Zij moesten helden
worden
LIEGEN
t.Openbaring in getallen
na aanrijding
ZATERDAG 25 APRIL 1970
t il
V vi
icus
ZATERDAG 5 MEI 1945, NU BIJNA 25
JAAR GELEDEN, KWAM DE BEVRIJDING
VOOR BERKEL EN RODENRIJS NOG NIET.
HET IS WAAR, 'S MORGENS WAPPERDEN
DE VLAGGEN, LIEPEN ZINGENDE KINDE
REN MET ORANJE EN MARCHEERDEN DE
BINNENLANDSE STRIJDKRACHTEN OPEN
LIJK EN STOER OVER DE RODENRIJSEWEG.
MAAR DIEZELFDE JONGENS WERDEN LA
TER OP DE DAG. TOEN ZE IN DE BLOEMEN
VEILING UITRUSTTEN, LAF DOOR CRÜNEN
OVERVALLEN. DE OORLOG FLAKKERDE DE
op- HH
verzetsperiode: „Je moest besluiten nemen,
die de ene het leven redde en voor de
ander de dood betekende."
De Duitsers komen terug. Naar schatting
400 man sterk. Die zouden even afrekenen
met de 140 partizanen. Maar het lukt
geen Duitser „Siberië" binnen te dringen.
De Toekomst meldt „Tot het laatste
ogenblik bleef de mof satanisch in zijn
dierlijke wreedheid. Als zij het niet kunnen
winnen, dan maar hun woede koelen op
weerloze slachtoffers."
Twintig mannen worden uit hun huizen
gehaald en tegen de muur van de veiling
gezet. Als dat stelletje partizanen zich niet
overgeeft, worden jullie doodgeschoten, is
de boodschap.
Heel Berkel weet wat er gebeurt. In „Si
berië" gaat het gevecht door. De gijze
laars. meest vaders van grote gezinnen
staan tegen de veilingmuur. Urenlang. Ro
denrijs wacht op de salvo's, die van het
veilingterrein moeten klinken.
De rector van het St. Petrusgesticht
geeft de laatste absolutie. „En als de nood
zoo hoog is, als heel Berkel en Rodenrijs
bidt om uitkomst, als een bloedbad op
groote schaal verwacht wordt", schrijft de
Toekomst, „dan is de redding nabij."
24 Duitsers zijn gesneuveld. Maar afgaan
de op de verhalen van de jongens moeten
het er veel meer zijn geweest.
Theo Vis. Willem Thijs en Nic. Vogelaar
zijn gevallen. De woensdag daarop worden
zij in Berkel en Bergschenhoek begraven.
In beide gemeenten wapperden de vlaggen
halfstok.
De geschiedenis van Berkels bevrijding
wordt zelden in haar geheel verteld. Het
langst blijven de treffende details in de
herinnering.
Nog eens het verslag van de sectiecom
mandant: „De uitkijk. Witte vlag. En ja
hoor, nu lopen ze met een witte vlag over
de weg. Ook de moffen verzamelen zich.
Dan komt er een ordonnans. Allen verza
melen. In kas nummer zoveel. Overal van
daan komen dan onze jongens. Alle hoe
ken en gaten bleken goed bezet geweest
te zijn..."
Het is voorbij. In een van de kassen
worden de wapens even opzij gezet en in
een hoek buigen mannen, die deze dag
plotseling helden moesten worden, het
hoofd en zij danken God voor de toch
gekomen bevrijding.
Dat dankgebed klinkt na een kwart eeuw
nog duidelijk na in Berkel en Rodenrijs.
Een van de secties die op de 5e mei niet wilden wijken voor de
Duitsers. De mannen (met baretten van parachutelinnen) komen in
hoofdzaak uit Bergschenhoek.
Het archief onder de bloemenveiling aan de Rodenrijseweg deed
dienst als geheime bergplaats van wapens. Op de foto een deel van
het op de Duitsers veroverde wapentuig.
