Jezuïeten gastheren van W ereldraadcommissie Economische het haast niet meer experts zien zitten Samen één predikant^ beroepen in Westzaai Hoe komen we uit de draaikolk? De Brauw betreurt plai ASVA tot kort geding Faith and Order vergadert in Leuven over eenheid van kerk en mensheid Een ivoord voor vandaag BEROEPINGSWERK COMMENTAAR Uranium Maandag begint in Leuven (België) een conferentie van de commissie voor geloofs belijdenis en kerkorde (Faith and Order) van de wereldraad van kerken. Een jezuïeten college is de plaats, waar de 135 theologen twee weken bijeenkomen, en deze vergader- Drs. C. J. Hanielink van IKOR in Genève benoemd DEN HAAG Drs. C. J. Hame- link, stafmedewerker van IKOR-ra- dio in Hilversum, is per 1 oktober benoemd tot studie-secretaris voor massacommunicatie bij de Lutherse wereldfederatie in Genève. Hij gaat daar werken aan een nieuw interker kelijk project op het gebied van de massa-communicatie voor de ontwik kelingslanden. De heer Hamelink zal in zijn func tie onder meer de functie van de me dia in de ontwikkelingslanden gaan bestuderen. Hij zal binnenkort promo veren op een dissertatie over de e- thiek van de massamedia; EIDEl van VVV' jmark plaats markeert een belangrijke ontwikkeling in het van de wereldraad. werk van deze belangrijkste afdeling „Faith and Order" is een van de oudste oecumenische organisaties. Vanaf de oprichting in 1920 is zij steeds bezig geweest, de zichtbare eenheid van de kerk te bevorderen door de kerken met elkaar in gesprek te brengen over hun verschillen in belijdenis en kerkorde. De Faith-and-Order-beweging gaf mede de stoot tot de oprichting van de wereldraad van kerken, waarvan zij sindsdien een afdeling vormt. Maar telkens weer mislukten de po gingen om officiële contacten met de rooms-katholieke kerk te krijgen. STATUTEN De statuten van Faith and Order laten uitdrukkelijk toe, dat ook theo logen lid kunnen zijn uit kerken, die niet bij de wereldraad aangesloten zijn. Zo zitten er in de commissie een zuidelijke baptist en een Missouri- lutheraan, beiden uit de VS, en zelfs een zevende-dags-adventist. Het duurde echter tot de assemblee van Uppsala (1968), dat er voor het eerst, met instemming van het Vati- caan, negen rooms-katholieken in de commissie benoemd werden. Hun aantal is inmiddels uitgebreid tot twaalf. De rooms-katholieken treden als gastheer op en kardinaal Suenens zal maandag een van de openingstoe spraken houden. STIMULANS Het is niet alleen en zelfs niet voornamelijk de rooms-katholieke deelname, die de vergadering in Leu ven onderscheidt van de voorgaande NED. HERV. KERK Beroepen: te Meeuwen (toez.): kand. H. A. Samson te Breukelen; te Goudswaard: G. Veldjesgraaf te Wouterswoude; te Sprang: R. E. Kuus te Voorthuizen. GEREF. KERKEN (VRIJG.) Beroepen: te Bunschoten - Spaken burg: S. S. Cnossen te Alkmaar - Broek op Langedijk. NED. HERV. KERK Afscheid: van Groesbeek: J. II. Schellingerhout. ber. te Arnhem ten behoeve van het Dorp; van Zoelen: J. Richter, ber. te Sleeuwijk; van Wilp (classis Apeldoorn): G. A. Odé, ber. te Geleen-Oost. Intrede: te' Oosterhout - Ressen: T. J. Drent uit Ouwsterhaule; te Vinke- veen: C. J. van den Broek uit Weesp: te Driesum: P. van den Heuvel uit Hagestein; te Pijnacker: W. de Greef uit Kamperveen; te Assen: A. G. Soe- ting uit Franeker; te Oosterend en Oudeschild (Texel): kand. J. de Gier uit Nijkerk. Emeritaat om gezondheidsredenen verleend aan J. J. Koning te Gouda. GEREF. KERKEN Afscheid: van Dedemsvaart: P. S. Veldhuizen, ber. te Diemen - Water graafsmeer - Bijlmer. Intrede: te Kampen: J. Baaijens uit Treebeek: te Schoonebeek: H. J. Zwarts uit Beekbergen; te Montfoort (tijdelijke dienst) Th. P Popma, em pred. te Kommerzijl; te Marknesse: kand. J. van Dreven te Amsterdam: te Winsum: kand. M. G. Veenstra uit Kampen. GEREF. KERKEN (VRIJG.) Afscheid: van Veenendaal: H. Pool, ber. te Veendam en Zuidbroek. BAPT. GEMEENTEN Afscheid: van Veendam: J. van de Geer wegens benoeming tot full time leraar godsdienstonderwijs aan de chr. MTS te Almelo. door L. M. P. Scholten plenaire bijeenkomsten, die eens in de vier jaar gehouden worden. Het thema van deze vergadering luidt „Eenheid van de kerk eenheid van de mensheid." Dat duidt op een be langrijke ontwikkeling in het oecu menische denken. De commissie besloot in 1967 tot een uitvoerige behandeling van de volgende vragen: Wat is de taak van de kerk met betrekking tot Gods be doeling. de wereld één te maken? Wat is de verhouding tussen het eenheidsstreven van de kerken on derling en de hoop op de eenheid van de mensheid? De studie over deze za ken kreeg een sterke stimulans door de assemblee van Uppsala. SAAMHORIGHEID Met het aansnijden van deze pro blematiek sluit Faith and Order di rect aan op het groeiende besef van een eenheid, die alle mensen omvat, eenheid hier in de betekenis van „af hankelijkheid van elkaar". Het is een van de kenmerken van de huidige wereld, dat de mensen steeds dichter naar elkaar toegedreven worden. De ontwikkelingen van de techniek, vooral de nieuwe media van vervoer en communicatie, maken de ontmoe tingsmogelijkheden dagelijks groter Ons politieke, sociale, economische en ook culturele leven wordt meer en meer een kwestie van de mensheid als geheel. De universele spreiding van de technologische beschaving confron teert de mensheid overal steeds meer met dezelfde problemen. Ook al is het verleden niet gelijk, de toekomst is bijna onvermijdelijk voor alle men sen gemeenschappelijk. AFHANKELIJKHEID Maar deze groeiende afhankelijk heid van elkaar is niet alleen bron van nieuwe saamhorigheid, maar ook van nieuwe spanningen en conflicten. Gebrek aan verantwoordelijkheid krijgt steeds afschuwelijker konse- kwenties. Voor het eerst weet de mensheid zich gesteld voor het allerminst denk beeldige gevaar van een algemene ondergang. Ergens in de voorberei dende documenten voor Leuven staat de opmerking, dat de mensheid één is in Adam. één in de schepping, maar ook één in de zondeval... De eenheid is zo een ambivalente zaak. Aan de ene kETnt een groeiend besef ondanks de vele conflicten van onderlinge verbondenheid en verantwoordelijkheid voor elkaar. Het grondgegeven van de eenheid der mensheid wordt een ideaal, dat veler visie op de toekomst stegds meer gaat beheersen. Maar naast deze drang naar uni versaliteit is er tegelijk een nieuwe nadruk op het eigene. De angst om in de ene wereld elke vorm van eigen identiteit kwijt te raken is een mach tige factor. De technologie knaagt aan alle kanten aan de vrijheid. AXIOMA Leuven gaat zich allereerst afvra gen, in hoeverre de mensheid werke lijk een eenheid is. Het is een axioma, dat zonder meer een uitgangs punt is van vele discussies, b.v. in Uppsala. Maar het feit, dat deze stel ling zo onkritisch gehanteerd wordt, maakt zorgvuldige studie dubbel noodzakelijk. Het mag geen slogan zijn, nog min der een magische formule. De kerk vooral is verplicht, te vragen wat de „eenheid der mensheid" werkelijk betekent en op welke wijze zij ermee te maken heeft. Welke rol moet de kerk zelf spelen in de hoop en de vrees, die