'IK WIL LEIDEN WEER
HERKENBAAR MAKEN'
Veertig procent
woningen in
binnenstad goed
Punt. Uit.
Basta.
eidse binnenstad is mooi
maar mist verticale elementen
rchitect Zanstra over universiteit aan de Singel
Ervaring
Verticaal
400 jaar
70 miljoen
Kleine afdelingen
■ïa
In 1970 bouwen in Merenwijk
Jongetje in
wak gestapt
en verdronken
lATBtDAO JO DtCÏMBER 190
Ingezonden
Indien de heer Van Aken mijn uit
lating over „het faillissement van 25
jaar socialistisch woningbouwbeleid"
op de heer Piena wenst te betrek
ken, is dit zijn zaak. De door de heer
Van Aken gewraakte passage houdt
slechts in dat het vanaf de tweede
wereldoorlog in Leiden gevoerde wo
ningbouwbeleid geleid heeft tot de
huidige malaise.
Rekening houdend met het beleid
van de centrale overheid en de
plaatselijke moeilijkheden, zijn er
m.i. in het verleden relatief te wei
nig woningen in de vrije sector ge
bouwd, waardoor de beter betaalden
hetzij de stad werden uitgejaagd,
hetzij in te goedkope huizen moes
ten worden gehuisvest. Qnder meer
vanwege deze voor betrokkenen te
goedkope huisvesting en vanwege
het grote brek aan duurdere wo
ningen zit de doorstroming nu in het
slop. Gaarne teken ik hierbij aan dat
juist wethouder Piena met het plan-
Meerenwijk het voorheen gevoerde
beleid doorbroken heeft.
Overigens zijn mijn hierboven ge
schetste bezwaren helemaal niet
nieuw. Reeds vroeger hebben wijlen
de heer Huurman en de heer Woud
stra in de raad hun ernstige bezwa
ren tegen het gevoerde beleid ken
baar gemaakt.
De redenering van de heer Van
Aken dat het woningbouwbeleid col-
lege-beleid is. ndopt mij allereerst
tot de vraag wat de heer Van Aken
onder collegiaal bestuur verstaat se
dert hij zich akkoord heeft ver
klaard met de PAK-samenwerkings-
overeenkomst. Naar mijn opvatting
over collegiaal bestuur is de stelling
van de heer Van Aken dat het wo
ningbouwbeleid college-beleid is, op
zichzelf strikt formeel gezien
helemaal juist. Feitelijk echter heb
ben de elkaar opvolgende wethou
ders en de grootste fractie in de raad
vanaf de tweede wereldoorlog op het
woningbouwbeleid een beslissende
invloed uitgeoefend en willen uit
oefenen. Waarom anders heeft de
PvdA-fractie telkens weer de porte
feuille „openbare werken" geclaimd?
(N.B. De portefeuille „onderwijs"
hebben de confessionelen evenmin
ooit kunnen verwerven). Als één
fractie 25 jaar dezelfde portefeuille
bezit, is het de hoogste tyd dat daar
in verandering komt. Uiteraard
geldt dit voor elke fractie. Op een
KVP-afdelingsvergadering heb ik
dit al eens eerder gesteld.
De heer Van Aken heeft mij daags
vóór zijn aanval opgebeld. In dit 40-
minuten durend gesprek (er werden
voornamelijk andere zaken bespro
ken) heeft de heer Van Aken mij
niet gevraagd of de door hem ge
wraakte passage kritiek op wethou
der Piena inhield. Wel heb ik toen
mijn standpunt met betrekking tot
het in het verleden gevoerde wo-
ningboubeleid uiteengezet. De heer
Van Aken hoeft niet mijn bezwaren
tegen het vroegere woningbouwbe
leid te delen, doch hij moet ook niet
wethouder Piena als motief gebrui
ken indien hij zijn kanonnen op mij
wil afschieten; destemeer niet indien
hij kan vermoeden met losse flod
ders te schieten. Ik geloof dat de
heer Portheine de ware opzet van
de heer Van Aken door had.
