Middachten al zeven eeuwen „in de familie"
REVOLUTIONAIRE JERMAN CORTES
desnoods geweld zal gebruiken
V
x'V'i
HET GELD IS OP: NA TIEN JAAR
RESTAUREREN VIJF JAAR RUST
3
ZATERDAG 1 MEI 1R71
door
Jac. Lelsz
er zo rein, dat het water er uit
de hand gedronken kan worden.
Op het terrein woont een be
perkt aantal pachtboeren. 'Ze
vormen een van -de bronnen
van inkomsten van gravin Isa-
belle en graaf Aurel. Een ande
re financiële bron .zijn de hout
opbrengsten. „De prijzen zijn
de laatste paar jaar wel aange
trokken, maar ze zijn toch niet
hoog genoeg om de kosten te
dekken. Vijftien procent van de
restauratiekosten moet door de
eigenaar igedragen 'Worden.
Daar komen nog eens tiendui
zenden guldens -bij als bijko
mende, niet subsidiabele kosten.
Bij verkoop zou het landgoed
mogelijk 61/2 miljoen opbren
gen. Dat zou een geweldige som
aan -rente opleveren. En een
hoop zorgen minder. Maar de
Zu Ortenburg's", vertelt admi
nistrateur G. v. d. Burg, „willen
De prachtig versierde lichtkoepel als bekroning van een indrukwek-
le«nd trappenhuis.
maand één of meer dagen komt
om er te werken. „Enorm hard
te werken", wordt op het kas
teel 'gezegd, iwant sinds vorig
jaar nis er geen rentmeester
meer.
Over een paar weken wordt
de restauratie, die de laatste ja
ren onder leiding stond van de
heer J. H. Schut, opzichter van
architectenbureau Wijma, voor
vijf jaar onderbroken. „Bouw
kundig-constructief is de zaak
dan in orde. Middachten kan er
weer eeuwen tegen. Door zwarn-
aantasting (houtworm, bonte
knaagkever enz.) was het kas
teel enorm vervallen. Lekkages
hadden het hout en het steen
van dak tot kelder zo toegeta
keld, dat we niet wisten wat we
zagen. Ook een kwestie van uit
gesteld onderhoud, maar het is
ook niet meer te betalen".
Dezer dagen komt de schoon
maakploeg, en dan is het weg
wezen. In een volgende stadium
moet de voet van het kasteel,
die i in de gracht staat, onder
handen 'Worden genomen, de
brug en de bijgebouwen. Aan
interieurafwerking is trouwens
ook nog wel iets te doen, even
als aan de tuinmuren, de oran
jerie en het park. Het liefst zou
men het park terugbrengen in
de stijl van begin 1800, toen het
a la Versailles werd aangelegd.
Al in de diepe middeleeuwen
heeft er i een huisMiddachten
(Mithdac of Middacten) gestaan.
Op een strategisch aantrekke
lijke r plaats nabij de IJssel,
dichte bossen en ontoeganke
lijke 'moerassen. 'Zelfs de Ro
meinse legeraanvoerder Clau
dius Nero Drusus (overleden 9
v. Chr.) moet er al oog voor ge
had hebben.
Nadat het verschillende tem
peesten doorstaan had, het
laatst in 1672 door beschieting
van de Fransen, heeft de bouw
meester Steven Vennecool in de
jaren 1694-1697 van de burcht
een lustslot gemaakt. Hij had
daarbij ook medewerking van
de stadhouderlijke architect Ja
cob Roman, die ook een belang
rijk aandeel - had in de bouw
van paleis Het 'Loo.
Bij de laatste restauratie, die
nu voorlopig wordt 'afgerond,
duikt de naam van Vennecool
steeds weer op. Het was Godard
van Reede, wegens zijn ver
diensten als maarschalk van de
Koning-Stadhouder met de titel
graaf van Athlone vereerd, die
na een flinke erfenis Vennecool
opdracht gaf het huis te her
bouwen.
Bij die gelegenheid kreeg het
gebouw op de plaats, waar zich
tot dan toe de binnenplaats had
bevonden, 'het briljante -trap-
pehuis met de weelderig ge
boetseerde koepel, dat binnen
het ibeeld beheerst. Aan de
voorgevel staat df wapenspreuk
der Van Reedes te lezen: Malo
mori quam foedari: Ik sterf lie
ver dan bezoedeld te worden.
