Middachten al zeven eeuwen „in de familie" REVOLUTIONAIRE JERMAN CORTES desnoods geweld zal gebruiken V x'V'i HET GELD IS OP: NA TIEN JAAR RESTAUREREN VIJF JAAR RUST 3 ZATERDAG 1 MEI 1R71 door Jac. Lelsz er zo rein, dat het water er uit de hand gedronken kan worden. Op het terrein woont een be perkt aantal pachtboeren. 'Ze vormen een van -de bronnen van inkomsten van gravin Isa- belle en graaf Aurel. Een ande re financiële bron .zijn de hout opbrengsten. „De prijzen zijn de laatste paar jaar wel aange trokken, maar ze zijn toch niet hoog genoeg om de kosten te dekken. Vijftien procent van de restauratiekosten moet door de eigenaar igedragen 'Worden. Daar komen nog eens tiendui zenden guldens -bij als bijko mende, niet subsidiabele kosten. Bij verkoop zou het landgoed mogelijk 61/2 miljoen opbren gen. Dat zou een geweldige som aan -rente opleveren. En een hoop zorgen minder. Maar de Zu Ortenburg's", vertelt admi nistrateur G. v. d. Burg, „willen De prachtig versierde lichtkoepel als bekroning van een indrukwek- le«nd trappenhuis. maand één of meer dagen komt om er te werken. „Enorm hard te werken", wordt op het kas teel 'gezegd, iwant sinds vorig jaar nis er geen rentmeester meer. Over een paar weken wordt de restauratie, die de laatste ja ren onder leiding stond van de heer J. H. Schut, opzichter van architectenbureau Wijma, voor vijf jaar onderbroken. „Bouw kundig-constructief is de zaak dan in orde. Middachten kan er weer eeuwen tegen. Door zwarn- aantasting (houtworm, bonte knaagkever enz.) was het kas teel enorm vervallen. Lekkages hadden het hout en het steen van dak tot kelder zo toegeta keld, dat we niet wisten wat we zagen. Ook een kwestie van uit gesteld onderhoud, maar het is ook niet meer te betalen". Dezer dagen komt de schoon maakploeg, en dan is het weg wezen. In een volgende stadium moet de voet van het kasteel, die i in de gracht staat, onder handen 'Worden genomen, de brug en de bijgebouwen. Aan interieurafwerking is trouwens ook nog wel iets te doen, even als aan de tuinmuren, de oran jerie en het park. Het liefst zou men het park terugbrengen in de stijl van begin 1800, toen het a la Versailles werd aangelegd. Al in de diepe middeleeuwen heeft er i een huisMiddachten (Mithdac of Middacten) gestaan. Op een strategisch aantrekke lijke r plaats nabij de IJssel, dichte bossen en ontoeganke lijke 'moerassen. 'Zelfs de Ro meinse legeraanvoerder Clau dius Nero Drusus (overleden 9 v. Chr.) moet er al oog voor ge had hebben. Nadat het verschillende tem peesten doorstaan had, het laatst in 1672 door beschieting van de Fransen, heeft de bouw meester Steven Vennecool in de jaren 1694-1697 van de burcht een lustslot gemaakt. Hij had daarbij ook medewerking van de stadhouderlijke architect Ja cob Roman, die ook een belang rijk aandeel - had in de bouw van paleis Het 'Loo. Bij de laatste restauratie, die nu voorlopig wordt 'afgerond, duikt de naam van Vennecool steeds weer op. Het was Godard van Reede, wegens zijn ver diensten als maarschalk van de Koning-Stadhouder met de titel graaf van Athlone vereerd, die na een flinke erfenis Vennecool opdracht gaf het huis te her bouwen. Bij die gelegenheid kreeg het gebouw op de plaats, waar zich tot dan toe de binnenplaats had bevonden, 'het briljante -trap- pehuis met de weelderig ge boetseerde koepel, dat binnen het ibeeld beheerst. Aan de voorgevel staat df wapenspreuk der Van Reedes te lezen: Malo mori quam foedari: Ik sterf lie ver dan bezoedeld te worden. In één adem met het kasteel wordt steeds de Middachter Al lee genoemd. Een 'vermaarde laan, 'afgezet met majestueuze beuken. Maar helaas verleden tijd geworden. In de jaren tus sen 1770 en 1775 werden ze ge plant. Napoleon gaf opdracht de allee te bestraten met een drie meter i brede klinkerweg, spe ciaal ten gerieve van de infan terie. Links en rechts bleef een zandpad over voor de ruiters. Nadat de Duitsers er al mee waren begonnen, werden de bijna torenhoge beuken na 1945 geveld. Ze waren te oud, te groot en te gevaarlijk geworden voor het verkeer. Kleine, hand zame bomen markeren nu - de allee. Rondom kasteel Middachten ligt 1000 hectare bos. 