L FILOSOFEREN MET HET HART vol romantiek en DEZE WEEK JACQUELINE WAS ,ARI' TE SLIM AF VENSTER OP DE WERELD Gezegd ZATERDAG 24 MEI 196? Aristoteles Onassis heeft altijd gedaan waar hij zin in had. sinds hij in olie ging doen en niet op een paar duizend gulden, drachmen of dollars hoefde te kijken. Als kroon op zijn werk wilde hij voor zijn vrouw Jacqueline (weduwe van president Kennedy) op zijn privé-eiland Scorpios een optrekje laten bouwen, dat indrukwekkender zou zijn dan het Witte Huis. Het zou naam moeten maken 8ls centrum van adembenemende festiviteiten, waar be roemdheden van allerlei slag zich zouden vermaken, ter meerdere glorie van Ari Dat gaat echter niet door. Want Jacqueline voelt er niets voor. Onassis heeft 'nog ge probeerd. haar door een deskundige te laten overtuigen, dat het uit de kunst was Maar toen het er op aan kwam. koos deze man de zijde van de tegenstribbelende echtgenote Listig stelde zij zich achter de rug van haar voortvarende echtvriend op. als de ar chitect het beslissende woord moest spreken. Met hoofdbewegingen gaf zij haar wens te kennen. De goede man kon de verleiding niet weerstaan en gaf antwoorden, die in het voordeel van mevrouw Onassis uitvielen. En zij wist haar imperiumbouwer ervan te overtuigen, dat hij beter wat eenvoudiger ..stulpjes'' kon laten bouwen die er ove rigens ook niet om zullen liegen. In een rustig Parijs appartement woont intussen de vrouw, wier naam een jaar gele den nog in één adem met die van Onassis werd genoemd: Maria Callas. de vrouw die niet alleen door haar machtig stemgeluid, maar ook en vooral door haar ongebreideld temperament wereldberoemd werd. Zij is 45 jaar. rijk. maar vaak alleen met haar kleine poedels Pixie en Djedda. De enigen, die haar nog horen zingen, zijn haar buren. La Diva, die zeven jaar geleden haar car rière beëindigde, kan het nog steeds met laten, haar stem te verheffen. En de buren hebben er begrip voor. Eenzaam maar bepaald niet alleen zijn de twee Britse meisjes, die een jaar gaan wer ken op Ascension, een eilandje in de Atlan tische oceaan tussen Afrika en Zuid-Ameri- ka. Zij zijn de eerste vrouwelijke employé s van het Cable and Wireless relay station, dat op het eiland een belangrijke schakel vormt in het Amerikaanse ruimtevaartpro gramma. Daar werken zij nu temidden van 400 ongehuwde mannen (er zijn ook nog 800 Amerikanen op het eiland). Tóen zij solliciteerden hadden zij er geen idee van, dat Ascension volgepropt zat met vrijgezellen. Het maakt echter niets uit. zeg gen ze. want zij zijn niet van plan. zich in de huwelijksboot te laten nemen. Drie andere Britse meisjes bevinden zich in een minder plezante situatie. Zij wilden vermageren en deden dat zo drastisch, dat zij nu in een ziekenhuis liggen, waar artsen al enkele maanden voor haar leven vechten. De meisjes, die elkaar niet kenden, gingen steeds minder eten. Op een gegeven ogenblik aten zij helemaal niet meer. omdat zij., alle lust om te eten hadden verloren. Zij konden geen hap meer naar binnen krijgen. In het ziekenhuis moeten zij hoe vreemd het klinkt weer leren eten. Zo nodig wordt er van „dwangmethoden" ge bruik gemaakt. De vader van een der meisjes, die nog diep onder de indruk is, zei te hopen, dat wat nu gebeurd is een waarschuwing voor andere meisjes zal zijn. Maria Callas: ze blijft zingen Eetzaal in het Christchurch College. .Oxford stad van dromende torenspitsen". Met deze poëtische omschrijving heeft eens een dichter deze mooie ii universiteitsstad gekarakteriseerd, leder die er slechts een poosje heeft vertoefd, raakt steeds onder de aparte bekoring die er van Oxford uitstraalt. Men zou de stad nooit willen verlaten. Oxford bevindt zich in de gelukkige omstandigheid een universiteit te bezitten waaraan in verschillende tijdperken is gebouwd, zodat dit wetenschappelijk centrum verscheidene architectonische stijlen vertoont een prachtig voorbeeld van lavende historie in steen. I Bij het