schaak
Kinderwereld in
'n mini-museum
Drie Vissers" exposeren
Moeder de Gans
kostelijke kluif
Voorjaarsboden
Drie keer één
PUZZEL VAH DE WEËK
NU DE GROND
Verrassingen
ZATERDAG 1) OKTOBER 1969
Ot en Sien
H. Dorenbos: Kinderwereld
bewaren
In het Drentse dorp Roden, waar ook een beeldje
van de kinder-,,symbolen'7 Ot en Sien een plaats
vond, krijgt in een oud huisje aan de Brink de
wereld van het kind gestalte. De Stichting Neder
lands Museum Kinderwereld, die zich daarvoor
beijvert, wil een uitgebreide collectie voorwerpen
bijeen brengen, die nu nog wellicht in vergeten
hoekjes op vele Nederlandse zolders liggen.
„Ouders bewaren nu eenmaal de dingen van hun
kinderen", zegt stichting-voorzitter H. Dorenbos.
Het ontbreken of het missen van één
slag bepaalt over het algemeen of een ge
boden contract kan worden gemaakt. Men
mag immers verwachten dat de spelers el-
kaars biedingen zo goed aanvoelen, dat op
dit punt weinig fouten kunnen worden ge
maakt. Toch. die ene slag. In vele spellen
blijkt die nu juist de doorslag te geven.
In een drietal voorbeelden kan dit gege
ven eenvoudig worden toegelicht. Zuid was
in het eerste geval nogal zelfverzekerd van
start gegaan, al zal men zijn eindcontract
vier schoppen niet snel betwisten. Hij
kwam evenwel van een koude kermis thuis,
omdat west de downslag tevoorschijn to
verde.
84
H 7 6 4
O 102
AHB95
6
C? A V 8 3 2
O A 8 7 6 4
V 3
AHVB10
D 9
O HVB93
64
West kwam namelijk uit met ruiten aas
en de tweede rultenslag werd tot zuids ver
bazing door oost ingetroefd. Toen oost ook
nog met harten terugkwam voor de aas van
west en die weer ruiten vervolgde, was het
hek van de dam, omdat oost altijd kan over
troeven. Weliswaar wordt de rest voor zuid,
maar de downslag kon niet worden voor
komen.
Dit kon evenmin in het tweede spel, (vijf
klaver) waartegen noord ondanks het har
tenbod van oost, met harten aas en zeven
kwam. Zuid kwam met de heer aan slag en
speelde weer harten, die noord introefde.
Simpeler kan het al niet. Overigens is dit
de enige speelwijze, die tot down-gaan leidt.
H 9 7 4 2
9A7
O V52
1092
A
AB 10
N
W O
z
853
B 5 2
V 109
B
co
X
HV7653
A 8
V 6
H 4 3
O 1098764
B 4
Minder gemakkelijk is het derde voorbeeld,
waarin noord vier harten had te spelen,
waartegen oost met klaver acht uitkwam. Een
Correspondentie aan de heer B. J. Nu
Burg. Baumannlaan 163c, Rotterdam.
goede keus zoals bleek. Zuid moet wel mé
de aas slaan, waarna hij schoppen moet gaai
vrijspelen.
V 7 6 5 2
AVB 10
O A 4
62
843
D 53
O H V 3 2
H 9 7 5
B 10
H 8 4 2
O 975
A V 4 3
Doet hij dat inderdaad, dan neemt oost d
eerste slag, waarna hij met de ruiten ze ;i
zuid in moeilijkheden brengt. Oost/zuid in
casseren in totaal derhalve één ruiten-, ééi
klaver- en twee schoppenslagen. Men zie!
zelfs een bijna waterdichte kaart garande°r 5
geen succes.
De heer Dorenbos, die onder
wijzer is aan de prof. Blader-
groenschool voor kinderen met
leer- en opvoedingsmoeilijkhe
den in Paterswolde (een „expe-
rimenteerschool") en die tevens
voorzitter is van de WV in
Roden, is wild-enthousiast over
de plannen. Hij zegt: „Wij had
den in Roden het knipmuseum
van de knipkunstenaar Lever,
maar dat is naar Westerbork
gegaan. Wij hebben toen ge
zocht, om de mensen weer iets
te kunnen bieden en het werd
Kinderwereld".
Het is de bedoeling om alles
in het museum op te nemen,
dat kinderen in hun jongste ja
ren heeft beziggehouden en be
roerd: van speelgoed en kleding
tot leermiddelen van de lagere
school.
