en kunst Kanttekening Ronde van Frankrijk in tweede en beslissende fase beland KARA VANEN NAAR HET ZUIDEN Niet te snel jaloers zijn op Amerika PORTRET VANEEN GELOOFS- HELD KERN WOORDEN ZATERDAG 29 JUNI 1961 DR. G. J. LEIBBRANDT: EEN van de dingen waar over ik mij constant be zorgd maak, is de verhouding tussen voorhoede en achter hoede in de protestants-chris- Iets over wetenschap en politiek TTET meinummer van het maandblad Antirevolutionaire Staatkunde vormt opnieuw niet voor het eerst dus een belangrijke bijdrage in de discussie over christelijke po litiek. De vier artikelen van achtereenvolgens mr. J. Hollan der, prof. dr. W. Albeda, prof. dr. L. Bosch en prof. dr. H. J. van Zuthem lokken weliswaar hier en daar tot tegenspraak uit, maar het blijft ook de moeite waard, met de heren van mening te verschillen. Voor ditmaal zou ik de aandacht vooral willen vragen over de beschouwingen van prof. Bosch; z\j gaan over de betrek kingen tussen wetenschap en politiek. Inderdaad reeds daar om een onderwerp van belang, omdat de wetenschap en haar stormachtige ontwikkeling zich in onze dagen zozeer laten gelden. In de loop der geschiedenis zijn, veelal de een na de ander, oaderscheidene krachten op de menselijke samenleving in werkend doende geweest. In onze tijd is dat wel speciaal met de wetenschap het geval. Die wetenschap heeft een hoogte bereikt en heeft in zulk een mate het aanvankelijk onmogelijke tot mogelijkheid ge maakt, dat het velen angstig te moede wordt. ^OALS ik al meer heb betoogd, meen ik een deel van het studentengedrag van onze dagen op dit verantwoorde lijkheidsbesef voor de gang van zaken in de wetenschap te rug te mogen voeren. Het ware onjuist dat gedrag, zeker als geheel genomen, aan te merken als onverantwoordelijk gedoe. Misschien speelt dat hier en daar mee, maar met evenveel recht is het te ver klaren vanuit het gevoel van betrokkenheid bij wat er met terdaad ook op het terrein van de wetenschap gaande is. In sijn artikel onderstreept ook prof. Bosch, hoezeer ons leef klimaat door de wetenschap, en nader door de natuurweten schappen, ls veranderd. Juristen, eens oppermachtig, moes ten eerst economen naast zich dulden, maar thans lijkt het woord onbetwist aan de beoefenaars van de natuurweten schappen. HJJ concludeert dan ook in het kader van het onderwerp waarover hU schrijft, dat vertegenwoordigers van de na tuurwetenschappen meer en meer bij de politieke besluit vorming zullen moeten worden betrokken. J^E ontwikkeling zelf van deze natuurwetenschappen plaatst ook de beoefenaars van de andere wetenschappen voor verrassingen en stelt hen voor belangrijke vragen. Men den- ke bijvoorbeeld aan de harttransplantaties, die ook ethici en juristen aan het denken hebben gezet; het kwam daarbij im mers te gaan over kwesties van dood en leven, van lichaam en van geest. Men denke om andere onderwerpen uit de natuurweten schap te noemen die eveneens de andere wetenschappen voor vragen stellen aan de kernenergie, aan de voortschrijden de automatisering, aan de chemie. Al deze wonderbaarlijke ontplooiingen van wetenschap heb ben ln haar toepassing belangrijke gevolgen, zoals op het sociale vlak gevolgen voor de politici, die er zich met hun besluitvorming op dienen in te stellen; gevolgen bijvoorbeeld ook voor het onderwijs. Regering en volksvertegenwoordiging, aldus terecht prof. Bosch zullen deze stroomversnelling van technische moge lijkheden nauwlettend in het oog moeten houden. ]ypT prof. Bosch ben ik het eens, wanneer hij in dit alles de noodzaak onderkent van ethische