Mini is nu onvolwassen
Moltmanns open theologie
DEZE
WEEK
Dichter bij huis blijven
Kanttekening
ZATERDAG 12 SEPTEMBER 1970
Het antwoord op de vraag van lezeressen: „Waarom stoppen we niet met de mini-maxirage?"
is al gegeven. De vrouw van 1970 trekt aan wat haar staat. Alleen is het probleem nu: voor wie
kort en voor wie lang? Andere vraag: maken kleren de man? Dat gaat slechts op voor een be
paald deel van de middenmoot en beslist niet voor de uitersten en mensen met persoonlijkheid.
Een aristocraat bijvoorbeeld springt er ook in een ordinair pak als een aristocraat uit. En het
ordinaire type wordt als zodanig herkend ook al heeft hij het elegantste costuum van de wereld
aan. Dr. G. A. de Wit (53), modepsycholoog heeft dit aangetoond. Foto's van tien personen
werden voorgelegd aan proefgroepen. Opdracht: rangschik de koppen van aristocratisch naar
ordinair. Dit bleek zonder meer mogelijk. De overeenstemming tussen de beoordelaars was
frappant. Vervolgens werden tien herencostuums opgehangen in volgorde van aristocratisch
naar ordinair. Levensgrote vergrotingen van de foto's werden in omgekeerde volgorde geplakt
op mannequinfoto's van de betreffende costuums. Deze montagefoto's werden weer beoordeeld
door proefgroepen. Resultaat als bovenvermeld, aristocraat en ordinair sprongen eruit, welk
pak ze ook droegen. Voor de middengroep bleek de kledingwijze de doorslag te geven.
■M- Zij draagt een wollen gobelin
gedessineerde midi-jas met witte
bontachtige wol gegarneerd. Haar
partner is gekleed in trui en vacht-
gevoerde spencer.
IN WOORDEN maar daden -
davert woensdag door Rot-
jam dat het stadhuis op de
alsingel op zijn grondvesten
udt, maar letterlijk hetzelfde
oven vrijdag de Palestijnen als
westelijke mogendheden de
en der vliegtuigkapers hebben
ewezen.
de week duurt de span-
g voort, na het spectaculaire
van een laten in Kairo
jeblazen Jumbo en twee
itse toestellen en een Zwitsers
op een woestijnvliegveld bo-
Amman worden vastgenou-
n. Het kapen van een Israëlisch
legtuig mislukt. Palestijnse ei-
in: alle gevangen guerrilla's vrij-
Sten, inclusief die in Israël,
i Onderhandelingen via het Rode
Kruis. Geannuleerde vluchten
naar het Nabije Oosten. Spoed
beraad over veiligheidsmaatrege
len overal ter wereld, ook op
Mlphol. £en veroordeling door
Veiligheidsraad,
lussen staat het vredesberaad
het Nabije Oosten stop. Fel-
evechten tussen het Jordaans^
r en de Palestijnen, aange-
d door Irak. Opnieuw wan-
Hoesseins troon,
zijn nog veel meer revolutio-
re, althans linkse activiteiten
jjj e week. De conferentie van
■gebonden" landen in Loesa-
dt verbreekt de banden met Zuid
en andere landen. Chili's
iw gekozen president Allende
m jdt het marxisme en zegt vrien-
ke dingen over Castro, Gue-
en Ho Tsji Minh. De Wereld
van Kerken stelt 200.000
ar beschikbaar om antirecisti-
e organisaties te steunen.
Niet staken maaar raken" luidt
leus op een spandoek, en
enoord haalt de 10 op Éstu-
ites en wordt daarmee officl-
wereldkampioen. Maar de ha-
staakt door, onder leiding van
Ing of van Moskou, zoals de
jemeester het uitdrukte, maar
elijk eensgezind.
Ie regering vreest de gevolgen
het globale 400-gulden ak-
rd, en velen denken dat er
extra belastingverhoging in
leveens derde-dinsdag-koffer-
zit, en dat ook de troonrede
de sociale onrust zal ingaan,
nt die onrust is er allerwegen:
en, afwijzingen, stakingen, hier
daar akkoorden, een kort ge
in de bouw, en het eind is
niet In zicht.
