Indonesische kerken willen
aanpakken in maatschappij
Doekje voor het bloeder
Minderheid zonder complex
Nog steeds opgaande lijn
Kerken helpen in India
BEROEPTNfS^R^
Kritiek op regeringsno
over bejaardenprobleei
Bezwaarschrift tegen
dr. H. Wiersinga
Wereldraad
in geldnood
Verlanglijst van
onderwijzers
Wervings
campagne voor
onderwijzers
groot succes
COMMENTAAR
Textiel
Een woord voor vandaag
Puzze
r
hoe
UIT DE
KERKBLADEN
Bijdragen moeten
25 procent omhoog
GENÉVE De wereldraad
van kerken verwacht voor 1972
een tekort van 200.000 dollar.
Daarom heeft secretaris-generaal
dr. Eugene Carson Blake alle
aangesloten kerken gevraagd
hun bijdrage met ingang van
volgend jaar met minstens 25
procent te verhogen.
In een brief aan de de kerken ver
gelijkt dr. Blake het algemeen budget
van de wereldraad (anderhalf mil
joen dollar) met de inkomsten en uit
gaven van de aangesloten kerken, die
in de honderden miljoenen lopen.
Van een onzer verslaggevers
DEN HAAG De algemene onder
wijzersfederatie (Anof) hoopt dat het
onderwijs deze keer bij de kabinets
formatie een punt van serieus ge
sprek zal zijn. In het verleden wer
den nauwelijks bindende afspraken
gemaakt over de onderwijspolitiek.
Bij deze kabinetsformatie moet dat
wel gebeuren, aldus de Anof.
De onderwijzersfederatie (waarin de
drie grote bonden vertegenwoordigd
zijn) schaart zich achter het program
van de drie vakcentrales, waarin
ƒ950 miljoen extra gevraagd wordt
tegen 1975. Daarvan is 650 nodig voor
verbeteringen in kleuter- en basison
derwijs (o.a. nieuwe wetgeving, klei
nere klassen) en 300 miljoen voor de
werkende jongeren (partieel onder
wijs tot achttien jaar).
Andere punten in de verklaring
van de Anof zijn:
afschaffing van het zittenblijven
voor 1980;
leerplicht vanaf het vijfde, mis
schien vanaf het vierde jaar;
verantwoorde experimenten met
de middenschool;
voorbereiding van onderwijs
krachten op vernieuwingen;
verbetering van de salarissen,
vooral van kleuterleidsters.
Prof. dr. H. A. M. Fiolet, drs. C. H.
Steenwinkel en prof. dr. J. Verkuyl
woonden namens de Nederlandse
kerken en de zending de assemblee
van de Indonesische raad van kerken
te Pematang Siantar van 18 tot 28
april bij. Voor onze krant schreef
prof. Verkuyl twee artikelen, waar
van wij hier het eerste publiceren.
door prof. dr. J. VERKUYL
PEMATANG SIANTAR Midden in de Bataklanden, in Ps-
inatang Siantar op Sumatra, was de algemene vergadering van de
Indonesische raad van kerken. Deze raad werd in mei 1950 kort
na de verworven onafhankelijkheid van de Indonesische repu
bliek geconstitueerd. De raad van kerken in Indonesië heeft vanaf
het begin een bijzonder karakter gehad, als we de geschiedenis
van die raad vergelijken met die van andere „nationale raden
in Azië en Afrika.
In de eerste plaats is deze raad
nooit geweest als de andere een
raad van „inheemse" kerken èn
„westerse zending", maar een
raad waarvan uitsluitend Indo
nesische kerkgemeenschappen
(momenteel veertig) lid waren
en zijn, kerken die zichzelf za
gen als kerken in hun eigen mis
sionaire situatie en waarin het
onderscheid tussen „kerk èn zen
ding" werd opgeheven, omdat
kerk en zending samenvallen.
Door deze benadering heeft de
Indonesische raad van kerken
vanaf het begin een veel zelf
standiger karakter gekregen dan
met de meeste nationale raden
het geval is.
