kerk in een
'ereld van nieuwe ikonen
in
idolen
EH
APARTE KRIJGSTUCHT
VOOR BLANK EN ZWART
Hef gemeentelid in de stroomversnelling
AMERIKA'S
ZWARTE
SOLDATEN
door
Jelte Rep
ZATERDAG 14 AUGUSTUS 1971
van
ge:
Van de galerij in de baptistenkerk in Moskou
arrelt een papiertje naar beneden. Is misschien
ongeluk een blaadje van de liturgie over de
lling gegaan? Dan kent u blijkbaar de gewoonten
jdeze kring, waar de kerk altijd vol is, nog niet!
pe zijn met een groep Neder-
Jers in een bijzondere dienst
fbaptisten, waar zestien jon-
piensen gereed staan om de
door onderdompeling te
Pgaan. Het is ons ter ore
_ien en we verheugen ons
Ie buitenkans om dit nogal
iculaire evenement mee te
Een behoorlijk groot
is in de kerk ingebouwd.
[intrigeert je als niet-baptist
-lijk enorm. Afgezien van
buitenkant: je realiseert je
buitenstaander wat deze
voor deze betrokkenen
betekenen. Ik kijk vanuit
ïlustrade naar beneden en
zien hoe deze jongeren
witte gewaad zich voor
in. I'k kan ook zien. hoe
mij op de galerij een
koor, ook in witte klede-
intens op het gebeuren be-
betrokken is. Het koor
in als naarr. na naam wordt
>md. De bewuste treedt
voren en daalt af in het
er, waar de dominee in toga
staat, een paar treden
er. Hij ondersteunt de dope
met de hand onder de rug.
duurt maar even: dan
dt de dopeling helemaal on-
water geduwd. Je weet dat
komt en het is tegelijk om
het moment zelf voor te-
te deinzen. Wat is onder-
peling anders dan afgesne-
worden met de adem, een
:je sterven?
door dr. A. DRONKERS
Dit is namelijk de doeltreffendste manier om een
verzoek om voorbede door te geven. Wie het
papiertje opvangt reikt het verder over aan zijn
buurman, totdat het bij de voorganger is beland.
i bij
Een zwarte of
ficier voert een
inspectie uit op
het geweer van
een zwarte ser
geant. Neger
soldaten klagen
dat zwarte offi
cieren nog
strenger tegen
hen zijn dan
blanken.
15 dw
s tolk -
ger e gedoopten worden opge-
berië gen door een zuster of een
evrijd eder en dan naar de kleed
iers geleid, waar ze straks
Die|r uit te voorschijn komen,
i 'n hun eigen gewone kle-
S' Er staan bloemen orr. hen
set en even later in de dlenst
de \v(Ien n°g uieer bloemen,
worden aangedragen door
jongeren. Als we na de
de nieuw gedoopten gaan
jten en feliciteren, wil
>ns als gasten zelfs met die
voorzien. Nee, lieve
vrienden, dat is nu
werkelijk niet nodig! We
de handen. We heb-
een paar Russische bijbels
^bijbelgedeelten 'bij ons. We
■Érijven natuurlijk onze na-
in het gastenboek, zoals
dat groepje Amerikanen
gedaan, dat in de dienst
rezig is. Een van hen heeft
een hele toespraak gehou-
waarin hij wijst op het
y lelijke van deze dag en op
yjig wereldwijde verbondenheid,
- die gedoopten nu staan,
met wat een te zwaar
lent op het baptist-zijn, lijkt
Alsof er niet zo iets als
imene is, waarin de grenzen
zÜn dan die van de
1 denominatie. Maar mis-
to verraadt zich in deze be
ing en in deze overaccen-
ing ook wel een stukje ver-
aheid. Want het is voorwaar
kleinigheid orr. in een si-
e als waarin deze baptis-
begi erk zich bevindt met in to-
vroir een half miljoen leden, uit
buiten) reid over dit grote land met
bok| atheïstische structuur en
240 miljoen inwoners, de
de n«li identiteit te bewaren,
Schisma
afloop van de dienst wor-
suf mij officiële documenten in
landen geduwd: rapporten
wijze de interne ontwikkelingen
g voor1 e baptistenkerk in Rusland,
datJ rin zich grote spanningen
r'
nvan|
kleii
el g;
hin'
:st
deze
dens
dat
met
nt tot
ian en
er
en excommunicaties hebben
voorgedaan. Het staat er alle
maal wel duidelijk in, maar
niet zo, dat er geen vragen over
blijven. Het cruciale punt blijkt
daarbij te zijn of men vertrou
wen kan opbrengen tegenover
de leiding van de kerk, die ,zich
stelt op het standpunt van on
voorwaardelijke erkenning van
de communistische regering van
dit land.
