Grote politiek werd
kleine prins fcatesal
ONZE WESTERSE NEUS MOET WENNEN
door
J. den Boef
De weg is open
door
Rolf Hoekstra
ZATERDAG 58 MAART 1970
De ingrijpende veranderingen in Cambodja hebben één groot voordeel gehad;
zij hebben duidelijk gemaakt, hoe de werkelijke situatie is in het deel van
Zuidoost-Azië, dat nog niet zo lang geleden bekend was als Frans Indochina.
Na de val van Dien Bien Phoe kwam een eind aan het koloniale tijdperk en
werd in 1954 in de Geneefse akkoorden onafhankelijkheid verleend aan drie
afzonderlijke staten: Vietnam, Laos en Cambodja. Het waren vooral de Fran
sen, die groot belang hechtten aan deze regeling, die mede-ondertekend werd
door China, Rusland en de vertegenwoordigers van wat sindsdien Noord-Viet-
nam werd genoemd.
BIJLAGE VAN
HET KWARTET
De Rotterdammer
Nieuwe Haagse Courant
Nieuwe Leidse Courant
Dordts Dagblad
De in Genève gedane beloften
weerhielden Hanoi er echter
niet van, de opstandige bewe
gingen in Zuid-Vietnam (Viet-
cong) en Laos (Pathet Lao) te
steunen. Om de strijd in het
zuiden met succes te kunnen
voeren zond het zelfs troepen
naar Laos en Cambodja, voor
namelijk om infiltratie-routes
naar Zuid-Vietnam open te
houden, maar ook om ze als uit
valsbases te gebruiken.
Tot voor kort waren de
Noordvietnamese en Vietcong-
troepen in Cambodja onkwets
baar, omdat prins Norodom Si-
hanoek net deed, alsof ze er
niet waren, maar tegelijkertijd
Amerikanen en Zuidvietnamc-
zen hoogst kwalijk nam, als zij
bij achtervolging van die niet
bestaande troepen de Cambod
jaanse grens overschreden. Een
conflict hierover liep in 1965 al
zo hoog, dat Sihanoek de diplo
matieke betrekkingen met
Amerika verbrak. Hij dacht
Hanoi en Peking hiermee gun
stig te stemmen en op het goede
paard te hebben gewed. Dat hij
wel eens het rode paard van
Troje binnengehaald zou kun
nen hebben kon hij eenvoudig
niet geloven.
Ook nu hij terzijde is gesteld
door dezelfde mensen, met wie
hij jarenlang heeft samenge
werkt, probeert hij de schijn op
te houden dat het allemaal wel
zal meevallen, als men in Cam
bodja maar naar hem zou wil
len luisteren. Zelfs lijkt hij be
reid, de steun van de in zijn
land aanwezige Noordvietname
se en Vietcong-troepen te aan
vaarden om hoezeer hij dit
ook ontkent zijn persoonlijke
macht te herstellen.
Een feit is, dat in het vroege
re Indochina een toestand is ge
groeid, die men in 1954 in
De Heer is waarlijk opgestaan
na de duisternis der tijden
na een huiveringwekkend lijden
is de Dood nu van de baan
De Heer is waarlijk opgestaan
zomaar om u en mij te leiden
naar een leven waar bevrijde
mensen verder kunnen gaan
De weg, is open en wij slaan
de nieuwe liefdesroute binnen
er valt niets meer te overwinnen
wij kunnen weer opnieuw beginnen
De Heer is waarlijk opgestaan.
HENNY TURPIJN
heeft daar ongetwijfeld toe bij
gedragen, evenals herhaalde
weigeringen van Peking, voor
Noord-Vietnam bestemde Rus
sische wapentransporten door te
laten. Zoals bekend wilden de
Chinezen Moskou dwingen deze
wapens per schip te vervoeren.
Zij hoopten dat Amerikaanse
aanvallen op Russische schepen
tot een gewapend conflict zou
den leiden. Washington heeft
echter alles gedaan om het ont
staan van zo'n situatie ver
mijden.
De nieuwe leiders in Hanoi
lijken aan de kant van Moskou
te staan. Dit betekent ongeveer,
dat zij een politieke oplossing
willen nastreven om te bereiken
wat met militaire middelen niet
kon worden verwezenlijkt. Het
houdt echter geenszins in, dat
de strijd zal verflauwen. De
toegenomen activiteiten in Laos
zijn wellicht een aanwijzing
voor de bedoelingen van Hanoi.
