HEGELS INVLOED WERKT NOG «Fouten ontwikkelingshulp aangetoond ZIJ overwon haar handicap Dr. J. Hulskers unieke „Dagboek" van Van Gogh door Gijs Kording door Sim Teunisse DOOR MICHEL KOCH ZATERDAG 6 FEBRUARI 1971 s:W*< if Er is wellicht geen naam in de •Jjbeeldende kunst te bedenken, die zo voortdurend de aandacht heeft die van Vincent van Gogh. Ofschoon de publiciteit rond zijn onvergelijkelijke kunstenaarsper soonlijkheid, duidelijk schoksge- Mjze verloopt (men denke aan de vrijwel niet te stuiten stroom die ■vloeide in 1953, het jaar waarin hi het een eeuw geleden was, dat Van Gogh te Groot Zundert werd geboren), mag men op dit ogen blik weer spreken van een waar revival. Een wederopleving overi gens die voor de leek mogelijk niet zo op het eerste gezicht te traceren valt, maar des te meer het oog springt bij degenen zich professioneel met de jeeldende kunst bezig (moeten) :b houden. Juist bij die laatste groep zal s verwondering om het ver schijnsel van die opleving het linst opzienbaren. Immers zij :elf zijn zo al niet ononderbro- en toch regelmatig geboeid oor en bezig mét het geniale fenomeen Van Gogh. Zozeer zelfs, dat wij in onze omgeving mensen kennen' die de vërzamel- t tfJe brieven van Vincent aan zijn roer Theo gericht, hanteren als Ie bijbel; anders gezegd, ze le- !Q<fcen er vrijwel elke dag in en „leven" er mee. Al deze dingen zullen dr. Jan V(fHulsker, een Van Goghkenner /an het zuiverste water, zeker Joor het hoofd hebben gespeeld, oen hij begon aan het „Dag- >oek" van Van Gogh, dat in feite lelemaal geen dagboek is (reden waarom de schrijver het woord Cöf mmé J „Dagboek" in de titel tussen aan halingstekens plaatste), maar een excerpt uitopgemelde brieven. „Is dit dan geen water naar zee dragen?" zal men zich onwil lekeurig afvragen, waarop zeer beslist een duidelijke ontkenning moet volgen. Immers, de schrijver deed veel meer dan klakkeloos wat uittreksels bijeen brengen. Hij maakte een keuze, hij selec teerde (en deed ik voortreffelijk, waardoor het geheel voor een ieder „leesbaarder" werd!), hij doorspekte, uiterst delicaat en zorgvuldig gedoseerd, de excerp ten met tussenteksten van eigen hand en bovendien voorzag hij zijn boek van illustratiemateriaal, dat, wat scherpte en voorzo ver het de grote hoeveelheid Il lustraties in kleur betreft van een kleurkracht Is, die zijn weer ga niet heeft zodat het boek werkelijk uniek te noemen is. Voeg daar nog aan toe, dat hij de „Brieven", die Van Gogh ge durende zijn verblijf in Frankrijk ook in de Franse taal placht te schrijven, in het Nederlands ver taalde, waardoor hij dit gedeelte als het ware „ontsloot" voor de genen die het Frans niet vol doende machtig zijn, dan geloven we onze aanbeveling niet beter te kunnen afsluiten dan met de gemeenplaats (maar deze reis kunnen we er werkelijk niet om heen) „Dit boek voorziet in een duidelijke behoefte!" Temeer geldt dit, omdat de prijs voor deze tijd, waarin zo langzamerhand alles „onbetaal baar" wordt, belachelijk laag is: voor nog geen vijf en twintig gul den kan men de gelukkige bezit ter worden van dit tot in de puntjes verzorgde werk (ruim 200 illustraties van deels onbekend werklf dat bij „Meulenhoff-Neder- land" is verschenen. Dezelfde uitgevers, waar ongeveer tegelij kertijd de oeuvre-catalogus van Vincent van Gogh verscheen (zo geheten „Catalogue raisonné van Baart de la Faille), die nu, be werkt en in het Engels vertaald, de titel „The works of Vincent van Gogh, His paintings and dra wings" meekreeg. Ceorg Wilhelm Friedrich Hegel, geboren in hetzelfde jaar als Beethoven en Hölderlin, is één der grote dialectische denkers die onze tijd sterk hebben beïnvloed en als zodanig wordt hij in één adem genoemd met de denkers Kier kegaard en Marx. Hij geldt als de voleinder van het Duitse Idealisme en als laatste en radikaalste „Griek" der avondlandse wijsbegeerte. Georg Wilhelm Friedrich Hegel De moeilijkheid om een den ker als Hegel recht te laten we dervaren, schuilt in zijn veelzij digheid. In hem leefde de on stuimige drang, het heelal en het denken tot één te maken, de