Is dat mogelijk om daarbij
christelijk te existeren of moet
je eventueel liever het risico
nemen van een minder zeker
bestaan, mogelijk zelfs van het
martelaarschap? Vragen die
moeilijk te beantwoorden zijn
voor de buitenstaander. Maar
uit de documenten blijkt wel,
dat een deel van degenen, die in
verzet gekomen zijn, intussen
alweer is teruggekeerd van de
ingeslagen weg. De toon, waarin
het verhaal wordt verteld is mij
te veel die van de berouwvolle
zondaar, die zich verdeemoedigt
en dan in genade wordt aange
nomen.
Waterdicht scherm
Maar dit is misschien te veel
de reactie van de buitenstaan
der. Je zult het maar aan den
lijve moeten ondervinden wat
het betekent in dit land je
stand als gedoopte christen op
te houden. In de Russische or
thodoxe kerk, veruit de grootste
kerk met haar nu officieel ge
noemde getal van 20 miljoen le
den maar het zullen er wel
meer zijn! is de bewegings
vrijheid al niet groter en de be
reidheid om het christelijke be
lijden los te zien van de ideolo
gie, die in dit land de toon aan
geeft, bij velen zeker minstens
zo verleidelijk. Dat is trouwens
wat mij nu ook weer opnieuw
opvalt (ik ben hier voor de der
de maal en er zijn markante
verschillen met vroeger): voor
veel Russen is er een water
dicht scherm tussen geloof en
politieke stellingname. Men ge
looft of men 'gelooft niet, maar
dat schijnt verder weinig van
invloed te zijn op de wijze,
waarop de staatsburger leeft of
zich voegt in de verhoudingen,
zoals ze nu eenmaal zijn.
Een uit het Westen gekomen
christen heeft zo bedenk ik
rr.ij met enige schaamte ove
rigens maar makkelijk praten.
Hier ln Rusland is een proces
aan de gang, waarbij de secula
risatie enerzijds, een officieel
godlozendom anderzijds zoveel
mogelijk wordt bevorderd: slui
ting van de kerken of onttrek
ken van de kerken aan de ere
dienst; 'bij ons in het Westen
een gevoelige terugloop in de
kerkelijke belangstelling en een
feitelijke aanvaarding van een
levenspatroon, waarin de dyna
mica van de afbraak (de uit
drukking is van professor Ver-
kuyl) zich Verontrustend doet
gevoelen. We zullen daarom in
ons oordeel zeker wat beschei
den moeten zijn en in ieder ge
val volop attent moeten blijven
voor de veranderingen die zich
hier voltrekken.
Verkramping
Veranderingen dus toch? Ik
dacht van wel, maar overschat
ze niet. Misschien moet men
zeggen: de relaties zijn wat
stroever verleden jaar geluk
te het ons een bezoek aan het
patriarchaat te brengen, en dit
maal zat het er daar kennelijk
niet in. Op het Rode Plein tegen
het Kremlin aan prijkt nu het
beeld van Stalin, dat er vorig
jaar nog niet stond: er liggen
verse rode tulpen bij. Ik spreek
daarover met een Russisch
meisje. Is het niet bedenkelijk,
vraag ik. Ja, maar hij heeft
toch ook goeds voor Rusland
gedaan, is het antwoord. Je her-
Nieuwe idolenEen gro
te menigte vulde het Rode
Plein te Moskou om de hul
diging van de ruimte-helden
Nikolajew en Popowltsj mee
te maken.
innert je dat na 1956 zijn naam
jarenlang zelfs niet meer ge
noemd mocht worden! Dat is nu
voorbij en het lijkt mij kenmer
kend.
