Koken voor de Koningin „DE JACOB ISLADDER ST/ DEZE WEEK JAREN ZESTIG IN SHOW GEVANGEN Mercur zich nu ius laa bek ij kei VAT IN ISRAEL Gezegd Vurige wens van Indonesische chef-kokkin: door 1 ZATERDAG 4 OKTOBER 196» I - - Naar aanleiding van Siegfried E. van Praag, De Jacobsladder, uitg. Leopold, Den Haag, 298 blz., 19.90. Dit is een roman over het Joodse probleem. Ik zeg probleem en niet problematiek, omdat de schrijver bij alle ingewikkeldheid de Joodse problematiek ziet als één grote vraag: wat is de toe komst van de Jodenheid in het algemeen en van de staat Israël in het bijzonder? Siegfried van Praag had daarover een ver handeling kunnen schrijven, b.v. onder de ti tel: „De stand van het Joodse vraagstuk in 1969". Maar hij is romanschrijver en hij denkt niet In documenten en statistieken, maar in mensen en hun onderlinge verhoudingen. Dit boek krioelt dan ook van de mensen; toen ik halverwege de roman al ruim vijftig namen had geteld, ben ik maar opgehouden. Met tel len welteverstaan. Op bl. 85 vertelt de auteur waarover het in zijn boek eigenlijk gaat. „Het wezenlijke cen trum van het boekis het verschijnsel van de alljah en de Jeridah, het Immigreren naar en het emigreren uit het land van Israël." Let wel: niet een achtergrond, een sfeer, een toneel, maar het centrum van de roman. Er is niet één verhaal, maar een complex van levensgeschiedenissen, voltooid of onvoltooid- Die Ingewikkeldheid wordt maar in schijn vereenvoudigd, doordat Van Praag aan het begin en aan het einde van zijn roman vier mannen al6 een soort portiek bijeenzet: dr. Schlesinger, dokter De Sola, de niet-Jood dr Alan Shaw (In het achterportiek als dode al leen in de herinnering aanwezig) en de schrij ver Ruben Jozeph, die niemand anders is dan Siegfried van Praag zelf. Het navertellen van de inhoud van een boek is soms nodig, maar hier is het ondoenlijk. Nu is de roman een geduldige literaire vorm; de inhoud kan bont en verscheiden zijn, terwijl de eindindruk toch die van een zekere eenheid is. Denk maar aan de Max Havelaar van Multa- tulf. De eenheid zit dan in de persoonlijkheid van de auteur, het ene vat waar de vele tegen strijdigheden in zitten. Bij Van Praag zitten de tegenstrijdigheden niet in de ziel van de schrijver, maar in het fenomeen van het Joodse volk In en buiten de staat Israël. Daarom moest hij zelf In zijn boek plaats nemen als waarnemer en commentator. De Jood is op veelheid aangelegd, zoals de Griek dat was op eenheid. In de literatuur is de Jood dikwijls de etaleur, de uitsprelder en toon der van waren. Hier vindt men een etalage van mensen, maar dan een etalage waarin alles be weegt en zich onderling wijzigt. Alles stroomt. De Jacobsladder Is natuurlijk een cosmopoli- tische roman. Rusland, Polen, Duitsland, Roe menië, Nederland. België, Engeland, de Ver enigde Staten.... er wordt over gepraat als over de wijken van één stad, waarin zonder veel moeite alles bereikbaar is. En de mensen komen overal vandaan, hebben overal familie of relaties. Men spreekt Jiddisch, Nederlands, een van de moderne talen, Hebreeuws of Ivriet, af zonderlijk of door elkaar. Dat wereldburgerschap is natuurlijk een wereld-bannellngenschap. Dit hebben alle Joden gemeen, behalve zij die in Israël gevestigd zijn. Maar ook die leven in constante onzekerheid. De schrijver heeft ervoor gezorgd dat de ver schillende typen goed uit de verf komen. Hij heeft geen goed woord over voor de 'assimi- lant, die helemaal wil opgaan in