Op de jongste ontwikkelingen
in Cambodja heeft het echter
niet gerekend en het is dan ook
de vraag, of het niet wat voor
zichtiger zal gaan omspringen
met de troepen, die het in Zuid-
Vietnam, Laos en Cambodja
heeft. Noord-Vietnam heeft niet
langer het voordeel, dat het zijn
slachtoffers stuk voor stuk kan
aanpakken. Of het alle drie te
gelijk aandurft valt te betwijfe
len.
Voor president Nixon is er in
tussen geen reden, het terug
trekken van Amerikaanse troe
pen uit Vietnam stop te zetten.
Hij moet de strijd daar overla
ten aan de Vietnamezen, die het
met elkaar eens moeten worden,
zoals men in Laos en Cambodja
een oplossing voor zijn moeilijk
heden moet vinden. De wil om
voor de eigen zaak te vechten,
zolang die oplossing er niet is,
neemt toe naarmate de zeker
heid groter wordt, dat Amerika
zich van het strijdtoneel terug
trekt. Het blijkt in Zuid-Viet
nam, maar ook in Cambodja
waar men besloten heeft, niet
langer een afwachtende hou
ding aan te nemen. Zelfs prins
Sihanoek betreurde het vorig
jaar al, dat Amerika zijn troe
pen uit Vietnam ging terugtrek
ken.
Enkele dagen voordat hij
werd afgezet bepleitte hij nog
terugtrekking van de Noord
vietnamese en Vietcong-troepen
in zijn land. Op persconferen
ties verkondigde hij de mening
dat na het vertrek van de Ame
rikanen niet alleen de landen
van Indochina, maar ook Birma,
Thailand, Malakka en Singapo
re in handen van de communis
ten zouden vallen. Hij denkt er
nu weer anders over. Sihanoek
stond erom bekend dat hij met
alle winden meewaaide, sinds
hij in 1941 op 19-jarige leeftijd
door de Japanners op de troon
van zijn grootvader van moe
derszijde werd gezet.
Nadat Cambodja in 1954 onaf
hankelijk was geworden maakte
hij zijn vader koning om zelf
politiek te gaan bedrijven. Hij
richtte een eigen partij op,
maakte zichzelf premier, orga
niseerde verkiezingen en won
alle parlementszetels. Als hij
het politieke gedoe beu was,
nam hij ontslag en reisde hij
naar Peking, Moskou, War
schau, Praag of Belgrado. Bij
zijn terugkeer liet hij zich tel
kens 'overhalen' de leiding weert
op zich te nemen. Hij bracht
ook enige tijd in een klooster
door en maakte als kaalge
schoren bedelmonnik een
zwerftocht door zijn land. Het
liefst liet de prins zich echter
op het wereldtoneel gelden. Hij
speelde Oost en West tegen el
kaar uit. De grote politiek heeft
de kleine prins echter een on
aangename verrassing bezorgde
Of valt het ook nu weer mee?
delijk werd), werden veront
waardigd van de hand gewezen.
Ook de zgn. domino-theorie van
de Amerikaan Foster Dulles,
welke er van uitging, dat de
kleine landen van Zuidoost-Azië
stuk voor stuk in handen van
de communisten zouden vallen,
als hun agressie niet tot staan
zou worden gebracht, werd zelfs
in Amerika niet algemeen on
derschreven.
Hoe memjok over het zenden
van Amerikaanse strijdkrachten
(onder de presidenten Kennedy
en Johnson) naar Vietnam mag
denken, zeker is dat de kaart
van Zuidoost-Azië er heel an
ders zou hebben uitgezien als
ze niet waren gestuurd. Hier
mede is het Amerikaanse optre
den niet in al zijn aspecten te
verdedigen. Wel heeft het dui
delijk gemaakt, dat de Geneefse
akkoorden voor Hanoi slechts
een middel zijn geweest om het
vertrek van de Franse troepen
uit Indochina te bewerkstelligen
om vervolgens zelf naar de
macht te kunnen grijpen. De
(niet verwachte) Amerikaanse
tussenkomst heeft een streep
door de rekening gehaald, niet
alleen van Hanoi, maar ook van
Peking met als gevolg ver
scherping van het conflict met
Moskou.
