Wroeters in ons dierbaar plekje grond
ALLEEN BOB ROOYENS KAN MET ESTHER OVERWEG
Nieuwe bodemkaart: Nederland loopt voorop
met „priegelwerk" dat nog wel 1 5 jaar duurt
door
Phé Wijnbeek
Huib Goudriaan
BIZAR
ZATERDAG 18 APRIL 1970
na «en dijkdoorbraak het water is verdwenen, vertelt een lucht
foto het duidelijkst wat er met de bodem is gebeurd: klei als
•*n waaier rondom het gat terechtgekomen
(Foto van de geallieerde luchtmacht in 1945 gemaakt van de door
bak b|J Elden aan de Rijn - archief Stiboka.)
Zij is halsstarrig en overdreven in haar eisen. Zij heeft een nieuwe carrière voor ogen, zij wil
als een komeet omhoog en de populaire Caterina Valente in haar eigen land overtroeven. Zij
maakt in Duitsland shows en vindt geen Duits liedje goed genoeg om te zingen. Zij wordt door
vakmensen bewonderd en verguisd: Esther Ofarim.
Esther, net 28 jaar, trouwde
op haar zeventiende met Abi
Ofarim en heeft van haar negen
jarig huwelijk behalve het
pseudoniem van de achternaam
een overvloedige drang tot zelf
standigheid overgehouden.
Zij weet, evengoed als iedere
vakkenner, dat Abi haar heeft
„gemaakt" als zangeres: zacht,
romantisch, hartveroverend.
Gehuld in haar lange, gladde
haren, het accent van de make
up op haar grote dromerige
zwarte ogen, zingend met een
glaszuivere, ingehouden stem.
En nu kan zij dat niet meer
uitstaan. Zij weet ook. dat haar
Abi. van wie zij grondig genoeg
heeft, in hetzelfde Duitsland
(München) bezig is. een ander
meisje als haar evenbeeld te
creëren tot dromerige zangeres.
„Ik heb lang genoeg naast
Abi gestaan, ik wil nu doen wat
ik zelf ambieer", verklaart Es
ther. Maar het pad naar de
snelle carrière is doornig en Es
ther struikelt er danig op. Zij
neemt door haar eigenzinnig
heid vele mensen die met haar
moeten samenwerken, tegen
zich in.
Esther heeft zich een nieuw,
hip uiterlijk aangeschaft: korte,
zwierige haren, showkleding in
de meeste variatie. Zij heeft
haar stem geweldig uitgezet, de
popmuziek aan 't hart gedrukt
en het sentimentele lied verwis
seld voor de smartlap (die in
elke moderne show past).
„Hier ben ik!" zegt de nieuwe
Esther, die zakelijk niets aan
kan en nu evenveel last veroor
zaakt aan haar managers, pro
ducenten en regisseurs als Abi
vroeger, „Hier ben ik, nieuw,
alleen, en ik zal een carrière
veroveren inplaats van verge
telheid!" Neen, aan liefde wil
zij voorlopig niet meer denken:
„Ik heb het nodig, dat iemand
tegen me zegt dat ik mooi ben,
dat ik zingen en acteren kan,
dat de zon ook voor mij
schijnt... maar na zoveel jaren
huwelijk wil ik nu eerst eens
proberen hoe het is. alleen te
zijn".
Haar onstuimige drang, met
een op het hoogste podium te
stappen, zich liefst, in één klap
top-roem te verschaffen, voert
Esther van conflict naar con
flict.
..Sinds zij ln Duitsland zelf
standig wil worden heeft zij de
ene fout na de andere ge
maakt". zeggen bekende vak
mensen daar: „Zij wil naar
geen goede raad luisteren, maar
haar moed moet je toch bewon
deren".
Het is echter niet alles moed.
wat Esther demonstreert. Zij
zou dit voorjaar een lange toer-
nee door Duitsland maken
maar heeft die plotseling afge
zegd. De zalen waren al bespro
ken.
„Ik was bang. dat ik het toch
nog niet aankan." belijdt Es
ther, „ik heb geen Duits reper
toire. ik zou niet weten, waar ik
Duitse liedjes die mij liggen,
vandaan moet halen. Misschien
komt het er in de herfst van..."
