ECHT HAAR UIT INDIA
tooit westerse vrouwen
Op handen gedragen
MODERNE PIRATERIJ IN ZEGELS
door
•ruiken
voor 1 35
ulden
"Jikante pot voor
pittige pappa's
dialoog
Extra stof
SP
fi]R PB
a ©JE
■BjFWjrjg
I law Eld
LJ 13
ajBja Cjs
j i*i 3 9 m_
ZATERDAG 14 JUNI 1969
NDIA is niet zuinig op zijn VIPS. Op een ongedwongen
etentje ontmoet je ten huize van de directeur van
State Trading Corporation of India (die in een Schie-
damse Panoramaflat woont) de zaakgelastigde van India,
de heer R. S. Goel met zijn vrouw, en de heer P. L. Tan
don. Deze is chairman van India's handelsmissie: topman
in India's wereldhandel.
Wil het land welvaart, dan moet het exporteren. Er
lijn thuis zeshonderd miljoen monden open te houden.
En ieder jaar zorgen wij voor een nieuwe bevolking zo
jroot als heel Nederland" lacht mijn gastheer hoffelijk,
net een bezorgde ondertoon.
Jeanne de Vlieger
Vanuit zijn kantoor in ons
end zoekt hij markten in
West-Europa voor de artikelen
te India te bieden heeft. Sinds
Ie twee jaar dat hij dit doet
ijn belangrijke contacten ge-
egd en heeft de export een
rote vlucht genomen. Wie
acht dat India alleen thee uit-
oerde, heeft het mis. Ook ka-
Den, wol, leder, handschoenen,
ennapoeder, peper, olie, co-
inoten evenals zout en ny-
bsokken, schoenen en handge-
even blouses, zijde -en bijoute-
in worden geëxporteerd.
Dat de westerse vrouw goed
eld over heeft voor één of meer
ruiken ontging de kijkpost van
idia niet. In twee jaar tijds
L npte men een staatsfabriek
de grond waar duizend
rknemers dag in dag uit
yj De kinderen van Sahney uit
J Schiedam. Boven Sheila in het
9 Bditionele kostuum van haar land.
glder Gobind in churidar en kurta
oek en hes).
nell
>nf Idig:
oed"e
i>ot lne
500 tot 750 gr. kalfslappen
om te stoven, maar géén
A nitzel) - vier uien - een theelepel
twee zure appels - 75 gr. blanke
- twee bakjes diepvries gesne-
•oepgroente - 1 citroen 50 gr.
ipek In blokjes - 50 gr boter ot
j jarine - twee tot vier theelepels
bouillonpoeder - een lepel toma-
s - peper - zout en andere krul
len - bloem.
i blokjes snijden
pruiken naaien van echt haar.
Haar in overvloed in India. Er
zijn miljoenen vrouwen die hun
haar nog nooit geknipt hebben.
Lang haar, dat opgestoken
wordt gedragen al naar gelang
de gewoonte van het gebied
waar de vrouw woont.
Wil de pruikenmaker in ons
land een haarstuk maken, dan
moet hij over goed haar kun
nen beschikken. Aanvankelijk
haalde men het haar uit Span
je, later uit China. Het Chinese
haar is niet zo soepel als het
Europese. Haar uit India kan
men echter makkelijk golven.
Het is van een stevige, maar
soepele structuur en voelt zij
dezacht aan. De pruiken hebben
een behoorlijke lengte en wor
den in Madras machinaal ver
vaardigd. De pasvorm wordt
hier door middel van elastiek
aan de achterzijde van de pruik
aangebracht. Het haai- is op tu
le getrensd, zodat de hoofdhuid
blijft ademen.
Om deze pruiken op de Ne
derlandse markt te introduce
ren werd het informele diner
gearrangeerd. Het menu werd
geserveerd op zilveren schalen.
De gastvrouw in sari noodt
vriendelijk. Zij spreekt duide
lijk en vloeiend Engels, be
weegt zich gemakkelijk tussen
dit gemêleerde gezelschap.