de groeiende afhankelijkheid van de mensen van elkaar begeleiden? Hoe kan zij een factor worden ten dienste van de ware gemeenschap? BOEKJE TE BUITEN? De vraag ligt nogal voor de hand, of Faith and Order met deze thema tiek haar boekje niet te buiten is ge gaan. Het ging deze commissie toch altijd specifiek om de organische een heid van de kerk? Volgens haar statuten heeft Faith and Order tot. taak „de wezenlijke eenheid van de kerk van Christus te verkondigen en de kerken alsmede de wereldraad de verplichting voor te houden, die eenheid zichtbaar te ma ken, vooral met het oog op zending en evangelisatie". Uit deze taakomschrijving blijkt al, dat Faith and Order haar doel, de kerkelijke eenheid, nooit als doel in zichzelf heeft gezien, maar terwille van het getuigenis en in het licht van. de omringende wereld. Vooral op de wereldconferentie van Montreal (1963) is scherp gesteld, dat over de eenheid van de kerk alleen maar zin vol gesproken kan worden in nauw verband met de wereld en haar con crete problemen. TEKEN-KARAKTER Uppsala heeft in dit verband ge sproken van het teken-karakter van de kerk. In het rapport van sectie I van Uppsala staat: ,J)e kerk waagt het, om over zichzelf te spreken als teken van de komende eenheid van de mensheid". Dat teken-karakter komt ook in de voorbereidende documenten voor Leuven steeds naar voren. „Eenheid betekent vooral, dat de kerken hun verschillen in belijdenis en kerkor de overwinnen", zo wordt gezegd. „Dat is de taak van Faith and Order geweest vanaf haar begin. Maar eenheid betekent ook, dat de kerk een teken dient te zijn van ware koinonia (gemeenschap) in deze ver deelde wereld. De noodzaak deze taak te vervullen, wordt vandaag als bij zonder dringend gezien. Wij zijn in feite niet bezig met een nieuwe taak. maar met een ander aspect van de zelfde taak". „Zolang de kerken hun onderlinge verdeeldheid handhaven, zullen zij nooit in staat zijn om op overtuigende wijze te getuigen van de hoop, de vrijheid, de verzoening en de ge meenschap. die aan de mensheid is beloofd" GEVAREN Jesaja 55 laat de mens een heleboel doen. De dorstigen mogerj1 ken, de hongerigen brood kopen, de eenzamen de Heer zoek^"eï goddelozen moeten hun weg verlaten, de ongerechtigen moeteJa. d> gedachtenleven reinigen en zich bekeren. Maar er blijft een u Hoe kan de mens dat alles? In onze tijd is de mens wat NW geworden. Hij is niet al te snel te winnen voor hooggestemd^ j ten, of dat nu een wereld zonder oorlog, een natie zonder ongwira tigheid, of een individueel leven zonder zonde is. gcr In onze tijd vraagt de mens niet zozeer „Wat moet ik doen?",en n zegt hij: „Hoe moet ik het doen?". „Hoe kan ik de wereld, ho^v ik mijzelf veranderen?" Het antwoord ligt in Jesaja 55. „Mijn gedachten zijn niet wiiema dachten", zegt God. „Mijn wegen zijn niet uw wegen." Wat zijstatv ze gedachten? Wij willen ons inspannen, wij willen ons best *p0° Wij willen strijden tegen het onrecht in de wereld en in onszelf. Hoe doet God het? Zijn antwoord is (vers 11): „Mijn WoordÊe x niet ledig tot Mij wederkeren.God zegt: Ik doe het op Mijn door Mijn scheppend Woord. Ik spreek tot u en door Mijn H verandert uw leven. Uit het luisteren volgt het doen. We lezen vandaag: Jesaja 66 20-23. We lezen morgen: Psalm 45. niet denkbaar zonder de verzoening van de mens met God. Ongetwijfeld zal de komende twee weken in Leuven de vraag naar de verhouding tussen kerk en wereld, die de laatste tien jaar zo'n belangrij ke rol gespeeld heeft in de oecumeni sche discussies, weer in alle