Ideologisch leeft Rusland nog
steeds in een verkrampte situa
tie. Ik vroeg aan de enthousias
te gids op de tentoonstelling
van de ontwikkeling van de
ruimtevaart in hoeverre men
ook van Amerikaanse ervarin
gen gebruik heeft gemaakt.
Antwoord: van geen en dat kan
ook niet, ideologisch gaan we
onze eigen weg.
Idolen
Intussen is en blijft het inte
ressant om te signaleren, dat de
idolen in Rusland eenvoudig
voor het grijpen liggen. Op het
Rode Plein toont werkelijk een
moderne devotie duidelijk haar
gelaat als de duizenden langs
het Mausoleum van Lenin trek
ken. En wie in de metro rond
kijkt ontdekt zonder moeite die
andere ikonen, die bij het com
munisme horen. Ikonen van de
helden, voor wie men kaarsjes
zou kunnen branden. Het bloed
kruipt immers altijd weer daar,
waar het niet gaan kan?
Misschien is Rusland toch wel
het land, waar een nieuw reveil
tot de mogelijkheden behoort.
Of is dit te speculatief? En gaat
dat door de kerken heen of aan
de'kerken voorbij? Met een zo
groot en indrukwekkend gods
dienstig verleden is de vraag
van dé identiteit, naar ik meen,
juist naar deze kant een zeer
actuele, om niet te zeggen,
beangstigende vraag.
Dr. A. Dronkers is hervormd
predikant te Utrecht.
,,Als ik mijn schoenen niet poets, of een Afro-
kapsel draag, krijg ik een douw", klaagt een zwarte
militair. „Maar als het om zwarten gaat kan de com
pagniescommandant zijn neus afvegen aan iedere
order van (de voormalige opperbevelhebber) gene
raal Polk, die hij niet leuk vindt en hij hoort er nooit
iets van."
In veel variaties wordt deze
klacht door zwarte soldaten be
zongen. Volgens de zwarten zijn
commandanten bevreesd voor
uitingen van zwarte rassentrots,
zoals het dragen van Afro-kap-
sels. Die maken op hen een mi
litante indruk. En zodra de
commandant de kans heeft
zo'n „militante" neger op een
overtreding te betrappen, .zal hij
hem een flinke douw geven.
Zwarten worden naar hun idee
te dikwijls naar de gevangenis
gestuurd voor lichte overtre
dingen, die volgens' de krijgs
tucht ook met kamerarrest, ex
tra dienst of intrekken van ver
lof bestraft hadden kunnen
worden. Grote groepen zwarte
soldaten menen, dat de militaire
rechtspraak bevooroordeeld en
onrechtvaardig is.
Volgens artikel 15 van de
krijgstucht kan de commandant
(meestal een kapitein of een
luitenant) straffen opleggen,
zoals een reprimande, een
waarschuwing, licht arrest, ka
merarrest, hechtenis, extra
dienst, inhouding van soldij en
in bepaalde gevallen de
gradatie. Uit statistieken blijkt
dat commandanten op dit punt
een duidelijke voorliefde heb
ben voor zwarten. Negers wer
den twee keer zoveel gestraft
als blanken voor geringe over
tredingen als gebrek aan res
pect, ongehoorzaamheid, insub
ordinatie en provocerende ge
baren, zo constateerde een on
derzoekingsteam van de Ameri
kaanse negerorganisatie
NAACP. Vele zwarte soldaten
zijn ervan overtuigd dat zij be
paalde dingen niet mogen, die
blanken wel mogen, zoals bij
voorbeeld het dragen van lang
haar.
