Boekhouden niet eenvoudig,
luchtig fragment Engels
De geestelijke hygiëne
Minder Sowj et-burgers
noemen zich jood
Philips Zwolle liet Gevarieerd werk voor eindexamenkandidaten
PvdA niet binnen 7-4177 7
1 Blijkens gegevens volkstelling
Docenten richten
zich tot politieke
partiien
Federatie
COMMENTAAR
Ds. M. Draver
en Israël
Alfrinnk: conflict in
Soedan verzwegen
Een woord voor vatidaag
Priesters willen meedoen
aan bisschoppensynode
beroepIngswerk
Twee homofi
dominees
schrijven boef
UIT DE
KERKBLADEN
(Van onze correspondent)
ZWOLLE De Philips vestiging in
Zwolle bleef gistermorgen gesloten
voor een delegatie van de Partij van
de Arbeid. Deze partij hield gisteren
in Overijssel een „medezeggenschaps-
dag". Daarvoor werden diverse be
drijven bezocht. Er werd gesproken
met personeel en directie.
De delegatie, onder leiding van Ka
merlid E. Wieldraaier, werd echter
bij de Zwolse vestiging van Philips
niet binnengelaten. De directie in
Eindhoven had het voorgenomen ge
sprek met de ondernemingsraad ver
boden.
De heer Wieldraaier had in eerste
instantie van de afdeling sociale za
ken in Eindhoven wel toestemming
gekregen het bedrijf te bezoeken. De
motivering van de weigering door een
woordvoerder van Philips: „In deze
verkiezingstijd kunnen we wel aan
de gang blijven. De ondernemings
raadsleden zouden dan niet meer aan
hun gewone werk toekomen".
Van een medewerker
AMSTERDAM Met gespan
nen verwachting zijn de kandi
daten voor de VHMO-examens
gisteren opnieuw aan de slag ge
gaan met gevarieerd werk.
Bij de HBS-A bracht het tweede
gedeelte van Boekhouden en Be-
drijfshuishoudkunde een drietal op
gaven, waarvan de eerste niet een
voudig was: er werd onder meer ge
vraagd het „dode punt" te berekenen.
Evenmin als bij de tweede opgave
MOSKOU (AP, UPI) Bij
de volkstelling, die in 1970 in
de So wj et-Unie is gehouden,
hebben 117.000 minder mensen
opgegeven de Joodse nationali
teit te bezitten dan in 1959 het
geval was. Uit de cijfers van de
volkstelling van 1970, die juist
in Moskou zijn gepubliceerd,
blijkt dat de Joden de enige
bevolkingsgroep van de Sow jet-
Unie vormen, die in de afge
lopen tien jaar achteruit is ge
gaan.
Bij de volkstelling van 1959 lieten
2.268.000 inwoners van de Sowjet-
Unie zich als Joden registreren.
Officiële schattingen in de Sowjet-
Unie stelden het aantal Joden begin
dit jaar op ongeveer drie miljoen.
De uitslag van de volkstelling van
1970, die onthult dat slechts
2 151.000 inwoners van de Sowjet-
Unie hebben opgegeven de Joodse
nationaliteit te bezitten, betekent
dan ook een grote verrassing.
Gedurende de periode 19591970
hebben' naar schatting niet meer
dan 15.000 Joden toestemming ge
kregen om de SoWjet-Unie te verla
ten en zich in Israël te vestigen. De
achteruitgang van het aantal Joden
is dan ook alleen te verklaren door
het feit, dat bij de volkstelling van
1970 meer Joden dan ooit het geval
is geweest hun ware identiteit heb
ben verzwegen. Deze tendens was
allerminst verwacht, omdat het
Joodse zelfbewustzijn de laatste ja
ren sterk is toegenomen in de Sow-
jet-Unie.
Het getal van 2.151.000 Joden, dat
bij de volkstelling van 1970 werd
geregistreerd, zegt niet hoeveel Jo
den er in werkelijkheid in de Sow
iet-Unie leven, maar wel hoeveel
Joden thans nog als Joden be
schouwd wensen te worden.