De hele opzet wordt deskun
dig begeleid, want de directeu
ren van de musea in Groningen
en Assen hebben hun volledige
medewerking toegezegd. „Dit
museum is niet alleen een ten
toonstelling, het moet iets voor
de toekomst worden: het is
echt bedoeld voor de mensen
die na ons komen", aldus de
heer Dorenbos.
Teneinde te kunnen komen
tot het opzetten van een verza
meling, zijn door het stichtings
bestuur her en der contacten
gelegd, die alhet nodige heb
ben opgeleverd. Begonnen
wordt in twee kamers van het
oude huisje met een collectie,
die wordt uitgebreid met door
het Groninger museum in
bruikleen afgestane voorwer
pen.
„Het liefst krijgen we dingen
van de mensen", zegt de heer
Dorenbos. „Als de zaak straks
loopt, zullen we ook proberen
om via aankopen de verzame
ling uit te breiden".
Hoewel de stichting Neder
lands Museum Kinderwereld
nog nauwelijks van de grond is,
is het oude huisje aan de Ro-
dense Brink al te klein geble
ken. Van het oude woonhuis.
Aan Rodens Brink staat nu een museum.
dat onder monumentenzorg
valt, staan twee gedeelten ter
beschikking, maar de stichting
streeft ernaar om het gehele ge
bouw in gebruik te krijgen.
Binnenkort al worden de deu
ren voor twee of drie weken geo
pend, om bijv. via huisvrouwen
verenigingen bekendheid aan
het museum te geven. De offi
ciële opening is tegen Pasen
1970.
„Het is ons opgevallen, dat
de dorpsklederdrachten van
vroeger, vooral bij de kinderen,
langzaam bezig zijn te verdwij-'
pen", zegt de heer Dorenbos.
„Op Urk zie je bijvoorbeeld al
helemaal geen kinderen meer
in klederdracht lopen. We wil
len nu de klederdrachten van
het hele land gaan verzamelen,
zoals van Urk, Spakenburg.
Scheveningen enz. We moeten
de mensen opwekken om din
gen die ze nog hebben, niet
weg te gooien, maar die aan
ons museum in Roden af te
staan".
In het zomerseizoen zullen
aan het kinderwereld-museum
af en toe exposities worden ver
bonden, echter zonder het ver
band met de kinderen los te
laten. Gedacht wordt onder
meer aan schilderijen over en
van kinderen en aan reproduc
ties van kindertekeningen uit
vorige eeuwen. De van Roder,
naar Westerbork verhuisde
knipkunstenaar Lever heeft in
zijn stiel al zijn medewerking
toegezegd.
De heer Dorenbos: „Alles wat
om het kind draait, spreekt de
mensen aan. Ze hebben alles
bewaard, van oude kleren en
speelgoed tot een vergeeld leer
boekje. Wij menen er goed aan
te doen dit voor de toekomst te
bewaren".
Degenen, die menen bruikba
re dingen voor het museum te
hebben („geen rommel") kun
nen contact opnemen met de
plaatselijke VVV in Roden, Kas
tanjelaan 30.
TON HULST
Bij de Haagse uitgeverij
W. van Hoeve, waar wel
meer boeken worden uitge
geven, die een lust voor het
oog zijn, is een facsimile-
uitgave verschenen van de
„Sprookjes van Moeder de
Gans", berijmd door Ant. L.
de Rep in 1876 en geïllus
treerd door Gustave Doré.
Het is de achtste druk en
hopelijk niet de laatste. Het
boek royaal formaat,
zwaar papier en stevig ge
bonden is een kostbaar
exemplaar. Zo'n boek, dat1
men steeds weer even uit
de kast pakt om er verge
noegd en bewonderend in
te bladeren.
De sprookjes zijn nog"
Ff
In het Dordrechts Museum is thans een expositie gewijd aan het werk van ir. Arie Visser uit
Papendrecht en zijn zoons Martin en Carel. Arie Visser is amateur-schilder, Martin ontwerpt meu
belen en Carel leeft zich uit in vrije plastieken. Verleidelijk is het te zoeken naar verbanden
tussen hun werk, maar hierin spelen ook andere factoren dan genetische een rol.