de cultuur van het land waar hij het goed heeft. Hij schudt het hoofd over de Joden die bulten Palestina een goed bestaan hebben opgebouwd en daarmee tevreden zijn. Dat zijn de arrivisten. Een beetje in zijn maag zit hij met de streng- orthodoxe Joden die evenals de Farizeeën uit het Nieuwe Testament zichzelf rechtvaardiger ach ten dan de rest. Zelf is hij ruimdenkend. Voor hem is het Jood-zijn beslissend; God moge dan verder een Hij of een Het zijn, zoals dokter De Sola zegt op blz. 296. De religie zit in het bloed en in de geschiedenis. De afvalligheid en de zelf haat zijn daarbij constante factoren, evenals het wonen in en buiten Palestina. Een eeuwen durend proces van aantrekken en afstoten. Van Praag is daardoor geboeid; het is zijn grote probleem, religieus, historisch, antropologisch, wijsgerig. Nu er zoveel milieus zijn, is er van milieu tekening weinig terechtgekomen. De schrijver is, zoals ik verleden week al opmerkte, in mensen geïnteresseerd, zijn mensen, de Joden. Hem heeft misschien een soort biologie van het Jodendom voor de geest gezweefd. En nu hij zelf niet redeneren mag (nietje veel al thans: zijn alter ego Ruben Jozeph dringt zich niet op de voorgrond) moeten zijn figuren wel veel praten. Zo wordt een groot deel van het boek met gesprekken gevuld. Wie in één ro man één doorlopend boeiend verhaal zoekt, komt hier teleurgesteld uit. De verdienste van het boek is dat het d danks alles tóch een. roman is en tóch de ei indruk van een eenheid nalaat. De auteur kj natuurlijk (honderdmaal beter dan ik) het „ui nimisme" van Jules Romains (geb. 1885), bij Van Praag niet programmatisch, maar ij wezenlijk is toegepast en -niet locaal, maar mt diaal gesitueerd. Ook stilistisch hééft het boek voortreffel^ passages, zoals b.v. die op bl. 182, waar Ab ham Ronieth zijn vrouw Milka buiten de II boets doodgeschoten vindt. De goede sti) herkent men (evenals de waarlijk beschaaj l mens) aan de kleine trekjes. Wie aan een dol ziek vluchtellngetje „stille, krankzinnig dr. vige ogen" (22) kan meegeven, weet wat sclj ven Is. Van Praag heeft het Joodse probleem steld, maar natuurlijk niet opgelost. Ook bu de roman om zitten wij met dit levensgr vraagstuk. Boven onze gebrèkkige exegese Romeinen elf uit is God zelf bezig profeti en beloften In de gang der gebeurtenissen te leggen. Wij kijken verbijsterd en gebo toe, afwisselend krant en bijbel lezend. HET NIEUWS is ook ditmaal oterk geconcentreerd in de soci- aal-economisch-financiële hoek. Van de zwevende koers van de D-Mark af (het EEG-verbod van invoerheffingen om de Duitse landbouw te beschermen, wordt door Bonn bestreden; in de Eu ropese landbouw dreigt een cha os) tot de lagere premies voor onze levensverzekering toe. Daartussen: scheepsbouwer Verolme krijgt 25 miljoen rege ringskrediet onder voorwaarde dat hij zijn aandelen bij de rege ring in pand geeft en de heren Langman en Biesheuvel in de boeken laat neuzen. Minister Roolvink („alleen een wonder kan Roolvink redden", kop in Het Vrije Volk) neemt met zijn loon wet het NVV en het NKV tegen zich in en de loonadviescommis- sie zou op springen staan. Een wilde staking legt de strokarton industrie een dagje plat. De Ne derland, de Rotterdamse Lloyd en de KJCPL (en misschien ook de VNS) gaan samen een der grootste vrachtrederijen ter we reld vormen. Het ziet ernaar uit dat de CDU in West-Duitsland in de oppositie komt en dat voor het eerst in veertig jaar een socialistische Bondskanselier