„Ik geloof er niets van. ze
komt er nooit toe", zegt Klaus
Berenbrok, de organisator van
de show, „ze stelt zulke onmo
gelijke eisen, dat niemand daar
aan kan voldoen".
Verstandige mensen menen,
dat Esthers eigenwijsheid, onge-
zeggelijkheid en veeleisendheid
voortkomen uit innerlijke onze
kerheid over eigen kunnen. Zij
grijpt zo enorm hoog, dat zij ge
weldig hard moet werken om
dat waar te maken.
Bovendien: „Ik wil nu niets
meer doen dat tegen mijn over
tuiging in gaat. Ik heb prach
tige aanbiedingen uit Athene en
uit Johannesburg afgeslagen. Ik
wil niet naar die steden, naar
dat publiek, al graaf ik er mijn
eigen graf mee, ik weiger".
Kijk. dat is een staaltje van on
verzettelijke moed, waaraan
geen innerlijke angst ten
grondslag ligt.
Bekende figuren als dirigent
Kurt Edelhagen, regisseur Mi
chael Pfleghar en musicus Paul
Kuhn mogen Esther's talent be
wonderen. zij kunnen toch niet
goed met haar samenwerken.
Haar koelheid en meedogenloze
veeleisendheid maken haar im
populair.
Maar er is één man. die Es
ther begrijpt en aan al haar
wensen kan voldoen. Dat is de
Nederlandse regisseur Bob
sla
Ik Hij kijkt naar buiten en zegt: „Ik heb hier rondom
^Wageningen zo'n 60.000 boringen verricht. Uit hoof-
de van ons vak mag ik wel zeggen, dat er eigenlijk
niemand zo consequent over een terrein loopt en
ondkijkt als wij. Aan de kleur van zand kunnen we
lijvoorbeeld al zien of er in de loop der eeuwen ie-
nand met z'n vingers heeft aangezeten." Chr. J. M.
Lraanen (45) is eeu van de weinige Nederlanders die
„ons dierbaar plekje grond" kennen alsof ze het zelf
hebben gemaakt. Sinds 1948 werkt hij voor de Stich
ting Bodem Kartering in Wageningen. Achttien jaar
lang was hij een van de „veldmensen", die steeds on
der open hemel de bodem doorvorsen. Nu geeft hij,
als hoofd van Public Relations van de Stichting, voor
lichting aan belanghebbenden, pers en scholieren in
het Wageningse Staringgebouw.
nen ontvangt gemiddeld 20 scholen
per jaar in het Staring gebouw ter
wijl Stiboka jaarlijks 25 mensen uit
de ontwikkelingslanden opleidt
Interessant Is het demonstratie
materiaal dat tegen betrekkelijk la
ge prijzen verkrijgbaar is. Lakfilms
van bodemprofielen (een door
snede van 30x120 cm) geven na
tuurgetrouw alle details van biolo
gische en menselijke invloeden
in kleur op de grond weer. Zo'n
lakfilm komt tot stand door de
wand van een 120 cm. diepe kuil
met lak te overgieten. De geprepa
reerde laag wordt na enige tijd
voorzichtig losgemaakt en op
spaanderplaat geplakt. Op de ach
terzijde van de spaanderplaat
wordt het profiel beschreven De
lakfilm is ongeveer 3 mm dik De
kosten zijn f 45.
Op een van de lakfilms die de
heer Kraanen me laat zien, blijkt
op 40 cm. hoogte op het geel van
het zand een donkere vlek te zit
ten. Kraanen: „Dat is een brand-
kuiltjeonze voorouders hebben
daar ongeveer 800 jaar geleden
een vuurtje gestookt. De 80 cm.
zwarte grond, die erop ligt, is ont
staan doordat de oorspronkelijke
bodem jaarlijks met een millimeter
mest is opgehoogd."
Stiboka werkt toch zeker samen
met archeologen?
„Inderdaad bestaat er een heel
nauwe samenwerking met het
Rijksoudheidkundig Bodemonder
zoek te Amersfoort. Een voorbeeld
van de raakpunten tussen ons
werk en de archeologie is het vol
gende geval In Friesland boorde
een karteerder plotseling op 70
centimeter diepte veenblubber, na
alsmaar klei te hebben aangetrof
fen. Even verderop boorde hij weer
klei. Hij ging toen terughoren en
ontdekte tenslotte dat op de plaats
van de veenblubber een sloot
moest hebben gelegen. De 70 cm
dikke laag klei moest er na dijk
doorbraken zijn opgekomen Zo
werd hier een verdronken land her
vonden".