Geen wonder. Mevrouw Sahney
heeft een Deense moeder. Haar
vader kwam uit India. Zij werd
geboren op Hawaii, ze is Ameri
kaanse, trouwde met de advo
caat B. L. Sahney en als gulle
gastvrouwe verzorgt ze de pu
blic relations van haar land.
Dank zij de prachtige kwali-
haar, zoals de Zweedse blond
heeft. In Madras bleekt en
verft men het haar. De pruiken
hebben kleuren die variëren
van 'asblond tot kastanjerood.
bruin en zwart.
De blonde méleringen echter,
waarop de westerse vrouw zo
dol is (we laten gerust zo hier
en daar wat lokken bijbleken of
verven om onze haardos te ver
levendigen) missen we nog in
de collectie, evenals de grijze
tinten. De westerse vrouw wil
ook op middelbare leeftijd nog
koket zijn. Hoeveel oma's dra
gen niet een aardig oude-da-
meskapsel dat opgemaakt werd
met een grijze (valse) vlecht?
Heren uit India, daar moet nog
wat aan gedaan worden wilt u
vaste voet op de pruikenmarkt
zetten. Nu wordt nog uit andere
landen geïmporteerd.
Wie zich zo'n pruikje wil
aanschaffen moet niet bij de
State Trading Corporation van
India aan de Rotterdamse
Coolsingel aankloppen. De im
port in ons land verzorgt de
lieer F. Nooijen. Hij zal er op
hameren dat ook uw kleur in
de India'se collectie komt.
De vrouw in India draagt bij
zondere zorg voor haar kapsel,
sikhabandhanam genaamd. Vol
gens de Kamasutra was het
haar kappen (kesasamskara)
een goedsdienstig gebod. Het
haar werd gebaad in olie. ge
parfumeerd en behandeld mei
specerijen en kruiden. Na het
wassen en drogen werd het
haar licht aangestreken met een
pasta afkomstig van de muskus.
Men paste allerlei haarstijlen
toe, die overigens overal in In
dia nog terug te vinden zijn.
Dank zij die uitstekende haar-
zorg kunnen wij beschikken
over prachtige pruiken, niet te
onderscheiden van Europees
haar!
en wereld in wording)
door
John Knittel
Niets nieuws onder de zon
Mevrouw Sahney (links) en mevrouw Goel serveren als gulle
gastvrouwen het eten op zilveren schalen.
teit haar is er een goede vraag
naar pruiken uit India. Deze
haarstukken zijn goedkoper dan
die uit andere oosterse landen.
U telt er zo ongeveer 135.^
voor neer en hebt dan puur
(mensen)haar. De Indiase
vrouw heeft van nature zwart
Negentienhonderd jaar gele
den schreef Martial, de Ro
meinse hpkeldichfer:
Het gouden haar dat
Calla draagt
dat is haar eigen haar
als men het op de vrouw-
af vraagt
dan zegt zij 't open:
haar haar is van haar!
en da's ook waar
men heeft het haar zelf
zien kopen.
207
Melchior was geheel van zijn stuk gebracht door zoveel
gulheid.
„Dat is een zware slag voor mijn pleegvader", merkte
Pauline op, „en het gètuigt van een buitengewone trouw.
Eugenie en ik zijn als Siamese tweelingen. Wat heeft het
voor zin één van ons te onterven? Arriba Atlantropa!"
Tegen het eind van april verscheen Amadeus plotseling in
Nollen. Hij schudde enkele mensen, die hij toevallig ont
moette, de hand en ging rechtstreeks naar het vroegere
huisje van Peter Falk. Het nieuws van zijn komst verspreid
de zich als een lopend vuurtje door het dorp, maar de
vreugde, die daardoor ontstond, was vermengd met bezorgd
heid. Men vertelde, dat hij er mager en vermoeid uitzag en
een vreemde uitdrukking in zijn ogen had.