In de tweede plaats heeft deze raad
van het begin af aan een bijzonder
(Van een onzer verslaggevers)
UTRECHT Het gouvernement van de Indiase deelstaat West-Bengalen
heeft de wereldraad van kerken gevraagd behulpzaam te ztfn bij medische
verzorging, voeding en kleding in een aantal grote vluchtelingenkampen.
De wereldraad heeft met zjjn organisaties, waaronder de stichting oecume
nische hulp aan kerken en vluchtelingen te Utrecht (voor giften: gironum
mer 5261), al voldaan aan een eerste dringend verzoek om multivitamine-
tabletten te zenden.
Op de foto: overleg over de gezondsheidstoestand in een kamp vlak b(j
de grens India-Pakistan; een Indiase arts (midden) praat met de ver
tegenwoordiger van de wereldraad van kerken Stanley Mitton (rechts) en
een aantal vluchtelingen.
belangrijke plaats ingenomen, omdat
in een groot eilandenrijk als
Indonesië is de kerken gemakkelijk
uiteenvallen in insulaire, gesloten ge
meenschappen. Tegenover deze ten
dens hebben de kerken van Irian
Barrat af tot aan Noord-Sumatra toe
het tegenwicht en de noodzaak van
een coördinerende instantie met
Woord en daad beladen met het doel
om aan de eenheid van de kerken bij
de vervulling van de roeping gestalte
te geven. Deze raad van kerken komt
om de drie of vier jaar bijeen.
Pematang Siantar, het centrum der
Simalungun-Bataks, niet ver van het
Toba-meer was de plaats van samen
komst. De vergaderingen werden ge
houden in de christelijke universiteit,
die de naam van Nommensen draagt.
Prof. dr. D. C. Mulder heeft eens ge
schreven. dat de christenen in
Indonesië een „minoriteit zonder
complex" vormen, omdat ze in de ge
hele samenleving op talloze manieren
participeren. Hier in het Batakland
vormen ze zelfs een duidelijke en be
wuste meerderheid.
Het opvallende van de ontwikke
ling der oecumenische beweging in
Azië is, dat daarin de Indonesische
kerken een toenemende rol vervullen
naast de kerken van India en Japan.
Dr. E. C. Blake. de algemene secreta
ris van de wereldraad van kerken,
onderstreepte dat feit door zijn be-
Van een onzer verslaggevers
DEN HAAG Het ministerie van
onderwijs heeft al meer dan vier dui
zend reacties gehad op de televisie
reclame voor de onderwijzersoplei
ding. Dit succes overtreft alle ver
wachtingen.
In april heeft het ministerie een
keer of tien een t.v.spotje laten uit
zenden onder het motto: schakel naar
de toekomst: de onderwijzer. Daarbij
werd het beroep van onderwijzer
aangeprezen zonder dat overigens
sprake was van een echte wervings
campagne. Aan het eind van het
spotje werd de folder genoemd die bij
het ministerie verkrijgbaar was. Meer
dan vierduizend belangstellenden
hebben de folder nu aangevraagd.
Ter vergelijking diene dat dit jaar
15.000 leerlingen eindexamen havo
doen, waarvan ongeveer de helft op
de havo-afdeling van een pedagogi
sche academie zit. Zowel de pedago
gische academies als de onderwijzers
bonden hebben sterk aangedrongen
om een intensieve wervingscampagne,
omdat zij bang waren voor een ern
stig onderwijzerstekort.
Een van de bedrijfstakken in Nederland die al
jaren met steeds groter wordende problemen
worstelt, is de textielindustrie. Koninklijke
Textielfabrieken Nijverdal-Ten Cate schrijft die
moeilijkheden in het jaarverslag voor een deel toe
aan „de ambivalentie van de Nederlandse over
heid". Enerzijds, zo luidt de redenering van Nijver
dal-Ten Cate, toont de regering begrip voor de
bestaande moeilijkheden door de bereidheid tot
financiële steun in de vorm van krediëtgaranties.