De heer Kraanen ontdekte zelf
eens een kasteel in de buurt van
Wageningen door middel van een
luchtfoto. „Rechte lijnen ontdek je
pas op luchtfoto's omdat ze afwij
ken van het normale grillige pa
troon. Ik zag in dit geval lichte
lijnen, die een rechthoek vormden
het bleek verdroogd gras het
was een droge zomer waarvan
de wortels op de funderingen van
het kasteel waren gestuit."
Kraanen laat me een luchtfoto
zien van een dijkdoorbraak. „Hier
ziet u de zandige klei. die doo.r de
kracht van het water als een waai-
-K- Een grondprofiel (foto van de
kuilwand) dat duidelijk maakt
hoe door bodemkundig onderzoek
oudheidkundige aspecten aan het
licht komen. De kartelvormige don
kere lijn, onderop de foto. is de
zogenaamde „Usselolaag", ge
noemd naar de plaats Usselo waar
deze laag werd ontdekt. De laag
met vele houtskoolresten en vuur
stenen werktuigen is ongeveer
10.000 jaar oud en wordt in heel
West-Europa aangetroffen. Afhan
kelijk van zandverstuivingen ligt de
laag meer of minder diep onder de
oppervlakte. Stiboka treft deze Us
selolaag in zandgebieden dikwijls
aan. (Fotomateriaal afgestaan door
Stiboka.)
er rondom het gat op de oorspron
kelijke bodem is terechtgekomen".
In het Staring gebouw wijst hij
me op bruingrijze schilderijen, die
keurig ingelijst aan de wanden in
de gangen hangen Het zijn lak
films. de decoratieve bodemmon
sters van een werkelijkheid, die
onder onze vaak onwetende voe
ten. vertellen over de grond waar
op onze voorouders leefden.
Sindsdien Is veel veranderd; ge
bleven is onze verbondenheid met
de aarde
Chr. J M. Kraanen: „Er is eigen
lijk geen menselijke activiteit te
bedenken, waarbij we niet met
grond te maken hebben. Het is de
taak van de bodemkarterina te on
derzoeken waar die grond ngt. wel
ke verschillen en welke gebruiks
mogelijkheden er zijn".
Rooyens. die Esther's eerste
personalityshow heeft gemaakt.
In het Duitse programmablad
„Hör Zu" verklaart Bob: „Onze
samenwerking was ongelooflijk
harmonisch. Esther is een crea
tieve zangeres, wij hebben alle
mogelijkheden die zij in zich
heeft, kunnen tonen".
Maandaeavond gaat de drie
kwartier durende show om 9
uur in kleuren uit op Duitsland
1. Esther zegt: „Misschien is dit
program te veelzijdig van opzet,
misschien moet ik mij toch
meer in' één richting concentre
ren. ik weet het niet. Nu pro
beer ik eerst alles".
Goed dan. Het Duitse publiek
zal Esther in deze personality
show zien als soort dansmarieke
werk ons wel ligt." Bovendien zijn
we door de overbevolking genood
zaakt onze grond doelmatig te ge
bruiken. Jaarlijks gaat 8000 hectare
verloren door aanleg van wegen,
havens en woningbouw. Daarom is
het zaak dat alvorens grond wordt
gebruikt, overleg wordt gepleegd.
Als we een goed stuk grond aan
de tuinbouw onttrekken zijn we het
definitief kwijt. Kennis van de sa
menstelling van de bodem tot op
grotere diepte is daarom nodig, te
neinde uit te maken welke vorm
van exploitatie het meest rendabel
Is.
Gemeenten, industrieën en over
heidsdiensten maken dan ook, te
gen betaling, gebruik van de kunde
van Stiboka door bepaalde terrei
nen meer gedetailleerd in kaart te
laten brengen De afdeling „op-
drachtkarteringen" van Stiboka
vervaardigt de laatste jaren steeds
meer kaarten met een schaal van 1
1000 tot 1 25000.
Land- en tuinbouw hebben deze
bodemkaarten nodig om de ge
schiktheid van de grond voor di
verse gewassen vast te stellen; de
Cultuur Technische Dienst maakt
er gebruik van bij ruilverkavelingen
en de aanleg van wegen; de indu
strie voor b.v. de opsporing van
zand- grint- en kleilagen.