De heer Van Aken meente de ge
wraakte passage te moeten vergelij
ken met het fooien van vergif.
Mijns inziens heeft de PvdA op haar
anti-KVP-congres vergif gestrooid.
De heer Van Aken deed hetzelfde
toen hij zijn vingers in de lucht
stak om zich aldus achter de PAK-
samenwerkingsovereenkomst te scha
ren.
Voor mij is deze zaak, al te barre
reacties voorbehouden, afgedaan. Om
met de woorden van een bekend
Leidenaar te eindigen: PUNT. UIT.
BASTA.
M. J. HANSSEN
voorz. KVP Leiden.
Moties Leidse raad
LEIDEN De Leidse raad heeft
de motie Duyverman-Kret-De Wilde
voor het samenstellen van een nota
over de binnenstad vóór 15 decem
ber 1970 met algemene stemmen
aangenomen.
De motie Amptmeijer-De Vroom-
en-Van 't Zelfde voor een preadvies
over de oprichting van een al of niet
intergemeentelijk gemeenschaps
bouwbedrijf werd met 25 tegen 12
stemmen aangenomen.
De motie Amptmeijer-De Vroo-
me-Van 't Zelfde voor 'n adhesiebe
tuiging aan de doelstelling van de
aktiegroep automatisering sanering
Den Haag en het comité Woning
nood te Leiden werd met 30 tegen 7
stemmen verworpen.
De heren Amptmeijer, De Vroom-
en en Van 't Zelfde trokken de mo
tie inzake de bebouwing van braak
liggende stukken grond in.
De motie Amptmeijer-De Vroom-
en-Van 't Zelfde om het slopen van
huizen voor verkeersdoeleinden na
te laten zolang de urgentielijst van
woningzoekenden bestaat, werd ver
worpen met 32 tegen 5 stemmen.
Ook de motie Amptmeijer-De
Vroomen-Van 't Zelfde om de wo
ningen in de Merenwijk voor urgen
te woningnoodgevallen uit Leiden te
bestemmen werd verworpen, met 34
tegen 3 stemmen.
Enkele moties inzake woningnood
en huisvesting komen binnenkort
aan de orde, als in de raadsvergade
ring een tweede huisvestingsnota
wordt behandeld.
LEIDEN De huisvuilophaalbeurt
voor volgende week donderdag
(eerste kerstdag) wordt een dag eer
der uitgevoerd, dus op woensdag 24
december. Wie gewend ii vrijdags
zijn vuilnisemmer buiten te zetten
kan het volgehde week een dag later
doen, düs op zaterdag 27 december.
vergeefs.
Toen werd de brandweer gewaar
schuwd, die er om half een met be
hulp van duikers in slaagde de jon
gen boven te halen. Men verkeerde
in de veronderstelling, dat hij dood
was, maar bij aankomst in het zie
kenhuis bleek, dat de levensgeesten
nog niet waren geweken. Op de af
deling beademing is men gistermid
dag en vannacht bezig geweest het
leven het het slachtoffertje te redden.
LEIDSE COURANT
(Van een onzer redacteuren)
LEIDEN- ,.Ik heb zó geredeneerd
nneer je nou de hoofdzaak van dit
an onderbrengt in een bebouwing on-
veer ter hoogte van de nokbebouwing
zo'n beetje in het oude Leiden bestaat
speelt dat helemaal niet in het silhou-
Je merkt er niets van. Als je daar nou
zet een toren, maar dan ook zó hoog,
ie werkelijk torenachtig is, dan gaat
ding van ruim 120 meter hoog een
pelen in het silhouet van Leiden. Als
straks Leiden nadert, dan is Leiden her-
nbaar geworden aan dat ene ding. Ik
Leiden weer herkenbaar maken, de
een silhouet geven. Dat je weer kunt
zeggen: dat is Leiden. De hoge universi
teitstoren geeft een draaipunt aan het
silhouet, dat karakteristiek herkenbaar is
voor Leiden in de landelijke ruimte. Ik
geloof, dat de overheid van Leiden zich
kan permitteren, vast te houden aan deze
toren ook als uitdrukkingsvorm voor een
belangrijke culturele zaak als de univer
siteit van Leiden is, binnenkort 400 jaar
oud. Het stadsbestuur kan dan ieder an
der die ook een toren wil hebben afwijzen
met het argumentwe hebben onze toren
al in ons silhouet; dat hebben we con
amore gedaan, omdat dit onze universi
teit is die Leiden visueel herkenbaar
maakt. Dat is eigenlijk mijn gedachte
eze verantwoording kreeg ik te
n toen ik dezer dagen mijn weg
gevonden naar het bureau van
heer P. Zanstra. architect van het
versitaire bouwplan aan de Witte
gel, waar de a-faculteiten en de
versiteitsbibliotheek een nieuw
n te wachten staat. Zijn bureau
t aan de zuidelijke periferie van
sterdam in Buitenveldert.