3e Kamer is deze week druk
de pers en de STER-pot
mermotie: nog twee jaar uit-
ng), de ondernemingsraden
ersma: ook inspraak in kleine
drijven nodig)! De regering wil
leeftijd om te kiezen verlagen
18 jaar en pm gekozen te
Kamer tot gemeente
jaar.
Kroon verbiedt fluoridèring
het drinkwater In mldden-Ne-
|j land. De rechtbanken krijgen
1 versschouten en gerechts-
nteurs. Bij de rectoraatsover-
ichten wordt allerwegen ge-
agd dat de universiteiten de
ei niet aan kunnen,
let overlijden wordt gemold
mevrouw Van Walsum-Quis-
de actrice Coba Kelling en
componist Kees van Baren,
leepsbouwer C. Verolme wordt
jaar en ridder Nederlandse
18 jaar i
órden (van 1
Bad) to. 21 j,
De Kroon
luw.
Van het economisch front; Kwat-
koopt Van Dungen, de Ned.
•dietbank de Bank voor Handel
Scheepvaart, de Britse Batco
Philips (sigaren).
fouthakkers. Boeven. Gang-
Viezerikken. Beesten. Ko-
diantes de la Plata. (Rotterdam)
)p het vliegveld van Dublin
'nden betogers me op te wach-
1 en ik was gevleid door de
ls op hun spandoek: „Geen
eede Cromwell in Ierland."
(Minister Luns)
Liever «en dag later met do
5,e feiten dan een dag eerder
W halve waarheden.
(Prins Bernhard)
Waarom wordt iemand mo
depsycholoog? „Uit wetenschap
pelijke interesse", zegt dr. De
Wit, die in het Brabantse dorp
Leende woont. Hij is als docent
in de ontwikkelings- en sociale
psychologie verbonden aan het
Branbant Conservatorium en het
Psychologisch-pedagogisch In-
stituut van de Katholieke Leer
gangen te Tilburg, en in de mo
dewereld van de Brennink-
meyers, de Vossen, de Gerzons
en Bijenkorven vooralsnog een
roepende in de woestijn. Er
wordt hem niet om advies ge
vraagd: „De mode-wereld is nog
niet rijp voor een mode-spycho-
loog."
Dr. de Wit is zijn tijd tien
jaar voor, het is nog niet denk
baar dat er een lector in de mo-
de-psychologie benoemd wordt.
Reclame-psychologie komt nu
langzamerhand op gang. Dr. de
Wi$ is voor zijn studie dan ook
vijf jaar in Amerika geweest,-
en aan de Hogeschool van Til
burg kreeg hij kans om mo-
depsychologische onderzoeken
te verrichten.
Vraag aan dr. de Wit: is een
modegolf te voorspellen? „Kijk
eens, als de mode te voorspellen
was, dan was het geen mode
meer. Het risico van de mode-
handel is dan ook dat ze mis
tast, Iets anders is. dat de mode
zich ontwikkelt op het cultuur
niveau van de "persoonlijkheid.
De vraag is nu niet maar kort
of lang, maar voor wie kort,
voor wie lang?,Er is een zekere
cyclus in de grote lijn van de
modekleding. Zo'n cyclus duurt
vijftig jaar, zodat de kleindoch
ter weer geïntereseerd is in de
(door haar geromantiseerde),
roklengte van haar grootmoeder.
De vorm en de persoonlijke va
riatie wordt bepaald door de
zich actueel ontwikkelende mo
decultuur. Met andere woorden:
het is niet grootmoeders rok,
maar een rok uit grootmoeders
tijd in termen van vandaag, het
charlestonrokje uit 1920 was de
toen korte rok, de mini van nu."
„De erotische prikkelzone
loopt rond. Mijn vader was nog
geïnteresseerd in hef enkeltje
dat onder de lange rok piepte;
de rokzoom liep- uit tot op de
kuit; bij de lange rok hoorde
het decolleté. In 1945 was het
de blote rug, later werd die
weer bedekt en showde de
vrouw met haar schóuder:
strapless-kleding. We kennen de
heel diepe V-hals tot zowat het
naveltje, en daarna de kleding
met grote gaten, de zogenaamde
doorkijkmode, die niet is aan
geslagen."
