foor „bapak" draaft Dewi door
Clown Woudi: Wat je in
't bos roept, komt er uit
-an Ruitenbergs
oneelspel na
j2 jaar via de
adio te horen
ZATERDAG 25 APRIL 1970
IM
d1én keer ?n z'n leven heeft
n^j Ruitenberg (80) een to-
"$tuk geschreven. Dat was
ack908, nu 62 jaar geleden,
manuscript De Bloem van
erpen of De Nederlan-
agj onder den hertog van
la", geschreven met krul-
(oei|le letters op vergeeld pa-
>gckft b'®®f meer dan een hal-
cn^eouw tussen andere pape
sen bewaard. Tot de ama-
ti ^-dramaturg het stuk weer
spijtf en bij de Vara informeer-
r Kof daar belangstelling be-
i wekd voor het toneelstuk. Die
heli er. Een gedeelte van het
rotqna in vijf bedrijven werd
g Kaewerkt tot een hoorspel
wa"n een half uur. Het zal
ft ">nsdag 29 april om 16.03
m "Set programma Sociëteit
rsinfninuten voor boven de 60"
c°Pjden uitgezonden.
tikzijn flatwoning negen hoog
ergej de Blijvenburgstraat in
haa^rschie houdt de heer Rui-
dil?erg ondanlts zijn hoge leef-
via radio, televisie en de
m%ten de maatschappelijke
'ocVikkelingen gedegen in de
ieritfn. Als hij de kans krijgt,
l^-it hij met iedere bezoeker
r de dingen die hem bezig-
Iden. En dat zijn er vele.
1 pvenal heeft hem altijd de
me|d tussen naastenliefde en
cn Italisme geïntrigeerd. Het is
as hjend zijn uiteenzettingen te
cw^en. Toch is het bij dat ene
II lelstuk gebleven: „Ik kan
g'schrijven en bovendien heb
lgcllltijd iemand nodig waar ik
l»rknaan kan praten, omdat ik
aomtelf niet vertrouw. Trou-
als ik op papier ging zet-
hoe ik over bijvoorbeeld de
jis-kathoJieke kerk of over
lolitiek denk, zou de hele
'bid zich tegen mij keren."
beer Ruitenberg werd op 1
ber 1889 in een woninkje
het Zandpad in Middelhar-
uü geboren, op een steenworp
afstand van de plaats waar de
grote Louis Bouwmeester het
levenslicht aanschouwde. Jan
Ruitenberg is een man, die ae
mensen wilde vertrouwen, maar
keer op keer brak dit ideaal
stuk.
De gepensioneerde huisschil
der, die een eigen bedrijf had
en daarvóór in commestibles
zat, heeft met zijn personeel
gekke dingen meegemaakt. „In
wezen haat ik niet alleen alle
kapitalisten en patroons maar
ook alle arbeiders", aldus de
heer Ruitenberg en hij legt om
standig uit wat hij daarmee be
doelt. Dan blijkt dat zijn oor
deel heel wat genuanceerder is,
dan uit zijn scherpe bewoordin
gen zou kunnen worden gecon
cludeerd.
Wat hem z'n hele leven is op
gevalten, is dat de mensen zo
weinig over de vele vraagstuk
ken nadenken. „Als je de men
sen Voorstelt twee keer 24 uur
zware arbeid te verrichten of
drie uur achter elkaar goed na
denken, dan kiezen ze het eerste.
Denken schijnt heel moeilijk te
zijn en velen hebben in de loop
der tijden misbruik gemaakt
van de domheid van de mensen.
En dan komt hij op één van
z'n stokpaardjes, de rooms-ka-
tholieke kerk, die „parasiterend
op de domheid van de mensen
een ongekende geestelijke en
wereldlijke macht aan zich
heeft getrokken."
De heer Ruitenberg: „Het zich
onvoorwaardelijk overgeven
aan de macht van Rome, met
uitschakeling van het nuchtere
verstand, is er bijna niet meer
uit te krijgen. Ik heb een fana
tieke roomse communist gekend,
maar ondanks alles, ondanks
zijn communist-zijn bleef hij
rooms. Ik zie de r.k. kerk als
een groot bedrijf met de paus
als hoofddirecteur, de kardina
len als commissarissen en de
rest als chefs, voormannen, etc.
