Indonesische kerken willen aanpakken in maatschappij Doekje voor het bloeder Minderheid zonder complex Nog steeds opgaande lijn Kerken helpen in India BEROEPTNfS^R^ Kritiek op regeringsno over bejaardenprobleei Bezwaarschrift tegen dr. H. Wiersinga Wereldraad in geldnood Verlanglijst van onderwijzers Wervings campagne voor onderwijzers groot succes COMMENTAAR Textiel Een woord voor vandaag Puzze r hoe UIT DE KERKBLADEN Bijdragen moeten 25 procent omhoog GENÉVE De wereldraad van kerken verwacht voor 1972 een tekort van 200.000 dollar. Daarom heeft secretaris-generaal dr. Eugene Carson Blake alle aangesloten kerken gevraagd hun bijdrage met ingang van volgend jaar met minstens 25 procent te verhogen. In een brief aan de de kerken ver gelijkt dr. Blake het algemeen budget van de wereldraad (anderhalf mil joen dollar) met de inkomsten en uit gaven van de aangesloten kerken, die in de honderden miljoenen lopen. Van een onzer verslaggevers DEN HAAG De algemene onder wijzersfederatie (Anof) hoopt dat het onderwijs deze keer bij de kabinets formatie een punt van serieus ge sprek zal zijn. In het verleden wer den nauwelijks bindende afspraken gemaakt over de onderwijspolitiek. Bij deze kabinetsformatie moet dat wel gebeuren, aldus de Anof. De onderwijzersfederatie (waarin de drie grote bonden vertegenwoordigd zijn) schaart zich achter het program van de drie vakcentrales, waarin ƒ950 miljoen extra gevraagd wordt tegen 1975. Daarvan is 650 nodig voor verbeteringen in kleuter- en basison derwijs (o.a. nieuwe wetgeving, klei nere klassen) en 300 miljoen voor de werkende jongeren (partieel onder wijs tot achttien jaar). Andere punten in de verklaring van de Anof zijn: afschaffing van het zittenblijven voor 1980; leerplicht vanaf het vijfde, mis schien vanaf het vierde jaar; verantwoorde experimenten met de middenschool; voorbereiding van onderwijs krachten op vernieuwingen; verbetering van de salarissen, vooral van kleuterleidsters. Prof. dr. H. A. M. Fiolet, drs. C. H. Steenwinkel en prof. dr. J. Verkuyl woonden namens de Nederlandse kerken en de zending de assemblee van de Indonesische raad van kerken te Pematang Siantar van 18 tot 28 april bij. Voor onze krant schreef prof. Verkuyl twee artikelen, waar van wij hier het eerste publiceren. door prof. dr. J. VERKUYL PEMATANG SIANTAR Midden in de Bataklanden, in Ps- inatang Siantar op Sumatra, was de algemene vergadering van de Indonesische raad van kerken. Deze raad werd in mei 1950 kort na de verworven onafhankelijkheid van de Indonesische repu bliek geconstitueerd. De raad van kerken in Indonesië heeft vanaf het begin een bijzonder karakter gehad, als we de geschiedenis van die raad vergelijken met die van andere „nationale raden in Azië en Afrika. In de eerste plaats is deze raad nooit geweest als de andere een raad van „inheemse" kerken èn „westerse zending", maar een raad waarvan uitsluitend Indo nesische kerkgemeenschappen (momenteel veertig) lid waren en zijn, kerken die zichzelf za gen als kerken in hun eigen mis sionaire situatie en waarin het onderscheid tussen „kerk èn zen ding" werd opgeheven, omdat kerk en zending samenvallen. Door deze benadering heeft de Indonesische raad van kerken vanaf het begin een veel zelf standiger karakter gekregen dan met de meeste nationale raden het geval is. In de tweede plaats heeft deze raad van het begin af aan een bijzonder (Van een onzer verslaggevers) UTRECHT Het gouvernement van de Indiase deelstaat West-Bengalen heeft de wereldraad van kerken gevraagd behulpzaam te ztfn bij medische verzorging, voeding en kleding in een aantal grote vluchtelingenkampen. De wereldraad heeft met zjjn organisaties, waaronder de stichting oecume nische hulp aan kerken en vluchtelingen te Utrecht (voor giften: gironum mer 5261), al voldaan aan een eerste dringend verzoek om multivitamine- tabletten te zenden. Op de foto: overleg over de gezondsheidstoestand