LAATSTE DAG OP IN AL ZIJN VERSCHRIK
KELIJKHEID. DE MANNEN VAN BERKEL EN
RODENRIJS EN BERGSCHENHOEK, DE VIER
SECTIES VAN DE BINNENLANDSE STRIJD
KRACHTEN, WERDEN ER INGEWORPEN. ZE
MOESTEN VECHTEN. OP DEN DUUR TEGEN
EEN OVERMACHT VAN 400 DUITSERS.
•menveiling bij het spoorwegviaduct op or
ders om naar Rotterdam te vertrekken. De
wapens zijn weggezet. Overal hangt men
rond. Vrouwen en verloofden komen op
bezoek. Veel mannen liggen in het zon
netje te slapen.
„Dan", aldus het verslag van een sectie
commandant. een snerpende gil Mof-
fenwagen Tegelijkertijd fluiten de eerste
kogels door de bloemenveiling. Bliksem
snel duik ik achter een stenen pilaar en
grijp ik een steen van een wagentje
Van Jan Rozendaal hoor ik hoe groot de
angst en paniek toen was. Het huis van
Benschop ligt tegen de bloemenveiling aan
(er staat nu nog „koffiehuis" op). Men
heeft zelfs een paar mannen achter het
orgel vandaan moeten halen. Overal waren
ze weggekropen.
zag is
rijzing"™"™
;r hier
tonder
In Berkel en Rodenrijs wordt niet veel
S z,jntrteld over de Bevrijdingsdag, die zater-
altij^gg 5 mej Maar uit de rapporten en ver-
moejagen komt wel een duidelijk beeld naar
bren van de gebeurtenissen.
Jan Rozendaal. de feitelijke commandant
Bn de circa 200 man Binnenlandse Strijd-
rd oitachten (in een verslag van een sectie-
iense-ommandant wordt hij Tito genoemd) ver-
danit nog met moeite over die laatste dag
func<bn de oorlog. Als beheerder van de grote
pntine gaat hij dagelijks op in het drukke
hefroezemoe9 van de groenten- en bloe-
de no.enveil,n9
f" Zo vreselijk is die dag geweest, dat al-
,e js na een kwart eeuw nog niet te verwer-
de mars "s morgens wachtten de
inenlandse Strijdkrachten in de bloe-
»n is.
Na
-Mnner
leef-
■nkc
iccT'i
EME
Rozendaal vertelt: „Het lukte contact, te
leggen met het commando van de Binnen
landse Strijdkrachten in Rotterdam. Daar
in de Maasstad is poker gespeeld, is om
Berkel gedobbeld. Binnenlandse Strijd
krachten en SD onderhandelen. In Berkel
zou men zich niet hebben gehouden aan
de capitulatievoorwaarden. De partizanen
waren begonnen te schieten."
Met zwaardere wapens zou men naar
Berkel trekken. Zwarte Wim en de leiding
Van de NSB dreigden hun mannen Rotter
dam, Dordrecht en verre omgeving naar
Berkel te halen. De oorlog zou die 5e mei
ten noorden van Rotterdam escaleren!
Men komt tot een akkoord. De SD-com-
mandant en Zwarte Wim verschijnen op
het Berkelse slagveld, terwijl het zwaar
dere geschut door de Duitsers in stelling
wordt gebracht.
Tegen twsalf uur 's nachts is eindelijk
de vrede geregeld. Er is vastgesteld, dat
de Grünen zijn begonnen.
Berkel is bevrijd. Men kan naar huis
gaan. Partizanen en gijzelaars.
Jan Rozendaal rapporteert later, dat er
door BERT DE JONG
De bevrijding is gekomen. Hier staan de mannen van de Binnenlandse Strijdkrachten aangetreden om naar de feestzaal
te gaan. Eindelijk kan het. Op de achtergrond de bloemenveiling en het „koffiehuis", waar op 5 mei de strijd nog ont
brandde.
