Drempelvrees verdwenen
voor de horecabedrijven
55
Haagse werkgelegenheid
kan nog wat uitbreiden
Vlotte vaart caissons
Uit... goeie gewoonte
Strafcellen als
opslagruimten
n
Echtpaar
Boesman
in zilveren
wolken
Overste Kraayenoord
1 mei militair af
Brouwersclam
bijna dicht
ZATERDAG 17 APRIL 1971
5?
ROTTERDAM In Rotterdam werd volgens de laat
ste statistische gegevens in de horeca-sector voor onge
veer honderdvijftig miljoen gulden per jaar uitgegeven.
Dat zou betekenen dat de Rotterdammer per jaar en per
hoofd van de bevolking honderdtien gulden in café, res
taurant, nachtclub of andere etablissementen achterlaat.
Dat ligt maar weinig'voor op het landelijke cijfer, negen
ennegentig gulden per hoofd bevolking. Interessante ge
tallen als men ze vergelijkt met die van Den Haag
honderdvijftig gulden per bevolkingshoofd ei? Am
sterdam, waar de verteringen op honderddrieënzeventig
gulden per jaar liggen. De cijfers verdienen echter een
voorzichtige benadering, omdat bijvoorbeeld in Amster
dam het grotere vreemdelingenverkeer van invloed is.
Bovendien is het niet uitgesloten dat de Rotterdammer
meer geld uitgeeft aan sport. Over het uitgaan en buiten
de deur eten evenals andere zaken die hiermee te maken
hebben heeft de secretaris van het bedrijfschap Horeca
in Den Haag, drs. A. Merk zijn visie gegeven.
ird>
loe*0p de vraag of de mensen
ke Venwoordig meer uitgaan zegt
zonder omwegen: „Ja, zonder
Itl ige twijfel." De heer Merk
;nt dat het „uit" gaan nu
„in" is dan tien jaar ge-
*>n. „Wellicht", zegt hij, „heeft
door het bedrijfschap horeca
afgelopen tien jaar gevoerde
bijgedragen.
ieri t motto „Uitgoed voor u"
thans luidt de slagzin „Uit
Ie §eie gewoonte".
[et bedrijfschap heeft hiermee wil-
proberen bij het Nederlandse pu-
t remmingen van emotionele of
ugs gieuze aard tegen het uitgaan weg
H. nemen. De zogenaamde drempel-
iru is die aanvankelijk tegen het uit-
n in horecabedrijven bestond is
endeels verdwenen. Het aantal
irei oekers aan horecabedrijven is
d( merkelijk toegenomen". Volgens
d Merk staat er tegenover dat de
g ledingen per bezoeker relatief zijn
e d laald. Men besteedt voor een eten-
i in geld uitgedrukt nauwelijks
er dan enkele jaren geleden, ter-
de gulden van nu heel wat min
waard is dan die van toen. Op-
Hfl md is, meent hij, dat er een toe-
lende belangstelling van de jeugd
oor het horecabedrijf.
Genieten
ieer Merk gelooft dat de jeugd
geabsorbeerd wil worden door
irogramma's dan de oudere
•p huiselijkheid ingestelde be-
/mgsgroep. "De jeugd", gaat hij
.wil genieten van het spran-
leven en dat vindt men nu
in de horeca-sector. De groei
-clubs en disco-bars zijn
voorbeelden". Is er een
chuiving van het cafébezoek naar
itelubs? Al zullen er altijd cafés
ïachtclubs blijven bestaan, drs.
k meent dat er inderdaad belang-
verschuivingen plaats vinden.