in een kamp vlak b(j de grens India-Pakistan; een Indiase arts (midden) praat met de ver tegenwoordiger van de wereldraad van kerken Stanley Mitton (rechts) en een aantal vluchtelingen. belangrijke plaats ingenomen, omdat in een groot eilandenrijk als Indonesië is de kerken gemakkelijk uiteenvallen in insulaire, gesloten ge meenschappen. Tegenover deze ten dens hebben de kerken van Irian Barrat af tot aan Noord-Sumatra toe het tegenwicht en de noodzaak van een coördinerende instantie met Woord en daad beladen met het doel om aan de eenheid van de kerken bij de vervulling van de roeping gestalte te geven. Deze raad van kerken komt om de drie of vier jaar bijeen. Pematang Siantar, het centrum der Simalungun-Bataks, niet ver van het Toba-meer was de plaats van samen komst. De vergaderingen werden ge houden in de christelijke universiteit, die de naam van Nommensen draagt. Prof. dr. D. C. Mulder heeft eens ge schreven. dat de christenen in Indonesië een „minoriteit zonder complex" vormen, omdat ze in de ge hele samenleving op talloze manieren participeren. Hier in het Batakland vormen ze zelfs een duidelijke en be wuste meerderheid. Het opvallende van de ontwikke ling der oecumenische beweging in Azië is, dat daarin de Indonesische kerken een toenemende rol vervullen naast de kerken van India en Japan. Dr. E. C. Blake. de algemene secreta ris van de wereldraad van kerken, onderstreepte dat feit door zijn be- Van een onzer verslaggevers DEN HAAG Het ministerie van onderwijs heeft al meer dan vier dui zend reacties gehad op de televisie reclame voor de onderwijzersoplei ding. Dit succes overtreft alle ver wachtingen. In april heeft het ministerie een keer of tien een t.v.spotje laten uit zenden onder het motto: schakel naar de toekomst: de onderwijzer. Daarbij werd het beroep van onderwijzer aangeprezen zonder dat overigens sprake was van een echte wervings campagne. Aan het eind van het spotje werd de folder genoemd die bij het ministerie verkrijgbaar was. Meer dan vierduizend belangstellenden hebben de folder nu aangevraagd. Ter vergelijking diene dat dit jaar 15.000 leerlingen eindexamen havo doen, waarvan ongeveer de helft op de havo-afdeling van een pedagogi sche academie zit. Zowel de pedago gische academies als de onderwijzers bonden hebben sterk aangedrongen om een intensieve wervingscampagne, omdat zij bang waren voor een ern stig onderwijzerstekort. Een van de bedrijfstakken in Nederland die al jaren met steeds groter wordende problemen worstelt, is de textielindustrie. Koninklijke Textielfabrieken Nijverdal-Ten Cate schrijft die moeilijkheden in het jaarverslag voor een deel toe aan „de ambivalentie van de Nederlandse over heid". Enerzijds, zo luidt de redenering van Nijver dal-Ten Cate, toont de regering begrip voor de bestaande moeilijkheden door de bereidheid tot financiële steun in de vorm van krediëtgaranties. Maar anderzijds doet zij mee aan de totstand koming van de „tariefpreferentieregeling" ten behoeve van de ontwikkelingslanden. Die regeling maakt het de landen uit de derde wereld mogelijk goederen naar de EEG te exporteren zonder dat daarover invoerrechten behoeven voldaan te worden. De Nederlandse textielindustrie maakt tegen deze regeling, die op 1 juli in werking moet treden, maar waarvan verwacht wordt dat het wel 1 oktober zal worden door tegenwerking van Franse zijde, ernstig bezwaar, temeer daar een aantal „ontwikkelde landen" (waaronder krach tens een verkiezingsbelofte van Nixon wellicht ook Amerika) heeft besloten voor textiel een uit zondering op de regeling te maken ter bescherming van de eigen textielindustrie. Daardoor zal volgens Nijverdal-Ten Cate de stroom goedkope textiel zich in t bijzonder op de EEG gaan richten, met alle financiële gevolgen van dien. Met alle begrip voor die redenering, moet toch worden gesteld, dat men twee aspecten vergeet in de redenering te betrekken. In de eerste