Zolang de boeken van het Oude Testament bestaan, hebben bepaalde Joodse leraars, rab
bijnen, geleerden en vorsers rich verdiept in de getallenwaarden van de Hebreeuwse grond
tekst. Daar het Hebreeuws naast het alfabet geen cijfersymbolen kent, heeft iedere letter van
het Hebreeuws een getalswaarde. De Aleph (onze a) is 1, de Beth (onze b) is 2 enz. De gehele
hebreeuwse tekst van de Bijbel kan men dus in cijfers uitdrukken en het zijn de kaballisten die
zich daarmee bezighouden en aan de verhoudingen van die cijfers en getallen hun soms zeer
diepzinnige wijsheden en waarheden ontlenen. Vanzelfsprekend speelt bij de verklaring van de
cijfers en getalsverhoudingen de visie van de kaballist een grote rol en moeten de doorgaans
geheime leringen die zij eraan ontlenen met grote reserve bestudeerd worden.
s ra
jvraag die hier rijst is:
sfogjreken de getalswaarden van
*5ersf Hebreeuwse bijbel een eigen
"et tl en heeft God ook in die
alswaarden een openbaring
.ls we vooropstellen dat het
'angelie van Jezus Christus de
isten genoeg is voor zijn
'lossing, verzoening en
iwig leven, sluit dit natuur-
niet de mogelijkheid uit dat
Bijbel daarnaast ook inzicht
kennis over de achtergron-
en perspectieven van de
ireldkan verschaffen.
'ooral in de reformatorische
ken heeft men dit ingezien
de blijde boodschap over het
iwe Testament altijd in het
it van het Oude Testament
leid. De studie van Wet en
ifeten naar de geest en de
Iter is echter nog iets geheel
Iers dan een poging dieper
icht te verwerven door de
idie van de getalswaarden
het Woord.
lo'n studie heeft drs. F.
linreb ondernomen in zijn
«lumentale boek Dé Bijbel
schepping (uitgave Servire,
Haag). Weinreb is vrijwel
fluitend bekend geworden
•r zijn omstreden rol tijdens
bezetting, zijn lijvige memoi-
uit die tijd en de hetze die
altijd tegen hem gevoerd
>rdt. De wereld vraagt nu
imaal om dit soort sensaties
niet om een wezenlijk veel
langrijker vrucht van Wein
is bestaan: zijn boek over de
illensyrrrboliek van de Bij-
ij rekent zich niet onder de
iballisten, maar aarzelt toch
het Oude Testament een
Isopenbaring in getallen te
men. De volgorde van de ge
tallen is volgens Weinreb niet
toevallig. Er was nooit een com
missie die vaststelde dat de a
voor de b moest komen. Dit al
les heeft een diepe «in.
Het zou veel te ver voeren
ook maar oppervlakkig op
Weinrebs spectaculaire visie in
te gaan. In dit bestek volsta ik
met een willekeurige greep uit
bijbelse getalswaarden, die
eigenlijk voor zichzelf spreken.
Natuurlijk gaat het er niet
om, met bijbelse getalswaarden
profaan te goochelen om zo
adhter Gods mysteriën te ko
men. Met deze bijdrage wil ik
door H.
slechts een aanloop nemen lot
het denkbeeld, dat de Bijbel
nog veel meer biedt dan uitslui-
het Evangelie. Veel christenen
hebben in Wet en Profeten een
plan voor de wereld gevonden,
een onthulling zelfs van de toe
komst. Weinreb doet dat als
Joodopzijn eigenwijze.
Bekijken we de volgende sa
menhang in de getalswaarden
van woorden die naar de letter
verschillen, maar in cijfers en
hun veelvouden uitgedrukt,
merkwaardig overeenstemmen.