Maar anderzijds doet zij mee aan de totstand
koming van de „tariefpreferentieregeling" ten
behoeve van de ontwikkelingslanden. Die regeling
maakt het de landen uit de derde wereld mogelijk
goederen naar de EEG te exporteren zonder dat
daarover invoerrechten behoeven voldaan te
worden.
De Nederlandse textielindustrie maakt tegen
deze regeling, die op 1 juli in werking moet treden,
maar waarvan verwacht wordt dat het wel
1 oktober zal worden door tegenwerking van
Franse zijde, ernstig bezwaar, temeer daar een
aantal „ontwikkelde landen" (waaronder krach
tens een verkiezingsbelofte van Nixon wellicht ook
Amerika) heeft besloten voor textiel een uit
zondering op de regeling te maken ter bescherming
van de eigen textielindustrie. Daardoor zal volgens
Nijverdal-Ten Cate de stroom goedkope textiel zich
in t bijzonder op de EEG gaan richten, met alle
financiële gevolgen van dien.
Met alle begrip voor die redenering, moet toch
worden gesteld, dat men twee aspecten vergeet in
de redenering te betrekken.
In de eerste plaats is er aan het quantum textiel
artikelen dat tegen het nultarief uit de ontwikke
lingslanden naar de EEG mag worden uitgevoerd,
een grens gesteld. De hoeveelheid die zonder
invoerrechten de EEG mag binnenkomen moet
gelijk zijn aan de hoeveelheid die in 1968 door de
derde wereld werd geëxporteerd, vermeerderd met
5 procent van de export uit de ontwikkelde landen.
Nobelprijswinnaar prof. Tinbergen de geeste
lijke vader van het Tweede Ontwikkelings
decennium, waarvan de preferentieregeling een
onderdeel is heeft berekend dat die hoeveelheid
uitkomt op 2,1 procent van de totale textielimport
in de EEG. Zo'n hoeveelheid betekent geen wezen
lijk gevaar voor de textielindustrie.
Het tweede aspect is de positie van de consument.
Men moet niet vergeten, dat „goedkope import",
behalve een nadeel voor de industrie, ook een
voordeel betekent voor de consument, die wellicht
minder geld behoeft te besteden bij de aanschaf van
kleding (en andere artikelen).
Telt men daarbij de enorme voordelen op die
preferentieregelingen onze medemens in de ont
wikkelingslanden biedt, dan moeten wij met
prof. Tinbergen en de zijnen concluderen, dat
alles in het werk moet worden gesteld om de EEG
te bewegen de streefdatum van 1 juli te halen,
zodat dan eventueel maar met wat extra steun
aan de textiel en bijvoorbeeld ook de schoenen
industrie dit onderdeel van de ontwikkelings
hulp niet ten onrechte in gevaar komt.
zoek aan Djakarta enkele dagen gele
den en door de grote oecumenische
kerkdienst bij te wonen in het sta
dion van Pematang Siantar, die voor
afging aan de officiële opening op
zondagmiddag 18 april. Een van de
secretarissen van de conferentie van
Oost-A,ziatische Kerken, dr. Ogawa,
woonde ook een deel van de confe
rentie bij.
Opvallend was de langdurige pre
sentie van de rooms-katholieke kar
dinaal Darmojuwono en de aartsbis
schop van Sumatra. De kardinaal
woonde deze vergadering gedurende
enkele dagen bij. Het is duidelijk, dat
ook in Indonesië een nieuwe fase in
de relatie tussen de protestantse ker
ken en de rooms-katholieke kerken-
provincie is aangebroken. Prof. dr. H.
A. M. Fiolet was aanwezig namens de
Nederlandse raad van kerken. Toen
in verband daarmee gissend gevraagd
werd naar de mogelijkheden van lid
maatschap van de rooms-katholieken
werd deze mogelijkheid door de sym
pathieke en bedachtzame kardinaal
allerminst uitgesloten voor de toe
komst.