plaats is er aan het quantum textiel artikelen dat tegen het nultarief uit de ontwikke lingslanden naar de EEG mag worden uitgevoerd, een grens gesteld. De hoeveelheid die zonder invoerrechten de EEG mag binnenkomen moet gelijk zijn aan de hoeveelheid die in 1968 door de derde wereld werd geëxporteerd, vermeerderd met 5 procent van de export uit de ontwikkelde landen. Nobelprijswinnaar prof. Tinbergen de geeste lijke vader van het Tweede Ontwikkelings decennium, waarvan de preferentieregeling een onderdeel is heeft berekend dat die hoeveelheid uitkomt op 2,1 procent van de totale textielimport in de EEG. Zo'n hoeveelheid betekent geen wezen lijk gevaar voor de textielindustrie. Het tweede aspect is de positie van de consument. Men moet niet vergeten, dat „goedkope import", behalve een nadeel voor de industrie, ook een voordeel betekent voor de consument, die wellicht minder geld behoeft te besteden bij de aanschaf van kleding (en andere artikelen). Telt men daarbij de enorme voordelen op die preferentieregelingen onze medemens in de ont wikkelingslanden biedt, dan moeten wij met prof. Tinbergen en de zijnen concluderen, dat alles in het werk moet worden gesteld om de EEG te bewegen de streefdatum van 1 juli te halen, zodat dan eventueel maar met wat extra steun aan de textiel en bijvoorbeeld ook de schoenen industrie dit onderdeel van de ontwikkelings hulp niet ten onrechte in gevaar komt. zoek aan Djakarta enkele dagen gele den en door de grote oecumenische kerkdienst bij te wonen in het sta dion van Pematang Siantar, die voor afging aan de officiële opening op zondagmiddag 18 april. Een van de secretarissen van de conferentie van Oost-A,ziatische Kerken, dr. Ogawa, woonde ook een deel van de confe rentie bij. Opvallend was de langdurige pre sentie van de rooms-katholieke kar dinaal Darmojuwono en de aartsbis schop van Sumatra. De kardinaal woonde deze vergadering gedurende enkele dagen bij. Het is duidelijk, dat ook in Indonesië een nieuwe fase in de relatie tussen de protestantse ker ken en de rooms-katholieke kerken- provincie is aangebroken. Prof. dr. H. A. M. Fiolet was aanwezig namens de Nederlandse raad van kerken. Toen in verband daarmee gissend gevraagd werd naar de mogelijkheden van lid maatschap van de rooms-katholieken werd deze mogelijkheid door de sym pathieke en bedachtzame kardinaal allerminst uitgesloten voor de toe komst. Voorts was er uiteraard een uitge breide vertegenwoordiging van Euro pese en Amerikaanse zendingsinstan ties. De secretaris van de Amerikaan se raad van kerken, dr. Espy, was eveneens bij mij weten voor 't eerst present. Typerend voor deze bijeenkomst was het feit, dat de Indonesische ker ken in toenemende mate hun eigen plaats innemen in het geheel der oecumenische gemeenschap der ker ken. Thenia Het thema, dat ingeleid werd door de algemene voorzitter van de raad van kerken, prof. dr. Abineno, was „Gezonden in deze wereld" en het sub-thema concretiseerde dat woord „wereld'' door te wijzen op de taak van de kerken in het ontwikkelings proces van het huidige Indonesië. Dat onderwerp werd ingeleid door dr. T. B. Simatupang, terwijl het concreet in allerlei secties werd uitgewerkt. Ik werd in deze algemene vergade ring vooral getroffen door de dyna mische beweging tussen |wee polen. Aan de ene zijde was er een bijzon der goed voorbereide concentratie op die bijbelse fragmenten waarin de samenhang tussen de missionaire taak, de diakonale taak en de taak tot participatie aan het ontwikke lingsproces wordt benadrukt. Aan de andere zijde was er meer dan ik ooit heb meegemaakt in Indonesië situationeel realisme: een concrete analyse van de problemen, noden, uitdagingen, fouten, leemten van de huidige Indonesische samenleving en een hartstochtelijke oproep om niet te vluchten in vage stichtelijkheden, maar concreet deel te nemen aan de aanpak van deze taken en problemen. Dr. S. A. E. Nababan, de