s traditionele nachtclub met
•shows en striptease trekt min-
belangstelling dan vroeger. De
hows hebben het publiek zo ver-
d dat het moeilijk is nog iets ori
els te bieden". In beperkte mate
'h leze categorie van bedrijven vol
de secretaris van het bedrijf-
p blijven bestaan omdat er in het
van mensen ogenblikken zijn
C. fki zij mannen zowel als vrou-
de voorkeur geven aan "life"
in de "kijkkast". Amerika, waar
jen nacht via vele zenders de te-
de huiskamers kan binnen-
jgc. is hiervan een duidelijk
ToTbeeld. De theaters, waar shows
fnusicals worden gegeven zijn
d aan avond uitverkocht of vrij-
volledig bezet". Voor ons land
dit volgens drs. Merk langza-
»nd(iand ook en zeker wanneer het
F^ien goed cabaretprogramma gaat,
;ars voor men al weken tevoren moet
FA
t de daling van de belangstel-
"voor de traditionele nachtclub
Jij nieuwe exploitatievormen op-
die ook sluitingsuren kennen
^ie toch niet tot de groep nacht-
j gerekend kunnen worden, maar
[voor vooral van de kant van de
interesse bestaat. Hij doelt hier
sterke opkomst van de disco-
faak voortgekomen uit het tradi
tie café, dat de bakens heeft ver-
i zich op deze nieuwe "markt"
f geconcentreerd. Intussen blij-
iendeliik verzoek
om niet zelf het abonnements-
de1 geld te gireren maar de ac-
\rëj cept-girokaart af te wachten,
4 en uitsluitend daarmee te be-
2). talen.
ven niettemin, wellicht gestimuleerd
door de discobars, ook de buurtcafés,
waarin mechanische rr>'-:ek ten ge
hore wordt gebracht kpleister.
"Jong en oud ontmoe elkaar",
aldus de heer Merk. den con
tacten plaats, genera Ut-verschillen
worden in het buurtcafé overbrugd
en de "establishment" en "kabouter-
wereld" hebben er ludieke ontmoe
tingen".
Wat de nieuwbouwwijken betreft
meent hij dat er bepaalde op de wijk
gerichte exploitatie noodzakelijk zijn.
„Hoewel het aantal vestigingen in de
nieuwe wijken optisch achterblijft bij
hetgeen het behoefte-element statis
tisch zou kunnen voorschrijven", al
dus drs. Merk „kan ik mij voorstellen
dat hier van een rationele gang van
zaken gesproken moet worden. In de
nieuwe wijken verrijzen nog wel ca
fetaria's en chinese restaurants
vaak in overvloedige mate omdat
daarvoor nu eenmaal een markt be
staat en de omwonende bevolking
nog wel het geld kan uitgeven voor
"even een hapje eten" of "wat spijzen
om mee te nemen" en daarmee de
taak van de huisvrouw verlichtend,
maar voor exquise restaurants is
geen plaats. Ze zijn niet rendabel".
Voor het evenement bij een feeste
lijke gelegenheid uitgebreid te gaan
dineren met daaraan vast het "uit-je"
zoekt men het in het variatie bieden
de centrum of in een recreatief bui-
tenbedrijf, waarbij dan tegelijk de al
dan niet op afbetaling gekochte auto
wordt benut".
Als motieven voor de onevenwich
tige vestigingen van het aantal hore
cabedrijven in de nieuwe wijken
gelden volgens de heer Merk verder:
het feit dat er veelal jonge gezin
nen wonen, die nog aan het opbou
wen zijn en waarvoor in hun behoef
tepatroon het uitgaan nog op een lage
trede van de ladder staat;
de omstandigheid dat de huren in
deze wijken van dien aard zijn -dat
zij een relatief zware druk op het
gezinsbudget uitoefenen en
het fenomeen dat juist in deze jon
gere gezinnen nog zoveel andere be
hoeften bestaan, liggend in het vlak
van duurzame consumptiegoederen
zoals een wasmachine, een tv, maar
ook de HiFi-installatie, filmappara
tuur, een dia-projector als status en
natuurlijk de auto.