Arie Visser heeft eerst op ge
vorderde leeftijd gevolg kunnen
geven aan zijn sehilderdrang,
om wat hem dierbaar was in
Hor. 1. luchtbol, 6. oosters lastdier, 12. gordel, 14. meisjesnaam. 16.
spil van een wiel. 18. water in Friesland, 19. verlegen, 21. voegwoord, 22.
familielid, 23. steel, 26. reden, 29. mens in onvolwassen staat, 30. hoef
slag, 32. rijstbrandewijn. 33. oude lengtemaat, 34. afnemend getij, 36.
stapel, 37. familielid. 38. muzieknoot, 39 soort van antilope, 41. juffrouw,
43 voorzetsel, 44. schrikbewind, 45. reeks, 47. plaats in Groningen, 49.
dorp in Gelderl., 52. water In N.-Brab., 54. nummer (afk.), 55. reeks, 57.
lidwoord (Fr.). 58- uitroep. 59. werpanker. 61. inlandse naam v Buiten
zorg, 63. deel van een schip, 65. treurig, 67 stad In Frankrijk, 69. water
in Friesland. 70. soort onderwijs (afk.). 71 ik (Lat.), 73. water in Fries
land, 74. sint (afk.). 75. artikel van een wet, 77. plaats in Zweden, 79.
specerij, 80. tekengereedschap.
Vert. 2. slede. 3. plaats In Gelderl., 4. ongevuld, 5. voorzetsel, 7. tel
woord, 8. insekt, 9. zonder gezelschap. 10. boom, 11. mom, 13. de Griek
se letter p, 15. kwajongen. 17 rustig, 19. bagger, 20. huisdier, 22. voeg
woord. 24. voegwoord, 25. maanstand, 27. aardrijkskundige aanduiding.
28. slede. 31. bedreven. 35. zulvelprodukt. 37. sieraad. 39. ingewand
van een haring, 40. eikenschors, 41. tweetal. 42. eer, 46. klimwerktuig,
48. plaats in N.-Brab.. 50. op geen plaats, 51. rangtelwoord. 53. slede, 55.
viskuit (ZN). 56. alleenzang, 58. schor. 60. en omstreken (afk.). 61.
scheik. element (afk.), 62. rondhout, 64. oude rekening (afk.), 66. ploeg-
snede, 68. deel van het gelaat. 72. gebod, 75. scheik. element (afk.), 76.
voomaamw., 77. muzieknoot, 78. lidwoord.
OPLOSSING VAN DE
VORIGE PUZZEL
Horizontaal: 1 Vaals, 5 sol, 7 Ommen,
11 nors, 12 lop, 14 een. 16 Iris, 18 ora.
20 manie. 23 pei 24 n.K.. 25 als. 27
roe. 28 ste, X ta, 31 Klaas. 33 gnome.
34 nn. 36 Erato, 3u Trees. 39 eg. 40 uk.
42 eland, 44 eer. 45 al, 46 stop, 48 do
lik. 50 taks. 52 ton. 53 leven. 54 ver. 55
keel. 57 Leren 59 nota. 61 er. 62 rok.
63 riant. 66 nl. 67 om. 68 leven. 69 qraal.
71 nu, 73 Roden. 75 kabel. 76 '8 78 Ger
79 ooi. 81 kee 82 el. 83 ale. 85 baret. 87
adA. 88 lont, 90 aar. 91 voe. 93 atok 94
maler, 95 kei. 96 alsem
Vertikaal: 1 vork. 2 are. 3 as. 4 st.
5 spar. 6 tela. 7 on, 8 ml. 9 Erp.
10 met. 11 noren. 13 om. 15 Ee. 17 eleng.
19 klare. 21 nog. 22 stoer. 25 ale.
26 Saaie. 28 Sneek. 29 Eme. 32 sta.
33 grein. 35 nut. 37 onder. 39 elk.
41 koter. 43 Dover. 45 Aaron. 46 sok.
47 pol, 49 lenig. 50 ten. 51 ela. 53 laken.
56 Eem, 57 lover, 58 snaak. 60 tin.
62 reden, 64 ark. 65 tabel 67 Oeral,
68 log. 70 Lee. 72 uniek, 74 por. 77 alom
79 park, 80 Levi. 82 Edom. 84 ene. 85 ba,
86 To. 87 Ate. 89 Tl. 90 ar. 92 se. 93 s e
INZENDINGEN
Oplossingen, uitsluitend op brief
kaart, worden voor donderdag aan
ons bureau verwacht In de linker
bovenhoek vermelden: „Puzzelop
lossing". Er zijn drie prijzen: een
van f 10 en twee van f5.
gloeiende kleuren uit te beel
den. En dit verlangen was: het
mysterie van de gang der heils
geschiedenis te midden der om
ringende wereld van het gescha
pene.