Voorts was er uiteraard een uitge
breide vertegenwoordiging van Euro
pese en Amerikaanse zendingsinstan
ties. De secretaris van de Amerikaan
se raad van kerken, dr. Espy, was
eveneens bij mij weten voor
't eerst present.
Typerend voor deze bijeenkomst
was het feit, dat de Indonesische ker
ken in toenemende mate hun eigen
plaats innemen in het geheel der
oecumenische gemeenschap der ker
ken.
Thenia
Het thema, dat ingeleid werd door
de algemene voorzitter van de raad
van kerken, prof. dr. Abineno, was
„Gezonden in deze wereld" en het
sub-thema concretiseerde dat woord
„wereld'' door te wijzen op de taak
van de kerken in het ontwikkelings
proces van het huidige Indonesië. Dat
onderwerp werd ingeleid door dr. T.
B. Simatupang, terwijl het concreet
in allerlei secties werd uitgewerkt.
Ik werd in deze algemene vergade
ring vooral getroffen door de dyna
mische beweging tussen |wee polen.
Aan de ene zijde was er een bijzon
der goed voorbereide concentratie op
die bijbelse fragmenten waarin de
samenhang tussen de missionaire
taak, de diakonale taak en de taak
tot participatie aan het ontwikke
lingsproces wordt benadrukt.
Aan de andere zijde was er meer dan
ik ooit heb meegemaakt in Indonesië
situationeel realisme: een concrete
analyse van de problemen, noden,
uitdagingen, fouten, leemten van de
huidige Indonesische samenleving en
een hartstochtelijke oproep om niet te
vluchten in vage stichtelijkheden,
maar concreet deel te nemen aan de
aanpak van deze taken en problemen.
Dr. S. A. E. Nababan, de algemene
secreatris van de Indonesischse raad
van kerken, schreef in zijn rapport:
„We moeten niet wanhopig worden of
proberen te ontvluchten uit de wereld
en onszelf terug te trekken op een
„geestelijke wereld".
Uit de reacties op dit thema en
sub-thema bleek wel hoe sterk deze
neiging nog in vele kerken is, vooral
onder de predikanten, maar tevens
bleek hoezeer de jongeren en de „le
ken" ('t aantal Indonesische christe
nen dat op verantwoordelijke sleutel
posities in de maatschappij staat, is
groot) snakken naar participatie in de
ontwikkeling en naar begeleiding
daarbij. Duidelijk was de invloed
merkbaar van de conferenties van
„kerk en samenleving" van Genève,
Montreux, Beiroet enz.
Manc verweet aan de kerken, dat
hun boodschap opium van het vok is.
Gunnar Myrdal verwijt in zijn drie
delige boek: „The Asian Drama" aan
de godsdienstige gemeenschappen in
Azië „social inertia", sociale sloom
heid. Niemand kan ontkennen, dat
ook in Azië godsdiensten vaak mis
bruikt zijn als opium en dat er ook in
de godsdienstige gemeenschappen
„social inertia" te constateren valt in
vele gebieden.
De waarheid gebiedt echter het
volgende te zeggen; In Indonesië heb
ben de kerken op vele eilanden in de
„oude tijd" een katalyserende rol
vervuld, die de stoot gaf tot vernieu
wing. In dit wijde Batakland zijn de
tekenen daarvan overal te vinden.
Nadat, in de nieuwe tijd, de post-ko-
loniale periode de kerken temidden
van de stormachtige ontwikkelingen
en talloze frustraties zich soms met
moeite staande konden houden, is er
nu duidelijk een réveil te ontdekken,
een geestelijk ontwaken, dat ook leidt
tot nieuwe initiatieven op sociaal,
economisch, cultureel en politiek ter
rein.