„Na 1966 gaan we verpersoon
lijken. Zoiets doet de vrouw
zelf. Naast mini zie je op fees
tjes het broekpak, naar gelang
het tvpe draagster. De over-
aanbidding van het jeugdige is
nu afgelopen. Dat betekent het
einde van de mini-rok voor de
volwassen vrouw;, Als je je bo
venbenen liet zien, was dat een
symbool voor. progressief, nu is
progressief bijna een scheld
woord aan 't worden. De lange
haren gaan er uit."
-#- Dr. G. A. de Wit, modepsycholoog
„De minirok zal blijven als
symboolvan onrijpheid. Dat
maakt noch de mode-industrie
noch de krant of een psycholoog
uit, maar dat is het algemeen
gevoelen. Een minirok zal ge
dragen worden door meisjes van
twaalf tot zestien jaar."
Hoe oordeelt dr. de Wit over
maxi, onpraktisch voor de mo
derne sportieve jonge vrouw,
plomp, bij schoeisel met dikke
hakken?
„Op zichzelf vind ik het leuk.
Of het gemakkelijk of onprak
tisch is doet voor de vrouw niet
ter zake. De Westersevrouw
(zij lachte om de Chinese die
voortstrompelde) trok zelf
schoenen met naaldhakken aan.
Een rage werd het, ondanks het
feit dat ze er ongelukkig op liep,
vloerbedekking vernielde zodat
ze hier en daar verplicht werd
die schoenen-met-spljkers uit te
trekken."
„Neem de kokerrokken van
de jaren zestig, hoe kon je daar
met goed fatsoen in fietsen of in
een auto of tram stappen? En
wat het lompe betreft, het is
maar met wie u de Nederlandse
vrouw vergelijkt. Met een Ja
vaanse of Indiaanse, ja, dan
verliest zij het, maar de Duitse
vrouw overtreft de Nederlandse
in lompheid.
„In maxi kun je bepaald niet
marcheren. De kunst van het
lopen leren, het zich elegant be
wegen, is daarvoor nodig. Ik
voorspel de mannequinscholen
en Mensendieck een toeloop. De
zich modieus kledende vrouw
die kan lopen is er een slag mee
voor. Dat was het succes van de
minirok: daarin behoefde je je
niet gracieus te bewegen. Die
minirok kon alleen bestaan bij
de gratie van de pdnty, want
zich helemaal bloot geven doet
de vrouw niet. Maxi is geschikt
voor de Franse vrouw, voor de
Groningse die nog iets van het
koninklijke heeft, voor de
Maastrichtse die iets van het
zuidelijk temperafnent toont."
„In Amerika, waar de vrouw
al eerder en meer autorijdt dan
hier, is del Bermudashort veel
meer ingeburgerd. De rol van
de Bepnudashort is niet sexy,
het is een keurige bovenbroek
die men heel veel draagt, waar
in je je vlot kunt bewegen zon
der dat je een deel van je ach
terwerk (minirok. ultrakort
slipjes van bikini's!) laat zien.
Ook het broekpak is in Amerika
een groot succes."
„En wat uw vraag over „ge
mak" betreft, de new look
kwam op een ongelegen tijdstip:
vlak na de oorlog maar het
vroeg meters stof. Een vrouw
geeft daar niet om, ze bombar
deert het zelf tot mode. Niet be
wust, maar onbewust. Het
ideaal van deze dagen wordt de
rijpe vrouw van even dertig, de
femme fatale van de dertiger
jaren."
„Het volgende mode-aspect?
Ik denk dat de halslijn weer
zakt zodat de vrouw (bijvoor
beeld bij het bukken ook haar
veters vast te maken) iets van
de aanzet van de buste te zien
geeft. Daarmee' koketteert ze.
Nogmaals: onbewust. De door-
kijk-beha is de volgende stap,
de industrie moet volgen, voor
spelt dr. De Wit.
„Ondertussen is-het stramien
verschoven van het jeugdige
naar het volwassene. Dat keer
punt is er al. Eer de Jannen op
de Dam schoon schip maakten,
had een knokploeg uit de bevol
king al korte metten gemaakt
met de internationale jeugd. Als
het gewone Amsterdam zichzelf
gaat zuiveren, is de lol eraf."