algemene secreatris van de Indonesischse raad van kerken, schreef in zijn rapport: „We moeten niet wanhopig worden of proberen te ontvluchten uit de wereld en onszelf terug te trekken op een „geestelijke wereld". Uit de reacties op dit thema en sub-thema bleek wel hoe sterk deze neiging nog in vele kerken is, vooral onder de predikanten, maar tevens bleek hoezeer de jongeren en de „le ken" ('t aantal Indonesische christe nen dat op verantwoordelijke sleutel posities in de maatschappij staat, is groot) snakken naar participatie in de ontwikkeling en naar begeleiding daarbij. Duidelijk was de invloed merkbaar van de conferenties van „kerk en samenleving" van Genève, Montreux, Beiroet enz. Manc verweet aan de kerken, dat hun boodschap opium van het vok is. Gunnar Myrdal verwijt in zijn drie delige boek: „The Asian Drama" aan de godsdienstige gemeenschappen in Azië „social inertia", sociale sloom heid. Niemand kan ontkennen, dat ook in Azië godsdiensten vaak mis bruikt zijn als opium en dat er ook in de godsdienstige gemeenschappen „social inertia" te constateren valt in vele gebieden. De waarheid gebiedt echter het volgende te zeggen; In Indonesië heb ben de kerken op vele eilanden in de „oude tijd" een katalyserende rol vervuld, die de stoot gaf tot vernieu wing. In dit wijde Batakland zijn de tekenen daarvan overal te vinden. Nadat, in de nieuwe tijd, de post-ko- loniale periode de kerken temidden van de stormachtige ontwikkelingen en talloze frustraties zich soms met moeite staande konden houden, is er nu duidelijk een réveil te ontdekken, een geestelijk ontwaken, dat ook leidt tot nieuwe initiatieven op sociaal, economisch, cultureel en politiek ter rein. Gevaar KWARTET TROUW De Rotterdammer Nieuwe Haagse Courant Nieuwe Leidse Courant D^rdts Dagblad Trouw Commissie van hoofdredactie: J. de Berg (voorzitter), H. P Ester, G. J. Brinkman J. van Hofwegen. afbrokkelingsproces in de kerken op gang is en de tegenbeweging nog niet te zien is, is in de Indonesische ker ken de dynamica van de groei der kerken en gang. De curve wijst nog steeds een opgaande lijn aan. Het ge vaar is echter niet denkbeeldig, dat deze golfbeweging of leidt tot over- geestelijkheid of weer weg ebt in op- pe.rvlakkigheid. Het was kennelijk de bedoeling van deze algemene vergadering om enkele bakens uit te zetten en de samenhang tussen zending, diakonaat en ontwik keling zo in het licht te stellen, dat de harten en handen zich gereed ma ken tot de concrete arbeid waartoe wij „gezonden zijn in de wereld" op de lectuurtafel van de Indonesische afdeling van „Sodepax" de commissie voor Samenleving, ontwikkeling en vrede van de wereld raad die in mei 1970 te Tjipajung onder de auspiciën van de raad van kerken en met r.k. episcopaat werd gehouden, deze pu blicatie heeft tot titel: „Membangun manusia pembangun", ,,'t Ontwikke len van mensen, die deelnemen aan ontwikkeling". Ik denk dat daarmee de kern van het ontwikkelingspro bleem in de roos geraakt is. Deze vergadering ,was daarmee eigenlijk bezig. Men krijgt de indruk, dat daarbij de communicatie tussen de „voorhoe de" en de „achterban" niet gemakke lijk is. In 'n volgend artikel hoop ik daarop dieper in te gaan naarmate dit communicatieprobleem scherper naar voren treedt en om beantwoor ding roept. NED. HERV. KERK Beroepen: te Nieuwerkerk a.d. IJs- sel: D. v.d. Berg te Huizen. GEREF. KERKEN Beroepen: te Avereest/Woubrugge: kand. H. Eendebak te Amsterdam. Te Herwijnen Ds. C. van Ommen te Werkendam. VRIJE EVANG. GEM. Beroepen: te Zwolle. H. Jansen Klomp te Oudebildtzijl. Jesaja 54 eindigt met: „Dit is het deel van de knechten des Heren en I recht van Mijnentwege, luidt het woord des Heren. „O, alle gij dorstigen, komt tot de wateren., "zo nodigt deHere.Hi een tekst die telkens weer in de bijbel zal terugkeren, tot op de laai bladzijde toe. God roept niet de goeden. God roept niet de nette mensen. God roept i de sterken van geest. Hij roept dorstigen, mensen wier tong aan i gehemelte kleeft. Die hebben niet veel praats meer. Om welke dorst gaat het? Christus legt dat uit in de zaligspreking Hij moet aan deze tekst gedacht hebben toen Hij zei: Zalig die hoi ren en dorsten naar de gerechtigheid. We zien daar hoe Hij Jesaja 5' 55 samentrekt. God spreekt tot mensen die dorsten naar „hun recht Mijnentwege." Welezen vandaag Handelingen4:13-22. Van onze soc.