Dit laatste moet niet over het
hoofd worden gezien. Hanoi liep
aanvankelijk geheel aan de lei
band van Peking. De enorme
oorlogsinspanningen maakten
de Noordvielnamezen echter zo
sterk afhankelijk van Russische
hulp, dat de balans langzaam
maar zeker in het voordeel van
de Russen ging doorslaan. De
culturele revolutie in China
-#• Prins Norodom Sihanoek was populair in Cambodja. Men verwachtte veel van hem.
Misschien te veel?
Genève meende te hebben voor
komen. Veronderstellingen als
zouden de toen bereikte akkoor
den leiden tot een tweede
Muenchen (de stad waarin
Chamberlain in 1938 een pact
met Hitier sloot, waardoor de
tweede wereldoorlog onvermij-
Een van de markten van Tunesië, het beste te vergelijken met onze rommelmarkt.
Na het tweede glaasje ontwikkelt zich
ten soort zakengesprek. Ik moet m'n vrien-
len 's 'middags meenemen voor een rit op
lun dromedarissen. De dieren staan trots
riet de koppen omhoog lak te hebben aan
de hele wereld. Behalve wanneer ze ge
dwongen worden te knielen. Dan proteste
en ze briesend en sissend, de lippen
«ruilend over de grote gele tanden.
Ik beloof plechtig m'n vrienden uit te no
digen voor 'n woestijnrit, waarna tot besluit
zette vissen in het vuur te roosteren wor
den gelegd. M'n collega's, die overigens
niets voelen voor een lange zit op de bult
'an een schommelende dromedaris, be
reiden me later in het luxe hotel voor op
de meest afschuwelijke ziekten. Theedrin
ken met Bedoeïenen is zo ongeveer het
laatste wat je doen kunt.
De opmerkingen van onze charmante
gids Kmar Sahraoui (vertaald: de maan
van de Sahara) zijn heel wat opwekkender.
Ms jonge Tunesische studente heeft ze
zowat de gehele wereld afgezworven. Ze
zegt: „Jullie durven ons water niet te drin
ken, maar ik drink jullie water niet, omdat
iet vergiftigd is door de luchtverontrei-
liging."
Vooroordelen genoeg, zelfs bij mensen
die in Tunesië zijn geweest. De oosterse
ifeer wordt onmiddellijk gevaarlijk en eng
Benoemd. „Arabieren laten de vrouwen
Met met rust. 's Avonds kun je beter in je
hotel blijven. In de oude Arabische wijken
loop je grote kans neergestoken te wor
den. De mensen wassen zich niet en het
stinkt er ontzettend."
Goed, onze westerse neus moet wennen
aan de scherpe geur van specerijen in de
nauwe straten van de Soek. De mannen
uiten graag hun bewondering voor blonde
schonen en er wordt wel eens Iemand
neergestoken, maar dat gebeurt niet alleen
in Tunesië. Dat de mensen zich niet was
sen is onzin. Negentig procent van de be
volking is moslim. Volgens de Koran moe
ten ze zich voor elk gebed, vijf maal op
een dag, reinigen.
De bewoners van Tunesië zijn te verde
len in diverse groepen, al naar gelang de
karakteristiek van het land. Wie omlaag-
kijkt uit de Caravelle van Tunis Air, die je
na drie uur vliegen veilig en vlug vanuit
het nog winterige Nederland midden in de
lente zet, ziet dat het land zich opent als
een oase in een woestijn. Tegen de groene
heuvels in het noorden zijn terrassen aan
gelegd, die het waterverloop tegengaan:
een lijnenspel als de grillige tekening van
schelpen.
De hoofdstad Tunis weet zich omringd
door dergelijke heuvels. Het ïs een bijna
westerse stad met ongeveer een miljoen
inwoners. In de drukke straten zie je oost
en west kleurig door elkaar lopen. Vrien
dinnen in mini, maxi en haik, het lange
witte overkleed, gaan arm in arm. Bij de
mannen wint het confectiepak het van de
bruine boernoes. Een groot deel van de
jeugd volgt de nieuwste modegrillen, maar
wil. om helemaal „exclusief" te zijn, bij
speciale gelegenheden toch graag de oos
terse dracht dragen.
Tunis Is een land apart. Wie deze stad
verlaat, verlaat het westen. Langs de smal
le en stoffige kustweg liggen de helwitte
dorpjes zich te koesteren in de zon. Opval
lend zijn de felblauwe ramen en deuren,
o'le volgens de een zo zijn geverfd om de
vliegen buiten te houden en volgens de
ander om de boze geesten te weren. Elk
dorpje heeft z'n eigen moskee met om-
hoogtorenende minaret.