Gevaar
KWARTET TROUW
De Rotterdammer
Nieuwe Haagse Courant
Nieuwe Leidse Courant
D^rdts Dagblad
Trouw
Commissie van hoofdredactie:
J. de Berg (voorzitter),
H. P Ester, G. J. Brinkman
J. van Hofwegen.
afbrokkelingsproces in de kerken op
gang is en de tegenbeweging nog niet
te zien is, is in de Indonesische ker
ken de dynamica van de groei der
kerken en gang. De curve wijst nog
steeds een opgaande lijn aan. Het ge
vaar is echter niet denkbeeldig, dat
deze golfbeweging of leidt tot over-
geestelijkheid of weer weg ebt in op-
pe.rvlakkigheid.
Het was kennelijk de bedoeling van
deze algemene vergadering om enkele
bakens uit te zetten en de samenhang
tussen zending, diakonaat en ontwik
keling zo in het licht te stellen, dat
de harten en handen zich gereed ma
ken tot de concrete arbeid waartoe
wij „gezonden zijn in de wereld" op
de lectuurtafel van de Indonesische
afdeling van „Sodepax" de commissie
voor Samenleving, ontwikkeling en
vrede van de wereld raad die in mei
1970 te Tjipajung onder de auspiciën
van de raad van kerken en met r.k.
episcopaat werd gehouden, deze pu
blicatie heeft tot titel: „Membangun
manusia pembangun", ,,'t Ontwikke
len van mensen, die deelnemen aan
ontwikkeling". Ik denk dat daarmee
de kern van het ontwikkelingspro
bleem in de roos geraakt is. Deze
vergadering ,was daarmee eigenlijk
bezig.
Men krijgt de indruk, dat daarbij
de communicatie tussen de „voorhoe
de" en de „achterban" niet gemakke
lijk is. In 'n volgend artikel hoop ik
daarop dieper in te gaan naarmate
dit communicatieprobleem scherper
naar voren treedt en om beantwoor
ding roept.
NED. HERV. KERK
Beroepen: te Nieuwerkerk a.d. IJs-
sel: D. v.d. Berg te Huizen.
GEREF. KERKEN
Beroepen: te Avereest/Woubrugge:
kand. H. Eendebak te Amsterdam. Te
Herwijnen Ds. C. van Ommen te
Werkendam.
VRIJE EVANG. GEM.
Beroepen: te Zwolle. H. Jansen
Klomp te Oudebildtzijl.
Jesaja 54 eindigt met: „Dit is het deel van de knechten des Heren en I
recht van Mijnentwege, luidt het woord des Heren.
„O, alle gij dorstigen, komt tot de wateren., "zo nodigt deHere.Hi
een tekst die telkens weer in de bijbel zal terugkeren, tot op de laai
bladzijde toe.
God roept niet de goeden. God roept niet de nette mensen. God roept i
de sterken van geest. Hij roept dorstigen, mensen wier tong aan i
gehemelte kleeft. Die hebben niet veel praats meer.
Om welke dorst gaat het? Christus legt dat uit in de zaligspreking
Hij moet aan deze tekst gedacht hebben toen Hij zei: Zalig die hoi
ren en dorsten naar de gerechtigheid. We zien daar hoe Hij Jesaja 5'
55 samentrekt. God spreekt tot mensen die dorsten naar „hun recht
Mijnentwege."
Welezen vandaag Handelingen4:13-22.
Van onze soc.-econ. redactie
AMERSFOORT „De nota Bejaar
denbeleid 1970'75, die de regering
aan de Tweede Kamer heeft aan
geboden, biedt geen oplossing voor
het bejaardenprobleem. Volgens de
regering is de kern van het probleem
het feit dat de bejaarden een steeds
groter percentage van de bevolking
gaan uitmaken, maar naar onze
mening is het kernprobleem het feit
dat in de huidige welvaartssamen
leving geen waardevolle rol is weg
gelegd voor de ouder wordende
Met deze woorden opende "de voor
zitter, van de Protestants Christelijke
Ouderenbond, de heer J. L. Over-
beek, gisteren de algemene vergade
ring van deze bond in Amersfoort.