Daarbij is het nodig te weten
dat de eerste letter van het He
breeuwse alfabet, de Aleph, als
nummer Eén, de Oorsprong, de
Levensbron gezien wordt.
mens 1 - 4 - 40
waarheid 1 - 40 - 400
bloed 4-40
dood 40 - 400
Woorden die in de gewone
taal weinig of niets met elkaar
gemeen hebben, blijken in dé
Hebreeuwse getallenwaarden
zeer aan elkaar verwant. Hier
bij valt het op dat waarheid 1
- 40 - 400 a.h.w. een schaalver
groting is van mens (1 - 4 - 40)
en dat de mens a.h.w. „ver
groot" en „vermenigvuldigd"
moet worden wil hij waarheid
zijnen waarheid1 kennen.
Bloed en dood zijn niet ver
bonden aan de 1. Slechts ver
bonden met de 1, de Eerste,
God, kan het bloed (Hebreeuws
begrip voor leven en ziel) wer
kelijk mens zijn. De dood is
Verweij
waarheid zónder God (40 - 400
zonderde 1)
Een andere overeenkomst zien
we in de woorden: slang, val en
ziel.
slang 50 - 8 - 300
val 50 - 80 - 30
ziel 50 - 80 - 300
Dat de begrippen slang, val
en ziel veel met elkaar te ma
ken hebben is duidelijk, maar
in de met letters geschreven
taal komt dit niet tot uiting. De
Hebreeuwse getalswaarden la
ten weer zien dat de slang, de
zondeval en de ziel tot één orde
van zaken behoren.
Kan het toeval zijn dat de
Hebreeuwse getalswaarde voor
Abram 243 plus getalswaarde
voor Hagar 208 de getalswaarde
is voor het woord Ismaël 451?
Ismaël, de zoon van Abram en
Hagar is letterlijk de „som" van
beiden.
We moeten het minstens op
vallend vinden dat brood
(30-8-40 78) en wijn (10-10-50
70) te zamen 148 zijn, want
het getal 148 is de som van 80-
60-8 en dat is de getalswaarde
voor het woord Pesach Pasen!
De eerste vijf Bijbelboeken
(de zgn. Pentateuch) of ook wel
de boeken van Mozes genoemd,
bevatten vier geboortegeschie
denissen, waarin de 26 geslach
ten van Adam tot de openba
ring op de Sinai zijn vermeld.
Deze geboortegeschiedenissen
geven de ontwikkeling van
Gods heil met de mens weer en
omvatten achtereenvolgens 10
geslachten, 5 geslachten, 6 ge
slachten en 5 geslachten, is te
zamen 26 geslachten.
De Hebreeuwse Godsnaam
Jahweh, geschreven JHVH
heeft de getalswaarden 10-5-6-5
26. Zo is de naam Jahweh dus
nauw verbonden aan de 10, 5,
6 en 5 26 geslachten van pa
radijstot Sinai.
De verhouding van de Schep
per tot de geschapen wereld is
in het systeem van Weinreb 1 -
4. De som van de getalswaarden
van de Levensboom is 233 en
de som van de getalswaarden
van de Boom der Kennis is 932,
precies een verhouding van 1
4, want 932 gedeeld door 233 is
4.
Zo kunnen we doorgaan met
het opsommen van treffende
vergelijkingen en verhoudingen,
maar men moet zelf Weinrebs
boek bestuderen om de grote
rijkdom van déze studie te kun
nen peilen.
Hoe men dan ook over deze
getallensymboliek moge oorde
len, vaststaat in elk geval dat
de uitwerking ons een verras
sende en bijzonder diepe indruk
geeft van de schatten, die nog
in het Oude Testament verbor
gen liggen.
uitgezonden, zodat vrij spoedig van drie
kanten het vuur op de „Grünen" gericht
werd.
Eer zij echter weer voldoende wapens
ter beschikking hadden, werd er menig
staaltje van heldenmoed getoond om aan
wapens te komen. Flinke kerels: niet voor
niets behooren zij tot de dappere onver
schrokken Berkelsche ploeg, die in de
laatste jaren reeds zooveel dappere stuk
jes heeft laten zien."