In één adem met het kasteel
wordt steeds de Middachter Al
lee genoemd. Een 'vermaarde
laan, 'afgezet met majestueuze
beuken. Maar helaas verleden
tijd geworden. In de jaren tus
sen 1770 en 1775 werden ze ge
plant. Napoleon gaf opdracht de
allee te bestraten met een drie
meter i brede klinkerweg, spe
ciaal ten gerieve van de infan
terie. Links en rechts bleef een
zandpad over voor de ruiters.
Nadat de Duitsers er al mee
waren begonnen, werden de
bijna torenhoge beuken na 1945
geveld. Ze waren te oud, te
groot en te gevaarlijk geworden
voor het verkeer. Kleine, hand
zame bomen markeren nu - de
allee.
Rondom kasteel Middachten
ligt 1000 hectare bos. 'Hoewel
doorsneden 'door de spoorweg
Arnhem-Zutphen, een rijksweg
en straks een nog grotere ver
keersweg, een verrukkelijk ge
bied. Het is er heerlijk wande
len, er groeien nog wilde
orchideeën en de bronnen zijn
dat niet. Ze hebben veel liefde
voor Middachten."
Het kasteel staat sinds 1939
leeg. Waarschijnlijk krijgt het
nog eens >een nieuwe 'bestem
ming. Welke, dat is nog niet be
kend. Er zijn enige mogelijkhe
den. Bijvoorbeeld zou er een
exquis etablissement, een hotel
of restaurant in gevestigd kun
nen worden. Er is een installa
tiemogelijkheid voor centrale
verwarming i geschapen, er is
een liftschacht aangebracht en
de kelder is nu geschikt om er
een keuken in onder te brengen.
Buiten ide horecasector 'zou
Middachten een of andere cul
turele functie kunnen krijgen.
Niets staat nog vast, maar om
te beginnen wordt er komende
weken ieen internationale i an
tiekbeurs en -veiling gehouden.
Over de communisten ie hij weinig te spre
ken. „Het is waar dat ze de best georganiseer
de linkse partij van Chili hebben. Maar deze
partij kent het democratisch centralisme niet.
Als dat ontbreekt, kun je de mensen alleen maar
gehoorzaamheid bijbrengen en geen politiek be
wustzijn."
Een man van middelbare leeftijd vraag ik naar
de economische situatie in Nueva Habana. „De
problemen zijn nog groot", verzekert hij. „Er
zijn hier veel handelaartjes. De ene dag verdie
nen ze wat, de volgende dag niets. Ook de
bouwvakkers hebben ongeregeld werk. Het best
zijn de fabrieksarbeiders er aan toe. Zij werken
vaste uren en krijgen een vast loon. Maar de
laatste maanden zijn veel van deze mensen ont
slagen. toen hun bazen hoorden, dat ze uit het
campemento kwamen."
Over Allende's voornemen om de kinderen uit
de achterbuurten gratis schoenen te geven zegt
hij: „Dat bevalt me niet. Hij kan beter voor werk
zorgen, zodat we die schoenen zelf kunnen ver
dienen. Van giften worden de mensen uiteinde
lijk tienduizend keer armer, want hun moreel
verzwakt. Wij willen het allemaal zelf doen, weet
je wel..."
De volgende dag bezoeken we andere pro-
dukten van Jermans chrlstelljk-revolutionaire
élan: de Cootraloco-fabriek, waar elektrisch*
apparaten worden gemaakt, en waar de zeven
tien arbeiders onlangs onder aanvoering van
Jerman de macht over namen, nadat de directeur
wegens financiële losbandigheid flink achter
was geraakt met de uitbetaling van de lonen.
Het bedrijfje maakte de eerste maanden moeilij
ke tijden door, omdat het door het particuliere
bedrijfsleven werd geboycot en er een forse
schadevergoeding moest worden betaald. Sinds
Allende lopen de zaken weer beter door het
toenemend aantal overheidsorders.
Later komen we in het noorden van Santiago
uit bij Jermans nieuwste project: een steenfa
briek, waar veertig, gebruinde, pezige mannen
onder zeer primitieve omstandigheden werken.