'Hoewel doorsneden 'door de spoorweg Arnhem-Zutphen, een rijksweg en straks een nog grotere ver keersweg, een verrukkelijk ge bied. Het is er heerlijk wande len, er groeien nog wilde orchideeën en de bronnen zijn dat niet. Ze hebben veel liefde voor Middachten." Het kasteel staat sinds 1939 leeg. Waarschijnlijk krijgt het nog eens >een nieuwe 'bestem ming. Welke, dat is nog niet be kend. Er zijn enige mogelijkhe den. Bijvoorbeeld zou er een exquis etablissement, een hotel of restaurant in gevestigd kun nen worden. Er is een installa tiemogelijkheid voor centrale verwarming i geschapen, er is een liftschacht aangebracht en de kelder is nu geschikt om er een keuken in onder te brengen. Buiten ide horecasector 'zou Middachten een of andere cul turele functie kunnen krijgen. Niets staat nog vast, maar om te beginnen wordt er komende weken ieen internationale i an tiekbeurs en -veiling gehouden. Over de communisten ie hij weinig te spre ken. „Het is waar dat ze de best georganiseer de linkse partij van Chili hebben. Maar deze partij kent het democratisch centralisme niet. Als dat ontbreekt, kun je de mensen alleen maar gehoorzaamheid bijbrengen en geen politiek be wustzijn." Een man van middelbare leeftijd vraag ik naar de economische situatie in Nueva Habana. „De problemen zijn nog groot", verzekert hij. „Er zijn hier veel handelaartjes. De ene dag verdie nen ze wat, de volgende dag niets. Ook de bouwvakkers hebben ongeregeld werk. Het best zijn de fabrieksarbeiders er aan toe. Zij werken vaste uren en krijgen een vast loon. Maar de laatste maanden zijn veel van deze mensen ont slagen. toen hun bazen hoorden, dat ze uit het campemento kwamen." Over Allende's voornemen om de kinderen uit de achterbuurten gratis schoenen te geven zegt hij: „Dat bevalt me niet. Hij kan beter voor werk zorgen, zodat we die schoenen zelf kunnen ver dienen. Van giften worden de mensen uiteinde lijk tienduizend keer armer, want hun moreel verzwakt. Wij willen het allemaal zelf doen, weet je wel..." De volgende dag bezoeken we andere pro- dukten van Jermans chrlstelljk-revolutionaire élan: de Cootraloco-fabriek, waar elektrisch* apparaten worden gemaakt, en waar de zeven tien arbeiders onlangs onder aanvoering van Jerman de macht over namen, nadat de directeur wegens financiële losbandigheid flink achter was geraakt met de uitbetaling van de lonen. Het bedrijfje maakte de eerste maanden moeilij ke tijden door, omdat het door het particuliere bedrijfsleven werd geboycot en er een forse schadevergoeding moest worden betaald. Sinds Allende lopen de zaken weer beter door het toenemend aantal overheidsorders. Later komen we in het noorden van Santiago uit bij Jermans nieuwste project: een steenfa briek, waar veertig, gebruinde, pezige mannen onder zeer primitieve omstandigheden werken. Eind vorig jaar was Jerman hier toevallig in de buurt, toen hij een man met een bebloed hoofd zag. Hij ging er op af en hoorde, dat de man door de baas was ontslagen en afgetuigd, omdat hij om loonsverhoging had gevraagd. Deze baae was met een bouwbedrijf overeengekomen ste nen te leveren voor een kwartje per stuk. Voor de arbeiders had hij een stuiver per steep uitge trokken, terwijl hij slechts acht paarden Inves teerde. die