Hout verzamelen
geen sprokkelen a
schaak
Zwitserse voorjaarszegels
bridge
Anti-blokkade
Werk meer met
Dame-offer
k
m fi
Brits Handboek
FILATELISTENLAMP
Dubbel offer
ZATERDAO 8 FEBRUARI 1969
4
Het komt nogal eens voor dat
jonggehuwden een bureau in
hui* hebben. Niets bijzonders.
Maar als er dan kinderen ko
men, is er voor dat bureau geen
plaats meer. Toch kan de ruim
te in de laden van het bureau
niet worden gemist. De oplos
sing is de twee kastjes links en
rechts onder het bureau wegha
len. De pootjes wegzagen en de
twee delen op elkaar zetten.
Dan aan de zijkanten twee
plaatjes hardboard en u hebt
een ladenkastje waarvoor altijd
wel een hoekje te winden is en
dat eventueel te gebruiken is
als telefoonkastje.
Carraspondantl* aan da haar B. I. Nuya,
Jaaravaltstraat 22, Rotterdam.
Na de blokkade van vorige week, dit keer
de anti-blokkade. Het Is immers duidelijk dat
de tegenspelers zullen proberen een blokkade
te vermijden, al is het voor hen niet altijd
eenvoudig om een blokkade te signaleren, laat
staan om die te voorkomen. Het volgende
spel geeft de mogelijkheid tot anti-blokkade
aan, al wordt het West wel gemakkelijker
gemaakt, omdat Zuid de zaken eigenlijk ver
keerd aanpakt.
10863
C 64
O H 8 4 2
«f» V 7 4
komt uit met harten vijf. De slag werd voor
de boer van Zuid. nadat Oost de tien had
laten zien.
Zuid vervolgt nu met ruiten aas. waarbij
West een lage harten legt. Daama speelt
Zuid weer ruiten, die voor de vrouw van
Oost wordt. Voor de tweede keer bekende
West harten. Oost probeert het nu met
de twee sterke kaarten van West. Begrijpt
Oost dit sein. dan speelt hij van zijn langste
kaart, in dit geval schoppen.
Later in het spel komt West aan slag met
harten aas. waarna hij van de twee reste
rende schoppen eerst de heer speelt en daar
na de twee. De clou is namelijk dat nu de
tien van Noord eruit kan worden gesneden,
HB2
N
W O
z
V 9 7 5 4
A9753
102
B
O V 10 5
H532
B 8 6
A
C? HVB8
O A 9 7 6 3
A 10 9
Na biedingen In ruiten, West bood tussen
door harten, besloot Zuid tot 2 SA. Op het
eerste gezicht een te maken contract. We
zullen het spel op de voet volgen. West
schoppen vijf, die Zuid met het aas neemt.
West moet schoppen boer bijspelen, want dat
is anti-blokkade.
Dit Is het kritieke punt in het spel, want
West/Oost moeten zes slagen maken, wil
Zuid down worden gespeeld. Een moeilijk
punt is. hoe moet Oost te weten kómen dat
hij in de vijfde slag met schoppen vijf moet
komen? West heeft Oost getracht te helpen
door zowel in de tweede als In de derde
slag een harten te spelen op de rultenslagen
Daarmee geeft hij in ieder geval aan niet
te willen dat Oost in de vijfde slag met har
ten terugkomt, maar met schoppen of klaver.
waarna Zuid down gaat. Had West derhalve
in de vijfde slag niet schoppen boer wegge
speeld, dan kan Zuid nooit down gaan.
Overigens mag duidelijk zijn, dat alleen el
kaar goed begrijpende spelers, een speel
wijze als deze kunnen afhandelen. Niettemin
had Zuid toch beter kunnen spelen. Hij ver
raadde namelijk in de eerste slag al de sterk
te van zijn hartenkaart door de slag met de
boer te nemen, in plaats van met de heer
Dit helpt West immers. Hij weet nu dat Zuid
ook de heer en de vrouw heeft en kan dus
op de ruitenslagen gemakkelijk zijn lage har
ten kwijt.
Doorsnede (onder micro
scoop) harskanaal Pinus
(naald).
BELICHTEN: Nadat we aan de
hand van proefstroken hebben ge
zien bij hoeveel seconden belich
ting van het negatief de beste
resultaten zijn te verkrijgen, gaan
we het negatief dan volgens de
uitslag van deze proef belichten.