-afAT ARCHITECT Zanstra zo al-
illP lemaal in zijn leven heeft ge-
uwd, is een heel verhaal. „Werken
deze orde van grootte heb ik nooit
der gehad. Wel heel grote wo-
1 G ïgcomplexen, een winkelcentrum
:n l Het winkelcentrum in Arn-
n 1 m-Oost bijvoorbeeld (waar ook het
ac iderdorpsegemeentebestuur zich
w eft laten voorlichten), maar dat is
i heel complex, waar vijfhonderd
ningen bij staan, tachtig winkels
'warenhuizen en geweldige kan-
artorens. Dit is eigenlijk meer en
likje stadswijk". Het stukje Bui-
ai] raeklert, waar we te gast waren,
door het bureau Zanstra ont-
>rg( ojjm. vier grote woningkantoor-
Mentorens aan de Van Nijenro-
mVeg.
rchitect Zanstra wil best voor
l leeftijd uitkomen, want al mag
het volgend jaar aanspraak ma-
op AOW, zijn levens- en werk-
iie zal niet veranderen. Dat
idt hij het voorrecht van een vrij
an oep.
rikaanse wagen daar maar binnen
komt.
w I.
ET IS natuurlijk wel een beroep,
waain de ervaring een belang-
element is. Vroeger kwam het
voor, dat heel jonge architecten
aanmerking kwamen voor grote
achten, omdat men die liever in
Jen gaf van mensen, die het ge
il gaven op dat gebied een heel
ervaring te hebben. In de cri-
jaren, in 1932, richtte de heer
nstra zijn bureau op. Je kon toen
lar moeilijk aan de slag komen.
na de oorlog, leven we in een
iode van steeds toenemende of in
geval gelijk blijvende bouwacti-
I pleit, dacht architeot Zanstra. „Ik
Ia loof, dat hieruit blijkt, dat de eco-
nen de problemen veel beter in
hand hebben. Toen ik als twintig-
jongen uit Friesland me in
vestigde, was zeven jaar
de eerste wereldoorlog de hoog-
ijunctuur van de Amsterdamse
looi het fantaserend spel met
'^on en baksteen al afgelopen.
was gedaan met bouwen tijdens
geweldige werkeloosheid. Op het
refciblik is er voor iedereen in dit
werk, wel een heel verschil. Er
rden nu ook veel grote opdrach-
gegeven aan jongere mensen,
ei» el mooi."
faar om de Zanstratoren in Lei-
zo enorm hoog moet worden
nd de schepper gemakkelijk te be-
woorden. Alleen de B-faculteiten
Jnen met hun nieuwbouw over een
;o1, ntal jaren al een ruimte in beslag,
001 i groter is dan het oude Leiden
men de vestinggrachten. En wat
heft de literaire faculteit, de cen-
le interfaculteit van wijsbegeerte,
faculteit van de godgeleerdheid
dan kunstgeschiedenis, archcolo-
J prentenkabinet, maar ook de
iversiteitsbibliotheek, daaraan
waarom heeft het universi-
Isbestuur deze zaken ook niet
buiten gebracht? Het antwoord
'rop is geweest: om redenen van
itle werkgebouw-woongebied.