„Die moeilijkheden spelen
zich alleen af in Amsterdam,
Rotterdam kent ze niet. Omdat
Amsterdam wegzakt in de rode
modder. Dat zie je voor je ogen
gebeuren. Rotterdam overvleu
gelt Amsterdam, het wordt er
gezelliger. Den Haag heeft een
echter cultureel leven dan Am
sterdam."
„Als modestad is Amsterdam
nu een „aanstel-stad". Kijk, een
jongen van zestien jaar die op
de publieke tribune zit te
schreeuwen dat hij in de raad
wil, dat is niet leuk meer. Dat
die jongen zich op de kieslijst
laat zetten, dat hij gekozen
wordt kan nog grappig zijn.
Maar dan moet het ophouden."
„Amsterdam dreigt Europa's
broeinest te worden. Dat is niet
attractief, het wordt een 'stad
met weinig krakter. Kijk, als ik
een stel mensen met slaapzak
ken om me heen verzamel, we
spreken allerlei talen, en nestel
den ons bij Zadkine's beeld of
De Boeg, dan zou de Rotter
damse bevolking dat niet pik
ken. Daar zou de politie nauwe
lijks aan te pas hoeven te ko
men. Rotterdam zie je groeien,
ook in gezelligheid. Wij zuider
lingen gaan of naar Rotterdam
of naar Antwerpen voor een
dag uit. In die laatste stad zijn
ook hippies, ze schoppen geen
heibel maar leggen een bloem
naast je bord...."
U ziet, de mode hangt samen
met psychologische verschijnse
len.' Wie kennis wil nemen van
de interessante denkbeélden
van dr. de Wit leze zijn proef
schrift „Symboliek van man en
vrouw" (De Toorts) en „Mode-
kleding-motivatie", een sociaal-
psychologische studie van het
modegebeuren met foto's en eeh
uitbegreide bibliografie (146 blz.
17.50, uitg. De Toorts, Haar
lem) De grondlijn van het boek
is: zowel voor de man als de
vrouw is de modekledingmoti-
vatie gericht op het verwerven
van zelfrespect. Een le-
zenswaardig/ boek, dat een le
vensechte psychologie ontwik
kelt.
JEANNE DE VLIEGER
DIJ DE ONRUST in eigen land en daar-
buiten is de afgelopen weken vele malen
het woord democratie ter sprake gekomen.
De rellen op de Dam. die uitgroeiden tot
een kleine opstand, het neerschieten van een
'politieman door een groep Ambonezen, de
ongebruikelijke scherpe bewaking van presi
dent Soeharto en de beperking van zijn be
zoek aan ons land tot één dag om de kans-
op gewelddaden zo gering mogelijk te maken,
het kapen van vliegtuigen waarbij ook onze
nationale luchthaven Schiphol een rol speel
de. wilde stakingsacties in de havens met
havenwerkers, die voor geen enkel redelijk
argument vatbaar leken; het zijn verschijn
selen, die velen hebben doen afvragen of
niet langzaam de kenmerken van ons demo
cratisch bestel zoals vrijheid, verdraagzaam
heid en gerechtigheid aan het vervagen zijn
om plaats te maken voor een maatschappij,
die door geweld geregeerd wordt.
Interessant is, hierbij te betrekken wat luite
nant-kolonel A. W. T. Gijsbers schrijft in
„Spcs", uitgave van de Federatie van chris-
ten-officiercnverenigingen. De heer Gijsbers
schreef zijn artikel in het augustusnummer
en was toen dus nog onkundig van de gesig
naleerde onrust en gewelddaden van de afge
lopen weken.
De heer Gijsbers vraagt zich af, of we wel
rijp zijn voor de democratie. Rijpheid veron
derstelt, zo vervolgt hij, redelijkheid. Tol
dat redelijk gedrag behoort, dat men het
algemeen belang voorrang zal weten te geven
boven het particulier belang.
Begrip voor het algemeen belang leidt steeds
tot matiging van eigen standpunten en eisen.
Het is in deze wereld zelden mogelijk, het
iedereen naar de zin te maken. De zaken
zijn nooit zwart, maar ook nooit wit.
Hiermee hangt samen een bereidheid tot
overleg. De oplossingen, die men zich denkt,
lijken dikwijls goed, maar er kunnen alter
natieven zijn, die voorrang verdienen. Men
moet willen luisteren rtaar de argumenten
van de ander.
