Boekhouden niet eenvoudig, luchtig fragment Engels De geestelijke hygiëne Minder Sowj et-burgers noemen zich jood Philips Zwolle liet Gevarieerd werk voor eindexamenkandidaten PvdA niet binnen 7-4177 7 1 Blijkens gegevens volkstelling Docenten richten zich tot politieke partiien Federatie COMMENTAAR Ds. M. Draver en Israël Alfrinnk: conflict in Soedan verzwegen Een woord voor vatidaag Priesters willen meedoen aan bisschoppensynode beroepIngswerk Twee homofi dominees schrijven boef UIT DE KERKBLADEN (Van onze correspondent) ZWOLLE De Philips vestiging in Zwolle bleef gistermorgen gesloten voor een delegatie van de Partij van de Arbeid. Deze partij hield gisteren in Overijssel een „medezeggenschaps- dag". Daarvoor werden diverse be drijven bezocht. Er werd gesproken met personeel en directie. De delegatie, onder leiding van Ka merlid E. Wieldraaier, werd echter bij de Zwolse vestiging van Philips niet binnengelaten. De directie in Eindhoven had het voorgenomen ge sprek met de ondernemingsraad ver boden. De heer Wieldraaier had in eerste instantie van de afdeling sociale za ken in Eindhoven wel toestemming gekregen het bedrijf te bezoeken. De motivering van de weigering door een woordvoerder van Philips: „In deze verkiezingstijd kunnen we wel aan de gang blijven. De ondernemings raadsleden zouden dan niet meer aan hun gewone werk toekomen". Van een medewerker AMSTERDAM Met gespan nen verwachting zijn de kandi daten voor de VHMO-examens gisteren opnieuw aan de slag ge gaan met gevarieerd werk. Bij de HBS-A bracht het tweede gedeelte van Boekhouden en Be- drijfshuishoudkunde een drietal op gaven, waarvan de eerste niet een voudig was: er werd onder meer ge vraagd het „dode punt" te berekenen. Evenmin als bij de tweede opgave MOSKOU (AP, UPI) Bij de volkstelling, die in 1970 in de So wj et-Unie is gehouden, hebben 117.000 minder mensen opgegeven de Joodse nationali teit te bezitten dan in 1959 het geval was. Uit de cijfers van de volkstelling van 1970, die juist in Moskou zijn gepubliceerd, blijkt dat de Joden de enige bevolkingsgroep van de Sow jet- Unie vormen, die in de afge lopen tien jaar achteruit is ge gaan. Bij de volkstelling van 1959 lieten 2.268.000 inwoners van de Sowjet- Unie zich als Joden registreren. Officiële schattingen in de Sowjet- Unie stelden het aantal Joden begin dit jaar op ongeveer drie miljoen. De uitslag van de volkstelling van 1970, die onthult dat slechts 2 151.000 inwoners van de Sowjet- Unie hebben opgegeven de Joodse nationaliteit te bezitten, betekent dan ook een grote verrassing. Gedurende de periode 19591970 hebben' naar schatting niet meer dan 15.000 Joden toestemming ge kregen om de SoWjet-Unie te verla ten en zich in Israël te vestigen. De achteruitgang van het aantal Joden is dan ook alleen te verklaren door het feit, dat bij de volkstelling van 1970 meer Joden dan ooit het geval is geweest hun ware identiteit heb ben verzwegen. Deze tendens was allerminst verwacht, omdat het Joodse zelfbewustzijn de laatste ja ren sterk is toegenomen in de Sow- jet-Unie. Het getal van 2.151.000 Joden, dat bij de volkstelling van 1970 werd geregistreerd, zegt niet hoeveel Jo den er in werkelijkheid in de Sow iet-Unie leven, maar wel hoeveel Joden thans nog als Joden be schouwd wensen te worden. Erkend De Joden vormen een erkende be volkingsgroep van de Sowjet-Unie, die door zo'n honderd volken en volkjes wordt bewoond. Iemand, die Joodse ouders heeft, krijgt automa tisch de 'nationaliteit van