„Allemachtig!" zei Mitzi, toen zij Paulines werkkamer
binnenkwam, „hij is terug."
„Wie is terug?"
„Amadeus. Maar hij ziet er ziek uit. Ik ben er van
geschrokken."
Paul ine sprong op.
„Waar is hij?"
„Hij is direct naar zijn kamers gegaan."
Pauline verliet onmiddellijk het huis en rende de dorps
straat door. Zij kwam pas tot bezinning, toen zij op de trap
van het oude vervallen huis stond. Na een korte aarzeling
liep zij echter verder, klopte op de deur en riep herhaalde
lijk Amadeus' naam. Hij opende bijna dadelijk de deur.
Ofschoon hij zijn oude zonnige glimlach op zijn gezich
had, kreeg zij toch een schok. Hij hield haar hand in de
zijne, trok haar de kamer binnen en sloot de deur.
„Ik was van plan je later op te zoeken", zei hij ver
ontschuldigend, „maar ik ben wat moe en wilde eerst wat
rusten. Hoe maakt je het?"
„Jij maakt het niet goed", zei ze.
„O, het betekent niets, ik kan de laatste tijd bijna niet
slapen."
„Amadeus, je bent overwerkt. Gun jezelf toch eens wat
rust."
„Maak je geen zorgen over me. Het zal spoedig beter
worden."
Zij zag de vermoeide uitdrukking op zijn gezicht, toen hij
zich afwendde om een koffer op de tafel te tillen.
„Jij ziet er gelukkig goed uit", zei hij op een ietwat droge
toon. „Ik kan je niet zeggen, hoe dankbaar ik je ben voor
alles wat je gedaan hebt. Ik had je moeten schrijven,
maar..."
„Maar Amadeus", zei ze bezorgd, toen zij zijn handen zag
beven, „je moet nu dadelijk iets doen. Je zult anders ziek
worden."
„O, ik ben taai", viel hij haar in de rede
„Maar wat heb je dan?"
„Zenuwen, denk ik. Een reactie.." Hij brak zijn zin af.
„Ik zal eens op je gaan letten", zei ze beslist.
Een flauwe glimlach gleed over zijn gezicht.
„De lucht hier zal me goed doen."
Hij bedwong zich en een plotselinge vlaag van wilskracht
scheen in hem te herleven.
(Wordt vervolgd)
Menselijke behandeling in ziekenhuizen. We beginnen
ditmaal met twee uitersten. Eerste de heer W. de N. te H.,
die negenmaal opgenomen is geweest en niet dat had te
klagen, integendeel, hij was elke keer weer verwonderd
blij over de liefde waarmee hij werd omringd. Hij geeft
daar vele voorbeelden van en zegt: je moet beginnen met
biddend naar een ziekenhuis te gaan. juist daar zelf pro
beren te géven.
I het vlees
bij drie ce
vleescan eerst het spek uit in de
schud het vlees om met een volle
bloem, zout en peper, voeg het
b') bel spek en bak het even
'an 8 san, terwijl u blijft omscheppen,
nu de in heel dunne ringen gesne-
ui toe plus de kerriepoeder, bak
jiilen qoudgeel. U zet de bakjes
pgroente met een bodem kokend wa-
«n twee theelepels bouillonpoeder,
gauw de groente ontdooit giet u alles
«en zeef over, zodat de vrijwel
groente goed kan uitlekken, de
bewaart u.
er 'anneer de uien aangebakken zijn
IS I' u de soepgroente toe terwijl u
omscheppen en bakken. Hierbij de
nipperde appel en rozijnen, tomaten-
ier peper, zout en groentebouillon.