Hoe het gebeurt, gebeurt het:
Rome is de baas. Het doel hei
ligt dan alle middelen."
Uitdrukkelijk voegt de heer
Ruitenberg er aan toe, dat zijn
grieven voornamelijk de r.-k.
kerk als instituut betreffen en
niet zo zeer de gelovigen.
Nee, in toneelstukken waarin
deze gedachten zijn uitgewerkt,
zien de theaterdirecteuren geen
brood.
Het toneelstuk, waarvoor de
Vara belangstelling heeft, speelt
in de buurt van Antwerpen in
het jaar 1570 Hierin is het the
ma liefde-haat terug te vinden
en wel in deze conceptie dat de
liefde het van de haat wint. „In
wezen zal het altijd zo zijn,"
vindt de neer Ruitenberg. „Ook
in de bijbel is dit terug te vin
den: de liefde overwint het
kwgad."
Het spel ,,Ete Bloem van Ant
werpen" stelt de lieftallige
dochter van een wapensmid,
Rosalia, in het middelpunt. De
sympathieke Rudolf de schilder
en de schurk Rode Giel, die
door de Spaanse machthebbers
vanwege zijn reputatie een offi
ciersrang hf»?ft gekregen, voe
ren strijd om het meisje. In
schilderachtige taferelen ont
wikkelt zich op klassieke wijze
de scène en de afloop laat zich
raden.
Het stuk is één keer opge
voerd doo** een amateur-toneel-
clubje in Feijenoord. De heer
Ruitenberg: „Ik speelde zelf Ro
de Giel en daar heb ik m'n
meisje mee verspeeld. Op een
bepaald moment moest ik de
lieve Rosalia in m'n armen ne
men en dat was te veel voor
haar. We repeteerden in het ca
fé op de hoek Oranjeboom-
straat-Rosespoorstraat dat spe
ciaal voor ons werd vrijge
maakt. Dat ging in die tijd nog.
Ik hoop dat het stuk nog eens
op de televisie komt. Ik zal ook
eens contact opnemen met de
Belgische tv, omdat het stuk in
Antwerpen speelt"
„Voor de wijsheid, de schoonheid en de diepte van een sprookje
staat haast iedereen open. Dat is een soort spiegel die je een
mens voorhoudt. De mens die zichzelf verloren voelt, ziet zich
weer door deze beeldspiegel".
Dat zegt Clown Woudi (de eerste kleuterleider in Zwitser
land, geboren en getogen Rotterdammer) in het ouderlijk huis
aan de Palmweg in de Maasstad, waar hij zich nestelt als hij
in ons land is. Lang, goudblonde (volgens hem: rode) opstandige
kuif, liep lachrimpels rond de ogen, gevoelige mond, heel lichte
ogen waaruit tegelijk kinderlijkheid en een diepe wijsheid stralen.
Woudi, alias Freek Wouden
berg, is niet zomaar een clown.
Hij beweegt zich voornamelijk
op sociaal-pedagogisch gebied,
is docent aan twintig kweek
scholen in ons land, geeft les
aan K O, houdt voordrachten
op ouderavonden, werkt in
theaters, kinderziekenhuizen,
jeugdhavens, op zendingsfeesten
en in gevangenissen.
Hij was achtste in een rij van
tien kinderen, een jongen
met rood haar, sproeten en
een spraakgebrek en de
dominee, de dokter en de mees
ter oordeelden dat er niets van
hem terecht kon komen. „Ik
had eigenlijk BLO nodig". Al
heel jong speelde hij met pop
pen en poppenkasten. Na de la
gere school werd hij loopjongen,
en vaardig zakkenroller, daarna
werd hij secretaris van zijn va
der, een koopman.
Op 19-jarige leeftijd ging hij
naar het Rotterdams Conserva*-
torium afdeling Toonkunst en
kreeg danslessen van Corrie
Hartong, daarna ballet van
Ivonne Georgy en de danspeda-
goge Mary Wigman.
In het Leipzigtfheater werd op
één avond de clown geboren.
