.
De minister wil ook iets doen aan
de financiering van grondaankopen,
die nodig zijn voor het vergroten van
het bedrijf. In enkele ruilverkave-
lingsgebieden in het noorden zal een
proef worden gedaan met een zoge
naamde grondbank. Deze „bank"
moet het boeren, die hun bedrijf wil
len uitbreiden, mogelijk maken voor
delig aan grond te komen.
De schaalvergroting moet zich vol
gens Lardinois niet beperken tot de
landbouwbedrijven. Ook in de agrari
sche handel is het aantal kleine be
drijven te groot. Hij verwacht, dat er
de komende jaren ook in die sector
veel verandèren zal De minister wil
hier vooral de verticale integratie sti
muleren.
SLECHT JAAR
Minister Lardinois geeft in zijn me
morie een analyse van de economi
sche ontwikkeling van de landbouw
en komt daarin tot de conclusie, dat
het jaar 1970/71 slecht geweest is
voor de boeren. Vooral de slechte
prijzen, die gemaakt werden voor
aardappelen, varkensvlees en eieren
(produkten, waarvoor de prijsvorming
nagenoeg vrij is) hebben het gemid
delde inkomen in de landbouw sterk
gedrukt. Tegenover de tegenvallende
prijzen stonden, net als voorgaande
jaren, weer sterke kostenstijgingen.
De minister verwacht dat het jaar
1971/72 beter zal zijn voor de boeren.
Het uiteindelijke resultaat zal echter
sterk afhangen van de kostensfijgin-
gen.
FRUITTEELT
In de fruitteelt zijn de moeilijkhe
den nog steeds groot. Ook over het
jaar 1970/71 hebben de fruittelers
verliezen moeten boeken. De prijs,
die gemiddeld gemaakt werd voor het
fruit, lag weer beneden de gemiddel
de kostprijs. De minister gelooft, dat
de Westeuropese fruitcrisis, die nu al
enkele jaren voortduurt, pas wordt
opgelost, als in de andere EEG-lan-
den een groot aantal appel- en pere
bomen wordt gerooid. Hij vindt het
tempo, waarin de andere landen
fruitbomen rooien, veel te laag.
Een waarschuwing richt Lardinois
aan het adres van de pluimveehou
ders. De uitbreiding in de produktie
van slachtkuikens vindt hij zorgwek
kend. Iets optimistischer is hij over
de mogelijkheden voor de varkens-
vleesproduktic, maar hij zegt er wel
bij, dat een eventuele uitbreiding zich
geleidelijk moet voltrekken.
Lardionis
DE WONINGROUlfc
Van een onzer verslaggevers
DEN HAAG Een commissie van vijf ministers zal bekijken hoe
het ruilverkavelingsbeleid moet worden voortgezet. Over de voor
stellen, die deze commissie zal doen, zal de regering begin volgend
jaar een beslissing nemen.
Voorzitter van de commissie wordt
landbouwminister ir. P. J. Lardinois.
Met hem zullen de ministers van fi
nanciën. van verkeer en waterstaat,
van volkshuisvesting en ruimtelijke
we* chc
trijé
i?oei HAAG „Er moet meer
rem ,Undeling tot stand komen bij
n i lenigingen, stichtingen en
Hu 'ctie2roePen, die zich bezig hou-
het behoud van een
;efmilieu. Bundeling
'an dit op zich zelf toe te jui
nen particulier initiatief kan
j(^r fersnippering van krachten
b^an geid ujt weike bron dan
tegengaan"
Deze wens spreekt minister Stuyt
Ut in de toelichting op de eerste be-
loting van dit departement. De be-
foting van het nieuwe departement
™t voor de gehele dienst een totaal
van ƒ420.300.000,- aan. Dit is een
**'8>ng van ongeveer 80 miljoen in
jPcHjking tot de overeenkomstige
|°s*n op de begroting 1971 van het
ment van sociale zaken en
[ezondheid. Deze stijging vloeit
v. or een belangrijk deel voort uit de
inmiddels tot standgekomen loon- en
salarismaatregelen (ongeveer 31 mil
joen). Het restant vindt zijn oorzaak
vooral in een verhoging met 22,5 tot
29 miljoen voor de uitgaven, die het
gevolg zijn van de Wet Luchtveront
reiniging.
In zijn toelichting maakt minister
Stuyt ook bekend dat binnenkort de
definitieve aanwijzing van de Rijn
mond als saneringsgebied kan worden
verwacht. Bezien wordt nog welke
andere gebieden in Nederland moeten
worden aangewezen als saneringsge
bied.
De uitbouw van het landelijke meet
net voor luchtverontreiniging maakt
volgens de ministers goede vooruit
gang. Tegen het einde van 1972 zal
het centrale meetstation voor lucht
verontreiniging in Bilthoven gereed
zijn. Ook kondigt de minister een in
terdepartementale commissie aan die
de geluidshinder in zijn totaliteit zal
gaan bestuderen.
Van onze Haagse redactie
DEN HAAG Minister Drees (verkeer en waterstaat) zal zijn
beleid richten op het bevorderen van een selectief gebruik van de
auto en van een goed en verantwoord openbaar vervoer. Uit zijn
begroting blijkt dat:
De opcenten op de motorrijtuigenbelasting met ongeveer vijftig
procent zullen worden verhoogd. Dit komt erop neer dat een wagen
van 800 kilo ledig gewicht 42,62 méér gaat kosten, een wagen van
1000 kilo ledig gewicht 53,28 gulden méér en een wagen van 1300
kilo 69,26 gulden méér. Ook de accijns op benzine zal worden ver
hoogd, maar deze maatregel valt niet onder zijn verantwoordelijkheid.