Een vel papier wordt In het ver-
grotlngsraam gelegd. Daarna be
lichten wij dat en dompelen het
geheel onder In de ontwikkelaar,
waarin we het met de ontwikkel-
tang voorzichtig af en toe wat be
wegen. Ook nu geheel laten
uit-ontwikkelen, spoelen In het
stopbad en fixeren gedurende vijf
tot zeven minuten... met de beeld
zijde „omlaag" zodat deze
constant en volledig In aaraking
komt met de fixeer.
PROEFSTROKEN: Het lijkt onlo
gisch maar hoe meer proefstroken
u maakt hoe zuiniger u werkt Uit
de praktijk weten wij, dat men
vaak geneigd is te gokken naar de
juiste belichtingstijd. Men legt dan
een vel In het vergrotlngsraam,
taxeert de belichting en dompelt
het vel In de ontwikkelaar. Dan
pas blijkt door het snelle opkomen
van het beeld, dat het te lang
werd belicht. Men vist het papier
er (te vlug) uit en fixeert het. Het
resultaat is een slappe krachteloze
vergroting zonder diepe zwarten
en hoge lichten. Of... er is te kort
belicht en men probeert door lang
te ontwikkelen, nog Iets van deze
afdruk te maken. Het resultaat Is
een gele, fletse afdruk die niet
zelden ook nog gesluierd is.
Neem als goede raad aan, dat elk
negatief, dat zichtbaar afwijkt van
het vorige, een eigen proefstrook
vergt. Daarmee wordt voorkomen
dat er stapels misbaksels In de
prullebak gaan. Er zijn ook appa
raten die het bepalen van de juiste
belichtingstijd overnemen. Toch is
het ook dan nodig even „in te
spelen" met deze apparaten.
EXTRA GROOT: De moderne
CorropomJantle aan da haar H. J. J.
Slavekoorda, Goudralnetatraal 125, Den
Haag.
Een van de meest spectaculaire
gebeurtenissen, die men op het
schaakbord kan aanschouwen, is
het dame-offer. En ook de scha
ker. die het offer brengt, heeft
hiervan meestal grote voldoening,
ten minste als het offer correct is.
En dat is alles wat wij over de
opgaven 1 en 2 willen zeggen.
Daarentegen iets meer over op
gave 3, een uiterst simpele stel
ling, zo te zien. en zonder dames.
Ze werd In tijdnood bereikt. In
tijdnood speelt men niet alleen
heel snel. maar men schaakt vaak
snel door nadat het aantal ver
plichte zetten al Is gedaan. Dit
komt omdat men zijn zetten (onder
druk van de klok) niet meer no
teert en dan al gauw enkele zetten
te veel doet.
Dit nu overkwam de zwartspeler
In de stelling van diagram 3. hoe
wel hij nog drie minuten de tijd
had en hoewel hij wèl zijn zetten
„meegenoteerd" had en dus eigen
lijk geen enkel goed excuus had
om zich op extreme tijdnood te
beroepen. In de diagramstelling
kwamen twee zetten voor zwart in
aanmerking: 1. Kd6 en 1. Kf6.
Zwart koos overhaast precies de
verkeerde zet en bereikte niet
meer dan remise. Daarentegen zou
de andere zet gewonnen hebben.
Aan u. lezer, die niet In tijdnood
verkeert de vraag: Welke zet leidt
tot winst, welke tot remise En in
beide gevallen: Hoe gaat dat? De
toelichting bij deze stelling vonden
wij in het Oostduitse tijdschrift
Schach.
Oplos»! ngen
Hier volgen de oploeelngen van de
opgaven uit de rubriek van 1 februari
(Een onbeholpen paard).
1 (Negrea Ciocaltea). Zwart kwam
ar toch door. en wel vTeemd genoeg
zeidwangatelling terecht komen. (Pro
beert u dat zelf eens.) Daarom apeelde
bil 2 Pe2. maar nu was dit paard een
gevangene In algen stalling en had
zwart de touwtjes geheel in handen..Er
volgde: 2. Pe3. 3 Pel Pc2. 4. Pd3
Pd4 S Ptl Kh3. 6 Pd3 Kh2. 7 Pel h5.