Op een bepaald moment moeten er beslis
singen komen, die men moet aanvaarden en
ook loyaal uitvoeren.
HEER GIJSBERS vindt, dat voor dit
alles een zekere graad Van opvoeding
moet zijn bereikt. Hij gebruikt bewust het
woord „opvoeding" en niet „scholing". Het
onderwijs kan wel helpen, maar het is niet
het enige middel om tot democratische ge
zindheid te komen. In de gezinnen, in de
werk- en leefmilieus moet hieraan tenminste
evenveel worden bijgedragen.
Wanneer aan de opvoeding nog niet voldoen
de aandacht is besteed, stelt dit aan de
gezagsdragers hoge eisen. De geleiden, omdat
zij nog niet geheel „rijp" zijn, zullen denken
dat ze het uitstekend doen, ook al treden
zij de regels van de democratie met grote en
lompe voeten; men kan hen er moeilijk van
overtuigen, dat ze fout zijn, want hun ont
breekt nog het vereiste inzicht.
De gezagsdragers zullen in deze gevallen met
tact en grote wijsheid, maar soms ook met
grote beslistheid te werk moeten gaan. Mede
door de botsingen, die daaruit voortkomen,
dient het inzicht gevormd te worden.
Een gepaste toevoeging is hier de historische
opmerking van Churchill: „De democratie is
een slecht systeem, maar het is het beste
dat ik ken".
£JE ANALYSE van de heer Gijsbers is voor
al van toepassing op bevolkingen, die dc
democratie niet kennen en nog mentaal rijp
gemaakt moeten worden.
Vele van zijn opmerkingen zijn echter ook
bijzonder waardevol voor samenlevingen, die
weliswaar als democratisch worden aange
merkt, maar die in onze, moderne tijd bij
de uitwerking voor grote problemen staan.
Een moeilijkheid, waarop men bij hoogont
wikkelde westere democratieën regelmatig
stuit, is het bijzonder gecompliceerde karak
ter van het democratisch bestel, dat voor
vele mensen niet meer doorzichtig is, niet
meer begrepen wordt.
Om de Interesse gaande te houden, moet men.
geloof ik, niet proberen alle ingewikkelde
problemen te verklaren: dat lukt toch niet.
Met meer succes kunnen de eenvoudige vraag
stukken. waar iedereen elke dag tegen aan
loopt, duidelijker gemaakt worden en zo
mogelijk opgelost. Dat is gemakkelijker en
belangrijker.
Als ik denk aan de politieke situatie in ons
land, dan zijn redevoeringen van politieke
leiders niet zo belangrijk, evenmin als de
vragenstellerij in het parlement. Ook de ge
wichtige rapporten van Sociaal-Economische
Raad en Centraal Planbureau welke be
langrijke onderwerpen er ook in behandeld
worden spreken niet tot de verbeelding
van de meeste mensen.
DEN VRAAGSTUK, waar iedereen tegen
aan loopt, is de situatie in de eigen
woonwijk en de wijze waarop de plaatselijke
gemeenteraad hiermee omspringt; voorts de
eigen positie op de arbeidsplaats in het be
drijf en niet zozeer de samenstelling van
de Raden van commissarissen. Wanneer men
waardering krijgt voor de gevolgen van ons
democratisch bestel in het eigen woon- en
werkmilieu, dan groeit ook de waardering
voor en vertrouwen in het bestel in zijn
totaliteit.
Van grotere betekenis dan velen denken is
daarom de instelling van wijkraden, die goe
de bestuurlijke contacten onderhouden met
dc gemeenteraad, dit geldt ook voor het op
gang brengen van bedrijvenwerk in de onder
nemingen om alle werkers een kans te geven
zich te laten gelden. Met het bedrijvenwerk
wordt hier en daar al geëxperimenteerd.
De gedachte van de wijkraad is in ons land
niet vreemd, maar wordt nog te weinig toe
gepast. Elke wijk in een grotere stad zou
moeten beschikken over een wijkraad cn een
wijkhuis, een eigen stadhuisje cn een ver
trouwensman of wijkfunctionaris of zo men
wil een ombudsman. Hier moet men hulp
kunnen krijgen bij eenvoudige zaken als bur
gerlijke stand, paspoorten en rijbewijzen,
maar ook voor zaken, die de leefbaarheid
van de wijk raken, zoals bestrating, lucht
verontreiniging, geluidshinder, verlichting,
riolering, vuilafvoer, kinderspeelplaatsen,
openbaar vervoer, stadssancring enz.
