K i nderpens
D
Het
Woord
Gods
is niet
geboeid
voor ouders die
liever alleen
op stap gaan
GEESTEUJK LEVE»
Moeilijke Jacob
ZATERDAG 6 JULI 1968
Tivee ,*A nier ikaant jet" in het
Hans Brinker Huis, terwijl ,.dad"
en „mam" Europa doen
IE AVOND zou
het feest zijn.
De verjaardag
van de 5-jarige dreumes
zou buiten op het terras
worden gevierd met limo
nade en brandende lam
pionnetjes. Bijna de hele
middag waren de kinde
ren en hun leidsters ervoor
in de weer geweest. ,,De
kleine weet het nog niet",
zegt mevrouw j. Middel
koop, ,,maar straks zal
zijn vader hem bellen uit
Griekenland. Geloof maar,
dat dat een verrassing
voor hem zal zijn!"
In het Noordwijkse Hans
Brinker Huis op een duintop
met uitzicht op de tennisba
nen en het casino worden
zulke gebeurtenissen altijd
gevierd. Want beide directri
ces naast mevrouw Middel-
hop ook mevrouw C. P.
Met-weten, dat zij vader en
moeder tegelijk zijn voor de
veertig kinderen in en om de
villa, die zich siert met de
naam „kinderhotel". De
ouders lieten er hun dreume
sen achter in het vertrouwen,
dat het hun aan niets zou ont
breken, terwijl zij op vakantie
waren. En daar hoort natuur
lijk ook het verjaarspartijtje
bij-
„Veilig tehuis"
Er zijn in Nederland meer van
die plaatsen, waar kinderen een
%oed tehuis vinden, als de ouders
alleen op vakantie willen. Die te-
huifen staan onder supervisie
\ïn de Stichting Nederlandse
Kampeerraad (afdeling Veilig Te-
Auis) aan de Amersfoortse Em-
malaan.
Secretaris-directeur H. H. Ver
douw: „elk jaar krijgen vele
honderden kinderen in leeftijd
variërend van 0 tot 25 jaar, een
goed onderkomen via de kam
peerraad. Voor het grootste deel
kinderen van ouders, die graag
Accommodatie voor de kinderen: er is i
Directrices J. Middelkoop flinks)
mi C. P. Metz: leiding geven en
ouders zijn tegelijk.
eens alleen op vakantie gaan.
Nog lang niet alle ouders weten,
dat die mogelijkheid bestaat.
Toch zijn er in Nederland niet
minder dan een kleine zestig kin
dervakantieverblijven, die door
ons zijn erkend en daarvoor het
schild „Veilig Tehuis" hebben
kregen. Daarnaast bieden natuur
lijk ook de jeugdherbergen
een stuk of vijftig mogelijkhe
den om kinderen verzorgd achter
te laten".
Die kindcrvakantieverblijven
zijn gesplitst in kinderpensions
en kampeerterreinen, waar ruim
te is vrijgemaakt vóór de jeugd.
De pensions of hotels zijn
meestal voor de kleinere kinde
ren, de kampeerterreinen voor de
wat oudere jeugd. Maar voor alle
geldt, dat ze door de kampeer
raad zijn gecontroleerd en het
garantieschild voeren.
Dat wil zeggen, dat zij speciaal
zijn ingericht voor kinderen.
Ook: dat er toezicht is en dat
men zich met hen bezighoudt.
Men ziet er op toe en dat
geldt met name voor de wat ou
dere jeugd dat de jongelui op
tijd thuis zijn, geen alcohol ge
bruiken, geen onrust stoken, kort
om, dat zij zich fatsoenlijk ge
dragen. Meestal wordt er voor
hen ook dagelijks wat georga
niseerd.
De heer Verdouw: „In de
pensions voor kleinere kinderen
zijn er meestal leidsters om de
kinderen bezig te houden. Op de
kampeerterreinen wordt eigen
activiteit van dp jeugd gestimu
leerd. Er zijn kampbeheerders,
die teach-ins organiseren. Zij
beseffen, dat de jeugd van van
daag graag praat en discussieert.
Maar ook worden er wel beat-
avonden gehouden. Een heel
natuurlijke zaak: je moet de
jeugd geven wat zij wil en dat is
niet altijd meer het koken van
het eigen potje of een wandel
tocht met J'an Pierewiet op zak".
- Kampen
Wat die eigen activiteit be-
ti-eft: voor de jeugd, die graag
iels om handen heeft, zijn er ook
gespecialiseerde kampen zeil
kampen of kampen waar men er
te paard op uittrekt. Maar zoekt
men die specialiteit niet, dan
blijven er voldoende terreinen
over, waar men zich gevarieerder
kan bezighouden.