aal eventueel water De appelstukjes
«n dus niet mee. Er moet nu zoveel
'•s 't zijn dat alles voor driekwart deel
ik arstaat. Sluit de pan. laat drie
•toh r,'er lachtjee stoven. Proef of de
,«S vlppq nanr
vlees gaar zijn. u hebt af en toe
*4 zodat de uien en appelen ..ver-
de saus moet nu mooi
l(. zijn. Op smaak afmaken met
Mnsap. een druppel Worcestershire
kerrie, tomatenketchup wat u
lekker vindt vbl) rijst met doperwt-
**nt dat geeft u hierbij.
Hij herinnert aan een gezegde
dat zijn moeder hem heeft mee
gegeven: „Als je in de weg van
de Heer werkt zal je overal en
gelen ontmoeten". De waarheid
daarvan ondervond hij in ont
moetingen met gelovige, getui
gende ziekenhuismensen. Ook
in neutrale ziekenhuizen, onder
meer in het buitenland. Toen
hij van een zware nieroperatie
bijkwam zag hij daar twee ge
knielde gestalten bij zijn bed
liggen: „Ik kan u niet zeggen,
hoe mij dèt heeft gesterkt".
Daarentegen mej. J. V. te N.,
die als minder valide in zieken
huizen waar ze voor onderzoek
moest komen de grootste el
lende heeft ondervonden: dok
ters, die meegevoeld hebben
heeft ze bijna niet ontmoet,
eerder ondervond ze „wij zijn
alles, jij bent niet". Volkomen
gefrustreerd geraakte zij, toen
ze i.v.m. invaliditeitskeuring in
eens volledig arbeidsgeschikt
werd verklaard en uitgesloten
van financiële steun. Haar oor
deel is, in één woord: vernieti
gend.
Mevrouw E. A. te IJ. heeft
groot bezwaar tegen „de hele
sleep" die tijdens de ronde aan
je bed komt: niet alleen dok-
ter(s) maar ook hoofdzuster,
zuster „en wat er zoal nog meer
met de muziek pleegt mee te
lopen". Zij wil graag alléén een
doktér, aan wie ze ook haar
verlangens duidelijk maakt. Hij
op zijn beurt zorgt dan (en
heeft ook het overwicht) dat er,
mits ze redelijk zijn, aan tege
moet wordt gekomen. Natuur
lijk weet ze dat er in acade
mische ziekenhuizen studenten
bij horen, maar dan nog zou de
dokter ook even alleen met de
patiënt kunnen zijn. Als zo'n
mogelijkheid er elke morgen is,
dan werkt dat bevrijdend.
Veel goeds weet V.V. in A.
van het ziekenhuis te vertellen,
maar het is er ook te zakelijk.
Ook zij verbleef nodeloos lang
voor de operatiekamer. Men
kijkt niet naar jou, maar naar
de kaart die aan je bed hangt
en je ziet inderdaad allerlei
naars langskomen. Voor jou
persoonlijk heeft men dan geen
woord over: je voelt je dan let
terlijk en figuurlijk uitgekleed.
Het moderne ziekenhuis doet
denken aan patiënten, netjes
gerangschikt als dossiers op een
groot kantoor. En waren er nu
maar geestelijken of predikan
ten die tot de kern kwamen. Ze
schertsen wat, vragen: „hoe
gaat het ermee?", maar van
troost bij heel veel zielepijn en
lijden is weinig sprake.
Meer voorlichting over „als
we dit doen, dan zult u dat of
dat ondervinden", een behande
ling meer als volwassene,
vraagt A. B. te L., die ook op
voorzichtigheid met spreken
aandringt als een patiënt onder
narcose is. Uit eigen ervaring
zegt ze: er wordt vaker wat ge
hoord dan dokters en zusters
denken, zodat patiënten dingen
kunnen vernemen, die niet voor
hun oren bestemd zijn.
Dat laatste thema roert ook
mevrouw C. K. A. te G. aan. Ze
lag bij te komen van een opera
tie in een apart kamertje. „Het
zustertje dat mij in de gaten
moest houden kreeg gezelschap.