in eindeloze draaibewegingen aan een stok vette klei met houtpulp mengen. Jerman organiseerde de mensen en een paar maanden geleden werd de baas er uitgegooid met geld voor acht paarden. Het dagloon sprong door deze actie omhoog van twee naar negen gulden. Een bejaarde arbeider, die de hele dag tot zijn heupen in het water staat en al vijftig jaar stenen maakt, vertelt me, dat hl] met zijn nieuwe loon volgend jaar al aan een stenen huie toe zal zijn. Onlangs kreeg Jerman na langdurig overleg met regeringsfunctionarissen zelfs over heidsgeld om het bedrijf uit te breiden tot vier honderd man en tachtig paarden. Als we naar huis gaan, vraagt Jerman me, wat de Nederlandse christenen van hem zullen vin den. Ik zeg hem, dat sommige mensen hem zullen bewonderen, maar dat anderen hem een griezelige man zullen vinden, die samenwerkt met anti-christenen en geen oog heeft voor het recht op particulier eigendom. Dit is het einde van een serie van ackl artikelen. De restauratie van Kasteel Middachten in De Steeg aan de Veluwezoom, die al tien jaar aan de gang is, zal om financiële redenen vijf jaar worden stopgezet. Minister Klompé van CRM heeft laten weten dat men tegen'1975 maar weer bij haar departement moet aankloppen voor verdere subsidies. Vol gens de laatste begroting, die de Velpse architect D. Wijma indiende, zijn de restauratiekosten al opgelopen' tot over de vier miljoen gulden. Een bedrag waarbij de negenhonderd weliswaar „harde guldens" schril afsteken, die i in de zeventiende eeunw de Italiaanse stucadoor-kunstenaar Francesco Ottolino j ontving voor de imposante koepel in het trappehuis (en ander stucwerk) die hij in een volmaakte compositie van koppen, bloemen, krijgsattributen en an dere voorstellingen voorzag. verz Hij heet Jerman Cortes een forse inkere man, gestoken in een Guevara- ik, waarop een koperen kruis is ge- tiaid. Hij werd 28 jaar geleden geboren ^een achterbuurt van Santiago, leidde 'dt 1968 de bezetting van de kathedraal ti deze stad, ontving kortgeleden zijn 5 jesterwijding en wordt vanwege zijn s plzijdige revolutionaire activiteiten met bewondering of ergernis de Chileense ^pjnilo Torres genoemd. Met deze beze- d. n jongeman trok ik door de gelijk- ri'Ierse realiteit van een ontwikkelings- t Td en langs de frontlijn van de Chileen- e,rWvolutie. rroeg in de morgen rijden en lopen we naar ïrel pokdalige rand van de miljoenenstad San- o, waar ongeduldige „sin-casas" (daklozen) Is anderhalf jaar met steun van linkse poli- e groeperingen hun emancipatie-verlangen redigen met de „torna de terreno" land- ïtting en de vestiging van campementos. vorige regering van Eduardo Frei trachtte de lale druk van de ,sin-casas" te weerstaan een energiek woningbouwbeleid. Van 1964 1970 kwamen inderdaad een kwart miljoen ilngen klaar. Maar de „sin-casas" groeien der en de autoriteiten kunnen sinds 1969 met de harde hand de rechten van de niet meer beschermen, werd voor 't laatst geprobeerd in de stad Puerto Montt, waar in 1969 op verzoek van landbezitters in ac- kwamen tegen landbezetters. Resultaat: ne- 1 doden en stormen van verontwaardiging, ds die tijd is de landbezetting een illegale tl gebleven, maar valt deze achteraf zonder I problemen te legaliseren. Nu worden bezet- in zelfs uitgevoerd onder supervisie van so lten, communisten en miristas (leden van de int linkse MIR). dejlet Jerman Cortes loop ik over eindeloze (aftystrate hobbelwegen naar het campemento va Habana (Nieuw-Havana), dat hij samen miristas heeft opgericht. Vorig jaar septem- 'verzamelden ze op een vroege morgen een van zeshonderd plattelandsgezinnen, die stad vergeefs naar woonruimte had ge- Een stoet gehuurde en geleende auto- vracht- en