fjet is duidelijk, dat je van de
isen, die in het gebied werken
u1 de B-faculteiten komen (tot
ten westen van de rijksweg Den
*S Amsterdam) en dat geldt
gehele universitaire gemeenschap
a moeilijk kunt verwachten, dat de
«sten op die grote afstand van het
j in de oude stad willen blijven
"en. Als je nu ook de A-facultei-
naar buiten stuurt, verplicht je
ia die mensen ook buiten te gaan
t& '"en. Daarom staat dit project nu
ie onmiddellijke nabijheid van de
jfe universiteit ook al omdat het
toestand zou zijn als die dui-
'ien elke dag op en neer zouden
ln pendelen van huis naar hun
e n lrh en terug met gemotoriseerd
ee 70er-
eó ;°or de binnenstad zelf en voor
verkeer daarin is vestiging van
faculteiten een heel positief iets,
je kunt nu gewoon verlangen,
te voet komt We kunnen
t zoveel parkeerruimte maken, dat
"teen met z'n lelijke eend of Ame-
JJET TWEEDE punt is de
moest een geweldig groot bouw
programma op. „Er zijn naar mijn
mening een paar mogelijkheden: of
je zegt, het kan er niet op óf het kan
er wel op, maar dan moet je kiezen
tussen hoog en laag. In het laatste
geval zou het een gebouw worden
van meer dan tweehonderd meter
lang, met een hoogte variërend van
vijfentwintig tot vijfendertig meter.
Dat kan niet anders. Dat is zo hoog
en gigantisch, dat het de hele schaal
van de oude stad ter plaatse zou
vernielen. Het zou werken als een
muur.
„Die Leidse binnenstad is mooi,
maar heeft geen verticale elementen.
Er is vroeger een keer in de middel
eeuwen een toren bij de Pieterskerk
geweest, maar die is ingestort.
Sindsdien was het silhouet van Lei
den bescheiden, wel mooi hoor, maar
pastoraal met die lange nokken van
Pieters- en Hooglandse kerk met
hun dakruitertjes, zo heel lief en
bescheiden in dat vloeiende silhouet.
Aan het einde van de vorige eeuw
en het begin van de twintigste is dat
silhouet bedorven door een ring van
gashouders, meelfabrieken,
schoorstenen. Die lelijke hoge ele
menten hebben het silhouet van Lei
den sterk beïnvloed. De laatste tien
tallen jaren zijn er de nieuwbouw-
flats bij gekomen en als je nu Leiden
van verre nadert, ervaar je een hy
bridische, amorfe silhouetvorming,
heel anders dan bijvoorbeeld Delft,
Utrecht, Zierikzee, Amsterdam en ga
maar door."
De universiteit is voor Leiden van
eminente betekenis. Ook architect
Zanstra is daarvan overtuigd. „In de
middeleeuwen bouwde men te mid
den van kleine huizen in een kleine
stad een stuk schaaldiscrepantie: een
geweldige kathedraal, een oceaansto
mer van een gebouw. De middeleeu
wer wilde iets dat van grote beteke
nis was voor de gemeenschap ook
een grote vorm geven. Dat is ook
deze universiteit voor Leiden." Dit
moet in het silhouet herkenbaar zijn
volgens silhouettekenaar Zanstra.
zeggen, dat wanneer je ze in een
gestrekt gebouw zou onderbrengen,
je allerlei afdelingen zou moeten
passeren om bij je eigen faculteit te
komen. De heer Zanstra vindt het
niet zo erg om een eind te lopen,
maar het is natuurlijk wel storend
voor de afdelingen waar je door
heen, moet. Het gaat nu allemaal in
één ruk door.
Het is in het buitenland gebleken,
dat waar je de faculteiten een inter
ne verbinding geeft met de biblio
theken, het bezoek aan die biblio
theek geweldig toeneemt. Men ziet
er niet meer tegen op naar de biblio
theek te gaan, want men is er al.