Aan de betrokken functionaris moeten hoge
eisen worden gesteld, zowel wat betreft takt
om met mensen om te gaan, begrip voor
moeilijkheden als kennis van het gemeente
lijk apparaat en entree bij politieke partijen
en gemeenteraad.
In Amerika heeft men in bepaalde steden
goede resultaten geboekt met dergelijke nieu
we structuren. Ook in ons land is het de
moeite waard in deze richting meer te onder
nemen om een steentje bij te dragen tot
behoud en versterking van onze democratie.
Het is geen middel, dat alle kwalen oplost,
maar wel een bijdrage, die van betekenis
kan zijn.
H. P. ESTER
-IF Prof. Jürgen Moltmann in gesprek met studenten
MOLTMANS OPEN THEOLOGIE
Natuurlijk is het boek van de
Duitse theoloog Jürgen Moltmann,
Opstanding van God (uitg, Ambo-
boeken, Bilthoven, 267 blz., 17.50
in de eerste plaats bestemd voor
theologen. Het kan ook alleen door
vakgenoten naar waarde worden
beoordeeld en de belangstellende
leek op theologisch gebied kan niet
meer doen dan bemiddelen tussen
auteur en lezers en Wat kantteke
ningen maken.
Zo kon ook ik niet van dit zware boek
afblijven. Moltmann immers is de man
van de Theologie van de hoop, waarvan
de Nederlandse vertaling al een derde
druk heeft gehaald. Het onderhavige werk
dat een ondertitel heeft, welke luidt:
„Over menselijke mogelijkheden tot
Godsgei.iof" is eigenlijk een verzame
ling opstellen, resp. referaten, maar zoda
nig gerangschikt, dat het naar opbouw en
vooral near de geest een eenheid vormt,
bijna zou Ik schrijven: een monumentale
eenheid.
Het waagstuk van de rechtvaardiging
van het Godsbestuur (theodicee), het pro
bleem van de waarheid, het einddoel van
de geschiedenis. Gods woord en de taal,
de verkondiging als exegetisch probleem,
de christelijke sociale ethiek, de cate
gorie „novum" in de christelijke theo
logie, het einde van de geschiedenis, en
de verhouding tussen „hoop" en „plan"
dat zi.,g de onderwerpen die de schrij
ver behandelt
i Moltmann staat in de lutherse traditie en
tevens In de traditie van de Duitse gees
teswetenschappen Hij citeert wel eens
jultenlan iers. zoals de Deen Kierke
gaard, de Fransman Jacrjues Ellul en en
kele Nederlandse theologen, maar het
blijft overwegend bij Europese denkers
en de moderne Amerikaanse theologen
en sociologen komen niet aan bod.
Ook Rome en de ontwikkelingen in de
roomse wereldkerk vallen in dit boek bul
ten de lijst. Opvallend is tevens dat er
gens de gedachte wordt geponeerd
een gedachte die vrijwel gemeengoed is
geworden dat wij he' einde beleven
van de Constantijnse kerkperiode - Molt
mann ooponeerf 'in dit boek niet tegen
enig kerkelijk institutionalisme. Zijn den
ken berust bliikbaar op een soort kerke
lijk conr'nuisme misschien juist omdat
bij hem het nieuwe, de reformerende
kracht, de geestelijke creativiteit ontsprin
gen aan de toekomstverwachting, zoals
die in het Nieuwe Testament en in de
oudste cnrlstellike kerk al leefde en ge
formuleerd werd
Men heeft hier te maken met een sterk
eenheld8denken waarb(j alles zich ordent
rondom eén centrale gedachte: de toe
komst dee Heren. Wat hii met" „hoop"
bedoelt, neeft een zwaarder accent (een
accent van tweeduizend jaar christendom)
dan In de paulinische trits: geloof, hoop
en liefde
Bij Moltmann vallen geloof en hoop
vrijwel samen De liefde is een tijdloze
categorie; de liefde geef' en vraagt niet
naar resultaat of doel. Vandaar dat hij
(hoewel de liefde „de meeste" blijft)
geen theologie van de liefde opstelt,
maar van de hoop. die lijdzaamheid en
geduld impliceert.