Eind vorig jaar was Jerman hier toevallig in de
buurt, toen hij een man met een bebloed hoofd
zag. Hij ging er op af en hoorde, dat de man
door de baas was ontslagen en afgetuigd, omdat
hij om loonsverhoging had gevraagd. Deze baae
was met een bouwbedrijf overeengekomen ste
nen te leveren voor een kwartje per stuk. Voor
de arbeiders had hij een stuiver per steep uitge
trokken, terwijl hij slechts acht paarden Inves
teerde. die in eindeloze draaibewegingen aan
een stok vette klei met houtpulp mengen.
Jerman organiseerde de mensen en een paar
maanden geleden werd de baas er uitgegooid
met geld voor acht paarden. Het dagloon sprong
door deze actie omhoog van twee naar negen
gulden. Een bejaarde arbeider, die de hele dag
tot zijn heupen in het water staat en al vijftig
jaar stenen maakt, vertelt me, dat hl] met zijn
nieuwe loon volgend jaar al aan een stenen huie
toe zal zijn. Onlangs kreeg Jerman na langdurig
overleg met regeringsfunctionarissen zelfs over
heidsgeld om het bedrijf uit te breiden tot vier
honderd man en tachtig paarden.
Als we naar huis gaan, vraagt Jerman me, wat
de Nederlandse christenen van hem zullen vin
den. Ik zeg hem, dat sommige mensen hem
zullen bewonderen, maar dat anderen hem een
griezelige man zullen vinden, die samenwerkt
met anti-christenen en geen oog heeft voor het
recht op particulier eigendom.
Dit is het einde van een serie van ackl
artikelen.
De restauratie van Kasteel Middachten in De Steeg aan de Veluwezoom,
die al tien jaar aan de gang is, zal om financiële redenen vijf jaar worden
stopgezet. Minister Klompé van CRM heeft laten weten dat men tegen'1975
maar weer bij haar departement moet aankloppen voor verdere subsidies. Vol
gens de laatste begroting, die de Velpse architect D. Wijma indiende, zijn de
restauratiekosten al opgelopen' tot over de vier miljoen gulden. Een bedrag
waarbij de negenhonderd weliswaar „harde guldens" schril afsteken, die
i in de zeventiende eeunw de Italiaanse stucadoor-kunstenaar Francesco Ottolino
j ontving voor de imposante koepel in het trappehuis (en ander stucwerk) die
hij in een volmaakte compositie van koppen, bloemen, krijgsattributen en an
dere voorstellingen voorzag.
verz
Hij heet Jerman Cortes een forse
inkere man, gestoken in een Guevara-
ik, waarop een koperen kruis is ge-
tiaid. Hij werd 28 jaar geleden geboren
^een achterbuurt van Santiago, leidde
'dt 1968 de bezetting van de kathedraal
ti deze stad, ontving kortgeleden zijn
5 jesterwijding en wordt vanwege zijn
s plzijdige revolutionaire activiteiten met
bewondering of ergernis de Chileense
^pjnilo Torres genoemd. Met deze beze-
d. n jongeman trok ik door de gelijk-
ri'Ierse realiteit van een ontwikkelings-
t Td en langs de frontlijn van de Chileen-
e,rWvolutie.
rroeg in de morgen rijden en lopen we naar
ïrel pokdalige rand van de miljoenenstad San-
o, waar ongeduldige „sin-casas" (daklozen)
Is anderhalf jaar met steun van linkse poli-
e groeperingen hun emancipatie-verlangen
redigen met de „torna de terreno" land-
ïtting en de vestiging van campementos.
vorige regering van Eduardo Frei trachtte de
lale druk van de ,sin-casas" te weerstaan
een energiek woningbouwbeleid. Van 1964
1970 kwamen inderdaad een kwart miljoen
ilngen klaar. Maar de „sin-casas" groeien
der en de autoriteiten kunnen sinds 1969
met de harde hand de rechten van de
niet meer beschermen,
werd voor 't laatst geprobeerd in de
stad Puerto Montt, waar in 1969
op verzoek van landbezitters in ac-
kwamen tegen landbezetters. Resultaat: ne-
1 doden en stormen van verontwaardiging,
ds die tijd is de landbezetting een illegale
tl gebleven, maar valt deze achteraf zonder
I problemen te legaliseren. Nu worden bezet-
in zelfs uitgevoerd onder supervisie van so
lten, communisten en miristas (leden van de
int linkse MIR).