scherpte naar voren komen. Zal de grens tus sen kerk en wereld doorbroken wor den in een besef van gemeenschappe lijke menselijkheid? Kan de kerk wel een teken zijn van „de komende eenheid der mens heid"?1 Is zij niet van nature particu laristisch? Wat betekeneh de noties van dc uitverkiezing, van het over blijfsel. de heilige rest, waarvan de profeten telkens weer spreken? Wat betekent de komst van Chris tus voor de eenheid der mensheid? Christus, die gezegd heeft: „Ik ben niet gekomen om vrede op de aarde te brengen, maar het zwaard". Wat betekent het. dat het nieuwe testa ment de zaligheid exclusief legt in KARDINAAL SUENENS zijn Naam en steeds spreekt over de eenheid „in Hem"? Wat betekent eigenlijk in die uit spraak van Uppsala over „de komen de eenheid van de mensheid" het woord komende? Duidt dat op een eenheid, die het resultaat zal zijn van gezamenlijke krachtsinspanning in de ontwikkeling van de historie? Of is die komende eenheid een belofte, waarvan de vervulling buiten de ge schiedenis ligt? Of is het zo. dat beide aspecten op elkaa" aansluiten? In ieder geval is het duidelijk dat de vergadering in Leuven niet maar een kwestie is van een groepje beroepsoecumenici. Er worden vragen aan de orde ge steld, die de belangstelling waard zijn van elk kerklid. Hervormd en gereformeerd (Van een onzer verslaggevers) WESTZAAN De kerkeraden van de hervormde gemeente en de gereformeerde kerk van Westzaan hebben besloten tot een brede samenwerking, waar bij één predikant werkzaam zal zijn voor beide gemeenten. Het akkoord moet nog worden goedgekeurd in de hervormde kerk door de generale synode en de pro vinciale kerkvoogdijcommissie in Noord-Holland en in de gereformeer de kerken door de classis Zaandam. De overeenkomst geldt voor vijf jaar. Zij kan daarna voor een gelijke ter mijn worden verlengd of met een op zegtermijn van een half jaar worden ontbonden. De kosten van de predikantsplaats worden gezamenlijk gedragen. Indien de komende predikant hervormd is, wordt hij door de hervormde meente beroepen volgens de rege salarisbepalingen van de hervoi kerk. Is hij gereformeerd, dan beurt dit door de gereformeerde De kerkdiensten zullen onder meenschappelijke kerkeraardsver woordelijkheid worden gehouden sacramenten staan in beide ke open voor de belijdende leden vi twee kerken met hun families en ten. Beide gemeenten zullen afzoi lijk voor hun eigen kerkgebouw gen. Het kerkblad wordt voor J menlijke rekening uitgegeven, kosten verbonden aan zondagss katechese en andere gezamenlijk» tiviteiten worden door beide elk voor de helft gedragen. Beide gemeenten behouden hun! nanciële verplichtingen jegens kerkverband. De hervormde gemeente telt de gereformeerde kerk 380 zielen. KA Zuid, Boys door prof. dr. B. Goudzwaard Deze week zijn door de heer Biesheuvel de stukken van Elders in de documenten, in een serie aantekeningen van het uitvoe- - rend comité van de commissie, worijt de kabinetsinformatie VOOr publikatie vriigegeven. Onder spaartekort in de samenleving. Dat gewaarschuwd, dat deze benadering i. joo spaartekort nu, dat te veel aan beste van de basisbeginselen van het be grotingsbeleid is immers, dat de over heid de grootte van haar financie ringstekort afstemt op het structurele benadering van het kerkelijk eenheidsstreven in het bredere kader van het streven naar de eenheid van de gehele mens heid ook gevaren inhoudt. Dit gevaar vooral, dat de conceptie van de eenheid van de gehele mens heid in een of ander opzicht zal lei den tot een leer van de eenheid van de