Jood, wanneer hij op zestienjarige leeftijd een binnenlands paspoort ontvangt. Is slechts een van zijn ouders een Jood, dan kan een inwoner van de Sowjet-Unie kiezen tussen de natio naliteit van de vader of de moeder. Bij de volkstelling kan men ech ter een andere nationaliteit opgeven dan men krachtens zijn binnen landse paspoort bezit en wel de na tionaliteit van die bevolkingsgroep, wier taal men als zijn moedertaal beschouwt. De meeste Joden in de Sowjet- Unie hebben nu het Russisch ais moedertaal. Zij kunnen daarom bij de volkstelling opgeven de nationa liteit van Rus te bezitten. Dit bete kent echter niet dat zij in het maat schappelijke verkeer ook inderdaad als Russen worden beschouwd. Als zij zich moeten legitimeren met hun binnenlandse paspoort, blijkt dat zij Joden zijn. Jiddisch Bij de volkstelling van 1970 gaven 380727 Joden op dat hun moeder taal het Jiddisch is. Bij de volkstel ling van 1959 hadden nog 487 620 Joden opgegeven dat hun moeder taal het Jiddisch is. Officieel is het Jiddisch de voertaal van de Joodse bevolkingsgroep, maar Stalin maak te na de tweede wereldoorlog aan het onderwijs in het Jiddisch geheel een einde. Op geen enkel onderwijs instituut in de Sowjet-Unie kan men thans Jiddisch leren en er ver schijnen opmerkelijk weinig boeken in het Jiddisch, ook al telt de bond van schrijvers van de Sowjet-Unie meer dan vijftig leden, die uitslui tend in het Jiddisch schrijven. De volkstelling van 1970 heeft aangetoond dat de Russen nog steeds de grootste bevolkingsgroep van de Sowiet-Unie vormen. Hun aantal is sedert 1959 met twaalf procent toegenomen en bedraagt thans 129.015 000. In januari 1970 bedroeg het totale aantal inwoners van de USSR 241.620.000 mensen, van wie 53,9 procent van het vrou welijk geslacht is. werd hier echter het onredelijke ge vraagd. Men mag de kandidaten toewensen dat ze met de eerste twee opgaven flink wat punten hebben verzameld, omdat de derde opgave van een onge bruikelijk type was en zeer moeilijk. De decimale rubricering ontbrak daarbij en de toelichting leek bepaald onvoldoende. De opgaven die de B-kandidaten van de HBS onder ogen kregen voor Natuurkunde waren minder buitenis sig. Bij de eerste twee vraagstukken kon men vrijwel op routine drijven, terwijl de overige drie toch ook va riaties op bekende problemen presen teerden. De enige kritiek richtte zich op de hoeveelheid. De grootste tegen stander was namelijk de tijd (drie volle uren!), die lang niet voor ieder toereikend bleek. OPSTEL De gymnasiasten schreven 's och tends een opstel waarvoor zij de keus hadden uit tien onderwerpen. Ook zij ontliepen de gesel van de milieuver ontreiniging niet, evenmin als de MULO-kandidaten en MMS-ers voor hen. En nu maar afwachten of de HBS-ers nog te maken krijgen met dit on-originele weggevertje (voor wie er dit jaar al over had geschre ven voor de eigen docent). Naast an dere serieuze zaken (specialisme in de sport, transplantatieproblematiek) waren citaten van Vestdijk en Vro- man ook opstelonderwerpen. Ook het volgende, van Mark Twain: „De mens is het enige dier dat bloost Met re den!" ENGELS Gistermiddag kwam er een einde aan het schriftelijk examen van de MMS met de vertaling Engels. In een luchtig fragment naar David Frost en Anthony Jay ging het om de gedach ten en gevoelens van de Engelsman betreffende het buitenwonen: iets pa radijselijks volgens de reclame iets om naar te blijven verlangen voor de stedelingen. Maar niet iets om de ge- Van een verslaggever DEN