Hoewel hij nooit op zondag
schildert, kunnen we hem reke
nen tot de wereld van de zon-
lagschilders of primitieven, ama
teurs, die hun eigen wereld in
kleur en lijn doen leven. Er
zijn grote meesters onder; we
noemen slechts H. Rousseau, Se
rafine en Bombois. Hun groot
heid bestaat zeker niet in etale
ren van anatomische of perspec
tivische kennis of het volgen
van wat anderen maakten,
maar uit geïnspireerd werk, kin
derlijk, vaak zeer simpel, doch
van een sterke expressiviteit,
die veelal het meest persoonlij
ke in de schilder gestalte geeft.
Bij Arie Visser is dit zijn
„evangeliserend schilderen".
Het werk ontwapenend door de
eenvoud, waarmee hij zijn nooit
overlappende figuren uitbeeldt,
een kleine lichtende Christus
zien we met enige discipelen in
een wijds landschap. Tussen
fantastische rotsen wordt Elia
door de raven gespijzigd. De
verloren zoon komt terug naar
zijn vader. De Emmaüsgangers
zijn zelfs negen maal afgebeeld.
De waarde van dit werk ligt
in het eerlijke en tot het hart
van gelijkgezinden sprekende
verlangen, de Bijbel te doen le
ven.
Martin Visser uit zijn creatie
ve drang in een geheel andere
en meer aardse richting. Hij
ontwerpt meubelen, waarvan
een aantal stoelen uit '58, '62 en
'69 ter expositie aanwezig zijn.
Het zijn stalen meubelen in
smaakvolle functionele vormge
ving. Opvallend zijn de goede
bekleding met kunststof en de
zorgvuldige afwerking.
Carel Visser behoort tot de
Nederlandse kunstenaar, die
plastieken scheppen in vrije
geometrische vormen. Als zo
danig kreeg hij reeds veel be
kendheid.
In zijn vroegere tijd maakte
hij uit ijzer, zijn meest gebruikt
materiaal, dierenfiguren, die
troffen door hun typerende en
krachtige vorm. We noemen in
dit verband het ..stervende
paard", dat door een Duitser
als „zoenoffer" voor ons in de
oorlog aangedaan leed, aan het
Kröller-Muller museum werd
geschonken. Voorts beelden van
vogels zoals uil, roerdomp,
haan (zie Hammacher: Beeld
houwkunst pl. 154).
In zijn „familiewandeling"
zien we een luchtiee omspan
ning der ruimte. Deze vroege
werken, die soms door Brancusi
of Gonzales waren geïnspi
reerd zijn niet op de expositie
aanwezig. Hierna werkte hij
steeds verder in geometrische
abstracte richting en hiervan
'.Hn vele voorbeelden te zien.
We vrezen dat Carel Visser
hiermee op een dood spoor ge
raakt is. Sommige kubussen
herinneren in hun open begren
zing der ruimte nog aan de „fa-
miliewandeling", maar vele van
de uitgestalde plastieken spre
ken ons minder aan. Wel zullen
ze in grote formaten (bijv. 5-8
m) in een landschap een zekere
architectonische functie kunnen
vervullen. We zien dit bij zijn
Detail van een evangeliserend
schilderij van ir. Arie Visser
geslaagd monument op
Schiphol. Eenvoudige vormen
krijgen nu eenmaal in groot for
maat een monumentaal karak
ter.
Soms zag de beeldhouwer
een speels element door bijvoor
beeld roestige scharnierende
ijzeren staven te gebruiken; het
publiek kan en mag ze verleg
gen. Meermalen werkt hij ook
met rechthoekige ijzeren blok
ken door deze te verschuiven
tot een voor de kunstenaar har
monische verhouding. In het
klein zien we dat meermalen in
de etalages van onze winkels.
We beweren niet dat het niet
goed is wat Visser in dit genre
doet, maar wel. dat we de waar
de van het genre op het ogen
blik niet kunnen overzien,. Het
werk is zeer persoonlijk en zeer
eigentijds. Het eerste houdt in
dat velen er geen deel aan heb
ben, het tweede doet vrezen
voor een snel verdwijnen met
de tijd. We vragen ons af. waar
deze richting toe leiden zal. Ver
dere vereenvoudiging is haast
onmogelijk en in de harmoni
sche verdeling van alluminium
wandplastieken dreigt een te
rugvallen op Mondriaan.