De kampeerraad streeft ernaar
dit aantal nog verder uit te brei
den en stimuleert kampbeheer
ders hun terreinen ook voor al
leen trekkende jeugd te openen.
De heer Verdouw: „de meeste
beheerders geven de voorkeur
aan gezinnen omdat dat gemak
kelijker is. Ze zijn bang voor la
waai en moeilijkheden. Wij zeg
gen: maak ook een plaats vrij
voor de jeugd en zorg, dat er
aantrekkelijke accommodatie
voor hen is. Organiseer zelf eens
wat, probeer ze wat eigentijds
vermaak te bieden".
Het is de bedoeling, dat er in
de naaste toekomst een heel net
van deze terreinen komt. Terrei
nen, die speciaal zijn bestemd
voor de wat oudere jeugd tot 25
jaar. Daarvoor zullen nieuwe
schilden worden ontworpen, die
alleen de letter J zullen dragen.
Dit ter onderscheiding van de
kinderpensions en -hotels, die het
schild Veilig Tehuis zullen blij
ven voeren.
Dc heer Verdouw geeft toe, dat
het uitbesteden van kinderen
lang niet altijd een goedkope
De heer H. Verdouw: ..nu
jeugd-knmpeerterreinen nodig".
zaak is. In de kinderpensions
wordt gemiddeld 15 gulden per
dag gevraagd, in de kampen 80
tot 150 gulden per week. Maar in
deze bedragen is dan ook alles
inbegrepen. Tal van ouders blij
ken er echter graag dit bedrag
voor over te hebben om zichzelf
én de kinderen te verzekeren van
een onbezorgde vakantie.
De heer Verdouw: „Er zijn ei
genlijk twee soorten ouders. De
ene categorie (meestal die met
kleinere kinderen) zoekt een ver
vanging van henzelf, een beheer
der dus, die de kinderen dag en
nacht verzorgt; de andere wil de
kinderen er wel alleen op laten
uittrekken, maar heeft toch
graag, dat zij onder toezicht blij
ven."
Daarnaast zijn er ook veel bui
tenlandse echtparen, die hun kin
deren voor enkele weken, soms
voor maanden onder dak willen
hebben. De jarige dreumes uit
het Hans Brinker Huis bijvoor
beeld, is het zoontje van een em
ployé van de Nederlandse ambas
sade in Australië. Hij was over
geplaatst naar Griekenland en
had zijn zoontje tijdens de ver-
huisdrukte naar Nederland
gestuurd.
„Er komen ook veel Ameri-
kaantjes", zegt mevrouw Metz,
„kinderen van Amerikaanse toe
risten, die Europa willen doen en
zoontjes en dochtertjes niet over
al mee naar toe willen slepen."
Voor al die categorieën zijn er
BIJ Paul Brand is verschenen: Mysterium salutis. Dogma
tiek in heilshistorisch perspectiefeen tot nu toe gedeelte
lijke vertaling van het grote Duitse werk: Mysterium salutis.
waarvan tot nu toe twee delen (ieder van ongeveer duizend
bladzijden) verschenen zijn, het derde op komst is, waarop
dan nog twee delen zullen volgen.
PROF. DR. G. C. BERKOtWER
allerlei nieuw licht en
verrassing niet uitsluiten.
Het is enorm omvangrijk en
ingrijpend werk. lang en goed
voorbereid. Ik herinner me nog.
dat in 1962 prof. Feines (toege
voegd aan de waarnemers van
het concilie) reeds met enthousi
asme over het plan sprak. Vele
theologen uit heel de wereld zou
den er aan meewerken. Sindsdien
is het dan op gang gekomen als
een werk van niet één man, maar
van zeer velen, die uit de aard
der zaak niet over alles precies
gelijk denken, maar elkaar toch
gevonden hebben in een ge
meenschappelijk perspectief.
Men kan zonder aarzelen zeg
gen, dat wat men meestal de
„nieuwe" theologie noemt, hier
uitvoerig dogmatisch voor het
voetlicht verschijnt. Tot nu toe
verschenen er allerlei individuele
dogmatieken (de laatste van M.
Schmaus), maar nu is er een sa
menwerking gegroeid in een ge
meenschappelijke herkenning
van allerlei fundamentele en ver
enigende motieven. Daarbij ko
men allerlei oude vragen in een
nieuwe belichting te staan (open
baring heilsgeschiedenis
verkondiging Schrift en tradi
tie).
Het is niet eenvoudig van dit
werk een typering te geven. Wel
is centraal de aandacht op het
heilshistorisch aspect (zie de ti
tel), maar men moet het werk
lezen, om daar wat begrip voor
te krijgen.