HAAG De Federatie van Verenigingen van Docenten aan Pe dagogische Akademies heeft in een open brief de Nederlandse politieke partijen voorgehouden aandacht te besteden aan verbetering van de si tuatie op hun onderwijsinstellingen mede in hel belang van het basison derwijs. Vrijstelling van onderwijzers van militaire dienst zal ongetwijfeld iets helpen, maar fundamenteler achten de docenten van de pedagogische akademies het als de salarissen voor de onderwijzers worden herzien waarbij bijvoorbeeld ook gedacht kan worden aan honorering van verschil lende akten binnen het basisonder wijs. Ook vragen zij de politieke partijen de ontwikkeling te stimuleren om het hoger beroepsonderwijs samen met het wetenschappelijk onderwijs in een wet op het tertiair onderwijs te regelen. De aankondiging van de nieuwe Arabische fede ratie, ditmaal geheten „De Vereniging van Arabi sche Republieken" is met grote scepsis door een groot deel van de wereldpers ontvangen. Ten on rechte, want vooral Egypte schijnt de les te hebben geleerd van de vorige unie tussen Egypte en Syrië, die in 1961 abrupt eindigde, toen de Syrische bour geoisie in opstand kwam tegen de socialistische maatregelen van de Egyptische bestuurders, en het Syrische leger, dat in zijn eigenwaarde ge krenkt was door een al te hooghartige houding van de Egyptische militairen, deze opstand daad werkelijk steunde. Eén van de opmerkelijkste punten uit de ver klaring van Benghazi is de bevoegdheid van de nieuwe federatie om zonder dat daarom ver zocht wordt in te grijpen in de binnenlandse aangelegenheden van een lidstaat, als diens veilig heid of die van de federatie bedreigd wordt. Dat wil zeggen, dat een Brezjnew-doctrine van Ara- bisch-socialistische allure nu ook in het Midden- Oosten wordt toegepast. Het is duidelijk, dat voor al Cairo zich wil verzekeren tegen het risico, dat de geschiedenis zich herhaalt. Tenslotte zijn vele Lybiërs niet zo enorm enthousiast over het voor uitzicht, dat de olierijkdommen met het zo veel armere Egypte zouden moeten worden gedeeld. En Syrië heeft traditioneel getwijfeld, tot welke van de twee belangrijke machtsblokken in de Arabische wereld Irak of Egypte het zou toetreden. De federate moet op 1 september a.s. door een vo^srefprendum in de lidstaten worden aange nomen. Het lijdt geen enkele twijfel dat dit zal gebeuren, aangezien onder de huidige Arabische politieke verhoudJngen het regerende bewind bij verkiezingen altijd een meerderheid van 99 procent of meer kriigt. De Sowiet-Unie heeft deze „democratisch en socialistisch bestuurde" federatie met enthousias me ontvangen. Het is de vraag, of deze Russische juichtonen inderdaad zo welgemeend zijn. Ten slotte is één van de partners de Lybische ko lonel Moeammar Khaddaffi een vurig moslim, die niet van socialistische of communistische expe rimenten wil weten. Het is dan ook mogelijk, dat Egypte tot deze federatie-stap is overgegaan, ten- makken en genoegens die de stad biedt definitief aan op te offeren. Ook bij de overige afdelingen van het VHMO stond er 's middags En gels op het programma. De HBS-kan- didaten kregen een fragment naar een artikel uit „The Observer" ter vertaling voorgelegd. In eenvoudige taal werd daarin verteld hoe in Sha kespeare's geboorteplaats Stratford- on-Avon de voorstellingen van de Royal Shakespeare Company een be langrijke toeristische trekpleister vormen, terwijl dit gezelschap toch niet populair is bij de bevolking. En wel om de eenvoudige reden dat de