8 Pd3 Pxb3l. 9. PeS dxe5 en wit gaf het
op wegens 10. d6 Pd4. 11. d7 Pc6
2. (Geprlndaachwlll Borlssenko). De
Pxa5?7 een gewonnen pionnenelndspel te
bebben. Niets daarvan", dacht zwart
terecht en apeelde 2. gxh4l en liet
wit haar paard behouden Er voiqde 3.
Pfe4 Kc3. 4. Pf2 Kb2 en wit gaf het op.
Oen zie S. Pxe4 Kxa2. 6. Pd2 h3, 7
Kf2 Kb2, enz.
3. (Mlkenaa Zagoryanaky). Hier
heeft wit twee vrijpionnen die zo ver
mogelijk van elkaar staan: de belde
randplonnen. Wit kan zich permitteren
zijn paard In de steek te laten In ruil
voor de zwarte vrijpion, om vervolgens
zijn h-plon naar de overwinning te voe
ren: 1. Kg4! Kxd4, 2. Kxf4 Kd5. 3. Kf5 en
zwart gaf zich gewonnen. Het paard op
a8 mag niet te hulp komenl
(1) Uit een corr. partij Drlksna
Strautinsch (Letland 1968)
Zwart aan zet won. Hoe?
(2) Uit een partij Besser—Haakert
(Teamwedstrijd West-Duitsland
1968)
Iv
ii
l«l
a
«F
i k
HAH
HA
E I
i m
AH
H
1 f
1 Bé-
abcdefgh
Wit aan zet won. Hoe?
(3) Uit een partij Hennlngs
Uhlmann (Oost-Berlijn 1968)
Zwart aan zet moet kiezen tussen
Kd6 en 1 Kf6. Wat is de
juiste keuze? Hoe gaat het na elk
van die zetten verder?
films hebben het mogelijk gemaakt
om grote vergrotingen van kleine
negatieven te maken. U kunt van
een normaal en goed belicht
klelnbeeldnegatief zonder bezwaar
een afdruk van bijvoorbeeld 1 x
1.50 meter maken. In het algemeen
zal de amateurfotograaf geen gro
tere afdrukken maken dan 50 x 60
centimeter. Dit formaat is zelfs
voor de meeste tentoonstellingen
het toegestane maximum. Laat uw
vergrotingsapparaat het toe. dan is
het experiment om een zeer grote
vergroting te maken wel eens aar
dig. Vanzelfsprekend kan dat niet
met de bakken van 30 x 40 centi
meter. Een hulpje is in dat geval
een grote lap plastic, uitgespreid
op een tafel. U drenkt een spons
in ontwikkelaar en legt het belichte
vel vergrotingspapier op tafel,
daarna maakt u het hele vel voch
tig met schoon water. Vervolgens
gaat u met de spons met ontwik
kelaar over het vel papier, maakt
regelmatige streken. Het beeld zal
keurig opkomen. Daarna even
spoelen met stopbad en tenslotte
fixeren in een lavetbad of een an
dere grote bak, bijvoorbeeld een
kinderbadje.
WELK DEEL: Voor industriedoel
einden maakt mén wel vergrotin
gen "van 3x2 meter van een klein
negatief. Hieruit volgt, dat het bij
kleine vergrotingen niet steeds no
dig is het gehele negatief te ver
groten. U kunt een bepaald deel
van het negatief gebruiken en de
rest laten wegvallen. Soms is het
mogelijk om uit een negatief twee
verschillende vergrotingen te ma
ken. Dit laatste duidt echter niet
op een goede fotografische kijk.
want nog steeds geldt deze foto
grafische grondwet: maak Uw op
namen zo veel mogelijk formaat-
vullend. Op deze wijze kan maxi
maal worden geprofiteerd van de
grootte en de kwaliteitscherpte
van het negatiefmateriaal.
In de praktijk zal dat helaas
Tweede deel les 3-
Foto's vergroten
maar zelden het geval zijn. Daar
om doet u er verstandig aan om
eerst een kleine afdruk te maken
en daarop met behulp van een
paar strookjes wit papier een
juiste ..uitsnede" te bepalen.
PORTRET: Bij portretopnamen is
het meestal zo, dat rond de kop
waarom het gaat, een aantal onbe
langrijke details zichtbaar zijn.