dejlet Jerman Cortes loop ik over eindeloze
(aftystrate hobbelwegen naar het campemento
va Habana (Nieuw-Havana), dat hij samen
miristas heeft opgericht. Vorig jaar septem-
'verzamelden ze op een vroege morgen een
van zeshonderd plattelandsgezinnen, die
stad vergeefs naar woonruimte had ge-
Een stoet gehuurde en geleende auto-
vracht- en personenwagens kwam voor-
en de verbaasde mensen, die van niets
j, werden uitgenodigd voor een „ritje". Na
uur rijden stopte de karavaan bij een stuk
ibouwd land aan de oostzijde van de stad.
iee uur hadden enkele duizenden mensen
provisorisch en tot machteloze droefenis
een beleggingsmaatschappij geïnstalleerd
3'er'Jwas Santiago weer wat groter. De politie-
3de zich niet in de buurt en binnen enkele
in hadden Jerman Cortes en de miristas via
ministerie van volkshuisvesting een soepele
ideregeling getroffen.
fi de ingang van Nueva Habana worden we
lacht door een lid van de permanente be-
isdienst van het kamp, die zich met revo-
vuur in de armen van z'n oude vriend
stort. Buitenstaanders komen de MIR-
zonder introduktie niet in. De vrees
wettelijke scherpslijpers of provocateurs is
niet verdwenen.
v MJwI
Priester-revolutionair Jerman Cortes.
De hutjes van afval, die direct na de bezetting
werden opgetrokken, zijn nu grotendeels vervan
gen door houten optrekjes van drie bij vier
meter met golfijzeren daken. Wat vooruitgang,
maar zeker nog geen luxe betekent, want hierin
leven gezinnen met gemiddeld vijf kinderen. Na
burige elektriciteits- en waterleidingen worden
illegaal doch deskundig afgetapt, op verscheide
ne plaatsen zijn wasplaatsen en toiletten opge
trokken, enkele particuliere winkeltjes met voe
dingswaren zijn al in bedrijf (een onmogelijkheid
in het echte Havana) en in het centrum van
Nueva Habana is met geld van de regering een
houten polikliniek in aanbouw, waar binnenkort
oudere-jaars medicijnenstudenten twee keer per
week zullen praktiseren. Ook het transportpro
bleem is op voortvarende wijze geregeld. Cam-
pemento-bewoners kaapten enkele keren een
stadsbus en dwongen de chauffeur Nueva Haba
na aan te doen. Nu stopt de bus er vijf keer per
dag uit zichzelf.
Nueva Habana maakt een armoedige, maar
zeer propere indruk. Het MIR-kampleven is veel
straffer georganiseerd en gedisciplineerd dan in
de socialistische en communistische campe
mentos en men neemt tegenover de regering-AI-
lende nog een wantrouwige, afwachtende hou
ding aan. Iedereen heeft regelmatig corvee- en
bewakingsdiensten, er is verplicht onderwijs, al
coholgebruik is verboden, evenals het spelen
om geld en het meppen van vrouwen, en nie
mand mag langer dan twee dagen zonder geldig
motief uit het campemento blijven. Overtreders
moeten zich verantwoorden voor een democra
tisch gekozen kamprechtbank, die sancties op
legt, variërend van een reprimande tot uitstoting.
Per twintig gezinnen wordt een hoofd gi-kozen.
Deze hoofden vormen de campemento-raad, die
wordt voorgezeten door twee jonge miristas, die
hier alleen onder schuilnaam bekend zijn: An
dres en Anita.
Jerman Cortes gaat met de kampwacht hun
houten huisje binnen. Na een minuut of vijf mag
ik ook komen een vertrekje van drie bij vijf
meter, een tafel met etenswaren en een enkel
boek, een smal bed waarboven een levensgrote
plaat van „Che" en twee kistjes op de kale
grond. Andres is een korte gedrongen man met
een Leninsik, Anita een tengere spitse vrouw
met kortgeknipt haar. Beiden zijn een jaar of
dertig en imiteren het echtelijk samenzijn tot
Nueva Habana helemaal zal draaien en de cen
trale MIR-leiding hen afzonderlijk nieuwe taken
zal opdragen.
Zij en ik kruipen ieder op een kistje en Jer
man springt bij Andres op bed. De sfeer is
vriendelijk, maar voorzichtig, want de miristas
leven nog altijd in de geest van de illegaliteit, al
hebben ze op het moment weinig te vrezen. Hun
MIR is ontstaan als een radicale studentenbewe
ging maar anderhalf jaar geleden ging men over
naar de fase van de klandestiene organisatie en
de directe gewelddadige actie. Zo werden veel
bankovervallen („onteigening ten behoeve van
het volk") gepleegd om wapens aan te schaffen
en revolutionaire activiteiten te financieren.