bewoners er weinig voor voelen hun aandeel te leveren in de steeds hoger wordende subsidie. De gymnasium vertaling over de verschillen tussen het optreden van Socrates en dat der Sofisten was zeker niet moeilijk, zo dat veel kandidaten de examenruimte verlieten lang voordat het stopsignaal werd gegeven. Jammer is wel, dat men nu toch weer een onderwerp in de sfeer van de klassieke oudheid heeft gekozen, alsof er niet voldoende actuelere beschouwingen te vinden zijn. ONZORGVULDIG De presentatie van de opgaven was hier en daar niet correct. Men consta teerde herhaaldelijk onduidelijkheid in druk. Bij één der opstelonderwer pen voor het gymnasium stond een storende fout: het ging stellig om de verhouding tussen kunstenaar en pu bliek (niet: politiek). Dergelijke on zorgvuldigheden mogen niet voorko men waar zoveel op het spel staat. Ds. M. Drayer, chr. geref. predikan te Hilversum, schri'ft ons: Graag wil ik van de mij geboden gelegen heid gebruik maken om het verslag dat onder de titel „Chr. geref. predi kanten: niet dromen van een dui zendjarig rijk" in het nummer van vrijdag 16 april werd geplaatst, te corrigeren. Allereerst zou ik willen opmerken dat ik als lid van de vereniging van christelijke gereformeerde predikan ten sprak en niet als „secretaris van de christelijke gereformeerde zen ding". Hoewel dit zeker niet een te verwaarlozen onderscheid is, belang rijker is dat in de korte samenvatting van het referaat („Israël in eschatolo gisch licht"), een voorstelling van za ken gegeven werd die diametraal verschilde van mijn betoog niet al leen, maar ook van de syllabus, die werd uitgereikt. De zin in het verslag „Maar deze verwachting sluit een antithetische opstelling tegenover Israël niet uit" geeft het tegenovergestelde aan van Wat ik betoogde. De stelling in de syllabus waaraan deze door mij ge wraakte zin kan zijn ontleend, luid de: „Chiliastische verwachting ten opzichte van Israëls toekomst sluit niet uit een antithetische opstelling te genover Israël, ondanks alle sym pathie veelal ongenuanceerd die men voor Israël heeft". In m'n referaat sprak ik m'n te leurstelling uit over het chiliasme dat doorgaans warme sympathie heeft voor Israël en veel voor Israël ver wacht in de eindtijd, maar dat zich getuige verschillende woordvoerders, soms desondanks antithetisch opstelt tegenover Israël nu. Mijn betoog was erop gericht dat wat men ook ten aanzien van Israël in de toekomst verwacht, een antithetische opstelling ten opzichte van Israël in het heden niet in overeenstemming is met het Woord van God. Naar mijn mening wordt de „Israël-verwachting" be heerst door de „opstelling", resp. „in stelling" ten opzichte van het Israël van nu. einde zich politiek iets minder afhankelijk van de Sowjet-Unie te maken. In Israël heeft de minister van defensie Dajan al gezegd, dat hij niet inziet, waarom de federatie Egypte van een gedeeltelijke regeling met Israël zou afhouden. Deze geruststellende woorden van Dajan klinken ook niet erg overtuigend. De een heid van Arabische staten wordt uiteindelijk op politiek gebied door de minst soepele partner be paald. Damascus, waar sinds oudsher „het hart van de Arabische natie klopt", kan het zich onder geen enkel regime permitteren om al te veel con cessies aan Israël te doen, zeker niet waar in Israël een praktisch algehele communis opinio heerst, dat aan een dergelijke nabuur de Golan- hoogten niet teruggegeven moeten worden. Boven dien heeft de Egyptische minister van buitenlandse