„Ik sprong op de verkeerde ma
nier op. Het publiek reageerde
schaterlachend om het ver
keerde optreden, waarop ik
weer verschrikt reageerde,
waarna zij opnieuw begonnen
te lachen; ik bouwde daar ge
woon een klein nummertje op
zodat de dirigent op moest hou
den voor een nieuwe inzet, 'n
Oerkomiek oordeelde de regis
seur.
Ieder mens moet een plaats
hebben voor eigen fouten. Wie
geen dankbaarheid kent ten op
zichte van de negatieve elemen
ten of de fouten in opleiding en
als mens, is een moralist. Een
clown bouwt zijn programma
op gespeelde fouten: a-logisch.
Dat is een levensbehoud voor
het kind.
Mijn werk is therapeutisch.
Ik was jarenlang therapeut in
Zürich. Nu doceer ik veel aan
kleuterkweekscholen (geïntro
duceerd door mejuffrouw
Vreugdenhil van De Voorpost in
Rotterdam). Wil je voor een
kleuter goed1, therapeutisch ver
tellen, dan moet je een grote,
lenige beweging, woord, klank,
beeld in één geheel samen kun
nen vatten. Het woord vloeit uit
beweging voort Als coördinatie
van spreken en bewegen op de
juiste wijze tot stand komt, ont
wikkelt zich daaruit weer
beeld-spraak, bijvoorbeeld de
beeldspraak van de handen."
Zus Sofia onderbreekt het ge
sprek: „Kinderen vormen een
verrukkelijke wereld". Zij as
sisteert al enkele jaren haar
broer Freek. Ze was eerder
goudsmid, maar gaf die crea
tieve baan op toen haar broer
zonder assistentie zat. Samen
met hem doet ze de poppenkast
waarin ze voornamelijk sprook
jes van de gebroeders Grimm
en sprookjes van Woudi spelen.
Met een grote bestelwagen rei
zen ze samen; als standplaats
het grote atelier in Zürich waar
Freek Woudenberg woont.
Getweeën bouwen ze een
wereld van fantasie en humor,
voor kinderen in Rotterdam,
Maassluis, Papendrecht, Mün-
chen en Athene. Voor antropo-
sofen, jeugdleiders, kleuterleid
sters, dominees en studenten.
Vanuit zijn kennis der peda
gogie en psychologie (Freek stu
deerde o'.m. bij professor Lieve-
goed in Zeist) en zijn grote lief
de voor kinderen staat hij op de
Bühne als clown-poppenspeler
pedagoog.
„Daar kan ik enthousiasme en
wijsheid samenbrengen in een
bevrijdend spel. Fixeringen en
verkrampingen worden bevrijd
in het spel. Te vroeg intellec
tuele kinderen die uit hun
beelddenken tot vroegtijdig in
tellectueel-denken gestoten zijn
en daardoor meestentijds ang
stig en onzeker worden, raken
hun angsten kwijt door het
meespelen. In Berlijn waar ik
speelde voor „Lebenshilfe"
kwam een meisje (dat nooit
eerder gesproken had) door het
contact met ons werk tijdens
een voorstelling tot spreken!
Een ander kind met zware
angstneurose zei na het zien
van de poppenkast tegen z'n
moeder: „Nu ben ik niet bang
meer". Dat is de bevrijdende
kracht van het beeldkijken".
Woudi heeft geen goed woord
over voor de TV. „Waardeloos,
on-kunstzinnig. Beperkte kijk
wijze, die de fijnste diepere af
finiteit bij het kind lam legt.
Het moderne kind is horende
doof en ziende blind. Wij mer
ken dikwijls dat kinderen over-
zaaid worden met derderangs
strips".
Is er verschil tussen kinderen
merkbaar? „Jazeker. Het Zwit
serse bergkind verdroomt, ter
wijl het stadskind wordt geatta
queerd door indrukken; het
verkeer, bioscoop, reclame,
neonlicht, het lawaai van vlieg
tuigen die de geluidsbarrière
doorbreken, geluiden van auto's
en hele dagen radio. Kinderen
worden totaal verscheurd."