Ook in dit geval is „uitvergroten"
nuttig. Probeer steeds alleen dat
gene in uw vergroting te laten wat
belangrijk Is. Vergroten maakt het
u gemakkelijk om aan goede en
zuivere composities te komen.
In de volgende les zullen wij u
laten zien. hoe van een negatief,
dat wat minder goed is uitgevallen,
toch nog een fijne vergroting kan
worden gemaaKt.
Evenals de eerder verschenen
uitgaven, bevat de twintigste
editie van Britain, An Official
Handbook een schat van infor
maties over Groot-Britannië.
Het 518 bladzijden tellende
boek geeft een uitgebreid over
zicht van alle aspecten van de
Britse samenleving.
Hoofdstukken zijn: land en be
volking, regering, wet en recht,
defensie, maatschappelijk werk,
onderwijs, planning en huisves
ting, kerk, wetenschappen en
kunsten, economie, industrie,
landbouw, visserij, vervoer, fi
nanciën. handel, arbeid, radio
en televisie, pers en sport.
De hoofdstukken zijn overzich
telijk ingedeeld en het Hand
boek 1969 is uitvoerig gedocu
menteerd met tabellen en grafie
ken. Opgenomen is voorts een
uitgebreid register en een litera
tuurlijst. De gegevens in het
Engelstalige boek zijn bijge
werkt tot september 1968. Hoe
wel het een officiële publikatie
is. is het een aantrekkelijk
boek, verlevendigd met foto's.
(Uitg. Her Majesty's Stationery
Office. Londen. Prijs voor Ne
derland 17,20.)
Dat je postzegels kunt ver
zamelen en ook speldjes en
sleutelhangers, dat wil ieder
een wel geloven. Maar wie
beweert dat er ook „houtver
zamelaars" zijn, die krijgt, in
de meeste gevallen, slechts
een ongelovig gezicht te zien.
Hout? Wie verzamelt nu
hout? Toch zijn er, welgeteld
325 Nederlanders die zich daar
mee bezighouden. En natuurlijk,
zo gaat dat in ons land, zijn ze
verenigd. In de Nederlandse
Vereniging van Houtsoortenver
zamelaars.
Die vereniging is nog niet zo
bekend. En dat vindt het be
stuur wat verdrietig. Want dat
bestuur zou best meer namen
vermeld willen zien in de leden
lijst. Daarom wil men ook graag
wel iets zeggen over de nog niet
zo heel bekende hobby van het
houtverzamelen, al bestaat die
dan al vele jaren.
Bestuurslid J. M. Fundter in
Wageningen heeft een weder
vraag als antwoord op de vraag,
waarom men nu eigenlijk hout
zou gaan verzamelen: „Waarom
verzamelen mensen postzegels?"
Hij wil daarbij kennelijk uitslui
ten het antwoord, dat slechts
materieel gewin inhoudt. Want
hij vindt:Om een beeld, om
de geschiedenis, om de merk
waardigheden op het plaatje
van de postzegel. Of ook: om de
zeldzaamheid, of gewoon om de
mooie kleuren. Wel, bij ons is
dat eigenlijk net zo. Het ene lid
verzamelt hout om de mooie
kleuren, een ander om de teke
ning, of zelfs om de geur en
weer een ander om de anatomie
van het hout te bestuderen
Het is overigens die houtver
zamelaars wel om wat anders
dan alleen maar het hébben te
doen. Ze zijn er niet tevreden
mee, als ze alles hebben. Ze zijn
De heer Fundter werpt een specialistische blik In de keurig opgebor*
gen houtverzameling van een collega-hobbyist.
Kristalvorming in hout. Drusen
in het Parenchym.
ook erg leergierig, zo leerde ik
in Wageningen. Want ze willen
ook weten, waar hun stukjes
hout vandaan komen. En wat
nu het wezenlijk verschil is tus
sen verschillende soorten eiken.
De echte houtverzamelaar wil
bovendien niet alleen de ver
schillende houtsoorten leren
kennen, hij wil ook de toepassin
gen weten.