zaken, Riad, na zijn recente bezoek aan Moskou er met klem op gewezen, dat de Sowjet-Unie en Egypte het helemaal met elkaar eens zijn, dat de heropening van het Suezkanaal voor beide bond genoten niet op de eerste plaats komt. De gedeel telijke regeling waar Dajan op doelde, slaat juist op die heropening. De nieuwe federatie zal tenslotte de lust van Israël om Arabische gebieden te ontruimen, nog verder verkoelen. Het gemeenschappelijke, mili taire commando, waarin de federatie zal voorzien, stelt nl. de Egyptische luchtmacht in staat van de Syrische vliegvelden gebruik te maken en daar door vanuit het noordelijke en zoveel dichterbije front Israël te bestoken. Tegelijkertijd kan Egypte zijn vliegtuigen in het verafgelegen Lybië statione ren, een afstand die door de Israëlische toestellen niet te overbruggen is. De aankondiging van de federatie ging gepaard met de mededeling dat geen van de lidstaten ooit van plan is vrede met Israël te sluiten, met dat land te onderhandelen of er ook maar één terri toriale concessie aan te doen. Bovendien zullen de lidstaten voor geen enkele prijs „over de rechten van het Palestijnse volk marchanderen". Met deze aankondiging heeft met name Caïro aangegeven, dat de laatste termijn voor Israël om aan alle Egyptische eisen toe te geven, op 1 september afloopt. Het is onwaarschijnlijk, dat men in Jeru zalem hiervan ondersteboven is. 2 3 4 S S 7 Invul-puzzel Vul horizontaal in: 1 porseleinaarde. 2 N. Amer. rendier. 3 moeilijk te smelten metaal. 4 loon, 5 rally, 6 onderwerp, 7 insnijding. Bij juiste oplossing leest men'op de cirkeltjes de naam van een zangvogel. OPLOSSING VORIGE PUZZEL 1 poets. 2 rente. 3 Irmin, 4 nabob. S salmi, 6 Egede. 7 sater. PRINSESSENBIER KWARTET I TROUW De Rotterdammer Nieuwe Haagse Courant Nieuwe Leidse Courant D.^rdts Dagblad Trouw Commissie van hoofdredactie: J. de Berg (voorzitter), H. P. Ester, G. J. Brinkman. J. van Hofwegen. SCHIPHOL Terug uit Venetië van de jaarvergadering van het in ternationaal bestuur van' de Pax Christi vredesbeweging, waarvan hij president is, heeft kardinaal Alfrink een verklaring van het bestuur aan gekondigd over de inbreuken die op vele plaatsen in de wereld nog wor den gemaakt op de rechten van de mens. Als voorbeelden noemde hij de situatie dn Zuid-Afrika en in de Soe dan. „Het is merkwaardig, dat bijna nie mand over de discriminatie in de Soedan spreekt", aldus de kardinaal. „Er is nauwelijks een ander land in de wereld, waar binnen het land zelf de tegenstelling tussen twee groepe ringen .zo sterk is als in de Soedan. Daar pogen al jaren de islamieten de oorspronkelijke Afrikanen, van wie een deel christenen zijn, uit het land te verdrijven. De tegenstelling moet men feitelijk even emstig noemen als die in Zuid-Afrika, maar in de alge mene wereldpers wordt deze kwestie volgens de kardinaal „vrijwel ver zwegen". Weliswaar zal de situatie in de Soedan voor de wereldvrede min der gevaar opleveren; dan die in Vietnam, Korea, Zuid-Afrika of An gola, maar dat mag volgens de kardi naal geen reden zijn om er over te zwijgen. "Want evenals in Adam allen sterven, zo zullen ook in Chri allen levend gemaakt worden." Twee woorden van Paulus staan genover elkaar: dood en leven. De bijbel spreekt anders over "dood" dan wij. Voor ons is "do identiek met "graf'. Maar in de bijbel is het graf de uiterste co quentie van dood. Dood zijn is afgesneden zijn van de bron van leven. Leven is het tegenovergestelde van dood. In bijbelse zin bete dat