woord „universiteit" lioet men in. dit geval niet aan fén gebouw denken Wie als 'reemdeling in Oxford aan voorbijgangers de weg naar de universiteit vraagt., zal spoedig tot de ontdekking komen dat Oxford geen universiteit kent zoals bijvoorbeeld in Bristol. Manchester, Brussel of Luik. De universiteit van Oxford (even als die van Cambridge trour wens) bestaat uit een groot aantal gebouwen, waarvan de „colleges" de belangrijkste zijn. Er zijn zeker meer dan honderd gebouwen met inbe grip van faculteiten, bibliothe ken enz Van de „colleges" zijn er ongeveer 330 voor mannen "n 5 voor vrouwen. De manne lijke „colleges" op vier na zijn zeer oud. Tot de oudste be horen Merton College, Lhii- versitv College en Balliol Colle ge. -ille drie uit de 13de eeuw. De vrouwelijke „colleges" zijn van recenter datum, daar net pas tegen het eind van de vorige eeuw aan meisjes werd toegestaan in Oxford te stude ren. Eeuwenlang was Ofxord een universiteit uitsluitend voor mannen en in feite is het dat nog steeds, daar er slechts vijf vrouwelijke „colleges" zijn. In Engeland wordt een stu dent aan een universiteit een .undergraduate", d.w.z. een stu dent die zijn eerste graad nog niet gehaald heeft, genoemd. In Oxford is iedere eerstejaars student lid van één van de colle ges en is daar ook intern. Eerstejaars studenten wonen meestal gedurende hun gehele 4c 4c 4c 4c 4c 4c 4c O v *-5}- -tJ- -ö- studietijd drie jaar in hun college, maar het aantal studenten dal de laatste jaren in Oxford toegelaten wenst te worden, is te groot om allen in de colleges met hun beperkte ruimte plaats te bieden. Veel .undergraduates" verblijven te genwoordig dan ook slechts één of twee jaar in het college. De rest van hun studietijd wonen zij op kamers bij particulie ren. Elk college is onafhankelijk en heeft een eigen bestuur. Bo vendien verschilt het in grootte, ouderdom en architectuur, in één woord in karakter, van alle andere colleges. Het gemiddelde aantal studenten van elk colle ge s ongeveer 300 tol 400. ter wijl het totaal aantal studeren den aan de universiteit circa 8.000 - 10 000 jongeren bedraagt De colleges beperken zich niet tot één of twee vakken. Op ieder college vindt men studen ten van alle faculteiten. Het leven aan de universiteit in Oxford, waarmee iedere eerstejaars wordt geconfron teerd, is uitermate boeiend. El ke morgen tussen negen en één uur (uitgezonderd op zondag) kan hij naar één of meerdere colleges gaan en kiezen uit een verscheidenheid van onderwer pen die hem interesseren. 's Middags kan hij de sport velden van zijn college bezoe ken; elk college bezit uit gestrekte sportcomplexen op een afstand van niet meer dan tien minuten fietsen verwij derd. Hier kan hij iedere sport waarvan hij houdt beoefenen: rugby,- voetbal, cricket, tennis, hockey enz., en zijn college in wedstrijden tegen andere colle ges vertegenwoordigen. De lief hebbers van de roeisport kun nen natuurlijk hun hart op de Theems ophalen. 's Avonds kan hij naar een vergadering gaan, welke door één van de 150 universiteits-so- ciëteiten wordt georganiseerd, of een bijeenkomst van een vereniging van zijn college be- zoeKen. Er bestaan zo'n 25 van dergelijke verenigingen, dus keus is er voldoende. De mogelijkheden om zich het leven te veraangenamen, zijn legio voor de jonge student en het valt hem dan ook niet altijd gemakkelijk de juiste keus te doen. Zo moet menige eerstejaars reeds spoedig na zijn aankomst een sterke aan vechting om de studie te laten voor wat zij is, onderdrukken. Want doet hij dit niet, dan zal hij niet binnen de bepaalde tijd door zijn examens komen en daardoor in de meeste gevallen verplicht zijn de studie op te geven. Dus geldt voor iedere student de stelregel: „Werk hard, doch veronachtzaam de aangename zijden van het studentenleven niet", en tenslotte speelt ieder een het klaar van een etmaal 36 uur te maken! Het is moeilijk vast te stellen de grootste waarde van ligt. Wij