„De grootste opdrachtgever is
de Cultuur Technische Dienst met
50.000 ha. per jaar. Naar aantallen
opdrachten overweegt het werk
voor planologische doeleinden
(aanleg van sportvelden, gemeente
lijke uitbreidingsplannen) maar
naar aantallen hectares gerekend,
werken we meer voor agrarische
doeleinden. Er komen steeds meer
opdrachten voor onderzoek van de
bodem van recreatieterreinen die
bij voorbeeld opnieuw moeten wor
den bebost. Daarbij wordt dan de
vraag gesteld welke boomsoort het
beste kan worden geplant."
Toch meent Kraanen dat er over
het algemeen nog te weinig wordt
gedaan aan landschapsplanning
gepaard gaand met bodemonder
zoek „Wanneer in een veengebied
door ons onderzoek een zandrug
wordt ontdekt heeft dat bij we
genaanleg of woningbouw het
voordeel dat geen zand behoeft te
worden aangevoerd
„Wordt In dit terrein een woon
wijk gebouwd, dan blijft er een
fraai landschap bestaan als de gril
lige lijn van de zandrug wordt ge
handhaafd of gebruikt voor plant
soenen".
Naast adviezen en bodemonder
zoek voor particulieren geeft Stibo
ka voorlichting door middel van le
zingen en excursies. De heer Kraa-
bruikt, liggen ook ten grondslag
aan het internationale systeem,
dat in de Verenigde Staten I*
ontwikkeld.
Er werden nieuwe, maar Ne
derlandse. namen gekozen.
Taalkundigen assisteerden Sti
boka hierbij. Er zijn nu vijf zo
genaamde „orden", die weer
uiteenvallen in 13 suborden, op
hun beurt onderverdeeld in 25
groepen.
De vijf orden heten: veen
gronden, podzolgronden, brik-
gronden, eerdgronden en vaag-
gronden. Podzol- en brikgron-
den werden onderscheiden naar
de zogenaamde inspoelingsla-
gen. (Het wegzakkende water
kan materiaal uit de boven
grond meevoeren, dat dieper in
de bodem wordt afgezet; er
ontstaan zo inspoélingslagen
van humus, ijzer en aluminium).
Op de bestellijst van demon
stratiemateriaal voor onderwijs
van de Stichting (bestelling van
lakfilms, kleurendia's en kleu
renfoto's) treffen we de vol
gende bizarre namen aan:
„Ooivaaggrond in kalkrijke jon
ge rivierklei (stroomruggrond);
laarpodzolgrond in dekzand op
keileem (oudere ontginnings-
grond); holtpodzolgrond in ge
stuwd preglaciaal; plaseerd-
grond in kalkloze oude zeeklei
(katteklei)" enz. enz.
Dit als voorbeeld van de ver
gaande detaillering, die Stiboka
heeft toegepast. „Priegelwerk",
maar noodzakelijk!
Bob Rooyens' vermaarde re
gietalent mag door de Duitse tv
wat licht- en camera-effecten
betreft in extremiteit een beetje
zijn geremd, er bleef nog ge
noeg esprit over om een groot
spektakel te maken van deze
eerste Esther-show.
grondsoortenkaart van Ne-
id met geel voor zand.
voor zeeklei en iets paarsigs
laagveen herinneren we
allen van de lagere school,
e kaart is te danken aan W. C.
Staring die in 1860 te paard of
rijtuig door ons land trok en
bodem analyseerde. In de hal
het Staring - gebouw staat nu
borstbeeld van deze pionier. In
olging van hem verricht de
It hting Bodem Kartering (afge#
Stiboka) monnikenwerk ©p
meer eigentijdse manier: het
enstellen van een bodemkaart
ichaal van 1 50.000.