TEGENSTRIJDIGHEDEN
„Hoewel vele zwarten menen
dat er tegen hen gediscrimi
neerd wordt door de wijze
waarop commandanten de
krijgstucht toepassen, menen
zelfs blanken dat er belangrijke
tegenstrijdigheden zijn in de
rr.anier waarop het militaire
recht wordt toegepast", zo gaf
ook het onderzoekingsteam van
het Pentagon toe. „Statistieken
tonen aan dat een overweldi
gende hoeveelheid zwarten in
aanraking komt met het sys
teem van de militaire recht
spraak. Er waren klachten over
buitengewoon strenge voorar
resten voor minderheden en
over de hardheid van boetes en
straffen tegen hen. Ook schijnt
er een gebrek aan uniformiteit
te bestaan bij het naleven van
regels en bepalingen".
In beroep gaan tegen ver
meende onrechtvaardige straf
fen heeft voor hen geen zm,
menen vele zwarten. iHun zaak
beschouwen ze helemaal hope
loos als de commandant uit het
zuiden van Amerika komt. „Als
je dat toontje alleen al hoort,
kun je er zeker van zijn dat je
de cel indraait", moppert een
zwarte sergeant. „En er is geen
beroep mogelijk, omdat je van
de ene blanke naar de andere
gaat." Zwarte commandanten
zijn dun gezaaid in het Ameri
kaanse leger. Maar volgens an
dere zwarten zijn die nog erger
dan de blanken. Ze zijn volgens
hen zo bang om beschuldigd te
worden van het voortrekken
van hun broeders, dat ze hen
juist extra zware straffen op
leggen.
Voorarrest is één van de mid
delen, waarmee in naam van
het militaire recht, gediscrimi
neerd wordt, en waarmee com
mandanten strijd voeren tegen
de „militanten". Volgens de
krijgstucht mag iemand 30 da
gen in voorarrest worden ge
houden, zonder dat beschuldi
gingen tegen hem worden inge
bracht. Als hij langer vastge
houden moet worden, is een te
lefoontje aan de desbetreffende
officier voldoende (de gevange
ne kan daar niets tegen inbren
gen). Naderland kan een motie
tot ontslag uit de cel worden
ingediend, wegens „gebrek aan
een snel proces". De helft van
de zwarten, die in militaire ge
vangenissen in Duitsland zitten,
heeft voorarrest. In 1970 had
één derde van allen, die uit de
gevangenis werden ontslagen,
geen proces gehad. Tegen bijna
30 procent waren zelfs nooit be
schuldigingen ingebracht.
GEMAKKELIK
Het is duidelijk dat het voor
commandanten zeer gemakke
lijk is een „militante" neger in
de cel te zetten en na verloop
van tijd op te bellen, dat voor
arrest niet langer noodzakelijk
is. Zodoende kan iemand op de
vooroordelen van zijn comman
dant gestraft worden, zonder de
mogelijkheid van beroep. On
schuldig in de gevangenis te
hebben gezeten is een onplezie
rige ervaring. Niet alleen heeft
een dergelijk persoon kennis
gemaakt met de meer geharde
gevangenen, maar bovendien
heeft hij het stempel "oud-ge
vangene" opgedrukt gekregen
en zal hij na zijn vrijlating met
argwaan worden bekeken.
Naast artikel 15 en het geven
van voorarrest is er nog een .ge
liefd middel, waarmee comman
danten het zwarten moeilijk
kunnen maken: het niet-eervol-
le ontslag. Zo'n ontslag betekent
levenslange uitsluiting van be
paalde sociale en andere voor
delen. Zo'n veteraan en zijn ge
zin komen niet in aanmerking
voor functies bij de overheid en
vele burgerlijke werkgevers
weigeren eveneens dergelijke
mensen in dienst te nemen Bo
vendien mogen ze geen gebruik
maken van veteranen-zieken
huizen, kunnen zij geen om
scholing van het leger krijgert
en zijn ze verstoten van lenin
gen en andere voordelen, die de
Veteranen-organisatie biedt.