personenwagens kwam voor- en de verbaasde mensen, die van niets j, werden uitgenodigd voor een „ritje". Na uur rijden stopte de karavaan bij een stuk ibouwd land aan de oostzijde van de stad. iee uur hadden enkele duizenden mensen provisorisch en tot machteloze droefenis een beleggingsmaatschappij geïnstalleerd 3'er'Jwas Santiago weer wat groter. De politie- 3de zich niet in de buurt en binnen enkele in hadden Jerman Cortes en de miristas via ministerie van volkshuisvesting een soepele ideregeling getroffen. fi de ingang van Nueva Habana worden we lacht door een lid van de permanente be- isdienst van het kamp, die zich met revo- vuur in de armen van z'n oude vriend stort. Buitenstaanders komen de MIR- zonder introduktie niet in. De vrees wettelijke scherpslijpers of provocateurs is niet verdwenen. v MJwI Priester-revolutionair Jerman Cortes. De hutjes van afval, die direct na de bezetting werden opgetrokken, zijn nu grotendeels vervan gen door houten optrekjes van drie bij vier meter met golfijzeren daken. Wat vooruitgang, maar zeker nog geen luxe betekent, want hierin leven gezinnen met gemiddeld vijf kinderen. Na burige elektriciteits- en waterleidingen worden illegaal doch deskundig afgetapt, op verscheide ne plaatsen zijn wasplaatsen en toiletten opge trokken, enkele particuliere winkeltjes met voe dingswaren zijn al in bedrijf (een onmogelijkheid in het echte Havana) en in het centrum van Nueva Habana is met geld van de regering een houten polikliniek in aanbouw, waar binnenkort oudere-jaars medicijnenstudenten twee keer per week zullen praktiseren. Ook het transportpro bleem is op voortvarende wijze geregeld. Cam- pemento-bewoners kaapten enkele keren een stadsbus en dwongen de chauffeur Nueva Haba na aan te doen. Nu stopt de bus er vijf keer per dag uit zichzelf. Nueva Habana maakt een armoedige, maar zeer propere indruk. Het MIR-kampleven is veel straffer georganiseerd en gedisciplineerd dan in de socialistische en communistische campe mentos en men neemt tegenover de regering-AI- lende nog een wantrouwige, afwachtende hou ding aan. Iedereen heeft regelmatig corvee- en bewakingsdiensten, er is verplicht onderwijs, al coholgebruik is verboden, evenals het spelen om geld en het meppen van vrouwen, en nie mand mag langer dan twee dagen zonder geldig motief uit het campemento blijven. Overtreders moeten zich verantwoorden voor een democra tisch gekozen kamprechtbank, die sancties op legt, variërend van een reprimande tot uitstoting. Per twintig gezinnen wordt een hoofd gi-kozen. Deze hoofden vormen de campemento-raad, die wordt voorgezeten door twee jonge miristas, die hier alleen onder schuilnaam bekend zijn: An dres en Anita. Jerman Cortes gaat met de kampwacht hun houten huisje binnen. Na een minuut of vijf mag ik ook komen een vertrekje van drie bij vijf meter, een tafel met etenswaren en een enkel boek, een smal bed waarboven een levensgrote plaat van „Che" en twee kistjes op de kale grond. Andres is een korte gedrongen man met een Leninsik, Anita een tengere spitse vrouw met kortgeknipt haar. Beiden zijn een jaar of dertig en imiteren het echtelijk samenzijn tot Nueva Habana helemaal zal draaien en de cen trale MIR-leiding hen afzonderlijk nieuwe taken zal opdragen. Zij en ik kruipen ieder op een kistje en Jer man springt bij Andres op bed. De sfeer is vriendelijk, maar voorzichtig, want de miristas leven nog altijd in de geest van de illegaliteit, al hebben ze op het moment weinig te vrezen. Hun MIR is ontstaan als een radicale studentenbewe ging maar anderhalf jaar geleden ging men over naar de fase van de klandestiene organisatie en de directe gewelddadige actie. Zo werden veel bankovervallen („onteigening ten behoeve van het volk") gepleegd om wapens aan te schaffen en revolutionaire activiteiten te financieren. Na Allende's vreedzame verkiezingsoverwin ning, die de militante miristas vanwege ideolo gische inpassingsproblemen aanvankelijk meer verrassing dan vreugde bezorgde, besloot de MIR alle gewelddadige acties te staken „zolang Salvador Allende een rigoureus beleid zal voe ren". De Volksfrontregering kreeg bij de jacht op de rechts-extremistische moordenaars van chef-staf generaal Schneider zelfs medewerking van de uitstekende inlichtingendienst van de MIR. Veel miristas zijn afkomstig uit het rechtse „mummie-milieu" en hun informatiebronnen In deze kringen zijn vaak beter dan die van de politie. Ik vraag Andres naar het huidige doel van de MIR. „Een socialistisch Chili opbouwen. Met een programma, dat om socialistisch te zijn, de ar beidersklasse centraal stelt. Met het voeren van strijd, waardoor de arbeidersklasse de almacht van de bourgeois-organisaties vernietigt en op de resten een nieuwe arbeidersstaat opbouwt. Voor ons is er geen mogelijkheid voor klassen-coëxistentie. Er kan geen enkele vorm van samenwerking zijn tussen de arbeiders en degenen, die hen exploiteren. Daarom hebben we een eigen weg uitgestippeld: die van de vorming van arbeidersmacht tegenover bour- geoismacht. Daarvoor zal gewapende strijd no dig zijn, niet als doel, maar als methode van actie." Maar betekent Allende's verkiezingsoverwin ning niet de doodsteek voor de gewapende strijd? Andres: „Zoals president Allende zelf al zei, we hebben de regering veroverd, maar nog niet de macht. Wanneer de bourgeoisie echt in het nauw komt, zal hij haar belangen verdedigen en gebruik maken van haar gewapende apparaat. Daar kunnen we alleen maar het gewapende arbeidersapparaat tegenover stellen. Tot nu toe is onze weg gemakkelijk geweest, maar er zijn aanwijzingen de geslaagde aanslag op Schneider, de mislukte aanslagen op Allende en de toenemende tegenwerking van de christen democraten dat de- bourgeoisie niet van plan is thuis te blijven zitten. Dan zal de gewapende confrontatie onvermijdelijk worden. Daar moet de MIR zichzelf en de arbeiders op voorberei den. Dit geeft gelijk de onzin aan van de veel gehoorde opmerking, dat wij In de illigaliteit blijven uit avontuurlijke overwegingen." Ik schakel over op het kampleven. Anita: „De meeste mensen uit ons kamp behoorden tot de minst georganiseerde delen van de arbeiders klasse, waar alcoholisme, extreem egoïsme en ontreddering heersen. We moeten hen daarom leren, dat ook in hun kring menselijke waardig heid en solidariteit mogelijk zijn. Deze gevoe lens zijn al ontstaan in de tijd, dat we samen deze grond bezetten en dit campemento bouw den en we moeten ze verder ontwikkelen In de strijd tegen de onderdrukking. Daarvoor is de strenge discipline nodig, die je hier wel zal zijn opgevallen." Als ik vraag naar de grootste problemen bij de organisatie van Nueva Habana komen we op gevoelig terrein. „De angst van de- mensen", zegt Anita. „Ze leven met weinig en zijn vaak bang ook dat nog te verliezen... Ik ben er voor om de kostwinners niet meer naar de kapitalis tische bedrijven te sturen, maar geld aan de staat te vragen om zelf te beginnen." Een woedende reactie van Andres volgt: „Als we dat doen, zullen de arbeiders hier ge Chili is vooral een land van a fixeerd raken en hun klassebewustzijn verliezen. Als de revolutionaire vorming hier voltooid is, kunnen we beter naar andere bevolkingsgroepen gaan en onze ideeën verspreiden." Boze- Anita verdwijnt voor een korte „wande ling", maar keert even later terug en serveert een proletarische maaltijd: droog brood en thee. Om Jerman Cortes wat uit