Dat is heel belangrijk.
Ook de nieuwe Vrije Universiteit
van Amsterdam krijgt een dergelijke
opzet. Het Leidse boekenmagazijn
krijgt tweeëneenhalf miljoen boeken
te verstouwen. De ontwerpfaze is nu
afgelopen. Het bureau Zanstra is
thans bezig met het maken van
bestektekeningen. Er kan nog van
alles veranderd worden, de eerste
paar jaar, totdat de heer Zanstra
zegt: „Nu moet u het precies weten,
heren, op welke verdieping u Frans
(de taal) wilt hebben.
WE WERKEN en tekenen er
net zo lang aan als de bouw
duurt. Je blijft tekenen tot het bitte
re eind. Dan is er weer een por-
portiersloge en een balie hier en een
kantine daar die ingericht moet wor
den. Dat gebeurt in een heel laat
stadium; dat moeten we allemaal te
kenen." Het versieren van het ge
bouw laat de heer Zanstra over aan
de anderhalf-procentsregeling (van
de naakte bouwsom) voor opdrach
ten aan beeldende kunstenaars. „Dit
ding zal zo ongeveer zeventig mil
joen kosten," zei de heer Zanstra
losjesweg, „als bouwkosten. Nie
mand draait tegenwoordig zijn hand
meer om voor een miljoen, want die
gulden ontwaardt zo snel.
ARCHITECT ZANSTRA
silhouet van Leiden in over
eenstemming brengen met emi
nente betekenis van universi
teit
"\7"OLGEND JAAR oktober moet de
zaak effectief op gang komen.
Met het vierhonderdjarig bestaan
van de universiteit moet het facul
teitsgebouw in gebruik genomen
kunnen worden, in 1974. Dat is al
heel vlug. Toen de heer Zanstra zijn
opdracht kreeg, zag hij het nog niet
allemaal zó voor zich. „Je krijgt een
heel boek van honderd pagina's, wat
je eerst terug moet brengen tot een
eenvoudige zaak wil je ermee kun
nen werken. Alles wat erin moet
zitten, is langzamerhand ontwikkeld
door een bureau, dat zich uitsluitend
bezighoudt met het maken van
bouwprogramma's. Een Delfts bu
reau BSB, Bureau Samenstelling
Bouwprogramma's, heeft mede op
grond van zijn ervaringen in het
buitenland een programma op
gesteld, waarmee iedereen ook de
overheid, zich kon verzoenen. Een
groots karwei. Dat programma heb
ik me eerst eigen moeten maken.
De heer Zanstra heeft nu een
bouwkundig organisme geschapen,
waarin dat formidabele programma
zo gunstig mogelijk is onderge
bracht. Het ontwerp biedt ook de
nodige flexibiliteit om in de toe
komst nog eens veranderingen aan
te brengen. „Zo'n toren is in wezen
niet anders dan een kern met daar
omheen een open ruimte, die je om
de 1,80 meter kunt indelen. Die een
meter tachtig is de formule waarop
alle schama's zijn afgestemd. Je
kunt wanden erin zetten en er weer
uitnemen, die wanden zijn namelijk
niet dragend."
XJET GROOTSTE voordeel voor het
gebruik van die toren vindt de
architect, dat de afdelingen, die erin
worden ondergebracht, allemaal be
trekkelijk klein zijn. Ze beslaan
meestal niet eens een hele verdie
ping de grootste zelfs niet meer
dan twee verdiepingen wat wil
LEIDEN Tot 15 december zyn
er dit jaar in Leiden 359 woningen
klaargekomen, te weten 266 woning
wetwoningen, 64 gesubsidieerde par
ticuliere woningen en 29 ongesubsi
dieerde. In aanbouw zijn 739 wonin
gen, te weten 229 woningwetwonin
gen, 360 gesubsidieerde particuliere
woningen en 150 ongesubsidieerde.
Volgend jaar komen in aanbouw 60
woningwetwoningen aan de Besjes
laan (tegenover de Lciderdorpse
brug) en 24 gesubsidieerde particu
liere woningen aan de Hoge Ryndyk.