jdemkaart en indeling van 1860
Inu eenmaal niet meer geschikt
Jr modern gebruik van de grond,
leen bodemkaart van deze tijd
t kunnen worden opgemaakt,
Ir het beste een kampeerterrein
I komen, of waar nieuw tuin-
«gebied moet worden ontwik-
jliswaar is er in 1961 een bo-
ikaart van Nederland versche-
maar de schaal daarvan, 1
[000. houdt in dat een vakje van
vierkante centimeter in werke-
ieid A00 hectare omvat. De
>r Kraanen: „Dit is dus geen
Art vvaarop je kunt constateren
ett) de grond achter een boerderij
?lei' en zo is samengesteld Deze
re 000-kaart wordt wèl gebruikt
uiterst globale planologische
linden. Er is een landelijk
lerl i van (..De bodem van Neder-
en een boek van elke pro-
S.I
Dol, )p de nieuwe 50.000-kaart
van raan alweer enkele jaren wordt
pc erkt zul je daarentegen onmid-
iet jk kunnen zien of een gebied
ki geschikt is voor recreatie."
seni
e kaart zal bestaan uit honderd
!en van elk 50.000 hectare. Sti-
i begon in 1965 en er zijn nu
bladen gereed. In aanmerking
e xnen dat jaarlijks vier van de-
"j"' laden worden gepubliceerd kan
hele karwei over 15 jaar ge-
n i!
altij j Stiboka werken 180 mensen,
rvan er ongeveer 100 voortdu-
I buiten („in het veld" zeggen
indb hensen) werkzaam zijn. Een te
kami
msti
in 8
Klei is niet zomaar klei. Een
Zeeuwse boer, die het over
zware klei heeft, bedoelt daar
mee kleigrond met ongeveer 30
procent klei. In het rivierkleige
bied wordt daarentegen grond
met 50 tot 60 procent klei zwa
re grond genoemd. En in het
Dollardgebied wordt onder
grond met 35-45 procent klei
pas zware klei verstaan.
Daarom is een systeem ont
worpen. waarin alle Neder
landse gronden naar hun eigen
schappen worden beoordeeld.
Uitgegaan is van de meetbare
eigenschappen ontstaan door
bodemvorming, dat wil zeggen
veranderingen, opgetreden na
dat het ruwe materiaal door de
zee, de rivieren of de wind is
afgezet.
Dankzij deze aanpak is een
uniforme landelijke indeling ont
staan. De principes hierbij ge-
met trommel in een sneeuwwit
gedrapeerd kleed in studio-
sneeuw met een echt schaap aan
een leidsel, en in rose mini met
grote rozenguirlandes. zingend
met kinderen die „ongedwon
gen" net als zij op de grond
zitten en met gekleurde balon-
nen spelen... kortom, Esther hip,
lyrisch en naïef en in nog veel
meer nuances van de show
kunst.
-#■ Hoewel het laboratoriumonderzoek van Stiboka uitermate belangrijk
is, werkt tweederde van het personeel in het veld. De foto toont de
heer Kraanen bezig met een boring.
karteren gebied wordt nauwkeurig
bekeken door deze veldwerkers
die uit allerlei details waardevolle
informatie halen.
Kraanen; „Als een gemeentebe
stuur ons een middag laat rondrij
den kunnen we na een vrij korte
verkenning al zeggen waar het be
ste een sportveld kan komen. Een
sportveld ligt het gunstigst op zo
genaamd oud bouwland, omdat de
grond hiervan niet te nat is. maar
wel vochthoudend zodat het gras
niet gauw dood gaat. Oud bouw
land ligt overigens alleen in de
zandgebieden".
De veldwerkers verrichten tij
dens het karteren minstens één bo
ring op elke vier hectare. Ze ma
ken notities over de grondwater
stand en tal van andere zaken die
worden verwerkt in de bodemkaar
ten. De boringen gaan tot op een
diepte van 1,20 meter.
De 50 000-kaart wordt vervaar
digd in opdracht van het ministerie
van landbouw en visserij, waarvan
Stiboka trouwens een instelling is.
De Stichting werd in 1945 opge
richt en werd vooral omhoogge-
stuwd door prof C. H Edelman,
die van 1945 tot 1955 directeur
was.
Voor 1945 werd er bij bodem-
kundig onderzoek vanuit gegaan
dat kennis van de samenstelling
van de bovengrond bepalend was
Prof. Edelman hamerde er echter
met succes op. dat het hele bo
demprofiel moet worden bekeken
om de grond goed te kennen.
Loopt Nederland met de
50 000-kaart voorop vergeleken
met andere landen? Volgens de
heer Kraanen wel: „We hebben na
tuurlijk het voordeel dat we een
klein land zijn en dat dit priegel-