-econ. redactie AMERSFOORT „De nota Bejaar denbeleid 1970'75, die de regering aan de Tweede Kamer heeft aan geboden, biedt geen oplossing voor het bejaardenprobleem. Volgens de regering is de kern van het probleem het feit dat de bejaarden een steeds groter percentage van de bevolking gaan uitmaken, maar naar onze mening is het kernprobleem het feit dat in de huidige welvaartssamen leving geen waardevolle rol is weg gelegd voor de ouder wordende Met deze woorden opende "de voor zitter, van de Protestants Christelijke Ouderenbond, de heer J. L. Over- beek, gisteren de algemene vergade ring van deze bond in Amersfoort. Volgens de heer Overbeek verwachtte de bond dat de regering in deze nota haar visie zou geven op de gehele problematiek. „Omdat niet blijkt hoe het welzijn voor alle ouderen opti maal kan worden gerealiseerd mag deze nota niet worden beschouwd als richtinggevend voor de komende vijf jaar", aldus de heer Overbeek. De heer Overbeek momoreerde het tekort aan bejaardenwoningen een tekort van 200.000 aangepaste wonin gen het tekort aan bejaarden verzorgsters, bejaardenhelpsters, zie kenverpleegsters en het tekort aan verzorgingstehuizen. Ten aanzien van het opnamebeleid merkte de PC03- voorzitter op dat er gestreeft zal moeten worden naar inspraak voor de bejaarden in de desbetref adviescolleges. „Al heeft de regering voor de ste vijf jaar ruim 350 miljoen gi toegezegd en al wil zij 60.000 be denwoningen bouwen, daarmee i vraagstuk van de bejaardenzorf opgelost. Voorop moet staan d ouder wordende mens als een waardig mens zijn plaats in de schappij kan innemen", aldus de Overbeek. Van onze kerkredactie AMSTERDAM De vereniging van gereformeerde verontrusten „Waarheid en Eenheid en „Schrift en Getuigenis" bereiden samen met het „Confessioneel Gereformeerd Beraad" een bezwaarschrift voor, dat gericht is tegen de zgn. alternatieve verzoeningsleer van de Amsterdamse gereformeerde studenten predikant dr. H. Wiersinga, door deze in zyn dissertatie over de verzoening voorgedragen. s „Waarheid en Eenheid" en „Schrift en Getuigenis" zullen zich bovendien ge- n°S breder bezwaarschrift tot de a.s. gereformeerde synode (die volgende week te Dordrecht geopend wordt) wenden. Invul-puzzel Horizontaal woorden invullen die kenen: 1 scharnier van een hengs muggelarve, 3 prul, 4 altijd, 5 bestell( zangstem, 7 interest, 8 familielid, 9| van een stroom, 10 nachtgewaad i de beginlë Oplossing vorige puzzel 1 content, 2 materie, 3 sperwer. Nergens in de huidige wereld brei den de kerken zich zo uit als in Indonesië. Terwijl in 't Westen het In het r.k. weekblad De Bazuin staat een uitvoerig artikel van Man- nus van den Berg onder de titel: „Geestelijke verzorging in het leger zingt melodie van militaire over heid". Hij betoogt daarin dat de geestelijke verzorging in de Neder landse krijgsmacht „in een heilloos isolement is gemanoeuvreerd, waar door zij op geen wijze nog werkelijk het zout der aarde kan zijn en een wezenlijke bijdrage kan leveren aan een gezond kritisch denken over het hele complex van onze oorlogsma chine". De heer Van den Berg ver volgt: De geestelijke verzorging heeft steeds een dubbele verantwoorde lijkheid af te leggen en verkeert daardoor steeds in een dubbelzinnige situatie. Die dubbelzinnigheid wordt uitstekend verwoord in het partij programma van de ARP: „De orga nisatie van de geestelijke verzorging in de strijdkrachten dient met behoud van de eigen verantwoorde lijkheid