Wat mij in dit boek het meeste geboeid
heeft, la de openheid van deze theologie.
Hoe kan zij ook anders dan open zijn.
wanneer zij positie kiest in de stroom van
de tijd en alles bekijkt vanuit het gezicht
punt van de parousle
Men kan hier een treffend verschil op
merken roet b.v. de klessieke gerefor
meerde theolonie. Die is in zekere zin
voltooid, af, gesloten. Vandaar dat bij ons
de be'i|deni9peschrlften zo'n zwaar ac
cent kriigen. dat de terminologie zo ge
fixeerd is en dat er voor weinig meer
ruimte Is dan voor variaties op de een
maal gegeven thema's.
Een gesloten, „affe" theologie leidt tot
gesloten kerken, gesloten groepen, tot af
weer van het niet-geiikte, tot scheu
ring en splitsing. Ze wordt een „pand",
bijna een dlno. dat bewaerd en verdedigd
moet worden Men „heeft", „bezit", zijn
belijdenis en ziin kerk. Dp traditie wordt
een dwingende macht; openheid is als
zodaniq ai verdacht
Ik ben niet aan het kritiseren, ik pro
beer te bugrliDan, Want nu wordt het ml]
duidelijk dat Moltmanns verkeren In de
traditie ver een heel ander karakter is
dan het Nederlandse calvinistische tradi
tionalisme Beliideniskwesties, het zoeken
naar nieuwe kerkvormen, zorgen om de
oecumene, relativering van de bestaande
kerklnst:tuten het Is of lijkt althana,
bij hem a.'emaal secundair.
De insoiratie, de creativiteit, de geest
drift, de vernieuwing moe! van binnen uit
komen, door concentratie op en d°or de
onthulling van de oude boodschap van 's
Heren wederkomst. Zo leest men op bi.
187: „De hoop op de opstanding, die
gebaaeord Is op het kruis, is met niets
minder tevreden dan met de .opstanding
der doden en pen nieuwe schepping van
alle dinqen, terwlil God ten volle Heer
is,"
Grote bewondering moet men hebben
voor deze profetische aandrift, die zo in
evenwicht wordt gehouden door een
enorme, verwerkte belezr nheid. Natuurlijk
heeft men voortdurend moeite met de ty
pische Duitse, zware en ingewikkelde ge-
dachtenqang en de daaraan beantwoor
dende stijl, zo heel anders dan bij de
heldere Fransen en de zakelljk-duldelljke
Angeleaxsers Men moer Moltmann wel
helemaal zien In zijn Duitse Umwelt en
zijn Duitse eigenaardigheden
De gedachte die mil de laatste tijd
obsedeert, n.l we moeten geen kerk
hebben, maar kerk zijn" komt men ook
dit boek tegen
Laat Ik beslulter met het desbetreffen
de citaat. Het staat op da blz 30/31. „Het
cartesianisme is de aanleiding geweest
dat de categorie 'hebben' zich In de tech-
nisch-wfi'enschappell|ke civilisatie onbe
perkt heeft uitoebreld De mens be
schouwt zi|n lichaam als zijn eigendom,
maar dmtiflceert zich niet meer met zijn
lijfelijk bestaan Zijn lichamelijk en maat-
schappe";k leven is iets wat hij heeft,
wat hem vertegenwoordigt, maar wat hij
niet is. Het zelfbehoud is er daarom op
uit het 'even alleen nog maar te lelden,
en de ziel en de eigen Inieresse achter te
houden."
„In de plaats ven de Identificaties van
het zelf met het lljfelük bestaan is de
categorie van het doen en hebben geko
men. en deze categorie maekt een steeds
verderop inde onderscheiding mogelijk
tussen de mens en de werkelijkheid van
zijn leven. De» brenat de mens ertoe al
les koud en gevoelloos op te vatten,
menseli'ko betrekkinqen aan te knopen
zonder 'iefde en sociale functies te spe
len als toneelrollen
Maar Ik veroat nog speciaal te wijzen
op het huofdstuk „Verkondiging als exe
getisch -.rrobleem" dat vooral voor pre
dikanten van groot belang ia