Erkend
De Joden vormen een erkende be
volkingsgroep van de Sowjet-Unie,
die door zo'n honderd volken en
volkjes wordt bewoond. Iemand, die
Joodse ouders heeft, krijgt automa
tisch de 'nationaliteit van Jood,
wanneer hij op zestienjarige leeftijd
een binnenlands paspoort ontvangt.
Is slechts een van zijn ouders een
Jood, dan kan een inwoner van de
Sowjet-Unie kiezen tussen de natio
naliteit van de vader of de moeder.
Bij de volkstelling kan men ech
ter een andere nationaliteit opgeven
dan men krachtens zijn binnen
landse paspoort bezit en wel de na
tionaliteit van die bevolkingsgroep,
wier taal men als zijn moedertaal
beschouwt.
De meeste Joden in de Sowjet-
Unie hebben nu het Russisch ais
moedertaal. Zij kunnen daarom bij
de volkstelling opgeven de nationa
liteit van Rus te bezitten. Dit bete
kent echter niet dat zij in het maat
schappelijke verkeer ook inderdaad
als Russen worden beschouwd. Als
zij zich moeten legitimeren met hun
binnenlandse paspoort, blijkt dat zij
Joden zijn.
Jiddisch
Bij de volkstelling van 1970 gaven
380727 Joden op dat hun moeder
taal het Jiddisch is. Bij de volkstel
ling van 1959 hadden nog 487 620
Joden opgegeven dat hun moeder
taal het Jiddisch is. Officieel is het
Jiddisch de voertaal van de Joodse
bevolkingsgroep, maar Stalin maak
te na de tweede wereldoorlog aan
het onderwijs in het Jiddisch geheel
een einde. Op geen enkel onderwijs
instituut in de Sowjet-Unie kan
men thans Jiddisch leren en er ver
schijnen opmerkelijk weinig boeken
in het Jiddisch, ook al telt de bond
van schrijvers van de Sowjet-Unie
meer dan vijftig leden, die uitslui
tend in het Jiddisch schrijven.
De volkstelling van 1970 heeft
aangetoond dat de Russen nog
steeds de grootste bevolkingsgroep
van de Sowiet-Unie vormen. Hun
aantal is sedert 1959 met twaalf
procent toegenomen en bedraagt
thans 129.015 000. In januari 1970
bedroeg het totale aantal inwoners
van de USSR 241.620.000 mensen,
van wie 53,9 procent van het vrou
welijk geslacht is.
werd hier echter het onredelijke ge
vraagd.
Men mag de kandidaten toewensen
dat ze met de eerste twee opgaven
flink wat punten hebben verzameld,
omdat de derde opgave van een onge
bruikelijk type was en zeer moeilijk.
De decimale rubricering ontbrak
daarbij en de toelichting leek bepaald
onvoldoende.
De opgaven die de B-kandidaten
van de HBS onder ogen kregen voor
Natuurkunde waren minder buitenis
sig. Bij de eerste twee vraagstukken
kon men vrijwel op routine drijven,
terwijl de overige drie toch ook va
riaties op bekende problemen presen
teerden. De enige kritiek richtte zich
op de hoeveelheid. De grootste tegen
stander was namelijk de tijd (drie
volle uren!), die lang niet voor ieder
toereikend bleek.
OPSTEL
De gymnasiasten schreven 's och
tends een opstel waarvoor zij de keus
hadden uit tien onderwerpen. Ook zij
ontliepen de gesel van de milieuver
ontreiniging niet, evenmin als de
MULO-kandidaten en MMS-ers voor
hen. En nu maar afwachten of de
HBS-ers nog te maken krijgen met
dit on-originele weggevertje (voor
wie er dit jaar al over had geschre
ven voor de eigen docent). Naast an
dere serieuze zaken (specialisme in de
sport, transplantatieproblematiek)
waren citaten van Vestdijk en Vro-
man ook opstelonderwerpen. Ook het
volgende, van Mark Twain: „De mens
is het enige dier dat bloost Met re
den!"