Hoe verder men naar het zuiden trekt,
des te kleuriger wordt de kleding en des
te kaler het vlakke landschap. Velden met
olijf-, sinaasappel- en amandelbomen strek
ken zich uit tot aan de horizon. Langs de
geasfalteerde weg lopen de karavaanwe
gen. waarop ezeltjes voortsjokken, zoals
ze dat sinds mensenheugenis hebben ge
daan, soms met twee berijders of met
hoog opgetaste vrachten.
Ook ziet men de gevolgen van de over
stromingsramp. die eind vorig jaar Tunesie
heeft geteisterd. Bruggen en wegen zijn
weggeslagen en provisorisch hersteld. Het
land is opengereten door woeste water
stromen. Grote stukken land zijn woestijn
geworden door het meegeslibde zand, dat
nu hoog opwaait en de horizon verduistert.
De uitgestrekte vlakten gaan langzaam
over in lage bergketens.
Harde grassoorten staan in pollen bij
elkaar en daar zie je de lage bruine tenten
van de Bedoeïenen, een nomadenvolk,
waarvan de grootte niet bekend is. Met
hun vee trekken ze, wanneer de zon het
land kaalvreet van het zuiden naar het
noorden en weer terug, zich niet storend
aan de grenzen met Libië en Algerije.
Net als onze zigeuners zijn ze bedreven
in het maken en bewerken van metalen.
Prachtige sieraden, die alle een eigen be
tekenis hebben, dragen de vrouwen met
zich mee. Deze sieraden zijn een belang
rijke bron van inkomsten. Ze worden ge
ruild tegen graan en vee. De regering pro
beert deze nomaden aan een plaats te
binden door dorpen te bouwen en grond
ter ontwikkeling aan te bieden. Toch voelen
de meeste Bedoeïenen nog steeds hun
zwerversbloed. dat kruipt waar het niet kan
gaan.
Via deze nomaden komt men bij de
oorspronkelijke bewoners van Tunesië: de
Berbers. Ongeveer zesduizend Berbers le
ven nog, zoals eeuwen geleden, in grotten
san de rand var» de Sahara. Hun woon
plaats. te bereiken over een smalle kron
kelige weg langs rotsachtige heuvels, heet
Matmata. Deze mensen hebben zich als
termieten ingegraven in de zandstenen
heuvels.
Wanneer ik zo'n in de heuvel uitgegra
ven gang binnenloop, kom ik op een ruime
binnenplaats met een tuintje van cactus
planten. Gangen geven toegang tot diverse
woonvertrekken. De eerste verdieping is te
bereiken vla een touwladder. Een jonge
vrouw nodigt me uit koes'koes te komen
eten, maar wanneer ook 'n paar collega's
verschijnen is het met de gastvrijheid ge
daan.
De .jonge vrouw en haar kinderen mo
gen niet gefotografeerd worden. De bal
kende ezel en blaffende hond op de bin
nenplaats krijgen een steen naar hun kop.
Dan verdwijnen de Berbers schielijk In hun
rotsgangen, het gelaat bedekkend. Even la
ter komt een oude blinde vrouw naar bui
ten. die niet weet dat zij gefotografeerd
wordt. Ze houdt de hand op en kraait van
plezier, wanneer ik haar honderd millimes
geef. Dan nemen de Berbers in de grot
opening een dreigende houding aan en is
het beter te vertrekken.
VOLGENDE WEEK:
Tunesië als
Vakantieland
Karakteristiek beeld een Arabier voor eqp moskee. J
Een van de Bedoeïenen komt naar me toe en vraagt of ik samen met z'n vrienden thee wil
drinken. Even later hurken we in het zand, ergens aan het strand van 't eiland Djerba. Theedrinken
is een plechtig gebeuren. Eerst wordt in het zand een kuiltje gemaakt voor het houtskool, dat met
de nodige zorg wordt aangestoken. Een zwart geblakerd keteltje wordt in het vuur gezet. De
Bedoeïenen blazen zachtjes het vuur aan. De een zorgt voor thee, de ander reikt water aan en een
derde strooit uit een bruin papiertje een grote hoeveelheid suiker in het keteltje. Met een hoge
straal wordt de thee in een heel klein glaasje geschonken en dan weer in de theepot terug
gegoten. De tweede keer is de kleur naar wens en de Bedoeïenen kijken gespannen toe hoe de
gast zich het brouwsel laat smaken: pittig, maar mierzoet.