In alles blijkt, dat men op
nieuw bezig wil zijn met het
reeds oude belijden der kerk en
er op uit is, niet alleen de rele
vantie van dat belijden te herha
len, maar zijn actuele betekenis,
zijn functionaliteit duidelijk in
het licht te stellen.
We zijn die reactie thans wel te
boven.
Er is een nieuw streven merk
baar. om in de kritiek op de
verstarring weer de zin van het
dogma en dan ook van de dog
matiek in het licht te stellen. Dat
geschiedde in duidelijke nieuwe
bezinning over het belijden der
kerk (de kerk aller eeuwen) èn in
nauwere aansluiting aan de bron.
het fundament van het dogma:
het Woord Gods.
Wat Gunning schreef in een
tijd. waarin de leer en de leven
de Heer meermalen tegenover el
kaar werden gesteld, namelijk
Contact
Daardoor is uit de aard der
zaak ook allerlei nieuw contact
gegroeid. Het Woord Gods stelde
als men er maar onbevangen
naar luisterde voor vragen, die
in alle kerken als onopgeloste
vragen bleven leven. Er ontston
den allerlei raakpunten bij
voorbeeld ten aanzien van
Schrift en traditie in de nieuwe
theologie, die zich richtte tegen
de twee bronnen der
openbaring en toch was er
geen sprake van een compromis,
een grootst gemene deler, een ni-
OVER de nieuwste ontwikkeling in de rooms-katho
lieke theologie schreef prof. dr. G. C. Berkouwer bij
gaand artikel naar aanleiding van de verschijning van
de eerste twee delen van de Nederlandse vertaling van
Mysterium salutis.
IN totaal zullen van dit grote dogmatische werk tien
delen verschijnen. Ze kosten per stuk 21,50.
Sentiment
In tijden van overgang
ontstond er in de kerk meerma
len een anti-dogmatisch senti
ment. Oververzadigd van leer en
dogma stelde men soms het di
lemma. liever: de tegenstelling:
niet de leer, maar dc levende
Heer. Daar zat een kritiek in op
allerlei verstarring en men zocht
andere, meer aansprekende we
gen ter vertolking van het geloof.
Een complete lijst van
kinderpensions en jeugd-
I kampeerterreinen is ver-
I krijgbaar bij de Neder-
landse Kampeerraad, Em-
malaan 11, Amersfoort
(tel. 03490—16594). Ook de
ANVV in Den Haag be- I
schikt over informatie-
materiaal,
Vermaak is er genoeg in de kinderpensions. Zelfs bij 30 graden slaat de rondedans nog steeds aan
mogelijkheden, zijn er pensions
en hotels, die met hun accom
modatie juist op kinderen zijn
gericht. Men vindt er speelgoed,
mogelijkheden voor sport en spel
en men heeft er verzorgende lei
ding.
Al wordt er dan een bres in
het vakantiebudget mee gescho
ten, men heeft de zekerheid, dat
men de kinderen veilig achter
laat. En de kinderen zelf? Die
doet men getuige de reacties
dikwijls meer plezier met een
paar weken pension in eigen land
dat met een vermoeiende rit naar
de zon, êen droombungalow aan
de Mediterraruiee of een overvol
le camping aan zuidelijke
kusten...
dat in het dogma het loflied
klinkt, wordt thans weer door
velen beaamd. En we zien dan,
dat nieuw onderzoek van de
Schrift ook werkelijk nieuwe
perspectieven opent
Er is maar niet sprake van
dorre en op den duur vervelende
repetitie, maar van grotere hel
derheid en van vele verrassende
dingen.
We hebben altijd wel gezegd,
dat de Bijbel onuitputtelijk is en
dat onze kennis nog maar zeer
beperkt bleef. Maar dat was
vaak een goedkope leuze, zonder
dat duidelijk werd, hoezeer we
nog steeds aan het zoeken en
peinzen waren. Daarin is allengs
verandering gekomen, ook in de
rooms-katholieke dogmatiek.
Men zou kunnen verwachten,
dat daar door de invloed van de
zo hoog gewaardeerde conti
nuïteit en de traditie weinig
spanning en verrassing meer te
verwachten viel en tot nu toe
leken alle individuele dogmatie
ken ook heel veel op elkaar. Nu
blijkt echter, dat niet alles tradi
tioneel óf is in een nieuwe bezin
ning ook over het verleden, over
concilies en leerbeslissingen.
Dat schept wel moeilijkheden
in verband met de „onfeilbaar
heid" van het dogma, maar de
druk van het onderzoek der
Schriften doet zich sterk gevoe
len. En zo is de rooms-katholieke
theologie gekomen in een veld
van allerlei interpretaties, die
wel het wezenlijke in het belij
den van de kerk aller eeuwen
vasthouden, maar tegelijkertijd
vellering van confessionele
verschillen.