Volgens de heer Overbeek verwachtte
de bond dat de regering in deze nota
haar visie zou geven op de gehele
problematiek. „Omdat niet blijkt hoe
het welzijn voor alle ouderen opti
maal kan worden gerealiseerd mag
deze nota niet worden beschouwd als
richtinggevend voor de komende vijf
jaar", aldus de heer Overbeek.
De heer Overbeek momoreerde het
tekort aan bejaardenwoningen een
tekort van 200.000 aangepaste wonin
gen het tekort aan bejaarden
verzorgsters, bejaardenhelpsters, zie
kenverpleegsters en het tekort aan
verzorgingstehuizen. Ten aanzien van
het opnamebeleid merkte de PC03-
voorzitter op dat er gestreeft zal
moeten worden naar inspraak voor
de bejaarden in de desbetref
adviescolleges.
„Al heeft de regering voor de
ste vijf jaar ruim 350 miljoen gi
toegezegd en al wil zij 60.000 be
denwoningen bouwen, daarmee i
vraagstuk van de bejaardenzorf
opgelost. Voorop moet staan d
ouder wordende mens als een
waardig mens zijn plaats in de
schappij kan innemen", aldus de
Overbeek.
Van onze kerkredactie
AMSTERDAM De vereniging van gereformeerde verontrusten „Waarheid
en Eenheid en „Schrift en Getuigenis" bereiden samen met het „Confessioneel
Gereformeerd Beraad" een bezwaarschrift voor, dat gericht is tegen de zgn.
alternatieve verzoeningsleer van de Amsterdamse gereformeerde studenten
predikant dr. H. Wiersinga, door deze in zyn dissertatie over de verzoening
voorgedragen. s
„Waarheid en Eenheid" en „Schrift en Getuigenis" zullen zich bovendien ge-
n°S breder bezwaarschrift tot de a.s. gereformeerde synode
(die volgende week te Dordrecht geopend wordt) wenden.
Invul-puzzel
Horizontaal woorden invullen die
kenen: 1 scharnier van een hengs
muggelarve, 3 prul, 4 altijd, 5 bestell(
zangstem, 7 interest, 8 familielid, 9|
van een stroom, 10 nachtgewaad
i de beginlë
Oplossing vorige puzzel
1 content, 2 materie, 3 sperwer.
Nergens in de huidige wereld brei
den de kerken zich zo uit als in
Indonesië. Terwijl in 't Westen het
In het r.k. weekblad De Bazuin
staat een uitvoerig artikel van Man-
nus van den Berg onder de titel:
„Geestelijke verzorging in het leger
zingt melodie van militaire over
heid". Hij betoogt daarin dat de
geestelijke verzorging in de Neder
landse krijgsmacht „in een heilloos
isolement is gemanoeuvreerd, waar
door zij op geen wijze nog werkelijk
het zout der aarde kan zijn en een
wezenlijke bijdrage kan leveren aan
een gezond kritisch denken over het
hele complex van onze oorlogsma
chine". De heer Van den Berg ver
volgt:
De geestelijke verzorging heeft
steeds een dubbele verantwoorde
lijkheid af te leggen en verkeert
daardoor steeds in een dubbelzinnige
situatie. Die dubbelzinnigheid wordt
uitstekend verwoord in het partij
programma van de ARP: „De orga
nisatie van de geestelijke verzorging
in de strijdkrachten dient met
behoud van de eigen verantwoorde
lijkheid van de overheid zodanig
te zijn, dat daarin de eigen verant
woordelijkheid van de Kerken dui
delijk tot uiting komt." (Programma
van de ARP, 1971 - 1975, blz. 17).