Woudi probeert zijn kleine
gasten een persoonlijke ont
vangst te geven. Tot vlak voor
zijn optreden is hij In de zaal,
begroet de kinderen en hun
poppen persoonlijk, en obser
veert. Want twee milieu-be
schadigde kinderen kunnen een
kwart van de zaal aan het flui
ten brengen. Hij wijst ze een
speciaal plaatsje aan, en haalt
die twee uit elkaar zonder dat
ze er erg in hebben. De kinde
ren zingen, bewegen en dansen
mee.
„Jongens", vraagt Woudi, „als
jullie vader en moeder zijn, kun
je dan poppenspelen voor ze"
Gevangen in de ban van de
clown speelt de hele zaal panto
mime, vadertje en moedertje; ze
oefenen al voor hun kinderen.
Samen bouwen ze een poppen
theater. Rechterhand schuin te
gen 't hoofd, linkerhand schuin,
daar heb je 't dak. Dan moet er
een gordijn komen. Alle kinde
ren steken ijverig de draad in
de naald, maken naaibewegin-
gen en gillen als Woudi „au", in
z'n vingers prikt. Wanneer ze
door hebben dat 't spel is, prik
ken zij ook in hun vinger. Ze
zijn er helamaal in.
„Werken met kinderen is
verkwikkend. Zonder dat ben
ik ongelukkig, ik word zonder
de kinderen kifterig en mokkig,
zit niet lekker in mijn huid
Een kind is iets heiligs en heer-
„Een clown ie tijdloos; ik moraliseer niet"
lijks. „Worden als de kinderen"
is een grote kunst, want een
kindis totaal."
„Ik verwonder mij erover hoe
weinig enthousiasme er is voor
pedagogische inzichten, terwijl
het kind zich zo uitbeeldt, in
zijn bokspringen, in zijn pop
penspel. Terwijl er miljoenen
voor voetbal worden uitgege
ven, perst men het kleine voet
ballertje in de schoolbank. Ik
reageer op hen met interesse en
grote liefde, maar ik moraliseer
niet, daarvoor heb ikzelf te veel
fouten. In gevangenissen zeg ik:
„Een dubbeltje op zijn kant en
ik had hier gezeten".
„Het is jammer dat het woord
„geloof" gebruikt wordt voor
dat, wat je niet weet. Geloven
is een daad: „Ik ben de weg".
Het openen van de weg geeft
zicht. Ik begrijp volkomen wat
de moderne jeugd bezielt. Wat
me bedroeft en moedeloos
maakt is de atmosfeer waarin
jongeren van nu opgroeien.
Passiviteit, quasi relativiteit,
alsof er geen Logos, geen gou
den draad meer is. Dan komt
het happeningsmoment tevoor
schijn. Ze noemen het ludiek
maar het heeft geen intentie.
Moderne jongeren hebben een
vrijheidsdrang, maar ze staan
vrij in het niks, daarom lopen
ze naakt."
„Wat je in 't bos roept, komt
eruit. Al onze jonge mensen
staan te roepen, maar er zijn
geen bossen meer. Gister nog
vroeg een student me: „Zou jij
het dan weten?" Mijn ant
woord: „Laat je niet beentje
lichten door de tijd". Er is een
bewegingsmogelijkheid van
waaruit de mens weer vrij, oor
spronkelijk beelddrager Gods
kan zijn."
Hoe verwerkt hij alle proble
men? „Verwerken?", zegt hij
verwonderd. „Een mens kan de
hele wereld opnemen. Wanneer
ik in Berlijn ben, ben ik Ber
lijn, ben ik die kinderen. Wan-»
neer ik in Rotterdam ben, even
zo. Ik eet in poffertjeskramen
en vereenzelvig me met de stad.
Verwerken? (peinzend) Bezin-*
ning, concentratie, verinnerlij
king, de hygiënische weg daar
voor, die is heden ten dage ge
barricadeerd..."
door J. den Boef
de en daarmee haar 40 jaar oudere
echtgenoot wist te behagen, zeer
tot ongenoegen van zijn andere
vrouwen, houdt zich echter liever
op de vlakte.
Niettemin slingert zij links en
rechts verdachtmakingen rond.
Waarom eigenlijk zo plotseHng? Ja
renlang hield zij zich betrekkelijk
rustig, genietend van het uitgaans
leven en de belangstelling, die
haar als jonge aantrekkelijke vrouw
van een oude, uitgerangeerde,
maar toch nog tot de verbeelding
sprekende man. ten deel valt.