verbonden zijn met de wortel van het leven, met God. Daarom is er niet voor ieder mens leven. In Adam zijn we doemd te sterven. Maar Christus als wortel van het nieuwe heeft gezegd: "Komt tot Mij". Christus wil ons aannemen. Hij wil'ons tot een nieuwe w zijn. Maar dat vraagt van ons, dat yve inderdaad tot Hem gaan zeggen: "Heer, neem ook mij en laat mij delen in uw leven. We lezen vandaag: Romeinen 9: 19-29. DEN HAAG (KNP) In Ge- nève is een vijf dagen durend internationaal congres van onge veer honderd Europese priesters begonnen. Van Nederlandse zij de neemt een delegatie deel van zeven priesters. De bedoeling van het Geneefse priestercongres is op collegiale wijze bij te dragen tot de komende bis schoppensynode dit najaar in Rome. De priester? vinden het namelijk van „een dwingende noodzakelijkheid om de priesters te betrekken in de studie der diverse vraagstukken, welke te Rome behandeld zouden worden op de komende synode". De agenda der bisschoppensynode vermeldt twee grote onderwerpen, namelijk het priestervraagstuk en de kwestie van de rechtvaardigheid in de wereld. Ter voorbereiding van het priestercongres is een. soort enquête gehouden, waaraan ongeveer duizend Nederlandse priesters hebben meege daan. d.w.z. ongeveer 1/3 van de priesters, die pastoraal werkzaam zijn. Uit de antwoorden blijkt, dat ver reweg de meeste priesters daadwer kelijke vrijheid wensen voor creativi teit in de eredienst en in de bele- vingsvormen van het geloof. De klei ne groep tegenstander? is bang voor chaos en vindt voldoende ruimte in de Vaticaanse besluiten. De voorstan ders willen echter wel des>kundige leiding en supervisie, handhaving van de kerngegevens en erkenning van de kerkelijke leiding. Inzake het celibaat wil verreweg de grote meerderheid dat de landelijke kerk, in eigen verantwoordelijkheid vrij kan beslissen over de dispensatie. Hieraan worden wel enkele voor waarden toegevoegd, zoals contact met de kerk in de aangrenzende lan den. De tegenstanders achten een uniform beleid noodzakelijk en zijn bang voor aantasting van het celi baat. NED. HERV. KERK BEROEPEN: te Meeuwen: A. den Hartogh te Ede. AANGENOMEN: naar Grave- Cuyk: B. J. S. Jonker te Bilthoven; naar Burgwerd: H. G. Roozendal, kand. te Lettelbert. GEREF. KERKEN BEROEPEN: te Oldekerk: G. E. D- Hanemaayer te Bergum. BEDANKT: voor Axel: H. Vollmui* Ier te 's-Gravenmoer, die voorlopig geen beroep in overweging kan ne men. NED. HERVORMDE KERK Beroepen: te Meeuwen (N.Br.), in combinatie met herv. Bethelgemeente te 's-Hertogenbosch, en te Ridder kerk, A. den Hartogh te Ede. BAARN Dit najaar zal ond{ titel „Ook wij zijn homofiel" boek verschijnen dat geschi wordt door twee homofiele dom een hervormde en een gereformel Vanwege hun ambt blijven ze j niem. Zij voelen zich ernstig veronj over het feit dat nagenoeg alle ren die tot de ontdekking komeil ze homofiel zijn, hun geloof verli en de kerk verlaten. De schril willen bemiddelen in het koir-' tussen christelijk geloof en homi en zij verzoeken alle belangsteile mee te werken aan het boek. 1 tieve of negatieve reakties, iihui vorm van hrieven, verhalen, 1 i CI mentaren, gedichten of hartekichl zullen in het boek worden opgeni 01 of verwerkt. Tot eind mei kan Kc" inzenden aan het adres van uitge r Bosch Keuning N.V., Postbt 'P*1 Baarn, met in de linkerboven van de envelop „Ook wij". Het ambtsgeheim van de pred al: ten garandeert geheimhouding, w men mag desgewenst anoniem ii 1". den. De schrijvers zijn ook b me: pastorale