Wat kakelden die twee! O, ik
wou dat jullie stil waren, dacht
ik, maar ja, ik kon nog geen
hand verleggen". Andere op
merkingen: minder lawaai,
vooral 's nachts. Hoofdzusters,
geen leerlingen kapittelen in
het bijzijn van patiënten. Over
zichtelijke units, door glaswan
den toch één geheel.
Heeft de betere salariëring
van verplegenden „het hart ge
dood' vraagt mej. G. D. uit H.
zich af. Zij vindt dat vooral in
wat zij noemt commerciële
rust- en of verpleeghuizen
de goede niet te na gesproken
met de belangen van oude
ren gesold wordt, en noemt
daar een aantal voorbeelden
van. Een doorbraak zal gefor
ceerd moeten worden want be
langhebbenden kunnen toch
moeilijk ziekenhuizen e.d. gaan
bezetten en protesttochten hou
den om hun gerechtvaardigde
eisen voor een menslijker be
handeling kracht bij te zetten?
„Het is geven en nemen ook in
een ziekenhuis", zegt mevrouw D.
te H. „Help mee een goede sfeer
te bevorderen. Als u weer lopend
patiënt bent, verzorg dan eens de
bloemen in de kamer, bewijs uw
mede-patiënten eens diensten, kort
om: er valt genoeg te doen."
Zij heeft alleen maar prettige erva
ringen: „Dokters lichtten me zo
uitvoerig mogelijk in."
De informaties voor deze filate
listische kolom ontleen ik groten
deels aan mededelingen, die enkele
tientallen postadministraties in mijn
brievenbus laten glijden. Ik kan u
er wegens de veelheid van nieuwe
emissies, maar een klein gedeelte
al dan niet uitgebreid van
presenteren.
Er zijn uitgiften van enkele
postadministraties liever te noe
men postzegelbedrijven die ik
principiëel niet in deze roulatie
laat meelopen. Ik bedoel hier o.a.
de sheikdommen, die er een bruta
le geldklopperij van maken. Vóór
mij liggen stapels bulletins van
dergelijke dwergstaatjes als Umm
Al Qiwain, Fujeira enz. Het zijn
namen die u misschien niet bekend
zijn maar ze liggen niettemin in de
Perzische Golf.
Reeds in de 17e eeuw hadden
de bewoners van de hier bedoelde
Truclal Coast geen al te beste
pers in de zeevarende wereld. De
piraterij was er de voornaamste
bron van inkomsten. Hun macht en
organisatie was zo groot dat zij
nog in de 19e eeuw heer en
meester waren en elk schip, dat
zich in die wateren durfde verto
nen, straffeloos aanvielen, in 1819
stuurde de Oost-Indische Compag
nie een flinke expeditievloot en
daarmede kwam het einde van ge
weldpleging, slavernij, piraterij e.d
in zicht. In 1853 sloten alle sheiks
een verdrag van eeuwigdurende
vrede.
Maar de geschiedenis herhaalt
zich. Sinds 1963 is er een nieuyv
soort piratendom in zwang geko
men in de vorm van een overwel
digende 6troom van postzegeluit-
BOU NDARIES OF THE
TRUCIAL STATES
(mUMINARY MAP)
Robert F. Kennedy, Olympische
Zomerspelen 1968, dezelfde uitgif
te maar nu met opdruk van de
winnaars van de gouden medailles
en tot slot een serie gewijd aan
wilde dieren. In totaal zes series
tot een bedrag van 31 Ameri
kaanse dollars. 1969: een Sha-
kespeare-herdenkingsuitgihe.
Olympische Zomerspelen 1972
de geschiedenis van de spoorwe
gen in locomotieven. Apollo 8.
Olympische Winterspelen in Japan
1972 vogels, president Eisen-
hower-herdenking, Kampioenen
van de wereldvrede (Churchill, ds
M. L. King enz.), bloemen, ruimte
vaart. idem met opdruk „Apollo
10" en reeds bij voorbaat
idem met een opdruk „maanlan
ding". Ik behoef u nauwelijks te
vertellen dat een en ander
doorspekt is met getande en onge
tande zegels en souveniervelletjes.
