De huisvrouw
raakt steeds
minder in tel
Namaak opmars
haak
r Ziekenhuis is geen hote
bridge
Evelyne Sullerot
blijft optimistisch
PUZZEL VAN DE WEEK
SCHOONHEID
V
Vergissen II
dialoog
Pat als redding
v
ai a i
w w «ai
ZATERDAG 7 JUNI 1969
Evelyne Sullerot is Frank-
rijks en misschien 's werelds
grootste leidende feministe.
Zij strijdt in haar werk en haar
boeken voor gelijkheid en
haar kreet wordt gelijkelijk
overgenomen door vrouwen
uit andere landen.
De Frangaise is vierenveertig
jaar, blond, heeft blauwe ogen
en is erg aardig. Zij lijkt hele
maal niet op het soort waarvan
revolutionairen worden ge
maakt. Vrouwen zijn gewikkeld
in een waas van mythen en
misvattingen, vindt ze, daarom
vinden mannen het moeilijk om
ze serieus te nemen.
Haar Parijse flat kijkt uit op
de Boulevard St. Michel in het
hart van Quartier Latin. „Op de
lange baan ben ik optimist over
het bereiken van gelijkheid",
zegt ze. „We hebben de me
dische wetenschap en de demo
cratie op onze hand. De meest
bloeiende ontwikkeling op het
gebied van vrouwenrecht is oii-
ze levensverwachting. Het komt
overeen met een gift van dertig
jaar."
Het was gewoon toevallig dat
Evelyne Sullerot op haar der
tigste jaar een nieuw leven be
gon. In een tijdsbestek van tien
jaar maakte ze zich een autori
teit op het gebied van vrouwen
geschiedenis en -sociologie.
Het ging als een sneeuwbal.
Ze is de dochter van een pro
testantse dokter-dominee (de
enige andere in die tijd was
Albert Schweitzer). Het gezin
vocht in het verzet gedurende
de Tweede Wereldoorlog. Als
zestienjarige namen de Duitse be
zetters haar gevangen. Haar moe
der stierf jong. Evelyne huwde
op haar 21e jaar en haalde een
HOR.: 1. garenwinden 4. geraamte; 7. niet dezelfde; 9. teken dat In de
psalmen voorkomt; 10. gem. in Overijssel; 12. klap; 13. ruiterfeest der
cowboys: 14 ambtskleed; 15. slappe koffie of thee; 18. priem; 20. deel
van de dag; 23. deel van een circus; 25. voldoende; 26. hetzelfde; 27.
sein; 29. schittering; 31. zandheuvel. 32. vogel; 37. bloem; 39. specerij;
40. prei (ZN); 41. vuurspuwende berg; 42. vette vloeistof; 43. de gezamen
lijke hoeveelheid; 44. bestuurder; 45. oplopende vlakte.
VERT.: 1. band om vaatwerk; 2. huisdier; 3. schoeisel; 4. vreemde munt;
5. overschot; 6. strook land langs de kust; 8. zuidvruchten; 9. hemel
lichaam; 11. winkel (Ind.); 16. voorwerp om vis te vangen; 17. Invorderen
van geld: 18. vertrouwelijk; 19. stengel; 21 familielid; 22. soort schaatsen;
23. hoofddeksel; 24. telwoord; 28. rond tuinhuisje: 29. waterverwarmings
toestel; 30. vaarwel; 33. drietenlge struis; 34. liefdadige vrouw (bijbel);
35. ruitvormige mineralen: 36. baljuw (geschiedenis); 38. Zeeuwse hoeve;
40. aardworm.
OPLOSSING VAN DE
VORIGE PUZZEL
OPLOSSING Hor.: 1 Uoep. 6 hamer.
11. ton. 12. aat. 14. gal. 16. en. 18. allee.
20. Ee. 21. beslag. 22 iemand, 23. eg.
24. An. 26. op. 27. ge. 28. oma. 30 dam.
32. ork. 34. Ur. 35. na. 37. af. 38. ld
40. Ildo. 41. koker. 42. mand, 43. te. 44
oe, 45. ma. 47. at. 49 rot. 51. ark. 53.
aks. 56. er. 58. sa. 5fl. ml 61. ha 62
moeeel. 64. Eemnes. 65 es. 66. Aalst. 60
N T, mei. TL Son. 73. het. 75. Veme.
76. fcler.