wordt aangewe zen, dank zij de coalitie tussen socialisten en liberalen. China en Rusland schijnen hun houding te genover elkaar te matigen; voor zitter Mao leeft nog. Een staatsgreep in Bolivia, niet links of rechts. Praag: een nieu we regering(-Kempsky), Smrkofsky verstoten, Dubcek uit de partijtop gezet, maar niet uit al zijn functies. Vietnam: Nixon wil dat de Amerikanen er voor 1971 verdwenen zijn. In ons land toont de Kamer commissie zich bezorgd over de voortgang van de woningbouw. Minister Polak besluit geen gra tie of vervroegde vrijlating voor „de drie van Breda" te overwe gen, maar het Kamerlid Van Schaik zal toch een uitspraak van de Kamer uitlokken. Het wordt nu niet direct een 80-jarige oorlog, maar Spanje ie verstoord om het Nederlandse smaldeel dat de Engelse marine bij de omstreden vesting Gibral tar bezoekt. De commissie Cals-Donner komt met een op vele punten verdeeld advies over grond wetswijziging en kiesstelsel. Een AR-rapport beveelt de vorming van gewesten aan om het land beter te besturen. Rovers maken een bank in Ab coude 60.000 gulden armer. Louis van Gasteren krijgt de filmprijs van de staat. NVV-Kloos wordt in een enquête als ge wenst premier genoemd, Luns ook. Feijenoord Reykjavik 40, PSV Rapid Wien 4—2. Als ons kleine landje bijna op zijn kop wordt gezet door het feit, dat één bedrijf met maar 10.000 werknemers door verkeer de beslissingen In moeilijkheden komt, hoeveel te meer moet dan het feit dat in de land- en tuin bouw jaarlijks duizenden bedrij ven in moeilijkheden verkeren en vaak buiten hun schuld, als een zweepslag over ons publieke ge weten gaanl (Dre. R. Zijlstra). Het Nederlandse volk twijfelt aan het stelsel dat de Indone sische regering heeft gekozen voor de raadpleging van de Pa poea's (Luns, schriftelijke tekst). In Nederland is enige twijfel gerezen aan... (Luns, mondelinge tekst, oo verzoek van Djakarta). Bob Mantiri Mevrouw Anas (67), reizend chef-kokkin van een Chinees-Indisch restaurant in Den Haag: ,,'k Hoop nog eens een uitgebreide Indonesische rijsttafel te mogen bereiden voor koningin Juliana." Vele ambassadeurs en NAVO-generaals hebben reeds kennis gemaakt met de voortreffelijke kookkunst van de in het Minangkabause Bukittingi geboren In donesische. In vele Europese hotels en restaurants heeft mevrouw Anas mensen laten smullen van haar exotische gerechten, be reidt naar grootmoedersrecept. En als ze niet op toernee is, geeft ze in Rotterdam kook cursussen aan huisvrouwen. In haar woning aan de Haagse Madoerastraat 20 ver telt de gedistingeerde mevrouw Anas, die ruim twintig jaar in Nederland woont, hoe zij chef-kokkin is geworden. Diplo ma's of getuigschriften bezit zij niet, maar ze kan bogen op een benijdenswaardige ervaring. „Ik kookte al vanaf mijn elfde jaar." Onder haar vriendinnen ge niet zij de reputatie in een hand omdraai de ingewikkeldste In donesische gerechten te kunnen klaarmaken. De reputatie bleef niet binnen beperkte kring, want al gauw werd zij door ve le ambassades benaderd. In 1967 kreeg zij een telefoontje van de manager van Het Verre Oosten. „Wij hoorden dat u voortreffelijk kan koken en bo vendien van reizen houdt." Me vrouw Anas; „Natuurlijk ben ik op dat aanbod ingegaan." In haar nieuwe functie trok zij door Europa: de Scandinavische landen, België, Duitsland en Frankrijk, waar zij in de def tigste hotels en restaurants de Indonesische keuken introdu ceerde. Zij bladert vol trots in haar fotoboek en laat