ENGELS
Gistermiddag kwam er een einde
aan het schriftelijk examen van de
MMS met de vertaling Engels. In een
luchtig fragment naar David Frost en
Anthony Jay ging het om de gedach
ten en gevoelens van de Engelsman
betreffende het buitenwonen: iets pa
radijselijks volgens de reclame iets
om naar te blijven verlangen voor de
stedelingen. Maar niet iets om de ge-
Van een verslaggever
DEN HAAG De Federatie van
Verenigingen van Docenten aan Pe
dagogische Akademies heeft in een
open brief de Nederlandse politieke
partijen voorgehouden aandacht te
besteden aan verbetering van de si
tuatie op hun onderwijsinstellingen
mede in hel belang van het basison
derwijs.
Vrijstelling van onderwijzers van
militaire dienst zal ongetwijfeld iets
helpen, maar fundamenteler achten
de docenten van de pedagogische
akademies het als de salarissen voor
de onderwijzers worden herzien
waarbij bijvoorbeeld ook gedacht kan
worden aan honorering van verschil
lende akten binnen het basisonder
wijs.
Ook vragen zij de politieke partijen
de ontwikkeling te stimuleren om het
hoger beroepsonderwijs samen met
het wetenschappelijk onderwijs in
een wet op het tertiair onderwijs te
regelen.
De aankondiging van de nieuwe Arabische fede
ratie, ditmaal geheten „De Vereniging van Arabi
sche Republieken" is met grote scepsis door een
groot deel van de wereldpers ontvangen. Ten on
rechte, want vooral Egypte schijnt de les te hebben
geleerd van de vorige unie tussen Egypte en Syrië,
die in 1961 abrupt eindigde, toen de Syrische bour
geoisie in opstand kwam tegen de socialistische
maatregelen van de Egyptische bestuurders, en
het Syrische leger, dat in zijn eigenwaarde ge
krenkt was door een al te hooghartige houding
van de Egyptische militairen, deze opstand daad
werkelijk steunde.
Eén van de opmerkelijkste punten uit de ver
klaring van Benghazi is de bevoegdheid van de
nieuwe federatie om zonder dat daarom ver
zocht wordt in te grijpen in de binnenlandse
aangelegenheden van een lidstaat, als diens veilig
heid of die van de federatie bedreigd wordt. Dat
wil zeggen, dat een Brezjnew-doctrine van Ara-
bisch-socialistische allure nu ook in het Midden-
Oosten wordt toegepast. Het is duidelijk, dat voor
al Cairo zich wil verzekeren tegen het risico, dat
de geschiedenis zich herhaalt. Tenslotte zijn vele
Lybiërs niet zo enorm enthousiast over het voor
uitzicht, dat de olierijkdommen met het zo veel
armere Egypte zouden moeten worden gedeeld.
En Syrië heeft traditioneel getwijfeld, tot welke
van de twee belangrijke machtsblokken in de
Arabische wereld Irak of Egypte het zou
toetreden.
De federate moet op 1 september a.s. door een
vo^srefprendum in de lidstaten worden aange
nomen. Het lijdt geen enkele twijfel dat dit zal
gebeuren, aangezien onder de huidige Arabische
politieke verhoudJngen het regerende bewind bij
verkiezingen altijd een meerderheid van 99 procent
of meer kriigt.
De Sowiet-Unie heeft deze „democratisch en
socialistisch bestuurde" federatie met enthousias
me ontvangen. Het is de vraag, of deze Russische
juichtonen inderdaad zo welgemeend zijn. Ten
slotte is één van de partners de Lybische ko
lonel Moeammar Khaddaffi een vurig moslim,
die niet van socialistische of communistische expe
rimenten wil weten. Het is dan ook mogelijk, dat
Egypte tot deze federatie-stap is overgegaan, ten-
makken en genoegens die de stad
biedt definitief aan op te offeren.
Ook bij de overige afdelingen van
het VHMO stond er 's middags En
gels op het programma. De HBS-kan-
didaten kregen een fragment naar
een artikel uit „The Observer" ter
vertaling voorgelegd. In eenvoudige
taal werd daarin verteld hoe in Sha
kespeare's geboorteplaats Stratford-
on-Avon de voorstellingen van de
Royal Shakespeare Company een be
langrijke toeristische trekpleister
vormen, terwijl dit gezelschap toch
niet populair is bij de bevolking. En
wel om de eenvoudige reden dat de
bewoners er weinig voor voelen hun
aandeel te leveren in de steeds hoger
wordende subsidie. De gymnasium
vertaling over de verschillen tussen
het optreden van Socrates en dat der
Sofisten was zeker niet moeilijk, zo
dat veel kandidaten de examenruimte
verlieten lang voordat het stopsignaal
werd gegeven. Jammer is wel, dat
men nu toch weer een onderwerp in
de sfeer van de klassieke oudheid
heeft gekozen, alsof er niet voldoende
actuelere beschouwingen te vinden
zijn.