kerk, buiten de christologie en pneumatologie om. En inderdaad1, de thans nagestreef de eenheid der mensheid wijkt in een beslissend onzicht af van de eenheid, die de Bijbel in het vooruitzicht stelt. In de bijbelse verkondiging ver schijnt de eenheid altijd in een uit gesproken godsdienstig perspectief. De vervreemding tussen de mensen onderling vindt haar oorsprong in de vervreemding '-an de mens tegenover God. De opheffing daarvan is dan ook te zijn. dat het a. een duurzame vloed kan hebben en b. zich juist gen het consumptie.-exces richt, zich vooral tegen 1972 zeer scherp gaan aftekenen. die stukken waarin de cijfers je om de oren vliegen trok vooral een nota van een groep ambtelijke deskundigen de aandacht. De proefballon die Amerika enige tijd geleden opliet over het ter beschikking stellen van zijn techniek voor uraniumverrijking aan andere landen, is kennelijk voor spoedig opgestegen. De regering van de Verenigde Staten heeft nu immers officieel aangekondigd, dat zij besprekin gen wil beginnen met een aantal niet-communistische landen die hierin voor het voeden van hun kernenergie centrales belangstelling zouden kunnen hebben. De invloed van deze stap op het ingewikkelde interna tionale gemanoeuvreer rondom de „brandstof van de toe komst" is nog moeilijk te ovegzien, maar de economische belangen die op het spel staan maken het de moeite waard, althans de mogelijkheden na te gaan. Duidelijk lijkt op het eerste gezicht dat Amerika van zijn monopolie op de levering van verrijkt uranium aan de niet-communistische wereld af wil. Maar met hetzelfde recht kan men stellen dat Amerika zo veel mogelijk van dat monopolie probeert te redden, want er waren min stens drie ontwikkelingen die het dreigden aan te tasten. Daar is ten eerste het ultra-centrifugeproject waarvan de deelnemers (Engeland, Nederland en West-Duitsland) verwachten dat het goedkoper zal werken. Binnen enkele jaren zal in proeffabrieken blijken, of zij gelijk hebben. Ten tweede is er liet Franse plan voor een Europese (althans EEG-) verrijkingsfabriek die gebruik zou maken van de Franse gasdiffusietechniek. Dezelfde techniek die nu de Amerikanen willen aanbieden, maar in details na tuurlijk verschillend, want geheel onafhankelijk ontwor pen. En ten derde is Japan als opkomende wereldmacht niet gelukkig met het Amerikaanse monopolie op de levering van splijtstof. De onafhankelijke ontwikkeling van de gasdiffusietechniek schijnt daar vrij ver te zijn gevorderd, hoewel men nog niet aan produktiemogelijkheden toe is. Zoals wij destijds naar aanleiding vafi de proefballon al veronderstelden, heeft Frankrijk op korte termijn het meeste belang bij de Amerikaanse stap. Hierdoor kan het „Europese" plan van Parijs, dat door het bestaan van het ultra-centrifugeverdrag maar op erg weinig belangstelling van de EEG-partners West-Duitsland en Nederland mocht rekenen, een belangrijke steun in de rug krijgen. Als Amerika immers haast maakt met gijn aanbod, kan tegenover de nog onbewezen ultra-centrifugetechniek een combinatie gesteld worden van de beste elementen uit twee diffusie-processen die al jaren tot tevredenheid van hun eigenaren hebben gewerkt. Ook de goede ontvangst avan de Amerikaanse stap bij de Europese Commissie in Brussel lag voor de hand. De Commissie is ambtshalve voor een gemeenschappelijke Europese verrijkingsindustrie, en zag dat streven gefrus treerd door de ultra-centrifugesamenwerking die buiten het verband van Euratom tot stand kwam. Maar of het enthousiasme van de Commissie en van Frankrijk