Ondanks het verraderlijke van de over
val winnen de Nederlanders de slag. De
Toekomst meldt: „Weldra zijn er zeven
moffen minder op aarde." De anderen zijn
gevlucht.
De Binnenlandse strijdkrachten trekken
zich terug in „Siberië" een gemakkelijk te
verdedigen tuinbouwgebied bij de spoorlijn
(Hofpleinlijntje). Een veilingschuit is het
transportmiddel.
De mannen zijn hier op'hun eigen terrein
en stellen zich Jn linies op.
Commandant Jan Rozendaal had het
goed gezien. De Duitsers zouden terugko
men. Hij vertelt nu over die dag en de
„Ik heb er wel een paar een trap onder
hun achterste moeten geven", zegt de
toenmalige commandant.
En in het verslag van de sectiecomman
dant: „Achter mij duikt de figuur van Tito
op in de ingang, die het veilinggebouw met
de pakloods verbindt. Hij roep: Vooruit
jongens. Niet bang zijn. Kom hier jij. Ga
een wapen halen.
Dan komen er enkelen voorde dag..."
In het sociaal-politiek weekblad voor Ka
tholiek Delfland „Toekomst" van 18 mei
1945 staat:
„Spoedig vonden echter allen hun koel
bloedigheid terug. Een gedeelte der man
schappen wordt door commandant Ro
zendaal op het dak van het bijgebouw der
veiling geplaatst en opende direct het
vuur. Rechts en links werden patrouilles
Commandant Rozendaal nu
Deskundigen constateerden het al: onze maatschappij
wordt steeds onbetrouwbaarder. De leugen wordt hoe
langer hoe meer gewoonte. Het spreekwoord: ,,AI is de
leugen nog zo snel, de waarheid achterhaalt haar wel",
gaat hoe langer hoe minder op. Hef is een verschijnsel,
dat zich niet alleen in het maatschappelijk verkeer open
baart, maar ook in het wegverkeer, met name na aan
rijdingen.
De oorzaak van liegen na aanrijdingen is, zoals bij de
meeste leugens, vooral gelegen in prestige en belang
Het prestige van de automobilist is groot en wordt blijkbaar
groter naarmate de intensiteit van het verkeer toeneemt.
Dat prestige laat hoe langer hoe minder de erkenning toe.
dat een vergissing ook in het verkeer menselijk is en dat
zelfs de beste rijder een fout kan maken.
Een meer zakelijk belang kan daarbij tevens een rol
spelen. Want de automobilistdie een aanrijding veroor
zaakt, is niet zelden beducht voor het verliezen van zijn
eventuele korting op de verzekeringspremie voor schade
vrij rijden. En hoe hoger die korting is, hoe beduchter
hij wordt voor het verliezen daarvan.
Dat die beduchtheid tot uiting komt in zo veilig mogelijk
rijden, is een niet genoeg te prijzen zaak. Maar wanneer
die beduchtheid een automobilist, die een aanrijding ver
oorzaakt. in de verleiding brengt aan zijn verzekerings
maatschappij eeji onware beschrijving van de ongevalstoe-
dracht te verstrekken, waardoor aan de benadeelde geen
schadevergoeding wordt uitgekeerd en de veroorzaker dus
zijn lagere premie wegens schadevrij rijden behoudt, dan
valt er niets meer te prijzen doch alleen maar te laken.
door H. Larsen
Dagelijks zijn er aanrijdingen, waar geen politie bij komt
en waarvan geen proces-verbaal wordt gemaakt, terwijl
ooggetuigen ontbreken of zich afzijdig houden. Juist na
die aanrijdingen wordt er niet zelden gelogen en bedrogen,
want de schuld, kan, zo realiseert de veroorzaker zich',
immers toch niet worden bewezen en de waarheid zal
dan immers een leugen toch niet achterhalen.