ONZORGVULDIG
De presentatie van de opgaven was
hier en daar niet correct. Men consta
teerde herhaaldelijk onduidelijkheid
in druk. Bij één der opstelonderwer
pen voor het gymnasium stond een
storende fout: het ging stellig om de
verhouding tussen kunstenaar en pu
bliek (niet: politiek). Dergelijke on
zorgvuldigheden mogen niet voorko
men waar zoveel op het spel staat.
Ds. M. Drayer, chr. geref. predikan
te Hilversum, schri'ft ons: Graag
wil ik van de mij geboden gelegen
heid gebruik maken om het verslag
dat onder de titel „Chr. geref. predi
kanten: niet dromen van een dui
zendjarig rijk" in het nummer van
vrijdag 16 april werd geplaatst, te
corrigeren.
Allereerst zou ik willen opmerken
dat ik als lid van de vereniging van
christelijke gereformeerde predikan
ten sprak en niet als „secretaris van
de christelijke gereformeerde zen
ding". Hoewel dit zeker niet een te
verwaarlozen onderscheid is, belang
rijker is dat in de korte samenvatting
van het referaat („Israël in eschatolo
gisch licht"), een voorstelling van za
ken gegeven werd die diametraal
verschilde van mijn betoog niet al
leen, maar ook van de syllabus, die
werd uitgereikt.
De zin in het verslag „Maar deze
verwachting sluit een antithetische
opstelling tegenover Israël niet uit"
geeft het tegenovergestelde aan van
Wat ik betoogde. De stelling in de
syllabus waaraan deze door mij ge
wraakte zin kan zijn ontleend, luid
de: „Chiliastische verwachting ten
opzichte van Israëls toekomst sluit
niet uit een antithetische opstelling te
genover Israël, ondanks alle sym
pathie veelal ongenuanceerd die
men voor Israël heeft".
In m'n referaat sprak ik m'n te
leurstelling uit over het chiliasme dat
doorgaans warme sympathie heeft
voor Israël en veel voor Israël ver
wacht in de eindtijd, maar dat zich
getuige verschillende woordvoerders,
soms desondanks antithetisch opstelt
tegenover Israël nu. Mijn betoog was
erop gericht dat wat men ook ten
aanzien van Israël in de toekomst
verwacht, een antithetische opstelling
ten opzichte van Israël in het heden
niet in overeenstemming is met het
Woord van God. Naar mijn mening
wordt de „Israël-verwachting" be
heerst door de „opstelling", resp. „in
stelling" ten opzichte van het Israël
van nu.
einde zich politiek iets minder afhankelijk van de
Sowjet-Unie te maken.
In Israël heeft de minister van defensie Dajan
al gezegd, dat hij niet inziet, waarom de federatie
Egypte van een gedeeltelijke regeling met Israël
zou afhouden. Deze geruststellende woorden van
Dajan klinken ook niet erg overtuigend. De een
heid van Arabische staten wordt uiteindelijk op
politiek gebied door de minst soepele partner be
paald. Damascus, waar sinds oudsher „het hart
van de Arabische natie klopt", kan het zich onder
geen enkel regime permitteren om al te veel con
cessies aan Israël te doen, zeker niet waar in
Israël een praktisch algehele communis opinio
heerst, dat aan een dergelijke nabuur de Golan-
hoogten niet teruggegeven moeten worden. Boven
dien heeft de Egyptische minister van buitenlandse
zaken, Riad, na zijn recente bezoek aan Moskou er
met klem op gewezen, dat de Sowjet-Unie en
Egypte het helemaal met elkaar eens zijn, dat de
heropening van het Suezkanaal voor beide bond
genoten niet op de eerste plaats komt. De gedeel
telijke regeling waar Dajan op doelde, slaat juist
op die heropening.