Vert.: 2. R.T.. 3. oorlam. 4. en. 5. Oslo.
sip 20. eng 25. nd.
om,
order. 29 An. '31. anker. 32. of. 33.
Klaas. 34 uit. 36. aks. 37. arm. 39. ant,
44. Ot. 46 Aa. 48 kamer. 50 oester.
51 ti 52 km. 54. kameel. 55. baste.
57. ros. 58. sla. 60. iet. 61. hen 63. alom.
67 as. 68 sn. 70 me. 71 In, 73. hé.
74 te
INZENDINGEN
Oplossingen, uitsluitend op
briefkaart, worden voor donderdag
aan ons bureau verwacht In de
linkerbovenhoek vermelden: „Puz
zeloplossing". Er zijn drie prijzen:
een van f 10 en twee van f 5.
graad aart de Sorbonne. De
vlugge komst van drie kinderen
dwong haar een baan als on
derwijzeres op te geven. Na de
geboorte van haar vierde kind
werd ze geconfronteerd met het
probleem van gezinsplanning in
Frankrijk, waar de verkoop en
informatie over contraceptieven
tot voor zeer kort verboden
was.
Zij wilde geen vrouw worden
met ideeën en zonder training.
Daarom begon ze opnieuw te
studeren, sociologie van de
communicatiemiddelen. Haar
studies gaven haar een intellec
tueel plezier, dat ze nooit ge
voeld had toen ze nog jong was.
„Als je wat ouder bent is je
geest scherper, je hebt groter
inzicht en concentratievermo
gen. Dat is niet slechts mijn
ervaring. Onderzoekingen be
wezen het." Ze heeft een manie
voor statistieken, die veel
ideeën en karakteristieken om
trent de vrouw ophelderen.
Evelyne pleit ervoor, dat
vrouwen deel moeten nemen
aan het politieke en maatschap
pelijke leven, om zo de
maatschappij in haar voordeel
te veranderen.
Ze is nu bezig met een
bloemlezing uit erotische verha
len, geschreven door vrouwen
sinds de Middeleeuwen. Gelijk
tijdig schrijft ze een boek voor
de Unesco cn ze bereidt de
komst voor van een encyclope
die. Ze houdt zich aan een
streng werkschema, dat gedic
teerd wordt door het feit dat ze
de kostwinner is voor haar ge
zin. „Ik moest het bed uit en
aan het werk drie weken na
een zware operatie, terwijl mijn
man op zoek was naar een
baan", verklaarde ze aan een
verslaggeefster van The Times.
In ons land gaan de mo
derne communicatiemid
delen niet voor de werken
de vrouw uit de weg. Met
„werkend" wordt hier be
doeld: een betaalde baan
naast het huishouden. De
Fran^aise Evelyne Sullerot
schreef een gedetailleerde
(de eerste!) studie over de
vrouwenarbeid vanaf de
oudheid tot en met de
Tweede Wereldoorlog. Ge
schiedenis van de Vrouwen
arbeid verscheen bij Paul
Brand, Hilversum, in de
serie Samen mens zijn, 202
blz., 16.90.
Het beeld van de niet-wer-
kende - vrouw als de vrouw
thuis die de strijd om het be
staan niet kent als zeer bedrieg
lijk symbool van de vrouw is
san het verdwijnen. Zochten va
ders voor de oorlog een man
voor hun dochter, tegenwoordig
zal hij haar voorbereiden op
een beroep.
Het beeld door de eeuwen
heen van de vrouwenarbeid is
vrij somber. Het werk van de
vrouw stond nauwelijks in aan
zien. Ze werken, ploeteren, pro
duceren, maar nooit genieten ze
echte officiële erkenning voor
haar bezigheden. Evelyne somt
drie oorzaken op: het argument
van „de natuur", die uitgaat
van de man als norm. Volgens
de natuur brengt de vrouw kin
deren ter wereld, voedt de aller
kleinsten. en uit die waarneem
bare feiten vloeien indelingen
en taken voort die vaak volko
men willekeurig blijken.
..Men kan zich afvragen waar
om het zo vrouwelijk is om op
een schrijfmachine de letters
aan te slaan en waarom het zo
weinig vrouwelijk is om een
zetmachine te bedienen om die
zelfde letters te vormen..."