Veel meer ging ieder van nieu
we contacten uit weer nadenken
over eigen geloofstraditie en kon
er in de discussie van verrijking
sprake zijn vanwege de altijd
wel hooggeroemde onuitputte
lijkheid van het evangelie.
Het geweldig ontwerp en de
samenwerking in deze nieuwe
rooms-katholieke dogmatiek is
daarvan een duidelijk teken. Dat
ze in onze taal wordt uitgegeven,
accentueert de verwachting van
de uitgever, dat het in ons land
met het affect tegen de dogma
tiek nogal meevalt en dat men
meer en meer gaat verstaan, dat
het om vertolking van het evan
gelie gaat en dat ook de dogma
tiek daaraan dienstbaar kan zijn.
Ze staat dan niet buiten het
leven, als een aparte „gnosis"
van enkele geleerden, maar
brengt ons in aanraking met dat
Woord Gods, dat ten volle het
leven der mensen is binnengetre
den en zo die geweldige aandacht
en studie oproept, die het naar
zijn aard verdient.
Wat uit de nieuwe bezinning
zal voortkomen, valt nog niet te
overzien. Het is duidelijk, dat de
ontwikkeling van de theologie
niet zonder spanningen verloopt
en af en toe bespeuren we daar
van enkele duidelijke tekenen.
de traditie zelf ondermijnd
wordt en als Hans Küng naar Ro
me geroepen wordt, dan heeft
dat daar natuurlijk iets mee te
maken, met die vrees en be
zorgdheid. Maar Küng zei vorig
jaar: deze vernieuwing is niet
meer tegen te houden, door geen
enkele instantie in de kerk, om
dat ze regelrecht uit het evange
lie opkomt.
Daarover zal da discussie zlcK
voortzetten en men kan dat
slechts toejuichen. Er zijn er, die
zeggen: en toch is er niets veran
derd, want men heeft Trente nog
niet herroepen.
Wie echter nauwkeuriger toe
ziet. zal voorzichtiger oordelen
over die hoogst merkwaardige
gemeenschappelijkheid in het
dogmatisch denken, die zich gaat
manifesteren, met een rooms-ka
tholieke overtuiging het gaat
niet om krypto-protestanten! i
maar niet langer traditiona
listisch en met minder van
zelfsprekendheid.
Men moet over dit alles
niet uit de hoogte oordelen
zeker ook niet als protestan
ten met hun eigen problemen
en verdeeldheid maar zo
mogelijk zelf een bijdrage le
veren ter bevestiging van de"
overtuiging vol mogelijkhe
den en verrassingen, die ge
legen zijn voor protestant
en rooms-katholiek dat het
Woord Gods niet geboeid is
(2 Timotheüs 2:9).
G. C. BERKOUWER
Evangelie
Er zijn er. die menen, dat hier
niet het traditionalisme, maar
Het bij Zomer Keuning, Wa-
geningen, verschenen boek
„Moeilijke Jacob" van de
bekende auteur Barend de
Graaff stelde ons wel wat
teleur. De conceptie is vrij
zwak en de toon doet hier en
daar nogal onwaarachtig aan.
Bovendien is zijn taalgebruik
niet zoals we dit van hem ge
wend zijn in, om een voorbeeld
te noemen, zijn boeiende trilogie
„Het steenen paard".
Is „Moeilijke Jacob" soms een
herzien jeugdwerk? De biogra
fische elementen en de tekening
van het maatschappelijk en
kerkelijk milieu zouden daarop
kunnen wijzen. Periode en loca
tie van het verhaal vallen moei
lijk te definiëren, terwijl het
toch juist een van De Graaffs
sterke kanten is om met jaartal
len te werken en boeiende
beschrijvingen te geven van oude
stadjes en streken als achtergrond
van zijn vertellingen.
Dit alles missen we hier teveel.
Waarom Jacob moeilijk moet he
ten, wordt niet duidelijk. De eni
ge moeilijkheid die hij in het le
ven .oept is de voortijdige zwan
gerschap van zijn meisje Lien,
een moeilijkheid die zich overi
gens heeft opgelost in een goed
huwelijk. Jaap is voor de resc
een eerlijke en voegzame jonge
man.
De Graaff laat ons helaas ner
gens een stoere en markante fi
guur ontmoeten, jammer temeer
omdat we weten dat Barend de
Graaff toch een man van „het
heerlijk ambacht" is. (256 blz.,
6,50 voor serie-abonnees
3,25).
H. STEGGERDA