„Zet ze in de cel of werk ze
het leger uit. Of zet ze gevan
gen en werk ze dan het leger
uit". Dit is volgens een officier
de militaire strategie tegen
zwarten. Neger-soldaten klagen
dat commandanten hen zo
dwars zitten, totdat zij een ver
zoek tot ontslag indienen.
Zwarten maken 45 procent van
het totaal aan niet-eervolle ont
slagen uit. Gevangenen onthul
den dat hun commandanten hen
aanboden hen vrij te laten, als
zij hun ontslag wilden nemen.
En dat wordt natuurlijk geen
„eervol" ontslag. Voor „het wel
zijn van het leger" kan een
niet-eervol ontslag gegeven
worden als een soldaat daaraan
de voorkeur geeft boven een
komend proces.
BLUFFEN
Het blijkt evenwel dat com
mandanten dikwijls bluffen te
gen zwarten, die met de drei
ging van een proces onder druk
gezet worden. Het NAACP-
team concludeerde uit enkele
steekproeven dat beschuldigin
gen tegen dergelijke militairen
vaak erg zwak waren en voor
een objectieve rechtbank geen
stand konden houden. Maar ob
jectiviteit is nu juist wat de
zwarte soldaten niet verwach
ten van de militaire recht
spraak.
Waarom nemen zwarte nili-
tairen dan geen juridisch advi
seur in de arm? „Ik wil niets te
maken hebben met een militai
re advocaat", zegt een zwarte
officier. „Zo'n advocaat behoort
tot het militaire apparaat. Hij
werkt voor de commandant. Hij
kan niet meer doen, hoe onpar
tijdig hij ook mag zijn. In de
veertien jaar, die ik in dienst
ben, heb ik nog nooit een blan
ke officier iets geweldigs voor
een zwarte zien doen." Zwarte
militaire juristen zijn uiterst
zeldzaam. Van de 40 part-time
rechters was er één zwart, maar
hij werd onlangs overgeplaatst
naar Washington. Zwarte mili
taire advocaten bestaan er in
geheel Europa niet en burger-
advocaten zijn dikwijls te duur
voor de zwarte militair.
Dit is het vierde van vijf arti
kelen. In het volgende artikel:
„Wat wij van onze Duitse gast
heren verlangen? Een fatsoen
lijke menselijke verhouding.
Dat is alles", zegt een strijdbare
neger-officier.
„Het" gemeentelid bestaat natuur
lijk niet. Er zijn vele gemeenteleden:
oude, jonge, van middelbare leeftijd;
eenvoudige, ontwikkelde mannen en
vroi^ven; pientere en domme jonge
mensen; behoudzuchtigen, vooruit-
strevenden, mensen die het midden
willen houden, vromen, oppervlak-
kigen, lastigen, meegaanden, be
trouwbaren en minder betrouwbaren.
Een bonte verscheidenheid! En ieder
van hen heeft zijn eigen achtergrond,
milieu, karakter, geschiedenis en
gebruiksaanwijzing.
Straks beginnen de kerkelijke activiteiten
weer. Dit is ook een actualiteit, waaraan
een christelijk dagblad niet kan voorbij
gaan. Maar wat wordt met die stroomver
snelling bedoeld? Een stroomversnelling
ontstaat wanneer de bedding plotseling
nauwer wordt en/of wanneer de bodem
ineens sterk begint te hellen. In figuurlij
ke zin bedoelt men ermee dat alles veran
dert en zo snel.
Alle geïnstitueerde kerken verkeren in
een crisis. De kerk is geen 'oliedrup op de
wateren, maar ze is met duizend vezelen
verbonden met het brede, algemene men
senleven. Aan de andere kant is er ook
zoiets als kerkgeschiedenis en is er de
gang van Gods koninkrijk door de tijd.
Maar Christus blijft voor ons besef veel te
lang weg. Onze Heer vertoeft te komen,
zoals het in de bekende gelijkenis heet.
Dat werd al in de eerste christengemeen
ten als iets onbegrijpelijks ervaren. Men
verwachtte Hem binnen een mensenleef
tijd terug En de schrijver van de tweede
Petrusbrief vond het al nodig eraan te
herinneren dat bij de Heer één dag is als
duizend jaren en duizend jaren als één
dag.