Het tweede eeuwenoude argu
ment is de tegenstelling bin
nen- en buitenshuis. Een fat
soenlijke vrouw moet thuis blij
ven; de straat is voor vrouwen
die niet deugen". De derde oor
zaak is de schaduw van de pros
titutie. De slavin en de horige,
de dienstbode en de arbeidster
staan evengoed van de avond
tot de ochtend als van de och
tend tot de avond in dienst van
haar meester.
Het was hét argument om
vrouwenarbeid niet te respecte
ren. Toen in de oudheid het
handwerk veracht werd, produ
ceerden de vrouwen. In de mid
deleeuwen kent de vrouw veel
beroepen, maar beroepen die
over het algemeen het minst in
aanzien zijn. Bij Luther krijgt de
arbeid een revolutionair andere
betekenis, beroep betekent bij
hem zowel beroep als roeping.
Calvijn beschouwt werken als
het dienen van God. De grote
reformatoren brachten een om
mekeer in het denken te weeg.
Heel wat traditionele taken
van de vrouw waren zeer wei
nig „vrouwelijk". In het oude
Egypte maalt zij koren, ze
stampt het tot meel, bereidt het
deeg, maar... de man bakt. In
Babel kunnen „vrouwen die
geen slavinnen waren in plaats
van geld worden gebruikt om
er een schuld mee af te lossen".
In Gallië en Germanië daar
entegen verschilde de positie
van de vrouw veel minder met
die van de man. Bij haar hu
welijk kreeg de jonge Germaan
se vrouw een stel ossen en een
ploeg ten geschenke. De Ger
maanse en Gallische vrouw was
lid van de raad die besliste
over oorlog en vrede.
Uit de combinatie van deze
twee beschavingen ontstonden
de Middeleeuwen. In deze tijd
is er een betrekkelijk even
wicht tussen de rol van man en
vrouw. In de tiende tot en met
de veertiende eeuw konden
vrouwen bijna alle beroepen
uitoefenen.
In de Renaissance verdwenen
voor een prikje
Er was ooit een tijd, waarop
linoleum vervaardigd werd met
een kwasi tapijt-patroon. Nii
heeft deze gladde vloerbedek
king een geheel eigen vormge
ving gekregen. Zo verging het
de nylonkousen en terlenka-
vitrages, die we argwanend als
„lorren" bestempelden, maar
wie draagt er nog fil d'ccosse-
kousen en wie is er dol op het
stijven, blauwen en strijken
van ouderwetse vitrage, die zelfs
door de stoffeerder kon worden
gespannen? We bedoelen maar:
kunststoffen zijn In opmars. Ze
veroveren zich een geheel eigen
plaats.
JSelfs het kunstige ambachts-
werk van de schrijnwerker
wordt nu al vervangen door
kunststof. Een Italiaanse onder
neming is eri geslaagd muur-
en wandversieringen na te ma
ken, die bedrieglijk op het pro-
dukt van handwerkslieden lij
ken. Het materiaal is afwas-
baar. niet giftig, bestand tegen
krassen en stoten en zo goed
als onbreekbaar.
Als grondstof gebruikt de fa
brikant „Styron", schokbesten-
dig polystyreen. Het materiaal
bestaat uit twee lagen, één ter
versteviging. In de onderste
laag wordt de structuur van ver
schillende houtsoorten nage
bootst, zodat het produkt de in
druk wekt dat men met hout te
maken heeft (Het spul is be
stand tegen temperaturen tot
25 graden celcius onder nul.
Het houtstructuur- patroon
wordt veel gevraagd door doe-
het- zeivers, architecten en ont
werpers. In rol- of plaatvorm
wordt het materiaal gebruikt
voor de bekleding van muren
plafonds of meubelen. Muur-
en plafondpanelen in klassieke
of moderne ontwerpen worden
materiaal. Zij kunnen worden
vacuüm geperst van hetzelfde
materiaal. Zij kunnen worden
uitgesneden met gewone gereed
schappen voor houtbewerking
en zijn op eevoudige wijze aan
te brengen. Polijsten of in de
was zetten is er niet meer bij.
Wél kunnen de panelen met
een sopje worden schoonge
maakt. De schoonheid van door
de meesterhand bewerkt oud
hout is nu voor een fractie van
de kosten te koop. U mag het
namaak noemen. Bedenk echter
dat we niet meer in de tijd van
de gilden leven en dat het ech
te schrijnwerkersprodukt er
des te kostbaarder door wordt!