menen dat zaken de algemeen vor mende waarde, niet alleen voor de periode van het student-zijn, maar ook voor het later leven, bepalen. In de eerste plaats de corpsgeest en de sfeer van sa menwerking welke te danken zijn aan het feit dat de student met 8.000 van de intelligenste .koppen" van het land samen woont, werkt en sport beoefent. En In de tweede plaats het z.g. repetitorsysteem. Het repetitorsysteem is een unieke, waardevolle traditie van de universiteiten van Ox ford en Cambridge en het is één van de instellingen waardoor zij van alle andere hogescholen verschillen. Iedere eerstejaars student heeft één of meer studieleiders en aan het begin van elk tri mester gaat hij ze bezoeken. Het behoort niet tot de taak van de studieleider aan de eerstejaars onderwijs te geven, maar wel hem te leren op wel ke manier hij moet studeren en zelfstandig werken. Hij wijst hem dus de weg, geeft hem aanwijzingen betreffende de in deling van zijn studie, adviseert hem wa)ke boeken hij moet le zen en iedere week geeft hij hem een taak op. Deze taak behelst in de meeste gevallen het schrijven van een verhandeling over een of ander onderwerp dat met zijn studie verband houdt en die binnen een week klaar moet zijn. Aan het eind van de week zoekt de student zijn studielei der in het college op en leest hem zijn verhandeling voor. Dit neemt gewoonlijk niet meer dan 20 - 30 minuten in beslag, waarna de studieleider in het volgend uur het werk met de student bespreekt, daarbij niet schromend zijn verhandeling en de daarin uitgesproken denk beelden aan een diepgaande kritiek te onderwerpen. Al zullen de student en zijn mentor aan het eind van hun discussie niet tot een eenslui dende conclusie komen en verschillen zij nog van mening De middeleeuwse ommegang van het New College heeft ook voor moderne studenten zijn aan trekkingskracht. British Travel stel de ons deze Oxfordfoto's ter be schikking, waarvoor onze dank. Ranke gothiek bekroont het Magdalen College. over de visie welke de student in zijn beschouweing over het gegeven onderwerp naar voren iieeft gebracht, toch schuilt er in dit systeem een belangrijke factor die niet onderschat mag worden, namelijk aan de stu dent te leren hoe hij zijn ge dachten op de meest exacte en overtuigende wijze onder woor den kan brengen. Het is immers een vaststaand feit dat alleen nij die in staat is helder en zelfstandig te denken, elk pro bleem 'ot een oplossing kan brengen. Na drie jaar doet de student zijn eindexamens en indien hij slaagt, ontvangt hij zijn uni- versileitsgraad en wordt BA (Bachelor of Arts licentiaat in de letteren). Een eerstejaars student mag gekleed gaan zoals hij zelf ver kiest. Slechts wanneer hij colle ge 'oopt, naar zijn studieleider gaat om zijn verhandeling voor te lezen of aan een diner in zijn collegezaal aanzit, is hij ver plicht een zwarte toga te dra gen. Voor het afleggen van een examen dient hij gekleed te zijn in een speciaal kostuum, beslaande uit een toga. zwart pak, zwarte schoenen en sok ken. wit overhemd en boord met zwarte stropdas. Voor de vrouwelijke studenten bestaat een overeenkomstige kledij: zwarte toga, zwarte rok en kousen, witte blouse met zwar te das. A. SMIT De titel van dr. K. J. Popma's boek „Venster op de wereld" is juist. Het gaat namelijk in hoofdzaak over het venster en niet over het wcreldpanoramadat door dit venster te zien zou zijn. Popma's knappe werk is dan ook een wijsgerig geschrift. De filosoof immers stelt vragen omtrent het vragen zelf (bl. 6) en een onderdeel (an zjjn vak is de logica, waarin hij over het denken nadenkt (13). Brengt hij een venster op de wereld aan, dan is zyn belangrijkste bekommernis dc plaats waar het moet worden aangebracht en voorts de afmeting, het materiaal enz. Zonder beeldspraak gezegd: het gaat in dit boek over dc positie van de wijsbegeerte ie midden van de wetenschappen. Want het woord, .wereld' staat hier voor een wetenschappelij ke