kleurenfoto's zien waarop zij naast de chef-koks staat: in Hannover, Heidelberg, Neurenberg, Brauns weig, Oslo, Casteau enz. Dat de Indonesische keuken in deze landen vrijwel onbe kend is, illustreert chef-kokkin Anas met het volgende voor beeld. „In een vooraanstaand Duits restaurant vroeg ik mijn mannelijke collega een sausje klaar te maken voor de saté, Trots wijzend naar de door haar gemaakte poppen dat onderdeel van de rijsttafel dat in Nederland even populair is als het zakje patat'. Wat doe die goeie manhij maakte een chocolade- in plaats van pin dasausje." Het correct uitspreken van de moeilijke namen van de Indo nesische gerechten levert voor menige chef kok met wie zij samengewerkt heeft, problemen op. Zoals besengèk. Vele spre ken het uit zoals het er staat, wat nogal komisch aandoet. Als je het goed wilt zeggen moet je het ongeveer zo uitspreken: be-se-ngek, vertelt mevrouw Angs. Opnieuw nagenietend, vertelt ze verder, dat ze in het Bel gische Casteau, waar een on derdeel van de NAVO is ge vestigd, voor officieren, onder andere enige generaals, een complete rijsttafel heeft ver zorg. „U had ze moeten zien eten. Ze hebben gesmuld." Mevrouw Anas is Indone sische, wil geen Nederlandse worden. Uit .liefde voor haar geboorteland'. Zij kwam in 1949 in ons land samen met haar man. De heer Anas maakte toen deel uit van de Indonesische delegatie naar de Ronde Tafel Conferentie in Den Haag. Ze bleef in Den Haag wonen om dat zij er veel kennissen heeft. Haar man overleed in 1961. Koken, is slechts één van de vele hobby's van mevrouw Anas. Liever blijft ze thuis om zich te wijden aan het poppen maken. Elke pop kleedt zij in een dracht uit een bepaalde In donesische streek. Op haar buf fet staat een keur van poppen gestoken in kleurige Balinese, Soedanese, Javaanse, Suma- traanse en Menadonese kleder drachten. De belangstelling voor die poppen is zo groot, dat er zelfs uit Amerika bestellingen ko men. Ze heeft in totaal al zeker over de zevenhonderd poppen naar de VS geëxporteerd. Wat ze met de opbrengst van deze kunstnijverheid doet? „Voor een goed doel", zegt ze. „Wij hebben in Soerabaja met dat geld een school laten bou wen." Als ze nog tijd over houdt, gaat ze met de bandrecorder op stap: op jacht naar geluid. „Ik ben een verwoede ge luidsjaagster". Nog niet lang geleden heeft ze daarmee een prijs gewonnen. Ze verzuimt niet haar bandrecorder mee te nemen wanneer ze voor de zaak op toernee is. Hoe mevrouw Anas het klaar speelt, ze weet het zelf niet, maar tussen de bedrijven door wipt ze enkele keren in de week naar Rotterdam om er een kookcursus te geven, Jeanneke Stam, echtgenote van acteur Eric Schuttelaar, maakt morgen avond haar tv-debuiil in de vrouwelijke hoofdrol van hel korte spel „Zeg dat het je spijt". V ARA-regisseur Eimert Kruidhof ontdekte haar camera- kuxditeitcn, toen ze verleden jaar pas bij de toneelgroep Studio was. Ze is televisie „geweldig" gaan vinden. Maar zelf heeft zij geen tv- toestel: „Ik zou het niet aandurven uit angst dat ik teveel ging kijken, want ik moet toch tijd overhouden voor andere dingen: met mensen pra ten, erg veel lezen en een beetje schrijven." In de eenakter speelt Jeanneke samen met Bram van der Vlugt een samenwonend, niet-getrouwd jong paar, dat in conflict raakt. Zenderwisseling voor een jaar De radio-omroepen wisselen weer van zender, zodat van morgenochtend af AVRO, VA RA en VPRO Hilversum I be zetten en NCRV, KRO en TROS op Hilversum II