Correspondentie aan de heer B. J. Nuye,
Burg. Beumannlaan 163c, Rotterdam.
Op verschillende momenten kan men zich
bij bridge vergissen. Allereerst bij de bieding,
maar ook tijdens het spel. Beide aangegeven
mogelijkheden kunnen lelden tot een gemist
contract, of juist een te hoog contract wat
down gaat.
De vergissing in het spel stellen wij ook
ditmaal aan de orde. Zuid opende de bieding
met 1 C, Noord steunde met 1 waarna
via 2 «f» en 2 Zuid tot 4 C? besloot, ook
wanneer men de kaarten beziet, een wat
hachelijke zaak. Het zou evenwel anders lo
pen. want twee vergissingen van West deden
het contract veilig de haven binnenlopen.
West kwam uit met 2, die voor de aas
van Noord werd, waarna Oost met troef aas
aan slag kwam en eerst O H speelde en
daarna West met de vrouw aan slag bracht.
A 10 9 8
10954
O A 5 3
107
H 7 4 3
N
B 6 5 2
8
A 6 3
V 8 6 2
W O
O
H 104
9542
z
H B 8
A 10 9
109
O
7
H 74
N
4» B 6 5
O 6
O
W O
O -
954
z
H 8
V
CP HVB72
O B 9 7
A V 6 3
West besloot nu 4» 2 te spelen, die Zuid
met de vrouw aan slag bracht. Zuid probeer
de V en West vergiste zich met de drie,
daarmee Noord een extra slag gevend. De
volgende slag was voor troef heer, waarna
men in het tweede diagram de kaartverdellng
kan zien.
CP V B 7
O
4» A 6 3
Zuid vervolgde met troef vrouw en nu kan
men zien wat de gevolgen zijn van de ver
gissing van West in de zesde slag. A
wordt in de negende slag gespeeld en er
wordt een «f ingetroefd. Het contract wordt
nu gemaakt, want Noord heeft nog de be
schikking over 4» A, waarop de laatste 4»
van Zuid kan worden weggedaan, zodat de
twee resterende troeven het contract veilig
stellen.
de vrouwelijke ambachtslieden,
artsen en chirurgen. De vrouw
wordt verheerlijkt, ..maar als
een verleidster, als iemand die
r.iet werkt, als voorwerp van
begeerte en een ding om te be
zitten, als een onmondige waar
op men letten moet". Arme
meisjes uit minder welvarende
streken in Frankrijk werden in
die tijd als soldaten geronseld
om te gaan werken. Deze
„treksters" waren hulpen bij
het zijdeweefgetouw. In 1716
verdienen zij acht stuiver per
achttienurige werkdag, aldus
Justin Godard in zijn proef
schrift over de arbeider in de
zijde-industrie.
De eerste vrouwen die tijdens
de Franse Revolutie in het
onenbaar eisen stelden, eisten
geen buitensporige rechten op.
In de loop van de tweede helft
van de achttiende eeuw begint
men de opvoeding van de kinde
ren geleidelijk meer aan de
vrouw toe te vertrouwen. De
man wordt producent, zijn rol
als vader wordt steeds kleiner.
Nu is de vrouw economisch af
hankelijk geworden van de
man en dientengevolge
kwetsbaar en zwak in de harde
wereld van de arbeid.
Evelyne Sullerot gaat in op
de misstanden van het werk bij
de opkomst van de industrie in
Engeland en Frankriik waar
vrouwen en kleine meisjes wer
ken. Het was niet makkelijk de
ze meisjes iets te leren:
overdag werkten zij. Een sail
lant cijfer: in Rusland kon in
1897 maar 12.4 Det. van de meis
jes ouder dan tien jaar lezen en
schrijven tegen 35,7 pet. van de
jongens.
De wereldoorlogen hebben
het leven van de wouw ingrij
pend veranderd. Zeker, voor
dien was de emancipatiebewe
ging op gang gekomen. Maar
Engeland, de Sowjetunie en
Amerika, konden de oorlog
slechts het hoofd bieden door
de energie, de intelligentie en
de kracht van de vrouwen.