Zit er weer een complot In de
lucht? Hebben de buiten schot ge
bleven samenzweerders van toen
zich zodanig hersteld, dat zij bin
nen niet al te lange tijd denken te
kunnen toeslaan? En wil Ratna Sari
Dewi, gesteund door de omstreden
journalist Willem Oltmans, een
handje helpen? Het zou kunnen, al
lijkt het belachelijk. Zij kan er heel
wat voor over hebben om naar In
donesië terug te keren, om daag
weer als een vorstin te leven.
Niet dat zij armoe lijdt in haar
Parij8e „flatje". Dat niet. Eigenlijk
merkwaardig, dat Willem Oltmans
niet gevraagd heeft, hoe zij het
zich kan veroorloven, op zo grote
voet te leven Waarschijnlijk had
zij daar ook wel een passend ant
woord op geweten. Zij zei toch,
dat corrupile al bestond, voordat
Jezus Christus geboren werd? Mis
schien bedoelde ze wel: voordat
onze jaartelling begon. Het had wel
beter geklonken. Maar het blijft
een verontschuldiging, die veel van
een beschuldiging weg heeft. Ratna
Sari Dewi zal daar echter geen
moeite mee hebben.
-N- Ratna Sari Dewi: plotseling weer actief
commuhisten zijn toen veel slacht
offers gevallen. En pas naarmate
duidelijk begon te worden, dat het
militaire bewind te Djakarta on
danks tegenstribbelen van Soekar-
no de zaken stevig in handen
nam. werd de communistische re
volutie een halt toegeroepen. Bijna
twee maanden van rode terreur
konden niet meer ongedaan wor
den gemaakt. De burgeroorlog was
toen in volie gang
Gespeeld naief herinnert Ratna
Sari Dewi eraan, dat Soekarno op
2 januari 1966 op een kabinetszit
ting in Bogor waarschuwde, dat
„deze onzekere toestand beëindigd
moet worden tussen broeders en
zusters van één volk, zonder dat
men elkaar uitmoordt. Wanneer de
massamoord van medeburgers
blijft aanhouden, zal dit ongunstige
tegenkrachten opwerpenl"
Het was in de tijd, dat de presi
dent nog hoopte, de strijd in zijn
voordeel te kunnen ombuigen. Hij
dacht toen anders over de hoogte
en dieptepunten van de grote Indo
nesische revolutie, die soms met
bloedvergieten gepaard gaat. zoals
hij na de moord op de generaals
had gezegd.
Vreemd klinkt 't ook wanneei
Ratna Sari Dewi vertelt: „Ik keur
allerminst He actie van 30 septem
ber 1965 goed. Ik beschuldig nie
mand en oordeel niet". Zij zegt er
echter niet bij, wat zij onder die
actie verstaat en dat zal wel de
reden zijn, waarom zij niemand be
schuldigt en veroordeelt. Want als
Ratna Sari Dewi alles zou vertellen
wat zij wist, dan zou zij een goede
reden hebben gehad, geen open
brief aan president Soeharto te
schrijven. De eens favoriete vrouw
van Soekamo. die in Japan alle
kneepjes van het massagevak leer-
Ratna Sari Dewi is een knappe jonge vrouw. Ratna Sari Dewi spreekt voortref
felijk Engels. Ratna Sari Dewi weet waar zij het over heeft, als zij praat over de val
van Soekarno, de man die haar uit een nachtclub in Tokio haalde om haar in Indo
nesië in weelde te doen leven. Ratna Sari Dewi maakt van haar vele kwaliteiten gebruik
om een verhaal te vertellen, dat geloofwaardig klinkt: dat van de arme onschuldige
president Soekarno en de brute op macht beluste generaals, wier handen met bloed
zijn bevlekt.
handen boven het hoofd, toen hij
voor de rochter weigerde een ver
klaring te geven voor de aanwezig
heid van de president op Hallm.
Het argument, dat hij Soekarno
wilde beschermen tegen complotte
rende generaals, ging niet op.
Want die werden in het holst van
de nacht van hun bed gelicht en
onder gruwelijke omstandigheden
vermoord Bij diezelfde luchtmacht
basis Hallm, waar Soekarno zich
bevond.