Interessant is naar de opvatting
van drs. Merk de kwestie van al of
niet democratisering in de restau
rants. Men is volgens hem te gauw
geneigd het horecabedrijf te zien in
het licht van de glamour, waar men
ontvangen wordt door in goud gego-
loneerde portiers en in rok geklede
kelners. Men vergeet dat de horeca
een grote schakering van bedrijfsty-
pen kent, die misschien niet allemaal
aangepast zijn aan de tegenwoordige
markt., maar in een omvang dat van
"elck wat wils" gesproken kan wor
den. „Natuurlijk", voegt hij er aar,
toe, „is er de exclusieve gelegenheid,
maar dan moet men bereid zijn voor
deze persoonlijke service en ver
gaande dienstbaarheid de prijs te be
talen. De loonkosten stijgen voortdu
rend en met name in de dienstverle
nende sector, die niet door een ver
hoogde produktiviteit worden gecom
penseerd.
Aanpassing
Aan de andere kant ziet men steeds
meer de eenvoudige restaurants, de
cafetaria's, de chinese eetgelegenhe-
den, de counter-servicebedrijven en
Wimpy-snackbars, gelegenheden,
waar men naar ieders smaak goed
kan eten maar waar meer het accent
ligt op het voeden van de gasten dan
op de ambiance. In dit licht bezien
vindt in de horeca-sector wel degelijk
in democratische zin een aanpassing
aan de behoeften plaats, waarbij voor
de man evenals de vrouw met minder
dikke beurs ruimschoots gelegenheid
wordt geboden "uit eten te gaan". Dc
consument moet er wel op bedacht
zijn dat hoe meer service men ver
langt men er des te meer voor moet
betalen.
De heer Merk zegt geen
futuroloog te zijn maar is over
tuigd dat de vrije tijdsbesteding
een steeds groter probleem gaat
worden. De horeca meent Ijij
moet evenals andere sectoren de
uitdaging aannemen dit pro
bleem mee op te lossen. Er zul
len nieuwe recreatiegebieden
ontstaan, waarbij de horeca zich
zal moeten oriënteren, waar de
behoeften van de consument
komen te liggen. Men zal het
moeten beoordelen in het geheel
van de voorzieningen en de ver
strekking van dranken, spijzen,
maaltijden en logies. De hel-
Een café-restaurant in de nieuwe
Rotterdamse wjjk Ommoord.
pende hand van de overheid acht
de heer Merk onontbeerlijk. Het
bedrijfsleven zal in de toekomst
nauw moeten samenwerken in
het kader van het recreatie
object. Intussen is reeds een
enorm project op stapel gezet in
de vorm van het instellen van
een miljoenen vergend kostbaar
structuuronderzoek waarvan de
resultaten pas over anderhalf
jaar tegemoet kunnen worden
gezien. Wat dat dus betreft gaan
de horeca en overheid hand in
hand.
DEN HAAG Het ballonvaarder-
sechtpaar Boesman zal op de dag van
hun zilvren huwelijksfeest in de
wolken zijn. Evenals op hur. trouw
dag 25 jaar geleden zullen ze ook nu
op 20 mei per ballon een huwelijk
sreis maken. De regen en de mist die
hun 25 jaar geleden in de warenhui
zen. van het Westland deden belan
den, zijn voor hun geen reden om die
huwelijksvlucht niet nog eens over te
doen.
Donderdag 20 mei vertrekken ze
vanaf de ballonhaven Seppe bij Bre
da en varer. dan opnieuw „het geluk
tegemoet". Dat althans is het reisdoel
dat drs. J. Boesman voor ogen staat.
De huwelijksreis van 25 jaar gele
den herinnert ballonvaarder Boesman
zich nog als de dag van gisteren, te
meer daar het jonggetrouwde stel
toen letterlijk er. figuurlijk het schip
inging.„We waren met z'n drieën,
mijn vrouw, de Parijzenaar Dollfus
Charles en ik.
Mijn vrouw in bruidstoilet en ik in
jacquet met hoge hoed. Dollfus had
den we erbij gevraagd omdat hij een
vriend van ons is en een vermaard
ballonvaarder. Onze huwelijksreis
heeft niet lang geduurd. Het was zulk
slecht weer dat we binnen de kortste
keren strandden in de kassen van het
Westland."