En die zijn vele. Bestuurslid
Fundter zegt: „Het hout neemt
tenslotte een heel belangrijke
plaats in in ons leven. Letterlijk
van de wieg, al is die niet altijd
van hout, tot het graf
Wie al die doeleinden wil na
streven, is met zijn verzameling
wel eventjes zoet. Tenslotte
zijn er alleen al van de eik zo'n
tweehonderd soorten
Mijn vraag hoe je, als je dan
aan het houtverzamelen slaat,
aan al dat hout komt, ontlokt
een tevreden glimlach aan de
heer Fundter. „Dat is het nou
precies", zegt hij. „Daarvoor
zorgt onze vereniging
Het staat ook met zoveel
woorden in het geschriftje, dat
NEHOSOC (de afgekorte vereni-
gingsnaam) graag ter beschik
king stelt: „De NEHOSOC ver
strekt aan haar leden regelma
tig monsters van alle mogelijke
houtsoorten".
Dat is nog niet alles. In dat
zelfde drukwerk las ik ook: „De
NEHOSOC stelt bij elke hout
soort een keurig gedrukte tech
nisch verantwoorde beschrij
ving beschikbaar, zodat ieder
lid van de eigenschappen van
het hout kennis kan nemen".
Die „technisch verantwoorde
beschrijving" is te danken aan
een nauwkeurig onderzoek in
de werkplaats van het instituut
Bosbouw van de Landbouwhoge
school in Wageningen. En ver
der is er nauwe samenwerking
met het Houtvoorlichtingsinsti-
tuut in Amsterdam en met de
Nederlandse Hout Academie.
Met een centrale leverancier
als NEHOSOC zelf zou je veron
derstellen, dat er dan weinig te
ruilen valt. Want „dubbele"
krijg je dan niet zo gauw.
„Toch wel", vertelt de heer
Fundter. „Men verzamelt zelf
ook wel stukken er bij. Er kan
dus toch wel geruild worden,
omdat men op een gegeven
ogenblik meerdere stukken
heeft van één houtsoort. Het eni
ge verschil is, dat de geldswaar
de hier ontbreekt. Natuurlijk, je
hebt wel eens een erg mooi stuk
hout. Onlangs nog had ik een
stuk coromandel, zo mooi van
kleur dat iemand zei: ik geef er
vijf gulden voor. Maar dat zijn
uitzonderingen".
Praten met een houtverzame
laar is: ontdekken, dat ook die
verzamelaars uren over hun
hobby kunnen praten. Over
hout is zelfs vele uren te pra
ten. En ze kunnen zelf er ook
uren naar kijken. Naar hun
hout. Niet omdat ze er zoveel
hebben (hoewel: een Amster
damse houthandelaar heeft er
2000 stuks in zijn collectie)
maar omdat het hout hen blijft
boeien.
Maar er zijn meer mogelijkhe
den dan kijken en praten. Er is,
om* een voorbeeld te noemen, de
mogelijkheid mee te gaan met
een door de vereniging georgani
seerde excursie. Uteraard het
bos inEn er kan geschréven
worden. In het clubblad „De
houtverzamelaar", dat uiteraard
ook vol moet.
Is de hobby duur? „Nee", zegt
de heer Fundter. „Het lidmaat
schap van NEHOSOC is niet zo
kostbaar. Misschien wel de mi
croscoop die men later wil aan
schaffen. om het hout goed te
bestuderen. Of de boeken. Maar
verder, nee
Wie het precies wil weten:
het lidmaatschap van de vereni
ging kost ƒ.7,50 per jaar; en
treegeld 5. Wie er nog meer
van wil weten, de administra
teur, de heer F. J. Fortunati,
woont: Okkernootstraat 89, Den
Haag.
En tenslotte: De aspirant-
houtverzamelaar kan wel even
voort. De wereld telt twintigdui
zend houtsoorten
SIETZO DIJKHUIZEN
De Zwitserse posterijen han
gen een bijzonder praktisch en
economisch systeem aan van
realisering van hun postzegeluit
giften. Zij hebben al jaren in
principe slechts vier uitgifte
data per jaar: namelijk een
voor Pro-Patriazegels rond 1 ju
li, een voor de Pro-Juventutezc-
gels rond 1 december en verder
in het voorjaar een uitgiflcdag
voor alle bijzondere zegels, die
slaan op herdenkingen in het
eerste halfjaar en een uitgifte
dag voor de herdenkingszegels
van het tweede halfjaar. Men
veegt dus alle herdenkingsze
gels van één jaar op twee hoop
jes.