Alleen generaal Yani. bevelheb
ber van de Indonesische strijd
krachten. stierf een snelle dood.
Voor de ogen van zijn vrouw en
kinderen werd hij als een dolle
hond neergeschoten
De anderen werden het slacht
offer van de beestachtigheid van
communistische vrouwen en Jonge
ren. die op de basis werden opge
leid. Slechts twee generaals wisten
te ontkomen: Nasoetion. wiens lijf
wacht (luitenant Tendian) zich te
gen de overvallers verzette en
daarbij omkwam, werd gewond,
maar slaagde erin, zich uit de voe
ten te maken, waarna zijn dochter
tje uit wraak werd vermoord; en
ook ontkwam generaal Soeharto.
de man die Soekarno als president
is opgevolgd.
Ratna Sari Dewi vindt het maar
verdacht, dat Nasoetion Soeharto
nog kon waarschuwen, voordat de
ze een bezoek met dodelijke af
loop zou krijgen een bezoek dat
overigens in het honderd liep, om
dat de moordenaarsbende in het
nachtelijk duister niet snel genoeg
bij het adres van de generaal arri
veerde
Ratna Sari Dewi vertelt evenwel
niet, hoe de reactie van Soekarno
was op de mededeling, dat de
staatsgreeD had geleid tot het ver
moorden van de „rechtse" gene
raals. Omar Dhani heeft dat wel
gedaan. Hij vertelde tijdens zijn be
rechting, dat Soekarno noch over
de staatsgreep, noch over de ge-
neraalsmoord zijn afkeuring heeft
uitgesproken.
Toen Soekarno van de moord op
de hoogte werd gesteld door gene
raal Soepardjo, klopte de president
deze „boodschapper" op de
schouder. Volgens Dhani zei hij:
„Goed zo, dit is een gebeurtenis in
de revolutie. In het bijzonder een
grote revolutie als de Indonesische
revolutie moet zeker haar hoogte
en dieptepunten hebben en soms
gaat dat met bloedvergieten ge
paard. Revolutie kent geen einde.
Wat ik nu wil is rust. Ik wil niet dat
er nog meer bloed wordt vergoten."
Soekarno kreeg echter geen
rust, want de staatsgreep mislukte
nog in diezelfde nacht en het
bloedvergieten was pas goed be
gonnen. Dit laatste gebeurde niet
zozeer in Djakarta en omgeving,
waar de Siliwéngi-divisie de zaken
spoedig in de hand had, maar op
de rest van Java. Daar waren de
strijdkrachten zo sterk onder com
munistische invloed gekomen, dat
zij aanvankelijk niets deden tegen
de bedrijvers van de communisti
sche staatsgreep
Onder de tegenstanders van de
Ook Ratna Sari Dewi laat
zich echter in een monoloog,
die als tv-interview wordt ge
presenteerd, wel eens even
gaan. Ongewild geeft ze dan
een kijkje achter de schermen
en merkt de oplettende toe
schouwer dat alles niet even
onschuldig is als het lijkt. Bij
voorbeeld als zij haar gedrag
in de 'nacht van de lange
klewangs' verklaart met de
onthullende opmerking: 'Ik
wilde voorkomen, dat Soekar
no het contact met het volk
zou verliezen'.
chai
,k ei,Bapak" Soekarno verpoosde zich graag met charmante vrouwen,
bopoals hier met een Filippijnse schone.
Was haar invloed dan toch zo
groot, dat zij daartoe het initiatief
kon nemen? En dreigde Soekarno
zelf niet In 6taat te zijn. voor zijn
belangen op te komen? Waarom
had Soekarno zich in de nacht van
de moord van de generaals, waar
van hij een deel bij Ratna Sari
Dewi had doorgebracht, naar de
luchtmachtbasis Halim begeven?
En waarom was hij volgens het
verhaal van Ratna Sari Dewi
van plan naar Madloen uit te wij
ken, toen de staatsgreep van de
Revolutionaire raad was mislukt?
Voelde hij zich op heterdaad be
trapt?
Luchtmachtchef Omar Dhani.
persoonlijk verantwoordelijk voor
een belangrijk deel van de ope
ratie, hield kennelijk Soekamo de