De huisvrouw kan tegenwoor
dig niet meer worden be
schouwd als iemand die produ
ceert. Zij is een consumente
van door de fabriek gemaakte
artikelen en voor de rest wijdt
ze zich aan onderhoudsbezighe-
den. Wanneer de moderne
vrouw werk zoekt, gaat het er
niet om haar rol te vergroten,
maar ze wil vermijden een mar
ginale figuur te worden. De
huisvrouw staat steeds minder
in aanzien, zegt Sullerot, en dat
geeft haar een gevoel van on
vrede dat zij maar moeilijk ver
jagen kan.
Deze scherpzinnig geschreven
studie put uit de historische
bronnen, alle vermeld in het
boek. Het is geladen met emo
tie maar kan het anders ge
zien de feiten? Evelyne vraagt
om kritische opmerkingen: wel
nu in deze geordende geschied
schrijving missen we de rol van
de vrouw in Israël, in de bijbel,
die als bron niet éénmaal
wordt genoemd. Niettemin is
dit werk goed leesbaar, een on
derwerp voor discussie door
een bewustwording van de
vrouw. Want haar dochter zal
de rol, die grootmoeder eens
speelde in de geschiedenis, nau
welijks meer ambiëren.
JEANNE DE VLIEGER
„Inderdaad voel je je vaak als
kind behandeld, geïnfantiliseerd",
zegt de heer H. I. W. te Z., over
de menselijke benadering in zieken
huizen, die ons verhaal niet over
dreven vindt. Op je vraag: Waarom
moet dat? is het antwoord vrijwel
steeds; Moet van de dokter. Ik heb
er in het ziekenhuis waarin ik lag
veel over gepraat, ook met de
hoofdzuster, die zei: velen zouden
gealarmeerd worden als ze veel in
formatie over hun ziekte kregen.
De heer W. vindt dat die hoofd
zuster gelijk heeft en gelooft dat
het niet anders kan.
Het kan wèl anders, meent daar
entegen de heer G. W. G. te R.,
die gelooft dat de ziekenhuiseco-:
nomen de grootste schuld aan de
déhumanisering hebben, omdat ze
geneigd zijn de techniek louter als
een vervanging van verpleegkrach
ten te beschouwen Hij komt met
een aantal suggesties (waarover
we het in deze aflevering hoofdza
kelijk zullen hebben) en stelt o m.:
er moest geen klasse-indeling zijn,
wel misschien een kideling qua
ontwikkelingsniveau, wat het tijde
lijk verblijf in een ziekenhuis voor
een patiënt kan veraangenamen.
Hij zou een patiënt in de wacht
tijd voor opname door een voor
lichtingsfunctionaris thuis bezocht
willen zien, die moeilijkheden kan
bespreken en voor kan bereiden.
Deze figuur kan dan meteen de
administratieve rompslomp rege
len. Bij opname gaat de patiënt
onmiddellijk via de receptie naar
zijn kamer, waar hij een bed vindt
met daaraan een kaart, waarop al
les Inzake personalia, wenken voor
verpleging enz. (eventueel in code)
Is vermeld. Ziekenkamers klein,
maar door glas als één geheel ver
bonden. Verpleegsters minder the
oretisch, meer praktisch
geschoold. Om dit overal te berei
ken, de hele medische zorg natio
naliseren.
Je verblijf Is vooral ook een doe
het zelf-kwestie. Beschouwt de pa
tiënt zich els onderwerp, lijdend
voorwerp of meewerkend voor
werp? Je bent niet in een hotel,
aldus J. H.-C.O. te D. Om aan het
gevoelsmatige onbehagen tege
moet te komen, kwam In „zijn"
ziekenhuis de hoofdzuster elke dag
langs, zodat dan ledereen gelegen
heid kreeg het hart te luchten. Een
zeer goede maatregel.
Hartelijkheid is zo gauw gege
ven, daar komt het op aan, gaat
mevrouw A. H. F. te N. voort. In
het opnamekamertje moet dat al
beginnen, 't Is in een ziekenhuis
nu eenmaal anders, ook met was
sen en zo, terwijl „iedereen in- en
uitloopt". Maar een vriendelijk
woord van een verplegende maakt
veel weer goed.
Een moeilijkheid om zich „in te
voelen" constateert mevrouw P. E.
M. te V. bij veel verpleegstertjes
die meestal nog jong zijn en niet
zozeer de band van gezin en werk
kennen, welke moest worden
losgelaten. Ook zij voelt voor een
„contactpersoon" om het hiaat in
de communicatie te overbruggen.