De nieuwe federatie zal tenslotte de lust van
Israël om Arabische gebieden te ontruimen, nog
verder verkoelen. Het gemeenschappelijke, mili
taire commando, waarin de federatie zal voorzien,
stelt nl. de Egyptische luchtmacht in staat van de
Syrische vliegvelden gebruik te maken en daar
door vanuit het noordelijke en zoveel dichterbije
front Israël te bestoken. Tegelijkertijd kan Egypte
zijn vliegtuigen in het verafgelegen Lybië statione
ren, een afstand die door de Israëlische toestellen
niet te overbruggen is.
De aankondiging van de federatie ging gepaard
met de mededeling dat geen van de lidstaten ooit
van plan is vrede met Israël te sluiten, met dat
land te onderhandelen of er ook maar één terri
toriale concessie aan te doen. Bovendien zullen de
lidstaten voor geen enkele prijs „over de rechten
van het Palestijnse volk marchanderen". Met deze
aankondiging heeft met name Caïro aangegeven,
dat de laatste termijn voor Israël om aan alle
Egyptische eisen toe te geven, op 1 september
afloopt. Het is onwaarschijnlijk, dat men in Jeru
zalem hiervan ondersteboven is.
2
3
4
S
S
7
Invul-puzzel
Vul horizontaal in:
1 porseleinaarde. 2 N. Amer. rendier.
3 moeilijk te smelten metaal. 4 loon, 5
rally, 6 onderwerp, 7 insnijding.
Bij juiste oplossing leest men'op de
cirkeltjes de naam van een zangvogel.
OPLOSSING VORIGE PUZZEL
1 poets. 2 rente. 3 Irmin, 4 nabob. S
salmi, 6 Egede. 7 sater.
PRINSESSENBIER
KWARTET I TROUW
De Rotterdammer
Nieuwe Haagse Courant
Nieuwe Leidse Courant
D.^rdts Dagblad
Trouw
Commissie van hoofdredactie:
J. de Berg (voorzitter),
H. P. Ester, G. J. Brinkman.
J. van Hofwegen.
SCHIPHOL Terug uit Venetië
van de jaarvergadering van het in
ternationaal bestuur van' de Pax
Christi vredesbeweging, waarvan hij
president is, heeft kardinaal Alfrink
een verklaring van het bestuur aan
gekondigd over de inbreuken die op
vele plaatsen in de wereld nog wor
den gemaakt op de rechten van de
mens. Als voorbeelden noemde hij de
situatie dn Zuid-Afrika en in de Soe
dan.
„Het is merkwaardig, dat bijna nie
mand over de discriminatie in de
Soedan spreekt", aldus de kardinaal.
„Er is nauwelijks een ander land in
de wereld, waar binnen het land zelf
de tegenstelling tussen twee groepe
ringen .zo sterk is als in de Soedan.
Daar pogen al jaren de islamieten de
oorspronkelijke Afrikanen, van wie
een deel christenen zijn, uit het land
te verdrijven. De tegenstelling moet
men feitelijk even emstig noemen als
die in Zuid-Afrika, maar in de alge
mene wereldpers wordt deze kwestie
volgens de kardinaal „vrijwel ver
zwegen". Weliswaar zal de situatie in
de Soedan voor de wereldvrede min
der gevaar opleveren; dan die in
Vietnam, Korea, Zuid-Afrika of An
gola, maar dat mag volgens de kardi
naal geen reden zijn om er over te
zwijgen.
"Want evenals in Adam allen sterven, zo zullen ook in Chri
allen levend gemaakt worden." Twee woorden van Paulus staan
genover elkaar: dood en leven.
De bijbel spreekt anders over "dood" dan wij. Voor ons is "do
identiek met "graf'. Maar in de bijbel is het graf de uiterste co
quentie van dood. Dood zijn is afgesneden zijn van de bron van
leven.
Leven is het tegenovergestelde van dood. In bijbelse zin bete
dat verbonden zijn met de wortel van het leven, met God.
Daarom is er niet voor ieder mens leven. In Adam zijn we
doemd te sterven. Maar Christus als wortel van het nieuwe
heeft gezegd: "Komt tot Mij".