Niettemin verwachten we
van Carel Visser zelf, gezien
verscheidene prestaties van uit
muntend niveau in het verle-
steeds uitstekend leesbaar,
omdat de verteltrant geens
zins verouderd aandoet. Wel
klinkt er het knusse toontje
van het negentiende eeuws
Nederlands in door, maar
dat mag gelukkig bij sprook
jes. Daartegenover staat, dat
de griezeligheden die in de
verhalen voorkomen, breed
zijn uitgemeten. En dat
laatste móét eigenlijk bij
sprookjes. Men moet bij dit
soort verhalen plezierig
kunnen huiveren om de
afschuwelijkheden die een
Blauwbaard bedrijft om
daarna des te gelukkiger te
zijn als zuster Anna „einde
lijk iets ziet komen".
Het boek omvat de sprook
jes „Klein Duimpje", „De
Toverfee", „Roodkapje",
„Blauwbaard", „De gelaars
de Kat", „Assepoester",
„Riket met de kuif", „Ezels
vel" en „De schone slaapster
in het bos".
De gravures van Doré zijn
juweeltjes op zich, zodat
men alleen al daarom zou
wensen het boek te bezit
ten. (153 blz., 25,—.)
- 1:
Nauwelijks kleuren de hinderen en plukken u
vruchten die de herfst ons biedt, of we moeten oi
weer met het naderende voorjaar bezig houden,
gezien de narcis als heraut van de lente vroege be 1
ting verlangt om tot briljante bloei te komen, gaa
daar nu in huis en tuin mee beginnen. Eind oh
wordt meestal als uiterste grens genomen omdat bi, i
planten de narcissen laag en de bloemen klein., ki
blijven.
Plastiek van Carel Visser
den, een omzetten van het roer
als hij merkt op een uitzichtslo-
ze koers te varen. Intussen zijn
we er van overtuigd, dat onze
zienswijze evenzeer eigentijds
is als zijn werk. met alle kon-
sekwenties daarvan.
Vooral in de volle grond en
in bloembakken op het balkon
is het beter als de bollen nog
voor de winter geworteld zijn.
Zijn we wat aan de late kant
dan kan vaak door goed diep
planten onheil worden voorko
men. We zorgen er voor dat de
bollen minstens met acht tot
tien cm aarde worden bedekt
en een onderlinge afstand krij
gen van twaalf tot vijftien cen
timeter.
De narcis heeft een sierlijke
groei- en bloeiwijze, waardoor
ze zich minder dan de hyacint
leent voor perken en vakken,
maar mooier tot haar recht
komt in losse groepen in de
border, onder heestergroepen
en licht geboomte. Hoe natuur
lijker ze daar worden uitge
strooid, hoe beter later het ef
fect zal zijn.
Als we ze in bloembakken
willen planten, afgewisseld
Correspondentie aan de heer
H. J. J. Slavekoorde,
Goudreinetstraat 125,
Den Haag.
Het zou water naar de zee dra
gen zijn. U uit te leggen wat onder
„verrassingen" dient te worden
verstaan. Liever praten wij. aan de
hand van dit „motto van de week"
even met U over de nieuwe op
gaven.
Wat is Uw eerste gedachte wan
neer U de stelling van opgave 1
beziet? Natuurlijk: Torenoffer op
h7 en dan maar zien of het lukt.
Inderdaad, een redelijke en voor de
hand liggende diagnose, maar.,
totaal misl Wat dan wél? Dat moet
U zelf uitvinden!
Opgave 2 bevat een stelling die
voorkwam in een massakamp tus
sen schoolmeisjes (I). Misschien
vindt U na enig zoeken wel 1. Pd5!
Pxd5 (1Dd4 2 c3) 2. Txhöl en
dat is dan lang niet gek. Maar zet
het zoden aan de dijk? Hoe gaat
het verder na 2gxh5 3. exd5t
f51 Dan is de witte aanval afge
slagen. Aan U om uit te vinden
waar het verrassingselement ligt.
om te gebruiken wat goed en te
versmaden wat niet goed is. Het
schoolmeisje dat de witte stukken
bediende, loste dit probleem excel
lent op. Dit kunt U niet op U laten
zitten, dachten wij.