Zij zegt dit als oud-verpleegster,
die nu haar werk heel anders zou
doen dan ze het vroeger deed.
Veel informatie over Je ziekte
is fout, maar te weinig evenzeer.
Wat een kwelling als je geope
reerd zult worden ©n je weet niet
wat je precies boven het hoofd
hangt, vindt H. W. v. d. W. te D.
wier ziekenhuiservaringen zijn sa
men te vatten in deze woorden;
„te zakelijk, terwijl je juist zoveel
menselijke benadering behoeft".
Geen zaklantaarns In de nacht,
maar luisterapparaatjes op ieders
borstkas, die op een paneeltje bij
de nachtzuster afgelezen kunnen
worden. Verdar kleedhokjes waarin
preutsen zich kunnen terugtrekken.
In het algemeen: betere Informatie,
een en ander te verwezenlijken via
normen die van overheldszljde
moeten worden opgelegd, anders
gebeurt er weinig, zegt T. K. te G.
Even een uitstapje. De heer R.
W. te R. Is niet verbolgen op het
ziekenhuis, dat hl) een goed hert
toedraagt, maar op ons. We heb
ben een foto bij het verhaal ge-
Correspondentie aan de heer
H. J. J. Slavekoorde.
Goudrelnetstraat 125. Oen Haag.
Iedere schaker weet wat pat is:
een stelling waarin de aan zet zijn
de speler geen enkele „wettige" zet
kan doen. Ontstaat zulk een pat
stelling, dan is de partij remise.
Het is vrijwel zonder uitzonde
ring zó, dat de speler die pat
komt te staan op de een of an
dere manier in het nadeel is: het
zij in materiële zin, hetzij In posi
tionele zin. Dat betekent dat het
pat voor hem nagenoeg uitslui
tend als een redding mag
worden gezien. Dat verklaart dan
ook dat de slecht staande speler
graag op pat speelt, indien al
thans de stelling zich hiertoe
leent.
Uiteraard zal de sterker staan
de partij zich in de meeste ge
vallen van het dreigend pat be
wust zijn en al het mogelijke
doen om te voorkomen dat zijn
tegenstander pat komt te staan.
Het is niet vreemd det de
eindspel-studie-componisten zich
gretig van dit thema hebben be
diend als uitgangspunt voor „re
mise-studies", waarin de zwak
(1) Uit een partij BarczayFo-
rintos (Hongarije 1969)
staande partij zich nog weet te
redden, dank zij het pat.
Het Ie een grote zeldzaamheid
dat in een partij een zuivere pat
etelling gereed ligt. In verreweg
de meeste gevallen moet de
zwakker staande partij eerst nog
van een of meer actieve stukken
„af" zien te komen, alvorens een
stelling overblijft waarin hij geen
vin meer verroeren kan. Juist dit
inleidende spel, het opbouwen
van de patstand, is een van de
aantrekkelijkheden van dit „op
pat spelen".
In deze rubriek dan drie van
zulke posities: de nummers 1 en
2 ontleend aan het gewone par-
tijspel, de laatste (no. 3) als een
voorbeeld van een gecomponeer
de eindspelstudie.
Hieronder de oploeeingen der op
gaven uit onze rubriek van 31 mei |l.
(Reddlngelot).
Opgave 2. Wit is de kws'lteit echter
n kan niet 1. Dxel spelen wegens
Df5t plus mat op de volgende zet
Toch maakt hij remise. Aldus 1 Dg8ti
<xg8 2. De8tl Kh7 3. Dg8tl Kh6 4
Dh7tl Kg5 5. Dh6tl Remise, want na
Kxh6 staat wit pat. Men verge-
jjjU de van
ïpgave 3. Ziehier hoe wit zich weet
te redden: 1 Tb5l (Indien nu 1 Dxb5
dan 2. Dxg8t en wint. Op 1 De6
of 1 Dc4 komt 2. Db7 mat) 1
Te8l (En nu volgt op 2 Txb5 Tel mat)
2 Tb1i Tg8' (Dat moet zwart wel doen
Het Is zijn beste zet. vooral omdat hij
een. stuk achter staat) 3. Tb5l Te8! enz
Remise door herhaling van zetten.