Omstreeks het jaar duizend verwachtte
men Hem dan ook stellig terug. Dat ging
niet door. Bepaalde sekten zijn er sterk in
om aan de hand van dubieuze berekenin
gen telkens nieuwe terugkomstdata vast te
stellen. Ondertussen is het maar zo dat het
interim, d.w.z. de periode tussen Hemel
vaart en Wederkomst, veel te lang duurt
om ais interim te worden ervaren.
Kernpunt
Dit is het kernpunt van de kerkelijke
crisis. Er zijn technologen die menen dat
Jezus en de apostelen, vooral Paulus, zich
hebben vergist. Maar dan loopt de wereld
geschiedenis ook niet af door een dramati
sche eindcatastrofe vanuit de transcendente
sfeer en maakt niet Christus een eind aan
de wereldgeschiedenis, doch de mens zelf:
door overbevolking, milieuvergiftiging of
een kernoorlog. En als dat in 's hemels
naam en in 's mensen naam moet worden
voorkomen, dan dient alles op haren en
snaren te worden gezet om zo'n einde van
de mensheid op deze planeet af te wenden.
Dan culmineert de komst van Gods konin
krijk in een moeizaam bevochten, eindelij-
ke wereldvrede. Geen nieuwe hemelen en
nieuwe aarde, maar nieuwe mensen te
midden van nieuwe structuren op deze
oeroude aarde.
Het tweede aspect van de kerkelijke cri
sis is de afbraak van het constantijnse
kerktype. In de vierde eeuw na Christus
werd de christelijke gemeente onder Con-
stantijn de Grote staatskerk. Die organisa
tie, met een trapsgewijze afdaling van
paus tot koster en leek, met haar machts
positie in de wereld, met haar machtsaan
spraken ook, werd tot kerkmodel, dat door
Luther, Calvijn en hun volgelingen wel
werd gecorrigeerd, maar niet principieel
bestreden.
Op een geheimzinnige wijze was deze
kerkopvatting verbonden met het superio
riteitsgevoel van de Europese, blanke
mens; sedert de renaissance drager van de
westerse beschaving, veroveraar van kolo
niën, schipper op de zeven zeeën, beoefe
naar van kunsten en wetenschappen, uit
vinder van telescoop en microscoop, van
het slingeruurwerk, van het buskruit, van
stoom, elektriciteit, atoomenergie. Maar na
twee wereldoorlogen, met daartussen in
een diepgaande economische crisis, is de
Europese mens ,zijn voorrangspositie
kwijtgeraakt. Hij heeft zijn koloniën ver
loren. In een wereld, opengeworpen door
de moderne communicatiemiddelen, komen
de gekleurde volken opzetten, hetzij gede
koloniseerd zoals India en de jonge landen
in Afrika, hetzij van binnen uit omgewen
teld zoals in China en Japan. De geschie
denis verandert van algemene geschiedenis
letterlijk in wereld-geschiedenis, want de
wereld is één, innerlijk tegenstrijdig, niet
temin interdependent d.w.z. onderling af
hankelijk, complex d.w.z. samengesteld ge
heel van economische en politieke belan
gen.
Prestigeverlies
De ontkerkelijking kan hieruit niet vol
ledig worden verklaard, want geestelijke
afval komt ten diepste voort uit verwer
ping van het heilsaanbod in Christus,
maar wél speelt duidelijk mee het enorme
prestigeverlies van een verscheurd chris
tendom, georganiseerd in kerkgemeen
schappen die zich, elk voor zichzelf, uitne-
mender achten dan alle andere; een chris
tendom dat wel één was in de miskenning
van de sociale noden van de vernederden
en verdrukten en dat graag erezetels be
zette op de podia der wereld.