hulp te verlenen aan h r". fielen. Aan de hand van de inzei ^h gen zal worden bezien of ve ,ee, stappen gedaan kunnen woro^ V( het belang van de homofiele nFf -j Ikoi it o; In DIAKONIA, maandblad ten dienste van het hervormde diakonaat, merkt dr. C. Blanke- stijn op dat er genoeg over mi lieuhygiëne gesproken wordt maar dan altijd beperkt tot het fysieke, het feitelijke mi lieu, tot water, lucht en bo dem. Maar milieu is niet alleen de ruimtelijke omgeving, de lucht, het water enz., het is ook de geestelijke omgeving, het geestelijke klimaat waarin wij leven. Hoe staat het nu met de geeste lijke hygiëne van ons allemaal? Zoals er in de maatschappij, ons mi lieu, omstandigheden en strukturen zijn, die de lichamelijke gezondheid kunnen bedreigen, zo zijn er ook si tuaties en processen, die onze gees telijke gezondheid kunnen bedrei gen, zegt dr. Blankestijn en hij geeft dan een aantal voorbeelden van dit laatste: „Het probleem van het wonen. Er zijn honderden, duizenden gezin nen en alleenstaanden, die geen of onvoldoende huisvesting hebben, waarbinnen zij zichzelf kunnen zijn. De woningnood is nog altijd de gesel van deze tijd. Maar ook het feit, dat nog zovelen in krotten en veel te kleine woningen moeten wonen (bijv. vader, moeder zes kinderen in een woning van twee of drie ver trekken) Daarnaast kunnen wij wij zen op de problemen van de zgn. woonpalen met het gebrek aan pri vacy enerzijds of de volstrekte een zaamheid anderzijds.. Kortom: het wonen is een gebied, van waaruit een grote bedreiging van de geeste lijke gezondheid kan uitgaan. Niet voor niets moet dit dan ook nog al tijd de allerhoogste prioriteit hebben in onze politieke stellingname. Het onderwijsstelsel. Heel kort gezegd kan er van een klassikaal systeem met te grote klassen, waar onvoldoende mogelijkheden zijn voor individuele aandacht voor elk kind afzonderlijk, een reële bedrei ging uitgaan voor de kinderen, die wél behoefte hebben aan individuele aandacht. De problematiek rondom het oud-worden, het pensioneren en het als het ware uit de maatschappij worden geïsoleerd door de produk- tieve generatie is een ander voor beeld van psychohygiënische bedrei ging. Hiermee kan nog weer een veel verder liggend vraagstuk in verband worden gebracht, nl. dat van tijdsbesteding van degenen, die niet meer productief kunnen zijn; bejaarden, gehandicapten, de huis vrouw, die meer aankan dan haar gezin, enz. Wij willen als voordbeeld ook nog noemen het verschijnsel van de ver schuivingen In de moraal en de in termenselijke verhoudingen. Veel- jongeren zien dit als juist en nood zakelijk, veel ouderen weten niet meer waar zij aan toe zijn. Tenslotte nog een algemene op merking, die eigenlijk voor alle mensen belangrijk is, dat is nl. de rust! Waar vinden wij nog de rust om te mediteren? Waar is de stilte, waar kunnen wij werkelijk ontspan nen zijn en waar worden wij niet opgejaagd? Is dit verschijnsel van de haast eigenlijk niet een kwaal, die ons aller geestelijke gezondheid bedreigt, vooral in de verstedelijkte gebieden? Wat doeo wij 'daaraan?" Godsgeloof Uit een artikel van prof. dr. P. Smits over „Herrijzend godsgeloof" in Kerk en wereld, het blad van de vereniging van vrijzinnige hervorm den, het volgende: „Zonder enige aarzeling dienen we thans in alle duidelijkheid uit te spreken dat de God van Staphorst een dode God is, d.w.z. een traditio nele voorstelling die mensen zich eeuwenlang van God hebben ge maakt, doch die niet langer valt te handhaven