Het had de heer Boesman overigens
nog heel wat moeite gekost om aan
een ballon te komen. „De Duitsers
hadden alles wat ballon heette afge
nomen omdat ze veel te bang waren
dat men ermee naar Engeland zou
varen. De ballonnen werden kleiner
gemaakt en met gas gevuld en als
een soort bagage bovenop taxi's ge
bonden. Via een leiding kon het gas
dan de motor aandrijven.
Al met al hadden we daarmee geen
ballon meer. Na veel moeite heb lk
voor onze huwelijksreis toch nog een
ballon op de kop weten te tikken.
Een leuke bijkomstigheid is, dat wij
met onze huwelijkvslucht de eersten
waren die buiten Frankrijk weer een
tocht per ballon maakten na de oor
log."
De vlucht zal nu met de Nimbus
gemaakt worden. Dollfus Charles, die
met zijn 76 jaar een van de oudste
ballonvaarders is, gaat weer mee. Fi
losoferend over 25 jaar huwelijk,
waarvan een groot gedeelte in de
lucht is doorgebracht, zegt de heer
Boesman: „Als je eenmaal hoog in de
lucht zit dan wordt je zo geïmpo
neerd door de stilte, de natuur, dat je
al je zorgen vergeet".
DEN HAAG Het gemeentebestuur gokt erop,
dat Den Haag naast regeringscentrum ook een be
langrijk nationaal en internationaal middelpunt
zal bleven. De werkgelegenheid zal door die func
ties nog kunnen toenemen. En dat moet ook wel,
want in andere sectoren, zoals in de industriële
sector en in de sectoren van de tuinbouw en de
visserij verwachten de gemeentelijke bestuurders
een teruggang. Door de bank genomen kan de
werkgelegenheid in haar totaliteit nog wat uit
breiden. Dit wordt als gunstig ervaren omdat Den
Haag in inwonertal nog wel wat zal teruglopen,
de economische ontwikkeling van Den Haag.
De werkgelegenheid in Den Haag zal dan ook in
toenemende mate betekenis krijgen voor personen,
die al of niet op een grote afstand van Den Haag
woonachtig zijn. Met dit alles te constateren is de
gemeente Den Haag er niet. De wijsheid die zij zich
eigen heeft gemaakt middels deelrapporten van
het totale structuurplan voor Den Haag, moet zij
benutten om Den Haag gereed ie maken en/of te
houden teneinde de werkzaamheden door zowel in
gezetenen als niet-inwoners te kunnen doen uiS
oefenen. Een en ander komt wat duidelijker tot
uiting in het zojuist verschenen deel (deel 4) over
Dit deel is onderverdeeld in zeven
hoofdstukken. In het eerste hoofdstuk
wordt de primaire sector van het
Haagse bedrijfsleven behandeld; te
weten: de tuinbouw en de visserij.
Over de visserij laten de gemeente
lijke bestuurders zich zorgelijk uit.
Zij weten bovendien niet zo goed
waar het heen gaat. Erkennen moeten
zij inmiddels, dat IJmuiden toch dé
vissersplaats is bij uitstek. Minder
bezorgd zijn zij over de tuinbouwsec
tor in Den HaagLoosduinen. Het
glasareaal neemt zeer toe, hetgeen tot
grotere opbrengsten leidt, maar de
hoeveelheid grond krimpt aanhou
dend in door de opmars van de ste
nen stad.
Weinig expansie is in de komende
jaren te verwachten in de secundaire
sector En onder die sector begrijpt
men de industrie, het ambacht en de
openbare nutsbedrijven. Gebrek aan
industriële gronden, slechte bereik
baarheid voor het verkeer en econo
mische zwakte van de kleine onder
nemer doen vermoeden, dat daling in
de werkgelegenheid te verwachten is,
die nog versneld kan worden naar
mate de sanering kleine bedrijven
gaat „verjagen" uit de saneringsge-
bieden.