In opgave 3 wellicht minder het
element van de verrassing, dan wel
het probleem van het exact en
nauwkeurig vooruit berekenen. Het
(1) Uit een partij Schmidt—Köpke
(Corr. partij van de BdF)
gaat in elk geval niet direct met
1Lxf8! Pxb3t 2. axb3 Txf8 3. Dh6,
want zwart speelt meteen 3
Ph5 en heeft dan een soort bar
rière opgericht die mogelijk' zijn
leven redt. Wat dan-wèl? Ook hier-,
gebruiken wat goed is, wat niet
goed is vervangen door Iets
beters!
(2) Uit een partij RoyshteynYakir
(twee meisjes: Kiev 1965)
OPLOSSINGEN
Hieronder de oplossingen van de op
gaven uit de rubriek van 4 oktober. (Het
oude liedje
(1) BeckerSchneider. Mel 1 Lxf2l
maakte zwart het veld g3 voor zijn
paard toegankelijk en na 2. Txf2 liep
het allemaal amusanr vlot: 2. Pg3t;
3. Kh2 Pf1t; 4. Khl Dh2tll; 5 Pxh2
Pg3 mat.
(2) Ellhardt—Burgau. Op 1 Df4? had
moete- *-
Tdlt;
Heel mooi.
oplossing", nl. 1. T8x92 Cruet de
dreiging Txh2 mat. Nu Is Dxh6 ge
vaarloos) Weliswaar kon wit met 2.
Dxh6t Kg8 3 Dxd2' zijn tegenstander
nog even de stulpen op het lijf lagen,
maar ook dan geeft zwart mar door
middel van 3 Tg4t; 4. Tg2 Db1t
(3) SternbergKunnemann. Hier volge na
1 Dxd6? 2 Txh7tl (Ditmaal was de
tegenstander klaar wakker) 2. Kxh7,
3. Dh5 mat. Heel eenvoudig, zoals U
ziet. els U hel zietl
(3) Uit een partij Waskan
Serebrjakov (Riga 1965)
Wit aan zet won. Hoe?
Zie ook de tekst!
Wit aan zet won op fraaie wijze.
Hoe?
Wit aan zet. Gevraagd,
de correcte matvoering.
door violen of muurbló
dan zullen we eerst de pli
aan de aarde moeten toevei
wen en daar tussen de l
zetten. Doen we het ande
dan is het gevaar voor besc
ging van de bollen niet
beeldig.
Denk zowel voor bloen
ken als in de rotstuin of o
muurtje vooral eens aan bi
sche miniatuur narcisjes.
laag blijven, klein van I
zijn en vaak onder de
„rotstuin narcissen" bij de
ker verkrijgbaar.
Geef al uw narcissen
voedzaam humusrijk plek
zon of lichte schaduw. I
schrale grond plaatselijk
schikt maken door diep s|
en vermenging met blada
turfmolm en oude mest (v
niet vers). Hoewel narcisse
ren op hun plaats kunnen
ven staan en niet elke i
gerooid behoeven te word
de bloei meestal beter als
twee jaar worden opgen
en op een andere plaats w
geplant. Met wat blad of
molm dekken voor de win
altiid goed.
Voor de cultuur in huii
de Franse Paperwhites fav
omdat ze ongeveer vier t<
weken na het opzetten bi
en meteen in het volle licl
plaatst kunnen worden. B
dien brengen ze de lente
huis als de tuin nog bezig
te sterven.
Toch mogen we de X'
landse narcissen niet veri
Ze bloeien weliswaar iets
maar de bloemen zijn grol
vaak meer sprekend dooi
afstekend kroontje of
trompet. Het kan toch i
geen bezwaar zijn om deze
cissen na het planten in
donkere koele ruimte te
staan, tot de spruiten tie
lang zijn geworden. i
Uitstekend voor potcij
zijn de trosnarcissen Cral
Geranium en Cheerfulness]
bel), de trompetnarcissen 1
Master, Golden Harvest, 1
Hood en Rembrandt, de
kronige Birma, Sneeuwp!
en Verger en de grootkr
Carlton, Flower Record,
tune en Scarlet Elegance.
Bollen in potten of sd
kunnen in tuinaarde,
grond of bulbfibre worden
plant, waarbij 1/3 van dl
boven de aarde mag uitsl
In hun donkere schuilplaat]
kêlijks water geven. Bij ce
le verwarming een polyal
leen zak over de pot trekkl
in een donkere kast befl
tot de spruiten tien cm
zijn.
A. C. MULLER-IDZi