Na Allende's vreedzame verkiezingsoverwin
ning, die de militante miristas vanwege ideolo
gische inpassingsproblemen aanvankelijk meer
verrassing dan vreugde bezorgde, besloot de
MIR alle gewelddadige acties te staken „zolang
Salvador Allende een rigoureus beleid zal voe
ren". De Volksfrontregering kreeg bij de jacht
op de rechts-extremistische moordenaars van
chef-staf generaal Schneider zelfs medewerking
van de uitstekende inlichtingendienst van de
MIR. Veel miristas zijn afkomstig uit het rechtse
„mummie-milieu" en hun informatiebronnen In
deze kringen zijn vaak beter dan die van de
politie.
Ik vraag Andres naar het huidige doel van de
MIR. „Een socialistisch Chili opbouwen. Met een
programma, dat om socialistisch te zijn, de ar
beidersklasse centraal stelt. Met het voeren van
strijd, waardoor de arbeidersklasse de almacht
van de bourgeois-organisaties vernietigt en op
de resten een nieuwe arbeidersstaat opbouwt.
Voor ons is er geen mogelijkheid voor
klassen-coëxistentie. Er kan geen enkele vorm
van samenwerking zijn tussen de arbeiders en
degenen, die hen exploiteren. Daarom hebben
we een eigen weg uitgestippeld: die van de
vorming van arbeidersmacht tegenover bour-
geoismacht. Daarvoor zal gewapende strijd no
dig zijn, niet als doel, maar als methode van
actie."
Maar betekent Allende's verkiezingsoverwin
ning niet de doodsteek voor de gewapende
strijd?
Andres: „Zoals president Allende zelf al zei,
we hebben de regering veroverd, maar nog niet
de macht. Wanneer de bourgeoisie echt in het
nauw komt, zal hij haar belangen verdedigen en
gebruik maken van haar gewapende apparaat.
Daar kunnen we alleen maar het gewapende
arbeidersapparaat tegenover stellen. Tot nu toe
is onze weg gemakkelijk geweest, maar er zijn
aanwijzingen de geslaagde aanslag op
Schneider, de mislukte aanslagen op Allende en
de toenemende tegenwerking van de christen
democraten dat de- bourgeoisie niet van plan
is thuis te blijven zitten. Dan zal de gewapende
confrontatie onvermijdelijk worden. Daar moet
de MIR zichzelf en de arbeiders op voorberei
den. Dit geeft gelijk de onzin aan van de veel
gehoorde opmerking, dat wij In de illigaliteit
blijven uit avontuurlijke overwegingen."
Ik schakel over op het kampleven. Anita: „De
meeste mensen uit ons kamp behoorden tot de
minst georganiseerde delen van de arbeiders
klasse, waar alcoholisme, extreem egoïsme en
ontreddering heersen. We moeten hen daarom
leren, dat ook in hun kring menselijke waardig
heid en solidariteit mogelijk zijn. Deze gevoe
lens zijn al ontstaan in de tijd, dat we samen
deze grond bezetten en dit campemento bouw
den en we moeten ze verder ontwikkelen In de
strijd tegen de onderdrukking. Daarvoor is de
strenge discipline nodig, die je hier wel zal zijn
opgevallen."
Als ik vraag naar de grootste problemen bij
de organisatie van Nueva Habana komen we op
gevoelig terrein. „De angst van de- mensen",
zegt Anita. „Ze leven met weinig en zijn vaak
bang ook dat nog te verliezen... Ik ben er voor
om de kostwinners niet meer naar de kapitalis
tische bedrijven te sturen, maar geld aan de
staat te vragen om zelf te beginnen."
Een woedende reactie van Andres volgt:
„Als we dat doen, zullen de arbeiders hier ge
Chili is vooral een land van a
fixeerd raken en hun klassebewustzijn verliezen.
Als de revolutionaire vorming hier voltooid is,
kunnen we beter naar andere bevolkingsgroepen
gaan en onze ideeën verspreiden."
Boze- Anita verdwijnt voor een korte „wande
ling", maar keert even later terug en serveert
een proletarische maaltijd: droog brood en thee.