In de Merenwijk zal volgend jaar
met de bouw van 256 woningen wor
den begonnen. Een extra toewijzing
van 100 woningen voor de Meren-
wyk ligt in het verschiet. De gemeen
ten waar gronden en plannen klaar
zyn en waar de gehele situatie extra
voorzieningen nodig maakt, kunnen
in aanmerking komen voor een bij
zondere toewijzing. Leiden zal deze
mogelijkheid zeker benutten.
Dit deelde wethouder Piena van
openbare werken gistermiddag in de
gemeenteraad, die toen nog steeds de
begroting voor 1970 behandelde, mee.
Binnenkort zal de raad een krediet
worden gevraagd voor een onderzoek
naar de functies van de binnenstad.
Het idee van een raad voor de bin
nenstad zal de wethouder in het col
lege van B. en W. ter sprake bren
gen. In de Stevenshofjespolder (vroe
ger Voorschoten) kunnen wellicht
3000 woningen worden gebouwd. De
wegtracé's zijn nu bekend. Er zijn
met het oog op de directe voorberei
dingen al besprekingen aan de gang.
Open plekken
Op enkele open plekken in de bin
nenstad zouden inderdaad woningen
gezet kunnen worden. De moeilijk
heid is ook, een bouwer hiervoor t«
vinden. Het kunnen maar heel be
scheiden plannetjes zijn.
In de binnenstad zyn tot dusver
4029 woningen op hun kwaliteit on
derzocht (verdeeld over 12 wjjken).
1004 woningen bleken tamelyk ge
schikt te zyn, 1399 ongeschikt voor
bewoning en 1626 goed. Veertig pro
cent is goed.
In verband met de sanering van
de Camp merkte wethouder Piena
op, dat de vele kleine bedrijfjes een
moeilijkheid vormen. Voor terrasjes
in de binnenstad zijn moeilijk ge
schikte plekken te vinden. Er moet
ook belangstelling zijn om ze te ex
ploiteren. Het Herenlogement is op
het ogenblik in nauwkeurig onder
zoek. Voor een eigen gemeentelijk
bouwbedrijf voelen B. cn W. niet.
Het zou zeer grote investeringen ver
gen.
LEIDEN Vanmorgen om vjjf
voor acht is de 7-jarige Hans Pieter
Blok uit Leiden in het academisch
ziekenhuis overleden, nadat hy 20
uur eerder in het water was terecht
gekomen. Hy was op het (js van de
Uhlenbeckkade aan het spelen met
een paar vriendjes, toen het jongetje
plotseling in een wak stapte. Hy
verdween onder het ys. Omstanders
deden pogingen om hem weer er
onder vandaan te krygen, maar te-
den een eigen, specifiek silhouet wil
geven. Een schok voor veel Leide-
naars van vandaag, maar onze ach
terkleinkinderen zullen niet beter
weten.
Zanstra heeft veel bewondering
voor het gepresteerde in vroeger
eeuwen. „In de zeventiende eeuw
kwam een bouwwerk vaak van het
initiatief tot de ingebruikneming
binnen twee jaar tot stand. Ik sta
verbaasd over die prestaties, ook
wat de snelheid betreft; dat deden
ze maar eventjes zonder gebruik van
hulpgereedschappen zoals wij, met
kranen en zo. Er waren natuurlijk
wel zwermen van bekwame arbei
ders; maar je wrijft je wel de ogen
uit Op de bouwplaats komen nu
heel weinig mensen te pas, maar in
onze tijd kost het bouwen een ont
zettend lange tijd van voorberei
ding."
Tot zover architect Zanstra, wo
nend en werkend in Amsterdam, die
de gewichten van de Leidse uni-
versiteitsklok sinds het initiatief van
Willem van Oranje na vierhonderd
jaar weer heeft opgetrokken en Lei-
De universiteitstoren aam de
Witte Singel; hij zal het stads-
silhouet gaan beheersen.
Foto maquette Zanstra