Het probleem is gelegen in de tus
senzin. De eigen verantwoordelijk
heid van de overheid vormt een be
lemmering om gestalte te geven aan
die eigen verantwoordelijkheid van
de kerken. Het is mij de laatste tijd
in gesprekken met aalmoezeniers
steeds duidelijker geworden, dat het
binnen de militaire structuur waar
aan zij met handen en voeten ge
bonden zijn, onmogelijk is om ge
stalte te geven aan die eigen verant
woordelijkheid
De geestelijke verzorging zingt de
melodie van de militaire overheid en
krijgt geen kans om de militairen
zelfstandig te laten nadenken over
Lde vragen die op ons afkomen van
uit de huidige wereldsituatie. Het
door kardinaal Alfrink meermalen
bepleite uitgangspunt om „over te
genstellingen en dreigingen heen,
ernstig en riskant te blijven zoeken
naar wegen om de wereld meer vei
lig en bewoonbaar te maken", kan
geen wortel schieten in het huidige
militaire denken. Dit denken is ge
vangen geraakt in de kluwen van
het machtsdenken dat ten grondslag
ligt aan de handhaving van het
machtsevenwicht, omdat dit machts
evenwicht zelf gevangen is in de
werking van dreiging en tegendrei-
ging en in feite het streven naar
machtsoverwicht betekent.
In de krijgsmacht schijnt de ver
kondiging van het evangelie nog
steeds een doekje voor het bloeden
te zijn, een welkome aanvulling voor
de mentaliteit die de krijgsmacht zo
broodnodig heeft. Het heilloze en
onvruchtbare isolement van de gees
telijke verzorging kan alleen maar
doorbroken worden, wanneer de
pastorale zorg en het pastorale be
leid onder directe verantwoordelijk
heid komen te vallen van het pastora
le beleid in Nederland. Het verdient
dan ook overweging om de geeste
lijke verzorging uit de krijgsmacht
terug te trekken. Vanuit dekena'e en
diocesane teams zouden dan pastores
de zorg kunnen dragen voor militai
ren in het betreffende district. De
militaire zielzorger kan dan in sa
menspraak met collega's en geloofs
gemeenschap een beleid uitstippelen.
Een beleid dat dan niet meer nood
zakelijk parallel hoeft te lopen aan
het beleid van de miitalre gezags
voerders. De pastorale zorg voor mi
litairen mag niet lager geïsoleerd
blijven in een zogenaamd a<|
bisdom".
De kwestie van de zgn. ki
communie blijft aandacht vrag^u
Hervormd Nederland staat hei
ste van twee artikelen die dr.
van Andel wijdt aan de vr<
kinderen mogen meedoen ai
avondmaal en hij geeft daai.
zijn mening dat het voorbarig
de duidelijke relatie tussen
paasfeest en christelijk avonj
te concluderen dat daarmee
de kindercommunie gegeven
het gereformeerd Centraal \V<
schrijft prof. dr. G. P.
over deze zaak. Hij gaat in
vraag of de kinderen die bij
aan het avondmaal gingen weFar
deren waren in ónze zin
woord. Prof. Hartevelt:
„Achter deze vraag gaat eei
ressant probleem schuil. Ik w
niet wat de gemiddelde leefti;
de mensen uit die dagen
Wel weet ik dat 't beduidend)
moet zijn geweest dan thans
kens treft het mij dat theologi
formaat in de zestiende eeu\
'grote' werk al op vrij jonge 1
op hun naam hadden staan er DE
'jong' stierven. Dit alles hee »uc
tuurlijk een terugslag op de vtfn
het 'kind'. Kinderen waren r)
volwassen dan thans, of, om Vi
genuanceerder te zeggen: ged dig
zich eerder dan thans als vol e>
nen omdat ze gezien de lappg
middelde leeftijd zich veel lie
ger als volwassenen gedragen t s
ten
In een verslag van een der
pen (uit Groningen) dat mij Re;
toegezonden las ik dan oo
vraag: Met welke leeftijd v ?N
moeten wij de 14- en 15-jari iaa,
Calvijn's tijd vergelijken? i a
Ik stel mij voor dat velen
antwoorden: Overgebracht n);
vandaag zouden het kinderei a
van 20 22 jaar. Dus: de prak
onze kerken ontloopt die van ceJr
ger eigenlijk niet eens zo veel", idei