visie op de wereld, zodat men te maken krijgt met uni versiteiten die de wereld weten schappelijk te lijf gaan en voorts met bepaalde takken van wetenschap zoals de theolo gie, de filologie en de biologie. Gaat het voorts over diploma tie. dan is niet rechtstreeks be doeld de kunst van het voeren van onderhandelingen tussen staten, maar de geestesgesteld heid van het geven en nemen. De eigenlijke politiek komt niet in het zicht, wel de politicologie. De hoofdvraag in dit boek is hoe de onderlinge verhoudin gen liggen. Belangrijkste bedoe ling is de lezer de overtuiging bij te brengen, dat vóór alle din gen nodig is intelligente vragen te leren stellen: „Waar zou men een intelligente visie vandaan halen, als men niet een beetje geschoold is in het stellen van verstandige vragen?" (155) De auteur is zich de grenzen van zijn vak zeer wel bewust. In de eerste plaats omdat hij een christelijk denker» is en dus Gods openbaring in de H. Schrift gelovig aanvaardt. Maar ook door de gebondenheid van het denken aan de taal: „pas in het woord komt de gedachte tot zichzelf" (7), wat in de praktijk zelfs geleid heeft tot een 'smal le wijsbegeerte' als de taalfiloso fie (vgl. 109). „In de wijsbegeerte gaat het erom een zinnig woord (logos) omtrent de wereld (kosmos» te zeggen" (12). Zover mogelijk te ruggaande, de adem als het wa re inhoudende, komt men tot vragen als: „Waarom is er eigenlijk iets, en niet niets?", en tot de overtuiging dat het niet noodzakelijk is dat de we reld bestaat: haar bestaan is een contingentie (14). U ziet het, de filosoof heefl .grote onderzoekingen des har ten'. Deze, zichzelf voortdurend 'betrappende' manier van den ken, dit zichzelf voor de voeten lopen, vervult een onmisbare functie in het menselijk geestes leven. Vooral als correctief. Wanneer b.v. Camus mapnt dat je de wereld niet kunt uitleg gen, merkt Popma terecht op dat deze uitspraak zelf al een uitlegging is. Zo kan de filoso fie ons leren over de dingen verstandig te praten. Popma stelt voor, de wijsbe geerte .wereldkunde te noe men en de Naar aanleiding van dr. K. J. Popma. Venster op de wereld, nitg. J. H. Kok N.V.'. Kampen, 160 bh., 13,75. J. POPMA 'vak-kunden'. Hoezeer het den ken over het denken ons. bij het gaan telkens een stok tus sen de benen steekt, de be hoefte aan een visie op het ge heel laat zich nooit onderdruk ken. En die visie, ik zei hei al. is "•rnamelijk een kijk op de onderlinge verhoudingen. „Het gaat ons in de theorie niet om wat de dingen zijn, maar veel eer om hun onderlinge re laties" (90). De auteur fulmineert in zijn boek nogal tegen de theologie. Hij constateert op theologisch erf een grote verwarring. „Elke theologie is zonder meer afhan kelijk van een wijsbegeerte" (20). De theologen merken dit niet of ontkennen hei. Het in nerlijk aanknopingspunt tussen wijsbegeerte en religie is niet bloot gelegd (vgl. 22). Hermeneuse b.v. is een filolo gische praktijk, en hermeneu tiek is een theor.ie omtrent die .praktijk. En die twee door el kaar te halen is niet verant woord (36). „In het algemeen is geen theoloog zich helder be wust van de wijsgerige positie keuze. die hij len bate van en in zijn theologische activiteit aanvaardt. Zij ontbreekt ten enenmale ten aanzien van de theologie zelve" (57). Ook keert de schrijver zich tegen de universiteiten. Men moet veeleer spreken van multi- versiteit, een onsamenhangende bundel van vakscholen (65). „De academische studie bete kent niei zozeer een ontplooiing als wel een reductie en een ver minking" (66). „In onze tijd van verfabrilisering van de academi sche studie ondervindt de wijs gerige arbeid soms hevige te genkanting" (70). Wie onderlinge relaties wil ophelderen streeft naar commu nicatie. Die is ook in de weten schappelijke wereld zwaar ge stoord. Popma brengt op dit punt de studie van dr. H. Krae- mer ter sprake: „Communica tie. een tijdvraag" (1957). Com municatie lussen mensen is zo vaak omringd