Deze tot nu toe in dit jaar uitgeko
men 12 emissies kosten een be
drag van ongeveer 60 amerikaanse
dollars. Zolang handel en verza
melaars hier aan meedoen, blijft
deze piraterij doorgaan en toene
men.
J. J. M. Kiggen
giften, waarvan de bedoeling
slechts is de filatei:sten uit te
schudden. Op het ogenblik zijn er
zeven van dergelijke sheikdommen
met een totale bevolking van on
geveer honderdduizend zielen en
daarvan leeft de helft, nog in Du-
bal. Om u de omvang van deze
filatelistische piraterij aan te to
nen, geef ik u een overzicht van
wat het sheikdom Fujeira in het
jaar 1968 en tot heden in 1969 aan
postzegels heeft uitgegeven.
1968: Olympische Winterspelen
1968, geschiedenis van de scheep
vaart, herdenking van de moord op
Correspondentie aan da hear A. J.
Ivana, Frankenslag 69, Dan Haag.
Over het toernooi in Samarkand
zijn nog wel enige rubrieken te
vullen, niet alleen door het geven
van de essentiële fragmenten uit
een aantal partijen.
Vooral de Russische spelers le
veren Interessante extra stof. Als
het werk is gedaan, komen de
sterke verhalen en het „lezen uit
eigen werk' tot hun recht.
Achteloos schudden de Russen
een aantal standen vaak ook
eigen composities en grapjes
op het bord. Zij maken ook daar
door de indruk meer complete
dammers te zijn dan hun doorsnee
tegenstanders.
Eerst komen onze landgenoten
aan bod:
fT"
JS
Zwart: 1. 3. 4, 6, 8. 9, 12 t/m 16.
18. 19. 22, 23, 24
Wit: 25. 27, 31, 32 33 35. 36,
38, 39. 40, 42, 43, 46, 48, 49, 50
Wit vervolgde terecht met
3126, omdat het voor de hand
liggende 4641 niet goed zou zijn
door de bekende afwikkeling
22—28 33x22, 24—30; 35x24 of
19x30; 25x34, 16—21; 27x16,
18x27; 32x21, 23—29; 34x23,
12—18; 23x12, 8x461
zwart voort met 1217. Beter is
49, 33x22, 913 met uitstekend
spel.
COMPOSITIE DAVIDSON
DUKLER
Zwart: 1 t/m 4, 6, 7, 8, 10 t/m
16. 18. 19,21,23, 25
Wit: 28, 30. 31 t/m 38, 41 t/m
45, 47 tm 50. 21—27! 31x22,
18x27; 32x21. 16x27; 37—31
23 x 32, 31 x 22. 19 - 24! 30 x 19
gedwongen, 13x24 38x27, 2430:
35x24, 12—18 22x13, 8x28:
44—39, 7—12 41—37 1—7:
43—38, 14—19; 38—33 hier zette
T~
Zwart: 8. 10. 11. 18, 19, 21. 23.
27. 36
Wit: 25. 30 32. 34 38, 39, 41
43 48, 50. 34—29. 23x34 a):
3D—24, 19x30 of 25—20, 36x47
20—15, 47x44 50x39 27x49: 15x4
34x43: 4x35 uit. a) 36x47; 30—24!
47x44; 24x31,23x34 50x30.
MODERN MET
EEN RUITJE
Het bijzondere van dit tuinstad-
pak van grove kamgaren ia het
slanke silhouet. Meneer is modern
met zijn Higginsruit. Het jasje
heeft een lang stolpsplit en schui
ne klepzakken. De populaire witte
coltrui zal hieronder zeker niet
misstaan. Zoals meestal het ge
val is, slijt de broek het éérst,
maar met een effen pantalon
ontstaat weer een sportieve com
binatie.