De tertiaire sector zal het moeten
doen om Den Haag economisch goed
te doen floreren. Tot deze sector re
kent men: het „handels-, bank- en
verzekeringswezen", de „vervoers-,
opslag- en communicatiebedrijven"
en de „dienstenverlening" (waaron
der men de overheid en ook wel het
roerisme kan rekenen.)
Na behandeling van deze drie sec
toren worden afzonderlijk behandeld:
het detailhandelsapparaat, de woon-
werkrelaties, de afbakening van cen
trumgebieden en wordt een aantal
staten, grafieken, kaarten en bijlagen
de lezer voorgeschoteld. Het totaal is
een boekwerk van ongeveer 175 blad
zijden verlucht met foto's; grepen uit
het dagelijkse economische leven van
Den Haag Het uiteindelijk doel van
dergelijke publikaties is: een zo juist
mogelijke planologie op te stellen tot
aan het jaar 2000. Dit werk ontkomt
niet geheel aan de relaties met om
ringende gemeenten.
DEN HAAG. ..Het geeft niet
dat ik wegga. In het leger moeten
we niet met oude knarren werken.
Het mag bij ons geen grijze bedoe
ning worden".
Luitenant-Kolonel J. G. M.
Kraayenoord, commandant van het
kazernecomplex aan de Van Alke-
madelaan in Den Haag is zeker
geen oude knar, ook al is hij op 1
mei met z'n 59 jaar voorgoed mili
tair af.
De overste bracht de laatste ne
gen jaren van zijn carrière door in
Den Haag. De looppas begon voor
hem in 1933 als tweede luitenant
van het 10e regiment der infanterie
in Ede. Hoe heeft deze officier de
kazernes hier ervaren?
„Het is een heterogene club. Je
hebt hier van alles rondlopen", zegt
de overste, terwijl hij Fred de bar
man van het officiersverblijf wat
koffie laat aanrukken om op te
kikkeren. „Dit is geen legerplaats,
maar een kantorencomplex met
dienstplichtigen als.jongste bedien
des. De keiharde militair moet je
hier ook niet zoeken. Zeg maar ge
woon dat hier 500 militairen 'n bu-
rele kazerne in stand houden. Dat
betekent niet dat we hier maar wat
dollen. Natuurlijk zijn er tot op ze
kere hoogte voorschriften. Maar het
leger stort niet in als een wachtpost
inplaats van rechts links staat. At
tent is dat natuurlijk nooit, maar
we moeten ook niet leuteren. Het
beleid hangt af van de situatie. Als
je weet dat die hier altijd is mee
gevallen hou je het bij een leidraad
in de voorschriften. Het is een klei
ne moeite om iemand een douw te
geven als ie zijn schoenen niet ge
poetst heeft. Maar ik vraag me af
of je daarmee een zaak wel positief
houdt. De gedragingen van de mili
tair zijn in het algemeen aanzien
lijk veranderd de afgelopen tien
jaar.
Ik sta nog altijd verbaasd als er
iemand van de dienstplichtigen
binnenkomt die enthousiast is voor
de dienst.
Ondanks het feit dat het een
plicht is om te dienen kan ik me
erg goed voorstellen dat de jonge
ren een bepaalde houding aanne
men. Ik ben de laatste die dat zo
maar naast me neer zou leggen en
die mensen meteen zou willen
klaarstomen tot een perfect mili
tair. Die jongens komen hier met
een mentaliteit die anders is dan de
onze. Daar heb je maar rekening
mee te houden. Maar ze mceten
weten dat er wel een stok achter de
deur staat.