werkelijkheid met de theorie te verzoenen en alles te omvatten. Als geen ander denker van zijn tijd kende hij de geschie denis der wijsbegeerte en zijn „Vorlesungen über die Ge- schichte der Philosofie" vormen nog steeds lezenswaardige lec tuur. Een tijdlang redigeerde hij een dagblad te Bamberg en in 1812 werd hij rector van het gymnasium te Neurenberg. Hier schreef hij zijn „Logica", waar mee hij zich de stoel der wijs begeerte te Heidelberg vero verde. Daar schreef hij zijn enorme „Encyclopedie der Wijsgerige Wetenschappen", aan welk werk hij zijn benoeming te Berlijn had te danken. Dit was in 1318 en 'van dit jaar af be heerste hij de filosofische we reld, zoals Goethe de literaire beheerste en Beethoven de we reld van de muziek. 't Is waarschijnlijk Madame de Stael geweest, die van Hegel verlangde, dat hij zijn wijsbe geerte zou definiëren in een en kele regel, zoals men de christe lijke godsdienst zou kunnen definiëren met het gebod „Hebt God lief en de naaste als U zel ve". Hegel gaf er echter de voor keur aan, te antwoorden in tien delen, die weldra onderwerp van discussie en dispuut werden in de hele denkende wereld. Verscheidene delen bestaan uit notities voor zijn colleges; de Logica en de Fenomenologie zijn beschreven als „meester stukken van onduidelijkheid". Geen wonder dus, dat Hegel zich erover beklaagde dat hij door niemand werd begrepen en later toch nog een korte defini tie gaf van zijn werken, name lijk „een poging om ^e wijsbe geerte te leren Duits te spre ken". Zoals op zovele van zijn tijd genoten. heeft de Franse revo lutie op Hegel diepe indruk ge maakt. Had hij haar aanvanke lijk met zijn vrienden bezongen, weldra zou hij deze „Dageraad der Vrijheid" niet meer los kunnen zien van de verschrik kingen waarin zij ontaardde. Zo is de Franse revolutie hem het klassieke voorbeeld geworden van het samengaan van de Rede met de onredelijkheid en is zij aanleiding geworden tot zijn dialectische methode; kenmer kend voor zijn leer. Iedere gedachte, elk gebeuren in de wereld voert onherroepe lijk tot een tegengestelde actie, of gedachte, die zich in een la ter stadium verbindt met de oorspronkelijke, zodat een 'mid den' wordt verkregen. De idee van these - antithese - synthese was in Hegel's tijd verre van nieuw. Zij was reeds verkondigd door Empedocles en Aristoteles. De waarheid, gelijk het electroon, is een organische verbinding van twee tegenge stelde delen. In het politieke vlak bezien, voert conservatis me tot radicalisme, waaruit dan het liberalisme wordt geboren. Volgens een oud gezegde ligt de waarheid in het midden en evolutie is een voortdurende ontwikkeling uit tegenstellin gen. De rede en de wijsbegeerte hebben tot taak de eenheid te ontdekken welke in de ver scheidenheid besloten ligt. De politiek heeft tot taak, de verscheidenheid der individuen tot een staatseenheid te vor men; de godsdienst, het absolute te openbaren waarin- elkaar po lair tegengestelde schepsels zich kunnen vinden. Zo bezien, zijn strijd en het kwade geen negatieve waarden, doch slechts stadia op de weg naar een hogere orde, het goede. Strijd is voorwaarde tot groei. Een karakter vormt zich in de stroom en de strijd van de we reld. Rust en een lange periode van ontspanning voeren tot ver veling en degeneratie. „Grote Mannen" brengen slechts voort wat door de geest van de tijd is gereedgemaakt. Vaak doen zij niet anders dan de laatste steen aandragen. Geen enkele toestand, in we reld, of heelal, is permanent, 't Dialectisohe proces is voort durend in beweging. Iedere te genstelling moet door een strijd tussen de tegengestelde compo nenten overbrugd worden. Hiervoor is vrijheid een eerste vereiste. Al het bestaande heeft recht van bestaan, als een on misbare schakel in de ontwik keling der dingen. Dat Hegel op latere leeftijd meer naar een conservatieve dan naar een radicale uitleg van zijn theorieën neigde, houdt verband met wat hijzelf „de geest van de tijd" had genoemd. De wereld van 1830 was de vele veranderingen moede en ver langde naar rust. Wat niet wegnam, dat Hegels aanhangers