tastbare gevolgen zal krijgen, blijft naar onze smaak afhangen van de nog onbekende prestaties van de centrifugetrommels in Almelo en Engeland. Als die inder daad goedkoper blijken te draaien, zal de Amerikaanse bereidheid tot samenwerking weinig kunnen uithalen op de Europese uraniummarkt. En dan zal het zelfs de vraag zijn of Japan, Canada en Australië voor de ouverture van Washington meer dan beleefde aandacht zullen opbrengen. Er staat economisch te veel op het spel om hals over kop een oplossing te kopen, die te duur kan blijken. En dat is geen wonder. Deze des kundigen namelijk hebben een diep gaande analyse gepleegd, van wat er aan onze economie op tal van punten schort. Bovendien hebben ze daar naast ook uiteengezet, welke maatre gelen in de komende jaren genomen moeten worden. En onder die voorge stelde maatregelen zitten uiterst waardevolle suggesties. Ik denk bij voorbeeld aan wat zij schrijven over de noodzaak van een scherper toezien van bovengemeentelijke organen op het investeringstempo in de randstad; over hun wijze raad het prijsbeleid niet te abrupt naar de vrijwillige sa menwerking terug te schroeven; ook aan hun waarschuwing meer aan dacht te geven aan de sanering van de zogenaamde „losse krotten" en aan de woningverbetering. Toch is de teneur van deze hele nota bepaald niet opgewekt. De cen trale economische commissie spreekt over een „ernstige beleidsproblema- tiek", een problematiek £ie is opge roepen door sterke loon- en prijsstij gingen. afwenteling en overbesteding. en ondanks al de door haar voorge stelde beleidsmaatregelen is de laats te zin van dit rapport welhaast de meest ontmoedigende van alle zinnen die er in staan. De commissie besluit namelijk met de woorden „zich be wust te zijn van de twijfel die rijst bij de vraag, of aldus een significan te bijdrage tot een meer evenwichti ge ontwikkeling op middellange ter mijn kan worden verkregen" Anders gezegd: de experts zien het eigenlijk niet meer zitten. Ze zijn geëindigd met hun (economische) handen in het (ambtelijk) haar. Meedenken Ik geloof dat we deze commissie van deskundigen er dankbaar voor moeten zijn. dat ze de moed heeft gehad dit allemaal te zeggen. Want hieruit wordt duidelijk, dat we in een vrij buitengewone situatie zijn aan geland, die ook buitengewone maat regelen nodig maakt. Daarover zullen we met deze deskundigen moeten meedenken. Want wanneer we alles voorlopig zo laten als het is leu nend op de staf van een ononderbro ken buitenlandse-kapitaalaanvoer dan zullen we merken dat die ruime kapitaalaanvoer een rieten staf is die je naar een bijbels beeld de hand kan doorboren, d.w.z. ineens een zware economische terugval kan veroorza ken. Hardop meedenkend, zou ik dan ook op een tweetal punten verder willen gaan dan deze voortrefelijke commissie van deskundigen. Kapitaaliiivoer In de eerste plaats vraag ik mij af, of we in ons land niet meer recht streekse maatregelen nodig hebben om de huidige excessieve kapitaalin- voer af te remmen. Onze buurlanden zijn daarin al verder gegaan dan wij; en het EEG-verdrag sluit in bijzon dere omstandigheden zo'n handelen ook niet uit. Een directe verminde ring van deze kapitaalstroom zal im mers de effectiviteit van het beleid van de Nederlandse Bank alleen maar kunnen vergroten. Ik ken de bezwaren, maar vraag mij af of de voordelen thans de nadelen niet te boven gaan. Belastingbeleid In de tweede plaats moeten we ons afvragen, of toch niet verdergaande 'belastingmaatregelen npdig zijn dan door deze commissie zijn bepleit. Een