Christus wil ons aannemen. Hij wil'ons tot een nieuwe w
zijn. Maar dat vraagt van ons, dat yve inderdaad tot Hem gaan
zeggen: "Heer, neem ook mij en laat mij delen in uw leven.
We lezen vandaag: Romeinen 9: 19-29.
DEN HAAG (KNP) In Ge-
nève is een vijf dagen durend
internationaal congres van onge
veer honderd Europese priesters
begonnen. Van Nederlandse zij
de neemt een delegatie deel van
zeven priesters.
De bedoeling van het Geneefse
priestercongres is op collegiale wijze
bij te dragen tot de komende bis
schoppensynode dit najaar in Rome.
De priester? vinden het namelijk van
„een dwingende noodzakelijkheid om
de priesters te betrekken in de studie
der diverse vraagstukken, welke te
Rome behandeld zouden worden op
de komende synode".
De agenda der bisschoppensynode
vermeldt twee grote onderwerpen,
namelijk het priestervraagstuk en de
kwestie van de rechtvaardigheid in
de wereld. Ter voorbereiding van het
priestercongres is een. soort enquête
gehouden, waaraan ongeveer duizend
Nederlandse priesters hebben meege
daan. d.w.z. ongeveer 1/3 van de
priesters, die pastoraal werkzaam
zijn.
Uit de antwoorden blijkt, dat ver
reweg de meeste priesters daadwer
kelijke vrijheid wensen voor creativi
teit in de eredienst en in de bele-
vingsvormen van het geloof. De klei
ne groep tegenstander? is bang voor
chaos en vindt voldoende ruimte in
de Vaticaanse besluiten. De voorstan
ders willen echter wel des>kundige
leiding en supervisie, handhaving van
de kerngegevens en erkenning van de
kerkelijke leiding.
Inzake het celibaat wil verreweg de
grote meerderheid dat de landelijke
kerk, in eigen verantwoordelijkheid
vrij kan beslissen over de dispensatie.
Hieraan worden wel enkele voor
waarden toegevoegd, zoals contact
met de kerk in de aangrenzende lan
den. De tegenstanders achten een
uniform beleid noodzakelijk en zijn
bang voor aantasting van het celi
baat.
NED. HERV. KERK
BEROEPEN: te Meeuwen: A. den
Hartogh te Ede.
AANGENOMEN: naar Grave-
Cuyk: B. J. S. Jonker te Bilthoven;
naar Burgwerd: H. G. Roozendal,
kand. te Lettelbert.
GEREF. KERKEN
BEROEPEN: te Oldekerk: G. E. D-
Hanemaayer te Bergum.
BEDANKT: voor Axel: H. Vollmui*
Ier te 's-Gravenmoer, die voorlopig
geen beroep in overweging kan ne
men.
NED. HERVORMDE KERK
Beroepen: te Meeuwen (N.Br.), in
combinatie met herv. Bethelgemeente
te 's-Hertogenbosch, en te Ridder
kerk, A. den Hartogh te Ede.
BAARN Dit najaar zal ond{
titel „Ook wij zijn homofiel"
boek verschijnen dat geschi
wordt door twee homofiele dom
een hervormde en een gereformel
Vanwege hun ambt blijven ze j
niem.
Zij voelen zich ernstig veronj
over het feit dat nagenoeg alle
ren die tot de ontdekking komeil
ze homofiel zijn, hun geloof verli
en de kerk verlaten. De schril
willen bemiddelen in het koir-'
tussen christelijk geloof en homi
en zij verzoeken alle belangsteile
mee te werken aan het boek. 1
tieve of negatieve reakties, iihui
vorm van hrieven, verhalen, 1 i CI
mentaren, gedichten of hartekichl
zullen in het boek worden opgeni 01
of verwerkt. Tot eind mei kan Kc"
inzenden aan het adres van uitge r
Bosch Keuning N.V., Postbt 'P*1
Baarn, met in de linkerboven
van de envelop „Ook wij".