van de overheid zodanig te zijn, dat daarin de eigen verant woordelijkheid van de Kerken dui delijk tot uiting komt." (Programma van de ARP, 1971 - 1975, blz. 17). Het probleem is gelegen in de tus senzin. De eigen verantwoordelijk heid van de overheid vormt een be lemmering om gestalte te geven aan die eigen verantwoordelijkheid van de kerken. Het is mij de laatste tijd in gesprekken met aalmoezeniers steeds duidelijker geworden, dat het binnen de militaire structuur waar aan zij met handen en voeten ge bonden zijn, onmogelijk is om ge stalte te geven aan die eigen verant woordelijkheid De geestelijke verzorging zingt de melodie van de militaire overheid en krijgt geen kans om de militairen zelfstandig te laten nadenken over Lde vragen die op ons afkomen van uit de huidige wereldsituatie. Het door kardinaal Alfrink meermalen bepleite uitgangspunt om „over te genstellingen en dreigingen heen, ernstig en riskant te blijven zoeken naar wegen om de wereld meer vei lig en bewoonbaar te maken", kan geen wortel schieten in het huidige militaire denken. Dit denken is ge vangen geraakt in de kluwen van het machtsdenken dat ten grondslag ligt aan de handhaving van het machtsevenwicht, omdat dit machts evenwicht zelf gevangen is in de werking van dreiging en tegendrei- ging en in feite het streven naar machtsoverwicht betekent. In de krijgsmacht schijnt de ver kondiging van het evangelie nog steeds een doekje voor het bloeden te zijn, een welkome aanvulling voor de mentaliteit die de krijgsmacht zo broodnodig heeft. Het heilloze en onvruchtbare isolement van de gees telijke verzorging kan alleen maar doorbroken worden, wanneer de pastorale zorg en het pastorale be leid onder directe verantwoordelijk heid komen te vallen van het pastora le beleid in Nederland. Het verdient dan ook overweging om de geeste lijke verzorging uit de krijgsmacht terug te trekken. Vanuit dekena'e en diocesane teams zouden dan pastores de zorg kunnen dragen voor militai ren in het betreffende district. De militaire zielzorger kan dan in sa menspraak met collega's en geloofs gemeenschap een beleid uitstippelen. Een beleid dat dan niet meer nood zakelijk parallel hoeft te lopen aan het beleid van de miitalre gezags voerders. De pastorale zorg voor mi litairen mag niet lager geïsoleerd blijven in een zogenaamd a<| bisdom". De kwestie van de zgn. ki communie blijft aandacht vrag^u Hervormd Nederland staat hei ste van twee artikelen die dr. van Andel wijdt aan de vr< kinderen mogen meedoen ai avondmaal en hij geeft daai. zijn mening dat het voorbarig de duidelijke relatie tussen paasfeest en christelijk avonj te concluderen dat daarmee de kindercommunie gegeven het gereformeerd Centraal \V< schrijft prof. dr. G. P. over deze zaak. Hij gaat in vraag of de kinderen die bij aan het avondmaal gingen weFar deren waren in ónze zin woord. Prof. Hartevelt: „Achter deze vraag gaat eei ressant probleem schuil. Ik w niet wat de gemiddelde leefti; de mensen uit die dagen Wel weet ik dat 't beduidend) moet zijn geweest dan thans kens treft het mij dat theologi formaat in de zestiende eeu\ 'grote' werk al op vrij jonge 1 op hun naam hadden staan er DE 'jong' stierven. Dit alles hee »uc tuurlijk een terugslag op de vtfn het 'kind'. Kinderen waren r) volwassen dan thans, of, om Vi genuanceerder te zeggen: ged dig zich eerder dan thans als vol e> nen omdat ze gezien de lappg middelde leeftijd zich veel lie ger als volwassenen gedragen t s ten In een verslag van een der pen (uit Groningen) dat mij Re; toegezonden las ik dan oo vraag: Met welke leeftijd v ?N moeten wij de 14- en 15-jari iaa, Calvijn's tijd vergelijken? i a Ik stel mij voor dat velen antwoorden: Overgebracht n); vandaag zouden het kinderei a van 20 22 jaar. Dus: de prak onze kerken ontloopt die van ceJr ger eigenlijk niet eens zo veel", idei

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1971 | | pagina 2