dingen, tekent zich steeds schrijnen der af. Daarom is een terugbrenging van het financieringstekort van het rijk urgenter geworden dan ooit. Zonder een geforceerde daling van het financieringstekort dat wil zeggen zonder de moed om maar ex tra belastingen te heffen zonder de uitgaven daarmee te verhogen zie ik niet hoe we ooit uit de draaikolk zullen komen. Natuurlijk vormen de afwente lingseffecten een ernstig bezwaar. Maar anderzijds staat niets minder op het spel dan de effectiviteit van het budgettaire en het monetaire be leid gezamenlijk. Het moet mogelijk zijn in deze context zich op nieuw de vraag te stellen of bijvoor beeld de teruggave van de inkom stenbelasting niet voor één of twee jaar moet worden opgeschort, teza men met de invoering van een be perkte verhoging van de omzetbelas ting. Ook andere „pakketten" zijn uiteraard mogelijk. Het voordeel van dit laatste „pakket" lijkt mij echter Kerl orge Cre: klei Medewerking Wil zo'n program effect hebb gr0, dan zal een medewerking van de f ciale partners onontbeerlijk zijn. dat punt sluit ik me weer graag 4U bij de ambtelijke deskundigen, mag bijvoorbeeld m.i. van de wei nemersorganisaties worden gevraai dat' zij bij de afsluiting van de loc contracten hetzij de prijsindexclaus les vrijwaren van de prijseffect van de indirecte belastingen, hetzij niet langer immuun maken voor e drukverzwaring in de directe sfe n.l. door zich zoals tot nu toe te ba ren op het reëel beschikbaar loon. het vooruitzicht van een nog ven gaande stijging, van de arbeidsink mensquote het deskundigenra port spreekt zelfs van een stijgt van 82 naar 84 is m.i. dat zek 'niet te veel gevraagd. Met name ni omdat ook de werknemers direct g baat zijn met een beëindiging van huidige nationale overbesteding. KWARTET I TROUW De Rotterdammer Nieuwe Haagse Courant Nieuwe Leidse Courant Dordts Dagblad Trouw Commissie van hoofdredactie: J. de Berg (voorzitter), H. P. Ester, G. J. Brinkman J van Hofwegen. (Van onze onderwijsredactie) AMSTERDAM Minister De Brauw (wetenschapsbeleid) be treurt het dat de ASVA een kort geding wil aanspannen tegen de medische faculteit van Amster dam. De ASVA wil dit doen, wanneer deze faculteit bij haar voornemer» blijft een studentenstop voor aan komende eerstejaars studenten medi cijnen in te stellen. Volgens minister De Brauw draagt dit plan van de ASVA niet bij tot vergroting van het vertrouwen. Zijns inziens is het bepaald niet zo, dat de maatregel van de faculteit een gevolg Is van een onwelwillende houding je gens de studenten, zoals wordt gesug gereerd. De minister verklaart verder dat het enige wettige middel, dat hem in ter beschikking staat om de toelatii van tweedejaars studenten in medicijnen te beïnvloeden, een maai regel van de capaciteitscommissie i Als er te weinig plaatsen voor tweede jaars zijn kan, op grond van een vor jaar aangenomen wetsontwerp, et wachtlijst worden ingesteld. En h bestaan van een wachtlijst heeft g< volgen voor de capaciteit voor eerste jaars, aangezien tweedejaars die o de wachtlijst staan, voorrang hebbe bij de toelating in het volgende jaai Een lange tweedejaars wachtlijst vet kleint dan dus de mogelijkheden eerstejaars. Overigens is de capaciteitscommiS' sie van oordeel dat de universiteit vat Amsterdam meer eerstejaars medisch» studenten kan opnemen dan ze zegt te kunnen. De problemen die nv op meer universiteiten zijn ontstaan zijn een gevolg onder andere van df slechte planning van de afgelopen jaren.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1971 | | pagina 2