Het ambtsgeheim van de pred al:
ten garandeert geheimhouding, w
men mag desgewenst anoniem ii 1".
den. De schrijvers zijn ook b me:
pastorale hulp te verlenen aan h r".
fielen. Aan de hand van de inzei ^h
gen zal worden bezien of ve ,ee,
stappen gedaan kunnen woro^ V(
het belang van de homofiele nFf -j
Ikoi
it o;
In DIAKONIA, maandblad
ten dienste van het hervormde
diakonaat, merkt dr. C. Blanke-
stijn op dat er genoeg over mi
lieuhygiëne gesproken wordt
maar dan altijd beperkt tot
het fysieke, het feitelijke mi
lieu, tot water, lucht en bo
dem. Maar milieu is niet alleen
de ruimtelijke omgeving, de
lucht, het water enz., het is ook
de geestelijke omgeving, het
geestelijke klimaat waarin wij
leven.
Hoe staat het nu met de geeste
lijke hygiëne van ons allemaal?
Zoals er in de maatschappij, ons mi
lieu, omstandigheden en strukturen
zijn, die de lichamelijke gezondheid
kunnen bedreigen, zo zijn er ook si
tuaties en processen, die onze gees
telijke gezondheid kunnen bedrei
gen, zegt dr. Blankestijn en hij geeft
dan een aantal voorbeelden van dit
laatste:
„Het probleem van het wonen.
Er zijn honderden, duizenden gezin
nen en alleenstaanden, die geen of
onvoldoende huisvesting hebben,
waarbinnen zij zichzelf kunnen zijn.
De woningnood is nog altijd de gesel
van deze tijd. Maar ook het feit, dat
nog zovelen in krotten en veel te
kleine woningen moeten wonen
(bijv. vader, moeder zes kinderen
in een woning van twee of drie ver
trekken) Daarnaast kunnen wij wij
zen op de problemen van de zgn.
woonpalen met het gebrek aan pri
vacy enerzijds of de volstrekte een
zaamheid anderzijds.. Kortom: het
wonen is een gebied, van waaruit
een grote bedreiging van de geeste
lijke gezondheid kan uitgaan. Niet
voor niets moet dit dan ook nog al
tijd de allerhoogste prioriteit hebben
in onze politieke stellingname.
Het onderwijsstelsel. Heel kort
gezegd kan er van een klassikaal
systeem met te grote klassen, waar
onvoldoende mogelijkheden zijn
voor individuele aandacht voor elk
kind afzonderlijk, een reële bedrei
ging uitgaan voor de kinderen, die
wél behoefte hebben aan individuele
aandacht.
De problematiek rondom het
oud-worden, het pensioneren en het
als het ware uit de maatschappij
worden geïsoleerd door de produk-
tieve generatie is een ander voor
beeld van psychohygiënische bedrei
ging. Hiermee kan nog weer een
veel verder liggend vraagstuk in
verband worden gebracht, nl. dat
van tijdsbesteding van degenen, die
niet meer productief kunnen zijn;
bejaarden, gehandicapten, de huis
vrouw, die meer aankan dan haar
gezin, enz.
Wij willen als voordbeeld ook nog
noemen het verschijnsel van de ver
schuivingen In de moraal en de in
termenselijke verhoudingen. Veel-
jongeren zien dit als juist en nood
zakelijk, veel ouderen weten niet
meer waar zij aan toe zijn.
Tenslotte nog een algemene op
merking, die eigenlijk voor alle
mensen belangrijk is, dat is nl. de
rust! Waar vinden wij nog de rust
om te mediteren? Waar is de stilte,
waar kunnen wij werkelijk ontspan
nen zijn en waar worden wij niet
opgejaagd? Is dit verschijnsel van
de haast eigenlijk niet een kwaal,
die ons aller geestelijke gezondheid
bedreigt, vooral in de verstedelijkte
gebieden? Wat doeo wij 'daaraan?"
Godsgeloof
Uit een artikel van prof. dr. P.
Smits over „Herrijzend godsgeloof"
in Kerk en wereld, het blad van de
vereniging van vrijzinnige hervorm
den, het volgende:
„Zonder enige aarzeling dienen we
thans in alle duidelijkheid uit te
spreken dat de God van Staphorst
een dode God is, d.w.z. een traditio
nele voorstelling die mensen zich
eeuwenlang van God hebben ge
maakt, doch die niet langer valt te
handhaven omdat we steeds duide
lijk hebben leren inzien dat ze op
velerlei punten in strijd is met de
werkelijkheid van ons menselijk be
staan zoals we dit van dag tot dag
ervaren.