z'n tent te lokken, vraag ik Andres wat hij van het christendom vindt. Hij lacht breeduit, geef Jerman een klap op z'n schouder en zegt: „Het christendom was tweeduizend jaar geleden een nuttige filosofie. Maar nu zijn de tijden veranderd en hebben we andere filosofieën nodig." Jerman veert op van het bed. „Het is blijkbaar weer tijd voor een korte preek... Ik kom uit een arm gezin. M'n vader overleed al vroeg en m'n moeder, broer en zus moesten werken voor de kost. Een rooms-katholieke school van de rijken had een liefdadige ingeving en stelde een beurs beschikbaar voor „een jongen van de armen". Bij toeval kwam ik aan bod. Op die school leerde ik, dat alle mensen gelijk zijn voor God en voor elkaar en dat Jezus de grote strijder was voor de eenheid van de mensheid en daardoor voor de eenheid met God. Maar als arme jongen op die school van de rijken begreep ik al snel, dat dit gee-n realiteit was en dat verschil en onenigheid tussen de mensen overheersen. De strijd hiertegen werd voor mij al snel de voornaamste reden van bestaan en het priesterschap was een middel, dat me daarbij aansprak. Als je niet voor die christelijke eenheid van de mensen vecht, is die eenheid een leugen. Daarom bezette ik de ka thedraal van de rijke kerk, deze grond van een rijke maatschappij en nog een paar fabrieken van rijke kapitalisten, en daarom werd ik pries ter. M'n marxistische vrienden van de MIR vech ten ook voor die eenheid, dat wil zeggen, voor de armen en tegen de rijken. Een verschilpunt is, dat zij niet in een hiernamaals geloven. Maar in de tussentijd werken we aan dezelfde christe lijke opdracht: de eenheid van de mensen en daardoor de eenheid met God. Marxisten en miristas zijn daarom niet onze vijanden. Dat zijn de rijke-n van Latijns Amerika en de rijke landen met hun welvaartstheologie over horizontalisme, verticalisme, celibaat en hun fraaie Baai-imitatie. Want ze geven toch de voorkeur aan macht en geld boven christelijke eenheid?" „Ik ben verplicht tegen hen -te strijden. Ja zeker, Jezus liet zich op allebei z'n wangen slaan, maar hij sloeg ook handelaars uit de kerk. Israël, Holland en Chili hebben zich toch ook met geweld van onderdrukking bevrijd? Ge weld voor de armen is een defensieve manier van leven. Als de rijken het volk, waarvan ik houd, met geweld onderdrukken, dan gebruik ik geweld terug. Als iemand de vrouw aanrandt van wie je houdt, ga je ook niet eerst in het gebodenboek zitten bladeren." Dan stappen we op en maken een wandeling door Nueva Habana. Jerman sluit met grote re gelmaat oude vrienden uit de tijd van de bezet ting in de armen. Ik vraag een jongen van een jaar of twintig of er sinds de oprichting van het Campemento een mentaliteitsverandering bij de mensen valt te bespeuren. „Bij sommige mensen wel, bij anderen minder of niet. Je moet de mentaliteit geleidelijk veranderen door de men sen een politiek perspectief te bieden. De men sen moeten de politieke redenen kennen van deze grondbezetting. Je moet ze steeds weer vragen: „Waar leefde- je vroeger, in welke toe stand, waarom...?" Graaf zu Ortenburg is bijzon der verknocht aan het kasteel, waar hij zeker eenmaal per t' Kasteel Middachten is in ver- hillende opzichten zeldzaam, ok hierin, dat het nooit werd Al zeven eeuwen bleef het „in de familie". Eerste eigenaar was ene Evert, Heer van Middachten (1299-1315). De tegenwoordige eigenares, 24ste in 'geregelde erfopvolging, is gravin Isabelle Adrienne van Aldenburg Bentinck, Vrouwe van Middachten. Zij is gehuwd met Aurel graaf zu Ortenburg, met wie zij in Duitsland woont, waar zij onder meer een groot landbouwbedrijf hebben.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1971 | | pagina 15