geheel in over eenstemming met de door de wijsgeer ontwikkelde dialectiek zich na zijn dood in een rechtse- en een linkse groepe ring verdeelden. De jonge Marx haakte in op Hegels skepsis en boog z'jn filo sofie om tot de theorie der klas senstrijd. Doch in de plaats van het Absolute, dat de geschie denis bepaalt door de geest van de tijd, stelde hij de (proletari sche) massa's en de-krachten der ecomonie als de fundamentele oorzaken van verandering. Nog bij zijn leven maakte Hegel de radicale elementen voor dromers uit. Zijn „Leven van Jezus" had hij reeds ver nietigd en nu verborg hij zorg vuldig de opstellen uit zijn jon ge jaren. De jonge hemelbestormer van eens was tot staatsfilosoof 'geëvolueerd'. Zijn vijanden noemden hem de „officiële" fi losoof. t Lag ln de lijn van da door hemzelf ontwikkelde dia lectiek, dat zijn systeem heftig zou worden aangevallen. Het felst en meest welsprekend door Schopenhauer, die als gevolg van de gunst M/aarin Hegel zich verheugde te Berlijn een „roe pende in de woestijn" was ge bleven. Toen in 1831 Berlijn door een cholera-epidemiè werd geteis terd, was Hegel één van de eer sten die er aan bezweek. Een jaar later ging ook Goethe heen en werd van het Duitse geestes leven een groot tijdperk afge sloten. J- i- i wal ka tyorig jaar is door de Verenigde ties het tweede decennium voor de stlWikkelingshulp uitgeroepen. Het J wikkelingsvraagstuk heeft dus nog 1 #s van zijn actualiteit verloren, lelijkertijd moet worden toegege- dat men het probleem niet heeft nen oplossen. In feite zijn de ang van de ontwikkelingslanden roevend klein. Deze mislukking tft geleid tot herziening van het wi kkelingsbeleid tijdens een ron- •tafelbijeenkomst, georganiseerd pr de Raad van Europa onder het po: „Werkgelegenheid en ont- ■Ékeling". ^Jet is opvallend te constateren dat, H|anks de verscheidenheid van mo ten onder de deelnemers (onder wie iOEOD en de UNCTAD), de woord - jrders voor respectievelijk de geïn- Itrialiseerde en de ontwikkelings peil. en de ILO, de organisatie die is pecialiseerd in de werkeelesen- Bsproblemaliek, het over één ding ieu|s waren: de voorkeurbehandeling efle werkwijze tot op heden toegepast jf, |het ontwikkelingsproces- te versnel- moeten diepgaand worden gewij- trcurig zoals de specifieke •lemen van de ontwikkelingslanden duidende de laatste jaren volkomen het hoofd zijn gezien. Op alle ge- /e|Ben, een paar zeldzame uitzonderin- daargelaten, schijnt het enige oog- blinde navolging van he' 5.p'cni te zijn, alsof de voorwaarden hebben geleid tot de ontwikkelin', het Westen nu nog steed's gelden sksf't economisch oogpunt gezien bete dit het zo snel mogelijk verho van het bruto nationaal produkt Ier dat deze toename zich noodza lerwijze uitte in een verhogin" de levenestandaard van het volk |dc industrie leidde dit tot enorme storingen in fabrieken, die aan tig mensen arbeid verschaften, ter- gebrek aan arbeidsplaatsen een 't probleem is voor alle ontwikkc- danden. lel onderwijssysteem i9, bewust of Hegel groeide op in de tradi tie van de achttiende eeuw, ge noot zijn opvoeding aan het protestantse seminarie te Tübingen, waar Hölderlin en Schelling zijn vrienden waren. Zijn geest werd daar# gevoed met het Chrisfelijk humanisme. Hij deed zich daar kennen als een uitmuntend leerling die de gewoonte aannam van ieder werk dat hij bestudeerde een gedegen uittreksel te maken. Onder zijn mede-studenten ver wierf hij zich de bijnaam van 'de oude man'. Als serieus student was hij de mening toegedaan, dat ware be schaving begint bij resolute zelf-negatie. zoals ook in het opvoedingssysteem van Pytha goras van de jonge student werd verwacht dat hij de eerste vijf jaar zich tot luisteren zou bepalen. Bij zulk een voorbeeldig stu dent verwondert het een op standige geest te ontdekken, zodra het de politiek betreft. Onder invloed van wat zich in 1789 te Parijs afspeelde, plant te hij, samen met zijn vriend Schelling, als theologisch stu dent op het marktplein de vrij heidsboom. Op het gerucht van dit re volutionair gebeuren en van de hartstochtelijik-revolutionaire