Wij moeten een regie voeren
Overste Kraayenoord voor zijn
kazerne: „Nog eventjes baas in
eigen huis".
evenals alle andere bedrijven. Mijn
stelregel is dat je in dienst soepel
heid moet betrachten, met tact za
ken, moet afwegen en gevoel voor
humor hebben. Dan is het met die
knullen leuk werken. Je moet met
de mensen mee kunnen spelen. Ik
ben een enorm contactmens; ik voel
me zelfs een beetje burgemeester
van een klein dorp. De laatste ja-
uitgedeeld. De cellen gebruik ik als
opslagruimte. Dat kan hier alle-
ren zijn hier geen strenge straffen
maal.
Strategisch heeft dit kazerneeom-
plex geen waarden, wij verdedigen
ook niets. Ik kan me voorstellen
dat sommige dienstplichtigen den
ken met één of ander vakantieoord
te maken te hebben als ze hier ko
men. Dat mogen ze rustig denken
mits ze zich aan de regie houden.
Om eens bij de dienstplichtigen
te blijven, ik ben voorstander van
diensttijdverkorting. Een dienst
plicht van 6 maanden zou prachtig
zijn. Alleen is het niet haalbaar
Een monteur die opgeleid wordt
bijvoorbeeld begint na zes maanden
eigenlijk pas mee te doen. Maar
korter kan die diensttijd in elk ge
val. Jaren ben ik compagniescom
mandant geweest. Eerlijk gezegd
was dat leuker. Je had toen kerels
om je heen. Nu alleen maar papier.
Organisatorisch is hier wel van al
les te regelen. Dat ligt me gelukkig
ook. Neem de taptoe Delft. Het
voorbereiden boeit me. Maar ook
dat is straks voorbij. Ik ga na 1 mei
wat rommelen in mijn tuin, wat
fotograferen, lezen of wandelen.
Om kort te gaan ik heb het hier
naar mijn zin gehad. Het is een
fraaie afsluiting van mijn carrière
als militair".
Een ding houdt ovérste Kraay
enoord overigens wel dagelijks be
zig. Het is zijn hartewens om het
eetzaal-keukencomplex voor de
manschappen van de kazerne te
verbeteren. Al negen jaar corres
pondeert hij hierover met de nodige
mensen van de legerleiding. De
nieuwe kantine staat er nog steeds
niet. Dikke dossiers compleet met
tekeningen en foto's bewijzen zijn
pleidooi voor een goed geoutilleerde
kantine.
Zijn opvolger luitenant-kolonel
R, J. Raaff (49) zal de „strijd" wel
overnemen. Overste Kraayenoord
hoopt dat als de kantine er ooit
komt. hij degene zal zijn die hem
opent.
Eredoctoraat voor
directeur Bredero
UTRECHT De president-direc
teur van de verenigde bedrijven Bre
dero nv, drs. J. de Vries, heeft in
Glasgow, aan de Strathclyde-univer-
siteit een eredoctoraat ontvangen.
De bul werd hem verleend wegens
bijzondere verdiensten voor een we
tenschappelijke aanpak in de bouw
nijverheid. waardoor voor het eerst
in de geschiedenis van deze bedrijfs
tak het fundamentele sociaal-econo
mische onderzoek centraal werd ge
steld.
OUDDORP Bijna dagelijks wor
den er vanaf woensdag caissons in
gevaren in het sluitgat van de Brou
wersdam. Het is vanaf de zijde van
De Punt op Goeree een gigantisch
schouwspel, waarvan velen genieten.
Het werk verloopt bijzonder vlot. Het
getij, het weer en de waterstand zit
ten mee. Ieder caisson heeft de
grootte van een flatgebouw van vele
verdiepingen hoog.
Op 30 april wordt de laatste cais
son ingevaren en zal Goeree-Over-
flakke verbonden zijn met het
werkeiland in het Brouwershavense-
gat. Vrijwel tegelijkertijd zal het zui
delijk sluitgat een hoogte hebben be
reikt boven de waterspiegel.
Op de foto:
De sluiting van het Brouwersha-
vensegat gezien vanaf De Punt van
Ouddorp. Het gaat allemaal op rolle
tjes!