verschijnen. Voor het eerst zal deze situatie een heel jaar duren. Het wisselen van zenders werd jaren geleden aangegaan, omdat Hilversum II toen min der ver reikte dan Hilversum I, terwijl de ontvangst soms veel liet te wensen. Tegenwoordig ontlopen de zenders elkaar niet meer zoveel in kracht en reuk vermogen. Het is geen opera, die zon dagavond ter opening van het winterseizoen op Ned. 2 verschijnt. Ook geen musical al heeft het daarvan veel weg of een muzikale parade, maar wat het tweede Duitse programma ZDF noemt: een to tale show. Een mengeling van speelfilm en documentaire, ge lardeerd met veel muziek, die de geschiedenis van de jaren zestig moet weergeven. De befaamde regisseur Mi chael Pfleghar heeft het hele, drie uren durende, geval zelf geschreven Een half jaar heeft hij er aan gewerkt en er heel wat voor overhoop gehaald. In die tijd schoot hij 120.000 meteT kleu renfilm. Klaus Munro schreef muziek. Tonia Basilotta ver zorgde de choreografie en Heinz Kiesseling had de muzikale lei ding. Michael had intussen met zijn oloeg de halve wereld rondge reisd. De film begint met een schijnbaar gewone lief desgeschiedenis tussen Romeo Miller, een taxichauffeur, en Julia Smith, verkoopster in een levensmiddelenzaak. Bij hun - eerste ontmoeting, het is dan 1960, praten zij over mode, beat en ruimtevaart. En dan worden zij opeens naar alle windstreken overge plant, zij ontmoeten wereldbe roemde personen aan wie zij vragen mogen stellen, en die ook antwoord geven. En wat voor antwoorden! Prof. Barnard zegt in Afrika: „De enige grens van ons kunnen is de grens van onze fantasie". Romeo en Julia worden ge zien in Bali, Bangkok, Cannes, Chicago, Detroit, Heidelberg, Indianapolis, Londen, Los An geles, Las Vegas, Mexico, Monte Carlo, München, New York, Osaka, Palm Springs, Parijs, San Diego, San Francisco, St. Tropez, Squaw Valley en Tokio. Niet alle beroemde personen die zij aanspreken treden echt op de film, zij verschijnen ook via filmmontage, met zinnen die zij ooit eens hebben uit gesproken. Romeo krijgt het druk, ook Julia heeft haar besognes. Zij maken zich bezorgd over hun status, spel en plezier worden zaken en politiek.... en de liefde verkwijnt bij gebrek aan tijd voor elkaar. Neergezegen op de puinhopen van hun vroegere gevoelens ko men zij eindelijk tot bezinning SI George London, de Amerikaan se bas-bariton die in 1942 de buteerde, werd in zijn vaderland éérst met open armen ontvan gen na zijn grote successen bij Europese operahuizen. Hoewel hij ook graag optreedt in musi- sicals, gaat zijn voorkeur uit naar het zingen van negro spirituals. De AVRO zendt van avond op Ned. 2 een Duitse pro- duktie uit, die te genieten geeft van Londons veelzijdigheid. en vragen zich af: heeft in deze roerige tijden de liefde nog wel een kans? Dan leidt een laatste poging om het allemaal nog eens uit te praten tot een wer velende fantasiereis door hun eigen herinneringen.... en hun besluit om te trouwen gaat daarin verloren. Mercurlus is slechts zelden goed te zien. Rond 14 oktober doet echter een kans voor. Die' dag bevindt de planeet zich namelijk op maximale westelijke elongatie, hetgeen betekent dat zij dan op schijnbaar grootste afstand van de zon staat. Daar het juist de zon die door helder schijnsel steeds het waarnemen van Mercurlus zo mc lijk maakt, zijn de omstandigheden om Mercurius waar te nemen op dag bijzonder gunstig. Toch bevindt de planeet zich ook nu nog di bij de zon; men dient