door een gehei menis. Wij trachten elkaar te bereiken, maar het komt niet tot werkelijk contact (58). Via de taal wordt de communicatie als communicatie tussen dikwijls in hogere mate afgebro ken dan opgebouwd (58). Een vervalsend element is hier de diplomatie, waaraan Popma een paragraaf wijdt (68-70). De diplomatie verhelden niet en leidt niet tot echte communica tie. De lezer ziet het: dit artikel Is geen bespreking op gelijk ni veau met het boek. Ik geef wal aantekeningen bij de lectuur van een werkje, waarin ik uit journalistieke nieuwsgierigheid een uitstapje heb gemaakt. De bedoeling van de schrijver moei toch zijn dat zijn boek ook buiten de kring van vakge noten gelezen wordt! Het heeft trouwens echt menselijke accen ten en op menige bladzijde proeft men hartebloed. DR. C. RIJNSDORP NAAR PINKSTEREN TOE hi een razend drukke week, waarin gek genoeg de fantastische reis van de Apollo-10 tot op 15 kilo meter van de maan, ondanks een paar korte emoties geen sensatie meer betekent, maar destemeer de bezetting en ontruiming van het Maagdenhuis. Een verrassende bezetting door (in hoofdzaak) studenten, een eis om dat administratief centrum der Amsterdamse uni versiteit te ontruimen, een lucht brug. die later wordt wegge haald, een hevige straatrel met vele gewonden, ontruiming, ver oordeling door regering en Ka mermeerderheid, veroordeling ook door vele studenten (o.a. wegens vervreemding van docu menten en tentamenopgaven), de vraag of de zo begeerde demo cratisering nu niet een eind ach terop geraakt is en met wie er den. De Kamer. Benzine door ac cijnsverhoging niet 3'/2 maar 2 cent duurder na 1 jufi. En tijde lijk, dank zij een a.r. motie. In tussen beraad over het geheel van loon- en prijsmaatregelen voor de toekomst. Bezuinigingen op departementen. Begrotings meevallers. Alle stevige kritiek ten spijt hoeft minister De Block van Tila- nus (c.h.) en Schmelzer (kath. v.) niet weg. Maar opnieuw is er enige onrust over het werk van een commissie die met de direc tie van Thomassen en Drijver de fabriekssluitingen moet bekijken, want ook hier heeft De Block iets anders begrepen dan de Ka- Id. rszee is dicht. Trei- eller rijden. De Pro- i wil zendtijd. De ns vragen Amerika isrechten en blauw- een atoomduikboot, ik praten met Malik n; Den Haag gaat nu wel akkoord met de manier van volksraadpleging. Ons ontvallen zijn prof. M. J. A. de Vrijer, theoloog en pastoor, 90 jaar oud, en de journalist J. B. Th. Spaan (69). Stafford en Cernan zien vanuit de maantaxi een prachtige, zij het rotsachtige haven voor de komende eerste maanwande- laars. Ver weg de aarde, met nog altijd voorzichtig tasten naar een oploesing voor Vietnam, staat van beleg in Argentinië, een orkaan in India (duizend do den?). de veroordeling van Slr- han tot de dood wegens de moord op Robert Kennedy. Van het cao-front: Roolvink stuurt de schilders-cao terug om dat een clausule over aanpassing aan de prijsindex hem niet be valt. De AKU-cao wordt opge houden wegens werktijdverkor ting. De SER adviseert tot 1 pro cent duurtetoeslag. Philips maakt een mooi eerste kwartaal dank zij kleurentele visie, Unilever zakt 10 procent in de winst door introductie van nieuwe wasmiddelen, Billiton boekt 19 miljoen winst in 1968, de SHV rapporteert een omzet van 1,68 miljard en een winet van 20,4 miljoen, Wilton sluit de oude werf. Voor het handhaven van de rechtsorde is de lange lat niet het geëigende middel, maar als het moet... (Den Uyl). De overgrote meerderheid der Nederlanders wil leven in recht en democratie en in gehoorzaam heid aan rechtvaardige wetten, die in gezamenlijk overleg tot stand komen (Veringa) Kuyper en Bavinck kunnen on ze problemen niet oplossen, ze kunnen hoogstens onze leer meesters zijn (Puchinger) We staan nu al voor de vraag hoe een kleine gemeente een vrachtwagen die stuk is gegaan, moet vernieuwen (Van Praag).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1969 | | pagina 19