En zo kan dan bijvoorbeeld het volgende gebeuren.
A stopt niet tijdig met zijn auto achter B, wiens auto al
stilstond. A beseft, dat ontkennen van zijn schuld tegenover
Bop dat moment niet baat en zegt toe, dat zijn verzekering
Bs schade zal vergoeden, omdat hij, A, niet tijdig heeft
geremd. B heeft haast en is opgelucht, dat A zo vlot is
met zijn toezegging. Ze noteren eikaars gegevens en nemen
afscheid.
B laat zijn schade opnemen en verzoekt A's verzekerings
maatschappij om vergoeding. Tot zijn verbazing ontvangt
hij van deze verzekeringsmaatschappij zo'n standaardformu
lier brief met een stuk of twintig punten, waarvan het
aangestreepte punt 6 luidt: „Wij verzoeken U de schuld
van onze verzekerde te bewijzen door ons verklaringen
van tenminste twee onpartijdige getuigen toe te zenden."
Het verderop in deze brief aangestreepte punt 13 luidt-
„Onze verzekerde ontkent schuldNu breekt m\jn klomp,
zegt B. schrijft dit aan A's verzekeringsmaatschappij en
deelt mee, dat A schuldig is, zoals hij zelf heeft toegegeven,
omdat hij niet tijdig heeft geremd en daardoor tegen zijn,
B s, stilstaande auto is aangereden.
Daarop ontvangt B van A's verzekeringsmaatschappij een
brief, waarin hem wordt meegedeeld, dat A's lezing van het
gebeurde die van B tegenspreekt. A heeft zijn verzekerings
maatschappij gemeld, dat hij buiten zijn schuld bij een
aanrijding is betrokken geraakt, doordat B met zijn auto
achteruit tegen A's stilstaande auto aanreed. En de ver
zekeringsmaatschappij weigert ervan uit te gaan. dat haar
verzekerde liegt en B niet, tenzij B de schuld van A kan
bewijzen. Dat kan B niet, waarop zijn rechtsgevoel een
enorme dreun krijgt., evenals zijn vertrouwen in de mens
heid in het algemeen en in zijn medeweggebruikers in het
bijzonder.
Dit is een voorbeeld uit vele. Menig weggebruiker kan
het aanvullen met andere, hetzij uit zijn ervaring als be
drogene, hetzij uit zijn ervaring als bedrieger. Deze en
dergelijke leugens na aanrijdingen kunnen niet worden
achterhaald door de waarheid.
Als de sthade beneden de duizend gulden blijft en de
politie dus geen proces-verbaal opmaakt of zelfs niet eens
getuigenverklaringen kan worden geleverd, dan staat de
weg open voor ongestraft liegen na een aanrijding.
Dan kan een achteroprijdende automobilist inderdaad te
gen zijn verzekeringsmaatschappij verklaren, dat hij is aan
gereden door de ander, omdat die achteruitreed.
Dan kan een automobilist, die door teveel links rijden
een tegemoet komende auto heeft aangereden, verklaren,
dat hij is aangereden doordat de tegemoetkomende auto
teveel links reed. Dan kan een bestuurder, die onvoorzichtig
vanuit de rechterfile in de links daarnaast rijdende file
wilde invoegen en daarbij een in deze linkerfile, rijdende
auto schampte, verklaren, dat hij, rijdende in de rechterfile,
is aangereden door die ander, toen deze onvoorzichtig van-
vit de linkerfile wilde invoegen in de rechterfile.
Dau kan zelfs de man, die door zijn schuld een aanrijding
veroorzaakte, waarbij zijn eigen auto niet werd beschadigd
maar die van een ander u)cl, tegen zijn verzekeringsmaat
schappij verklaren, dat hij helemaal geen aanrijding heeft
gehad.
Dat kan dan allemaal. Als je 't durft. En als je lak hebt
aan je mede-weggebruiker.