dus te kijken vlak vóór zonsopgang boven de o telijke horizon. Mercurius zal er te zien zijn als een fel lichtpuntje in schemering. De ochtendhemel heeft meer te bieden. Helderder dan welke ster planeet ook, straalt Venus 's morgens In het oosten. Deze planeet iets verder in schijnbare afstand van de zon, maar vooral haar strale helderheid doet haar in 't oog springen. Men kan haar dus niet verwar met Mercurius. Mars is nog steeds 's avonds zichtbaar. Deze planeet staat nu in sterrenbeeld de Schutter en dus, zodra het donker Is, laag In het zi westen. De planeet heeft een opvallend rode glans en is betrekke helder. Jupiter is in oktober niet te zien. Deze planeet bevindt zich thans dicht bij de zon. Saturnus daarentegen is nu op 't best waar te nemen. Zij bevindt zj op 29 oktober In oppositie, dat wil zeggen, dat zij aan de hemel rei tegenover de zon staat. Bij zonsondergang komt Saturnus dus op, I zonsopkomst gaat zij onder. Rond middernacht bevindt zij zich bijgevl recht in het zuiden. ZIJ is iets helderder dan Mars en dus een opvallj hemellichaam. Saturnus straalt een rustig geel licht uit. Op 9 oktober om 8 uur staat de maan in conjunctie (samenstand) r Venus. De smalle maansikkel en de heldere planeet vormen een m paar aan de ochtendhemel. Óp 17 oktober staat de maan bij Mars schuift (bijna in Eerste Kwartier) langzaam onder de planeet voorbij. De volgende planeet waar de maan aankomt Is vanzelfsprekend Sal nus; dit gebeurt op 25 oktober. Het Is nu Volle Maan, wat in overei stemming is met de oppositie-stand van Saturnus. Maan en planeet sti beide recht tegenover de zon. De kaart boven het hoofd houden en het N laten samenvallen met de nooi lljke horizon. De stand van de hemel Is die op 15 oktober om 21 uur V vroegere tijdstippen de kaart draaien In de richting van de wijzers van het i werk voor latere In tegenovergestelde richting. De plaats van de maan Is v enkele tijdstippen aangegeven; de getallen duiden de dag van de maand i Ook Is de positie van Saturnus (S) aangegeven. De zon, de maan en de langrijkste planeten bevinden zich steeds in do nabijheid van de ecllof (Zodiac of Dierenriem). -#■ Chef-kokkin mevrouw Anas geeft instructies aan haar mannelijke collega's mensen die graag zelf Indone sisch willen leren koken. „Ze hoeven niet naar een restaurant om heerlijk Indisch te kunnen eten. Ze kunnen het allemaal zelf bereiden. Er zijn vele restaurants in Nederland, maar weinig hebben een goede Indonesische keuken. En weet u hoe dat komt? Zodra ze goed gaan verdienen, gaat de kwali teit van het eten achteruit." Wij vragen de chef-kokkin naar het recept van dat moei lijk uit te spreken gerecht. U weet wel: besengèk. Natuurlijk, zegt ze spontaan. Voor de huisvrouw die haar echtgenoot eens wil verrassen volgt hier het recept. Een kip- pegerecht voor twee personen. Bereiding: drie rode uien, twee teentjes knoflook, twee eetlepel ketoembar (koriander) een halve theelepel djinten (ko mijn), drie schijfjes kunir (kur kuma), twee schijfjes djahé (gemberknol) en twee schijfjes laos (alpinia galanga) fijnwrij- ven en daarna fruiten in ander halve eetlepel slaolie. Daarna de schoongemaakte en in stuk jes gesneden kip en drie eetle pels dikke santen (klappermelk) erin. Sambal, suiker en zout naar smaak bijvoegen. Laat al les tezamen koken, totdat de kop zacht wordt en de olie eruit komt. Namens mevrouw Anas: sma kelijk eten

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1969 | | pagina 18