Inclusief de NS voor de tekorten van het openbaar vervoer
377 miljoen gulden wordt uitgetrokken, wat aanzienlijk meer is dan
vorig jaar.
zonderlijk grote lengte aan nieuwe
rijkswegen verwacht, ongeveer 220
kilometer. Omstreeks het eind van
1972 zal de voorgenomen aanleg van
800 kilometer nieuwe autowegen naar
verwachting zijn voltooid.
Spoorwegen
De versoberingspolitiek is het dui
delijkst merkbaar bij de begroting
van verkeer en waterstaat. Was dat
tot voor kort nog een van de snelst
groeiende begrotingen, de nominale
groei van „Verkeer en Waterstaat" is
nu beperkt tot vijf procent. Deze be
perking wordt ondanks de sterke toe
name van de rijksbijdragen in de te
korten van het openbaar vervoer, be
reikt door een temporisering van
werken.
Rijkswegen
Met de verhoging van de motorrij
tuigenbelasting is 180 miljoen gulden
gemoeid. Dit komt overeen met het
voor 1972 geraamde bedrag voor het
onderhoud van rijkswegen. De auto
mobilist betaalt nu niet alleen voor
de aanleg van rijkswegen (via de op
centen op de motorrijtuigenbelasting
die in het rijkswegenfonds worden
gestort), maar ook voor het onder
houd van de rijkswegen.
Met deze overheveling van het on
derhoud van de wegen naar het
rijkswegenfonds is een eerste stap
gezet op de weg naar een Algemeen
Verkeersfonds.
Het ligt in de bedoeling dit fonds
per 1 januari 1973 in te stellen.
Bij dit fonds zullen niet alleen de
uitgaven voor wegen, maar ook die
van het openbaar vervoer worden be
trokken, teneinde tot een meer
Drees jr.
geïntegreerd beleid op het gebied van
verkeer en vervoer te komen. Vanwe
ge de gecompliceerde problematiek en
de korter ter beschikking staande tijd
was het niet mogelijk reeds voor de
begroting 1972 voorstellen voor een
algemeen verkeersfonds uit te wer- VERVUILING
ken.
De Nederlandse spoorwegen kun
nen dit begrotingsjaar rékencn op 170
miljoen gulden e-n hc.t overige open
baar vervoer op- 44 miljoen gulden
meer dan het vorige jaar. In totaal
wordt er voor het openbaar vervoer
377 miljoen gulden uitgetrokken.
De hoge uitkering van de spoorwe
gen is een gevolg van een in werking
getreden EEG-richtlijn. op grond
waarvan de overheid het exploitatie
tekort van de spoorwegen voor haar
rekening moet nemen. Dit tekort is
de laatste jaren door sterke kosten
stijgingen aanzienlijk toegenomen. Ta
riefsverhogingen lijken daarom ook
in de komende jaren onontkoombaar
ordening en van cultuur, recreatie en
maatschappelijk werk zich bezinnen
op de ruilverkavelingen. Al in de re
geringsverklaring werd gezegd, dat
dit onderdeel van het landbouwbeleid
onder de loep zou worden genomen.
Bekend is dat minister Drees van
mening is, dat er op de ruilverkave
lingen flink bezuinigd kan worden.
De landbouworganisaties vinden juist
dat het ruilverkavelingsprogramma
versneld in uitvoering genomen moet
worden.
Die wens heeft minister Lardinois
allerminst vervuld in zijn begroting
voor 1972. Voor het komend jaar is
223,5 miljoen gulden uitgetrokken
voor de uitvoering van ruilverkave
lingen. Daarvan is 19,5 miljoen be
stemd voor de Stichting Beheer
Landbouwgronden en 204 miljoen
voor de uitvoering van werken.
Voor 1971 was dat bedrag ook 204
miljoen. Dit betekent, dat er het ko
mend jaar minder gedaan kan wor
den dan dit jaar, omdat de lonen en
prijzen zullen stijgen. De minister
spreekt van „een enigermate geringer
werkvolume".
Wel is het programma, dat komend
jaar in stemming genomen mag wor
den gehandhaafd op 55.000 hectare. In
dit verband wijst de minister erop,
dat beslissingen, die de regering over
het ruilverkavelingsbeleid zal nemen,
de landinrichtingsplannen kunnen
wijzigen.
Met het oog op de toenemende be
tekenis van de niet-agrarische func
ties van het platteland wil de rege
ring onderzoeken of het mogelijk is
tot een landinrichtingswet te komen.
AZJAAR RIJKSUITGAVEN
milj.jJi
Naast de overheveling van de kos
ten voor het onderhoud van de wegen
zal de wegenbouw met ongeveer tien
procent worden getemporiseerd. In de
periode augustus 1971 tot en
met augustus 1972 wordt deson
danks het gereedkomen van een uit-
De nationale bestrijding van de
waterverqntreiniging wordt het ko
mende jaar met kracht voortgezet.
Dit komt mede tot uitdrukking in het
bedrag dat voor 1972 voor bijdragen
in de kosten van zuiveringstechnisehe
maatregelen is uitgetrokken; 28 mil
joen tegenover 22 miljoen in 1971