Om Jerman Cortes wat uit z'n tent te lokken,
vraag ik Andres wat hij van het christendom
vindt. Hij lacht breeduit, geef Jerman een klap
op z'n schouder en zegt: „Het christendom was
tweeduizend jaar geleden een nuttige filosofie.
Maar nu zijn de tijden veranderd en hebben we
andere filosofieën nodig."
Jerman veert op van het bed. „Het is blijkbaar
weer tijd voor een korte preek... Ik kom uit een
arm gezin. M'n vader overleed al vroeg en m'n
moeder, broer en zus moesten werken voor de
kost. Een rooms-katholieke school van de rijken
had een liefdadige ingeving en stelde een beurs
beschikbaar voor „een jongen van de armen".
Bij toeval kwam ik aan bod. Op die school
leerde ik, dat alle mensen gelijk zijn voor God
en voor elkaar en dat Jezus de grote strijder
was voor de eenheid van de mensheid en
daardoor voor de eenheid met God.
Maar als arme jongen op die school van de
rijken begreep ik al snel, dat dit gee-n realiteit
was en dat verschil en onenigheid tussen de
mensen overheersen. De strijd hiertegen werd
voor mij al snel de voornaamste reden van
bestaan en het priesterschap was een middel,
dat me daarbij aansprak. Als je niet voor die
christelijke eenheid van de mensen vecht, is die
eenheid een leugen. Daarom bezette ik de ka
thedraal van de rijke kerk, deze grond van een
rijke maatschappij en nog een paar fabrieken
van rijke kapitalisten, en daarom werd ik pries
ter.
M'n marxistische vrienden van de MIR vech
ten ook voor die eenheid, dat wil zeggen, voor
de armen en tegen de rijken. Een verschilpunt
is, dat zij niet in een hiernamaals geloven. Maar
in de tussentijd werken we aan dezelfde christe
lijke opdracht: de eenheid van de mensen en
daardoor de eenheid met God. Marxisten en
miristas zijn daarom niet onze vijanden. Dat zijn
de rijke-n van Latijns Amerika en de rijke landen
met hun welvaartstheologie over horizontalisme,
verticalisme, celibaat en hun fraaie Baai-imitatie.
Want ze geven toch de voorkeur aan macht en
geld boven christelijke eenheid?"
„Ik ben verplicht tegen hen -te strijden. Ja
zeker, Jezus liet zich op allebei z'n wangen
slaan, maar hij sloeg ook handelaars uit de
kerk. Israël, Holland en Chili hebben zich toch
ook met geweld van onderdrukking bevrijd? Ge
weld voor de armen is een defensieve manier
van leven. Als de rijken het volk, waarvan ik
houd, met geweld onderdrukken, dan gebruik ik
geweld terug. Als iemand de vrouw aanrandt
van wie je houdt, ga je ook niet eerst in het
gebodenboek zitten bladeren."
Dan stappen we op en maken een wandeling
door Nueva Habana. Jerman sluit met grote re
gelmaat oude vrienden uit de tijd van de bezet
ting in de armen. Ik vraag een jongen van een
jaar of twintig of er sinds de oprichting van het
Campemento een mentaliteitsverandering bij de
mensen valt te bespeuren. „Bij sommige mensen
wel, bij anderen minder of niet. Je moet de
mentaliteit geleidelijk veranderen door de men
sen een politiek perspectief te bieden. De men
sen moeten de politieke redenen kennen van
deze grondbezetting. Je moet ze steeds weer
vragen: „Waar leefde- je vroeger, in welke toe
stand, waarom...?"
Graaf zu Ortenburg is bijzon
der verknocht aan het kasteel,
waar hij zeker eenmaal per
t' Kasteel Middachten is in ver-
hillende opzichten zeldzaam,
ok hierin, dat het nooit werd
Al zeven eeuwen
bleef het „in de familie". Eerste
eigenaar was ene Evert, Heer
van Middachten (1299-1315). De
tegenwoordige eigenares, 24ste
in 'geregelde erfopvolging, is
gravin Isabelle Adrienne van
Aldenburg Bentinck, Vrouwe
van Middachten. Zij is gehuwd
met Aurel graaf zu Ortenburg,
met wie zij in Duitsland woont,
waar zij onder meer een groot
landbouwbedrijf hebben.