Op 13 februari komt de voor
jaarsserie 1969 van vijf zegels
uit, die dus een aantal uiteenlo
pende jubilea en manifestaties
samenbrengt Daarbij is een ze
gel van 10 rappen wegens het
vijftigjarig bestaan van de Bond
van Meisjespadvindsters. Deze
in 1919 zeer bescheiden begon
nen vereniging, is thans uitge
groeid tot een organisatie met
190 afdelingen en 15.000 leden.
De tweede zegel is gewijd aan
het eerste Zwitserse planeta
rium, dat 1 juli zal worden open
gesteld. Het geheel aan instru
mentarium en demonstratie
ruimte voor de bezoekers wordt
ondergebracht in een speciaal
gebouw, behorende tot het Zwit
sers Verkeersmuseum in Lu-
zern. Dit museum trekt jaarlijks
3 - 400.000 bezoekers. Dank zij
de zeer belangrijke financiële
steun van de horlogefabriek
Longines was de verwezenlij
king van de eerste fase van de
ze onderneming thans al mo
gelijk. De projectieapparatuur,
die het gehele astronomische ge
beuren aan de belangstellenden
moet voortoveren, komt van
Carl Zeiss in het Westduitse
Oberkochen. Men verwacht, me
de door de toenemende belang
stelling voor de ruimtevaart,
dat het Planetarium in een gro
te behoefte voor scholen en toe
risme voorziet. Op de zegel is
een afbeelding te zien van het
sterrenbeeld Pegasus, getekend
in dit godenros.
De zegel van 30 r. viert het
vijftigjarig bestaan van
Comptoir Suisse, de nationale
Zwitserse jaarbeurs in Lau
sanne. In 1915 al bestonden er
plannen om op voorbeeld van
de jaarbeurs van het Franse
Lyon iets dergelijks in Zwitser
land op te zetten. Toen dit op
de lange nationale baan dreigde
te worden geschoven, nam de
„kamer van koophandel" van
Lausanne het initiatief in 1916
een kantonale beurs in eigen
stad in te richten. En deze is
uitgegroeid tot nationale Zwit
serse jaarbeurs, die voor het
eerst als Comptoir Suisse op 11
september 1920 zijn poorten
opende. Er was toen een feitelij
ke expositieruimte van 6000
vierkante meter met bijna 600
deelnemers. Tijdens de 49e foire
van 1968, toen Nederland en
Roemenië als eregasten deelna
men, hadden 2400 exposanten
de beschikking over 80.000 vier
kante meter om hun waren en
diensten aan te prijzen. Op de
postzegel komt het embleem
voor.
Vervolgens een zegel van 50
r, gewijd aan de vijfde Gymnae-
strada Basel 1969, een zaak,
waarvan de wieg in Nederland
heeft gestaan. De „gvmnaestra-
da" is namelijk een door de
In vele landen verschijnen regelmatig luminescerende post-
zegels. In de toekomst zullen ten behoeve van opzct-stempclmachi-
nes steeds meer van deze zegels worden uitgegeven. Om filatelisten
in staat te stellen te beoordelen of zjj ai of niet hebben te maken
met fluorescerende en soms met fosforescerende zegels, heeft
Philips een lampje met een zwart-glazen ballon ontwikkeld. Dank-
zy dit speciale glas wordt ultraviolet licht uitgestraald waardoor
fluorescerende of fosforescerende eigenschappen onmiddellijk kun
nen worden vastgesteld.
De lamp (blacklightlampTW 6 W is uitgevoerd met een nor
male E 27 lampvoet en kan in ieder huiskamcrarmatuur worden
toegepast. Om de fluorescerende eigenschappen te kunnen vaststel
len, dient echter weinig of geen ander licht in de direkte omgeving
aanwezig te zjjn. De afstand lampzegel moet ongeveer vier cen
timeter bedragen. De prjjs is 26,95.
thans 82-jarige Nederlandse
turnleraar J. H. F. Sommer in
het leven geroepen internatio
nale turndemonstratie, die voor
het eerst in 1953 in Rotterdam
werd gehouden. Sindsdien wor
den deze manifestaties elke vier
jaar gehouden, steeds in het
jaar na de Olympische Spelen.
Deelnemers zijn turnsters en
turners van alle nationalitei
ten en leeftijden; het zijn echter
geen wedstrijden en er worden
geen prijzen uitgedeeld. Door
middel van groepsdemonstraties
propageert men de waarde van
het turnen voor de lichamelijke
ontwikkeling. Gymnaestrada's
werden na Rotterdam gehouden
in Zagreb, Stuttgart en in 1965
in Wenen. De volgende manifes
tatie is van 1-5 juli in het
Zwitserse Basel.