omdat we steeds duide lijk hebben leren inzien dat ze op velerlei punten in strijd is met de werkelijkheid van ons menselijk be staan zoals we dit van dag tot dag ervaren. We kunnen niet langer geloven in een God, die als een soort „persoon" „ergens" achter of boven de cosmos z'n domicilie heeft en die van daar uit de wereld en ons persoonlijk le ven leidt en begeleidt en die daarin bij wijze van „wonder" of gebeds verhoring van tijd tot tijd in con crete ingrijpt. Deze manier van den ken en spreken over God is ons door onze feitelijke bestaanservaring voorgoed uit handen geslagen. Wij ervaren allemaal, of we dat toegeven of niet, dat deze God niet aanwezig, maar afwezig is in ons concrete menseliik bestaan. Hij is zonder meer uit onze gezichtseinder, uit on ze levenshorizon verdwenen Ik meen dat het wegvallen van het traditionele Godsbeeld dus grote geestelijke winst betekent in zover wij mensen nu op eigen benen leren staan en daardoor pas leren ontdek ken wat onze wezenlijke menselijke mogelijkheden zijn. De vroegere mens voelde zich tegenover zijn God(sbeeld) zo volslagen onmachtig, dat hij alleen reeds hierdoor (uitzon deringen daargelaten) niet aan echte creativiteit toekwam. Hoe an< ligt dit in onze tijd! het rn' Geen belemmering -op 'bij Maar dit nieuwe besef van o» eigen creativiteit en menselijke vi antwoordelijkheid is geen belemrj ring voor een eigentijds, levey' Godsgeloof. Integendeel, het isfn veeleer een innerlijke voorwaai voor. Een oude Romeinse dich) (Ovidius) heeft dit reeds beseft t hij zei: er leeft een God in ons, c Hem aangespoord, ontgloeien Dat wil zeggen dat we God aanV1 zig weten in onze eigen menselijk scheppingskracht waarin en door Hij werkt. In het mysterie 7^ mijn eigen menselijkheid ervaar „ontmoet" ik het Mysterie van G En dit Godsmysterie ervaar ik i diepst wanneer ik in m'n eigen I - staan durf afsteken naar de ,.wf tels" en daar stoot op God als dragende Grond van miin grond, met Jan Luyken te spreken. Maar één ding is wel duidelijk:] dat de taal van de bijbel en de tj van de kerken in overwegende nj de taal, de voorstellingswereld; van de „dode" God. Als de kerl voortgaan met in de oude, bijbj taal over God te spreken, zullen[ de gevolgen hiervan merken." Broedertwist In Opbouw, het blad van de 1l ten-verbandse vrijgemaakte geref meerden, schrijft de binnen het ^,j,a band gebleven vrijgemaakte prege] kant H. Venema uit Roodeschool |au aan de (vrijgemaakte) broedert\| g( een eind moet worden gemaakt. Hij dringt aan op serieuze on< handelingen zonder voorwaai vooraf en onder erkenning van derzijds gemaakte fouten. Hij wil ook met name zeggen tot de zg. ten-verbanders, „want ik krijg eens de indruk dat die zich aa: gelukkig gevoelen in hun pöS ontkomen aan de druk". De buil verbandse ds H. Amelink uit Lai rak tekent bij deze laatste wooi van ziin collega Venema het gende aan: ds Venema weet ook wel daj een vriiheid is in Christus, die niet moeen prijs- geven. A's dan dertig kerke'nke vprgaderii zich met je bezig houden ovei VTPP". of ie we' een lid bent van] kerk van onze Here Jezus Chri: dan is het benaald een bevri als ie van dat snort veread°r5 verlost bent. Ik dacht dat ds nema ons dit gevoel van bevriji niet wil en ook niet zal misgunnei Twee maal in vijfentwintig hebben meerdere vergaderinj plaatselijke gemeenten gemaltj teerd. Het wordt toch wel tijd dat j ieder gaat inzien dat zo iets meer gebeuren mag

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1971 | | pagina 2