Onze protestantse kerken gaan terug op
de reformatie, en ze zijn geïnstitueerd min
of meer conform aan dat constantijnse
kerktype. Hun leer is een bijbelse correctie
van de roomse kerkleer aan de hand van
de oude kerkvaders. Hun inspiratietheorie
voor zover ze zulk een theorie aanhan
gen is niet meer de oude mechanistische
opvatting, het is de z.g. organische inspira
tie, zoals die tientallen jaren onder ons
gangbaar is geweest en bij velen nog is.
Nu zijn er met elke theorie twee zaken
aan de hand: 1. ze wordt achteraf ontwor
pen om bepaalde verschijnselen te ordenen
en te verklaren, en 2. ze weerspiegelt de
algemene stand van zaken in de weten
schap van de tijd van haar ontstaan. Ook
als men zegt: de bijbel is Gods Woord (en
dat zeg ik ook), dan kan men staande hou
den dat ons traditionele inspiratiebegrip
moet worden herzien en dat we door ver
nieuwde bijbelstudie moeten komen tot
een verantwoorde, nieuwe inspiratie-op
vatting.
Proces
Hier is een proces aan de gang, onver
mijdelijk en noodzakelijk maar precair,
vol beloften maar ook vol gevaren, vol
mogelijkheden maar ook vol onzekerheden.
Grote waakzaamheid is vereist, in de eei-
ste plaats bij de theologen zelf, maar ook
bij de gemeente die er recht op heeft niet
enkel didactisch te worden begeleid (zoals
bij de gereformeerden door de Kamper ca
hiers), maar vooral ook pastoraal.
Daarbij dient te worden bedacht, dat we
niet alleen het geschreven Woord hebben,
maar daar bovenuit het levende Woord,
onze Heer Jezus Christus aan de rechter
hand van de Vader. Bij alle moeilijkheden
en onzekerheden ten aanzien van de bijbel
en zijn inhoud moet de presentie van de
levende Heer het accent verkrijgen. Tk ge
loof zelfs dat al die moeilijkheden en onze
kerheden niet toevallig zijn, maar bedoelt
om ons los te maken van knellend gewor
den banden. De gemeente van Christus
moet toegerust worden voor haar taak in
de nabije eenentwintigste eeuw. Haar oude
huid moet worden afgestroopt, want die is
te nauw geworden.
Identiteit
In dit licht bezien moeten wij anders
gaan spreken over de identiteit van onze
onderscheidene kerken. We moeten in de
eerste plaats gaan vragen: „Waarop berust
het recht van onze afzonderlijkheid?" Alle
kerken maken zich druk over het bewaren
van hun Identiteit, van hun aparte gezicht,
van hun spécialité de la maison.
Het gemeentelid krijgt meer te horen, te
zien en te lezen dan hij verwerken kan.
Velen zien uit naar een enkele vertrou
wensman, maar de tijd van één leider op
universeel gebied is voorbij. Ouders staan
verbijsterd tegenover het levensgevoel en
de praktijken van de jeugd. Jeugdigen ko
men in opstand tegen de gevestigde orde,
die zo duidelijk schipbreuk heeft geleden.
De God van de traditie is doodverklaard
en de God van de binnenkamer en van het
gebed schijnt te zwijgen. Ondertussen
drukken de zorgen en verantwoordelijkhe
den van elke dag. En op adem komen in
de natuur is nauwelijks meer mogelijk;
het woord recreatie riekt naar uitlaatgas
sen en klinkt als popmuziek door een
transistorradio.
In de Openbaring van Johannes wandelt
de Mensenzoon tussen de kandelaars. Van
daag beweegt Hij zich tussen de computers
en raketbases, wandelt Hij tussen de man
nen in witte jassen in de laboratoria en
kijkt Hij toe uit de vensters van de ver
keerstorens op de vliegvelden De levende
Heer wil present gesteld worden vla ons;
wij moeten Hem present stellen: in doop
en avondmaal, in de preek, in onze discus
sies, in onze slapeloze uren, in ons werk,
overal waar mensen samendrommen of
botsen. Hij is het archimedisch punt. van
waaruit kerk en wereld moeten (en eens
zullen) worden bewogen.