We kunnen niet langer geloven in
een God, die als een soort „persoon"
„ergens" achter of boven de cosmos
z'n domicilie heeft en die van daar
uit de wereld en ons persoonlijk le
ven leidt en begeleidt en die daarin
bij wijze van „wonder" of gebeds
verhoring van tijd tot tijd in con
crete ingrijpt. Deze manier van den
ken en spreken over God is ons door
onze feitelijke bestaanservaring
voorgoed uit handen geslagen. Wij
ervaren allemaal, of we dat toegeven
of niet, dat deze God niet aanwezig,
maar afwezig is in ons concrete
menseliik bestaan. Hij is zonder
meer uit onze gezichtseinder, uit on
ze levenshorizon verdwenen
Ik meen dat het wegvallen van
het traditionele Godsbeeld dus grote
geestelijke winst betekent in zover
wij mensen nu op eigen benen leren
staan en daardoor pas leren ontdek
ken wat onze wezenlijke menselijke
mogelijkheden zijn. De vroegere
mens voelde zich tegenover zijn
God(sbeeld) zo volslagen onmachtig,
dat hij alleen reeds hierdoor (uitzon
deringen daargelaten) niet aan echte
creativiteit toekwam. Hoe an<
ligt dit in onze tijd! het
rn'
Geen belemmering -op
'bij
Maar dit nieuwe besef van o»
eigen creativiteit en menselijke vi
antwoordelijkheid is geen belemrj
ring voor een eigentijds, levey'
Godsgeloof. Integendeel, het isfn
veeleer een innerlijke voorwaai
voor. Een oude Romeinse dich)
(Ovidius) heeft dit reeds beseft t
hij zei: er leeft een God in ons, c
Hem aangespoord, ontgloeien
Dat wil zeggen dat we God aanV1
zig weten in onze eigen menselijk
scheppingskracht waarin en
door Hij werkt. In het mysterie 7^
mijn eigen menselijkheid ervaar
„ontmoet" ik het Mysterie van G
En dit Godsmysterie ervaar ik i
diepst wanneer ik in m'n eigen I -
staan durf afsteken naar de ,.wf
tels" en daar stoot op God als
dragende Grond van miin grond,
met Jan Luyken te spreken.
Maar één ding is wel duidelijk:]
dat de taal van de bijbel en de tj
van de kerken in overwegende nj
de taal, de voorstellingswereld;
van de „dode" God. Als de kerl
voortgaan met in de oude, bijbj
taal over God te spreken, zullen[
de gevolgen hiervan merken."
Broedertwist
In Opbouw, het blad van de 1l
ten-verbandse vrijgemaakte geref
meerden, schrijft de binnen het ^,j,a
band gebleven vrijgemaakte prege]
kant H. Venema uit Roodeschool |au
aan de (vrijgemaakte) broedert\| g(
een eind moet worden gemaakt.
Hij dringt aan op serieuze on<
handelingen zonder voorwaai
vooraf en onder erkenning van
derzijds gemaakte fouten. Hij wil
ook met name zeggen tot de zg.
ten-verbanders, „want ik krijg
eens de indruk dat die zich aa:
gelukkig gevoelen in hun pöS
ontkomen aan de druk". De buil
verbandse ds H. Amelink uit Lai
rak tekent bij deze laatste wooi
van ziin collega Venema het
gende aan:
ds Venema weet ook wel daj
een vriiheid is in Christus, die
niet moeen prijs- geven. A's
dan dertig kerke'nke vprgaderii
zich met je bezig houden ovei
VTPP". of ie we' een lid bent van]
kerk van onze Here Jezus Chri:
dan is het benaald een bevri
als ie van dat snort veread°r5
verlost bent. Ik dacht dat ds
nema ons dit gevoel van bevriji
niet wil en ook niet zal misgunnei
Twee maal in vijfentwintig
hebben meerdere vergaderinj
plaatselijke gemeenten gemaltj
teerd.
Het wordt toch wel tijd dat j
ieder gaat inzien dat zo iets
meer gebeuren mag