(2) Uit een partij Sombor
Hempson (Hastings 1968/'69)
miw
i i
(3) Eindspelstudie van dr. J. Seh-
wers (Rigaer Tageblatt 1905)
abcdefgh
Zwart aan zet vond een redding
uit zijn benarde positie. Hoe?
abcdefgh
En hier deed wit aan zet iets
soortgelijks. Hoe?
abcdefgh
Wit aan zet maakt remise.
plaatst, waar hij als patiënt
voorkomt (zuster erbij die metj
fuus-apparaat bezig is). De
zou kunnen denken dat ik de
met al die kritiek ben en dai
wil ik dat u er op wijst dat fol
stuk niets met elkaar te
hebben. Bij deze meneer W.
Een beetje uitbuiterig vindl
de B. te L. de manier waaroi
ziekenhuis zich twee dagen
één dag laat betalen, nl. do<
vertrekkende en komende pat
Waarom opname In. het weeki
als er (bij een niet acuut
uiteraard) toch niets aan je
worden gedaan? Ze vindt de
taire voorzieningen in oudere
kenhuizen (ze werd dertien
opgenomen) vaak een aanflu
Twee toiletten voor 34 patiënt*
wel aan de lage kant, nietvi
Dan het dlchtstouwen van zas
met bedden, zodat bezoek
piaats kan vinden. En iedereen 5
en vliegt maar (ondanks de
niek) zodat van gesprekken
mens tot m&ns al zouden
zusters het willen geen sp
kan zijn. Alleen een revplutioi
sanering zou verandering ku
brengen.
Ervaringen van een slechfht
de, J. T. te R. Zo Iemand voelt
dubbel geïsoleerd, omdat het
apparaat moet worden afgelegi
dens behandeling. De luistere
ratuur (radio) is voor een sled
rende een moeilijke zaak
heeft hij niets aan). Kunnen
slechthorenden geen voorzieni 31
(die bestaanI) worden getrc
Deze heer (Thieme, Schil
226c) zou graag van andere sl
horenden ervaringen verni,,
omdat hij zich met deze dee
blematiek bezighoudt. Voor
overige wil hij het dragen
naamkaartjes door zusters en
instructieboekje voor opname.
Het zou al zoveel prettiger
als dezelfde zusters een wee
een afdeling werkten, zegt
vrouw G. de J. te R. die dat r( r'
ren maar onrustig vindt. Want ai
is anders echt persoonlijk coi^lc
mogelijk? Je krijgt de kans niet a(
Ik heb heel veel lof, maar
ook deze aanmerking: ik k
mijn ontbijt op bed zonder di °l
tevoren de handen kon wasse lc
me wat kon verfrissen. En dar
warmte zonder waterverdarr^o
aan radiatorenl Zonder comt e(
catie heeft deze oud-patiënt, I ei
J. te 's-G„ zich overigens be| ;lj
niet gevoeld. (n
Om het besluiten het relaas >vi
een jong, idealistisch verpleeg jj
tje, T. van G. in M. Zij wil o aj
kritiek in alle bescheidanheid
verdedigends zeggen Van
vooruit betalen, soms: is verve
maar nodig. Er zijn nl. mensen
als ze het geld van de verzeki I
thuis krijgen, dit in eigen p
monnee laten glijden. Via ka
rechter kan een ziekenhuis dar
geld zien te krijgen... Het war
op het klaargemaakte bed- d jj(
soms niet te vermijden. Als u w,
pakje ergens moet halen, kar an
toch ook wel eens even d gj,
ook al wist men dat u kwam' m
zaklantaarn 's nachts: u rrlei
eens weten hoe vaak op die im
nier al mensen gevonden zijn >ie
onwel waren en niet meer kofeni
roepen of bellen. Over de
naam „die maag". Maar als ijl
een loketbediende ziet dat ^er
mevrouw bij hem haar porte or
nee laat liggen, roept hij tochbor
iets in de zin van „Mevrouw,toei
dat rode hoedje"! Wi
Daarmee wil ik de aandüidinjeu
goedpraten, maar het is wel br 'a;
pelijk voor een chirurg, die aiPek
eikaar soms twee magen en t 'm
maal een galblaas moet ooer 'ai
Inderdaad is het beter da: de*aai
tiënt die aanduidinqen niet t^k
Patiënten hebben zeker geestr n
hulD nod'n dat 7al altiid pr
moeten staan. Maar ze kc ek'
voor lichamelijke genezing en
moet met man en macht in w
tijd veel aan gedaan worden
heeft consequenties voor J
partijen".