propaganda in de aloude Tübinger Stift, spoedde de her tog van Württemberg zich daar heen, om in de eetzaal de stu denten de les te lezen en tot Schelling de vraag te richten of hij van zijn daad geen spijt had. Schelling moet daarop hebben geantwoord: „Doorluch tigheid, wij allen schieten bij tijden schromelijk tekort". Dit belette Hegel niet te schrijven; „De Franse natie heeft zich door het bad van zijn revolutie bevrijd van vele in stellingen welke de menselijke geest is ontgroeid als zijn baby schoentjes." Een tijd lang verkoos hij de veelgoderij der Grieken boven het Christendom en tientallen jaren voordat Ernest Renan dat deed, schreef hij een „Leven van Jezus", waarin hij de god delijke afkomst loochende. Bij het verlaten van de Tübinger Stift, in 1793, ver meldde zijn getuigschrift dat Hegel goed was in theologie en letteren, doch geen aanleg had voor wijsbegeerte. Hij was arm zijn vader was een eenvou dig ambtenaar en als zovele afgestudeerde theologen zocht hij zijn brood te verdienen als gouverneur bij een adellijke fa milie. Zijn vriend Schelling gaf hem de raad zich te vestigen waar hij kon vinden wat hij verlang de: eenvoudig voedsel, veel boe ken, een goed glas bier: Jena. Hier doceerde Schiller geschie denis; Tieck, Novalis en de ge broeders Schlegel predikten er de romantiek, terwijl de stoel der Wijsbegeerte werd bezet door Fichte en Schelling. Na Napoleons overwinning op de Pruissen, in 1806, verliet He gel Jena en ofschoon hij van zijn vader een som gelds had geërfd, zat hij een tijdlang op zwart zaad, wat trouwens meer jonge schrijvers en wijsgeren overkomt. Bittere ervaringen deden hem in deze tijd verzuchten: „Zoek eerst voedsel en kleren en het Koninkrijk der Hemelen zal U dan daarbij worden geschon ken". Doch inmiddels had de jonge theoloog, die voor wijsbe geerte „geen aanleg" had, te midden van de Napoleontische oorlogen, een systeem, 'zijn' sys teem ontwikkeld. Eerste vrucht van zijn moeizame en hardnek kige arbeid is de Fenomenolo gie. Hegel ontwikkelt zijn systeem stuk voor stuk. Hij streeft er naar, de werkelijkheid met de rede te verzoenen. Hij ontwik kelt de gedachte van de „abso lute geest", welke de christe lijke gedachte inhoudt van 'n persoonlijk en scheppend god. Franz Kugler tekende in 1828 Hegel in de collegezaal (detail) Wij moeten echter met vergeten, dat zelfs de Wereldbank het criterium van de rentabiliteit voor eigen leningen heeft aanvaard. Wat zal .er gebeuren als de programma's, die haar worden voorgelegd, vóór alles moeten worden onderworpen aan de „werkgelegen- heidstest" zoals het door de ILO wordl voorgesteld? de toekomstige ontwikkeling evenwich tiger zijn. De groei, traditioneel uitge drukt in de vermeerdering van het bruto nationaal produkt, zal waar schijnlijk niet belangrijk worden beïn vloed1, maar zij zal geen doel op zich meer zijn. Het systeem zal inderdaad worden ontworpen om de levensomstandighe den van de bevolking te verbeteren, zal de samenwerking bevorderen tussen de arbeidsgelegenheid in bepaalde econo mische sectoren en de hulpbronnen waarover de ontwikkelingslanden be schikken. Deze terugkeer naar de reali teit houdt een belofte in voor de toe komst. onbewust, gericht op de opleiding aan universiteiten en bestaat praktisch niet buiten de grote steden. Velen, met uni versiteitsopleiding, zijn werkloos, Ier- wijl er een enorm tekort is aan goed geschoolde arbeiders. Het naast elkaar bestaan van een slechte werkverdeling aan de ene, en een groot gebrek aan geschoolde arbei ders aan de andere kant, moet bestre den worden. Maar er zal geen oplos sing voor dit probleem komen zolang de oorzaken ervan niet zijn gevonden. Het slecht functioneren van het on derwijsstelsel is reeds genoemd. Het is van het grootste belang de weten schappelijke en technische training te bevorderen, en wel in de sectoren, die direct hun invloed uitoefenen op de economische en sociale ontwikkeling. Dit is uiteraard een tijdrovende kwes tie, die minstens de eerste jaren geen direct resultaat zal opleveren. Maar 'het meest