Als vijfde zegel één ter her-
denking van het feit, dat vijf-'
tien jaar geleden in Zwitserland
het luchtpostvervoer startte.
Hoewel al op 9 maart 1913 een
postvlucht(je) Basel-Liestal was
uitgevoerd en de Neue Ziiricher
Zeitung 8 april 1919 beweerde
dat postvervoer door de lucht in
Zwitserland niet aan de orde
kwam en dat dit pas verant
woord was bij minimum
afstanden van 600 kilometer, is
het eerste regelmatige postver
voer door de lucht Zürich -
Bern - Lausanne met een oude
DH 3 al op 30 april van datzelf
de jaar 1919 uitgevoerd. Op de
zegel afbeeldingen van de „oude
kist" en van een DC 8. Op de
zelfde dag van dit jaar zal een
herinneringsvlucht worden uit
gevoerd. Nadere filatelistische
bijzonderheden hierover volgen
nog.
J. J. M. KIGGEN
Correspondentie een de heer A. J.
Ivens, Frankenslag 69, Den Haag.
Het heeft de Zuidhollandse dam
mers deugd gedaan dat de nieuwe
studentenkampioen Daan Krom
hout uit Rijnsburg Is. Tweede ein
digde Fred Ong, Leiden, en derde
W. Jurg, Amsterdam. Dit jaar dus
geen „grote namen" onder de
deelnemers. Wel spelers van be-
hoorlllke kracht, sterk genoeg voor
de ereklasse en nationale hoofd
klasse.
Dat Kromhout zo succesvol was,
wijst erop dat hij mentaal sterker
Is geworden. Zijn technische baga
ge was reeds zeer behoorlijk,
doch hij miste de hardheid die een
kampioen nu eenmaal nodig heeft.
Mogelijk kan dit voor hem aanlei
ding zijn om pogingen in het werk
te stellen nog hoger op de ladder
te stijgen. Het Is de laatste jaren
echt wel aantrekkelijk en de moei
te waard om een poging te wa
gen!
Thans nog enige flitsen uit de
halve finale persoonlijk landskam
pioenschap en een fraai dubbelof-
fer, dat net niet doorsloeg.
Drs. P. Roozenburg
W. van der Sluis
J. van Leeuwen
Zw.: 1. 7. 9, 12. 13, 15, 17, 18.
19. 23. 25. 29. Wit: 21, 26. 27, 28,
32, 35. 38. 40. 45. 38, 49. 50.
Spelverloop: 28-22 17x37: 38-33 29x
38; 49-43 38x49; 48-42 37x48; 21-16
49x21; 16x8 13x2; 40-34 48x30;
35x4 18-22; 9x27 23-28 en na 13
zetten werd het remise. Een leuke
afwikkeling.
Jac. v. d. Ende
C. Bakker
Zw.: 1, 2. 3. 5 t/m 9. 11. 13. 14.
15. 17. 18. 19. 21. 23, 29. Wit: 26.
28. 31, 32, 34 35. 36, 38 40 t/m
45, 47 t/m 50. De ook taktlsch zo
voortreffelijke oud-wereldkampioen
vervolgde met 18-221 hopende op
31-27? (dat niet kwam). 22x33.
27x16 7-12; 16x18 23x12; 34x23
19x4611
F. Ivene
Zw.: 3, 6, 8, 12 t/m 20. 24, 25.
26: Wit: 27. 28. 29. 32 t/m 40, 44,
45, 47. In deze vriendschappelijke
ontmoeting liep het spel: 27-21
16x27; 32x21 nu zag wit wel:
17-22; 28x17 19-23; 37-31 26x37;
*3-32 37x28: 33x22 18x16; 29x7 hij
werd echter verrast door: 17-22;
28x17 25-301: 34x25 19-2311 waar
na hli toch nog een redding vond
met 38-32 a. b, c, 23x43; 33-29
°4x33: 44-39 met remise, a) 40-34
23-28: 33-22 24x31; 36x27 14-19.
b) 39-34 24-30: 35x24 14-19. c)
37-32 23x43; 38x49 14-19