gecompliceerde en urgente probleem is ongetwijfeld de werkgelegenheid. In de ontwikkelings landen neemt het aantal arbeidskrach ten veel sneller toe dan het aantal be schikbare arbeidsplaatsen, o.a. als ge volg van de explosieve bevolkingstoe name en de technologische vooruit gang. Het resultaat is wekloosheid in mo derne sectoren van de economische be drijvigheid. maar vooral een zeer sdechte arbeidsverdeling in de traditio nele sectoren van de economie (de zo genaamde verborgen werkloosheid). Dit laatste wordt vaak over het hoofd ge zien bij het bepalen van het beleid voor de werkgelegenheid, die op haar beurt weer vaak opgeofferd wordt aan de rentabiliteit. Het ILO stelt voor alle hulpprogram ma's, te onderwerpen aan een „werk- gelegenheidstesl", teneinde tc kunnen bepalen of ze medehelpen de produc tieve werkgelegenheid' te belemmeren of te bevorderen. Hiervoor zou het ge wenst zijn het traditionele systeem van zeer grote investeringen in steeds meer ingewikkelde en steeds verder geauto matiseerde fabrieken op te geven, ten gunste van programma's die zyn ont worpen om de factor kapitaal voor zo ver mogelijk te vervangen door de fac tor werkgelegenheid. Het is duidelijk, dat hoezeer ook een dergelijk beleid zou bijdragen tot een meer evenwichtige ontwikkeling, het toch geen wondermiddel zou zijn. Bij het helpen oplossen van bepaalde pro blemen, veroorzaakt, het onvermijdelijk nieuwe problemen. Een van de belang rijkste zou de mogelijk ongunstige houding zijn, die wordt aangenomen door de geïndustrialiseerde landen, waarvan de leidinggevende en hulp- verschaffende rol onontbeerlijk blijft voor succes. Nemen we twee voorbeelden. De geïndustrialiseerde landen riskeren in de eerste plaats meer afwijzend te staan tegenover hulpprogramma's, die minder rendabel zijn tenminste op de korte en middellange termijn, dan te genover die programma's, die zij tot nu toe hebben gefinancierd. Dit geldt ze ker voor persoonlijke investeringen. Tam-tam zegt: „Vooraanstaande maatschappij op electronisch gebied vraagt jonge computerprogrammeur met ervaring in de Cobol-taal" (Exclusieve prent van de Franse tekenaar en oarlcaturlst Gérard Laurier) Alles weloverwogen hebbende, lijkt deze nieuwe richting om verscheidene redenen een goede keus. De rondetafel- vergadering van de Raad van Europa bewijst dat men er over het algemeen van overtuigd is, dat de ontwikkelings landen bijzondere hulp nodig hebben; zij helpt zodoende mee te voorkomen dat deze landen doorgaan met het blin delings navolgen van de westerse lan den, hetgeen tot nu toe maar zeer mid delmatige resultaten te zien heeft ge geven cn hetgeen vaak een onproductie ve „ontwikkelingswedstrijd" in de hand werkte. Als resultaat aal het systeem voor Dit rif jarig rneisjp heeft in liet revalidatieoord van het Berlijnse Oskar-Helene Ileim geleerd, zich met haar kunst handen aan en uit Ie kleden. Ook heeft zij een zeer grote vaardigheid bereikt in het borduren. Zij steekt de naald niet met de punt maar met het oog in de stof, want zij heeft ontdekt dat dit haar gemakkelijker afgaat. Verder is zwemmen één van haar lievelingsbezigheden. De therapeutes hebben geen gemakkelijke taak. Zij moe ten de kinderen leren, met hun handicap de moeilijk heden van het dagelijkse le ven te overwinnen. Die han dicaps zijn voor ieder kind anders, evenals de geestes gaven, die de therapeutes op zeer bekwame wijze stimule ren. Voor dit laatste in zeker ook de inzet van de kinderen zelf nodig en de toil, gelijk waardig te zijn aan gezonde kinderen. Voor de kleinsten bestaat de therapie onder andere uit het voortbewegen van een bij zonder grote bal. Hierbij worden loopbewegingen ge oefend. Voor oudere kinde ren met kunsthanden staan handvaardigheden als penseel» schilderen, borduren en fi guurzagen op het programma. De aanmoediging van de the rapeutes geeft de kinderen het gevoel een opgave aan te kunnen. Op deze wijze wor den zij voorbereid, later als volwassene gelijkwaardig in de maatschappij mee te draaien.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1971 | | pagina 15