bezinning. Als een van de doeleinden van een christelijke politiek ziet hij, dat zü een harmonisering bewerkt van een samenleving, die in een steeds toenemend tempo de verandering vanuit de natuurwetenschappen ondergaat. Met andere woorden: óók nu, zéker nu, is christelijke politiek geboden. Indien z|j het al ooit gekund hebben, vandaag echter kunnen de politici het alléén niet meer af. Politiek, zou ik willen zeggen, is nooit zuivere, op zichzelf staande, „reine" politiek, net zo min trouwens als wetenschap nooit op zichzelf staan de, „reine" wetenschap is. Daarvoor is het leven nu eenmaal tezeer geïntegreerd. Het zal moeten aankomen op samenspel. Of, zoals prof. Bosch het stelt: een christelijke politieke partij "I niet alleen rich ting moeten geven aan de bezinning; zij zal actief de weten schappelijk gevormde deskundigen in haar beleid moeten betrekken waarbij hjj intussen, en terecht, ook aan tal van andere wetenschappen denkt. Wat ia er, bijvoorbeeld ten aanzien van de ontwikkelings landen, niet al dadelijk veel met de inschakeling van de voortgeschreden wetenschap te bereiken. pOLITIEK betreft het nemen van besluiten ten aanzien van de menselijke samenleving, als geheel of ln een bepaald land, voorzover de staat geacht kan worden daarin een eigen verantwoordelijkheid te dragen. De ontwikkeling van de wetenschap nu. zou ik willen vast stellen. heeft die verantwoordelijkheid niet kleiner, eer be langrijk groter gemaakt. Men denke slechts aan het feit, dat heel veel wetenschappelijk werk, ja heel ons wetenschappe lijk onderwijs, alleen vanuit de bekostiging uit 's lands be groting mogelijk is. Maar met de betaling ervan is men er niet. Het komt ook aan op planning, op afweging van waarden, op proportlone- ring. Regeren is nu eenmaal altijd kiezen voor dit of voor dit Het is ln onze tijd geen sinecure, beoefenaar van wetenschap te zijn. Het is evenmin een sinecure, politicus te zijn. Geen wonder dat politici soms geprikkeld zijn; men moet dan. als het kan, maar wat lief voor hen wezen en geduld met hen hebben. Want zeker ook in een tijd waarin de wetenschap zozeer be slag dreigt te leggen op de menselijke samenleving, kunnen die politici, met hun besluiten die immers moeten strekken tot het algemeen belang, waarlijk niet worden gemist. DIEMER telijke samenleving. Het is onvermijdelijk dat er koplo pers en achteraankomers zijn, en dat geeft ook niet, als er maar aan drie voorwaarden wordt voldaan: de voorhoede mag de achterhoede niet min achten, de achterhoede mag de voorhoede niet zomaar verketteren en men moet met elkaar blijven optrekken. In dit stukje gaat het over kunst en wel nader over poëzie. Als ik het meer duidelijk dan juist mag zeggen: de achterhoede is godsdienstig en cultuurloos, de voorhoede is cultureel maar dik wijls ongodsdienstig, en een com promis schijnt alleen mogelijk te zijn door het kunstige met een grote dosis stichtelijkheid te ver mengen. In de gezongen poëzie ontstaat dan wat men noemt het eenvou dige christelijke lied, en in de niet-gezongen poëzie het stichte lijke. christelijke vers. Het een voudige lied ontstaat uit de prak- tische behoefte van samen komsten. of uit handelsoverwe gingen omdat er een afzetgebied voor is. Stichtelijke poëzie is het werk van een man of een vrouw die weet heeft èn van godsdienst èn van literatuur, en die zelfex pressie zoekt in een compromis tussen die beide. Worstelen Hier ligt ook de moeilijkheid voor het kerklied. De vrome Droogstoppel moet op een dich terlijk niveau worden getild en de dichter (vaak als vertaler en bewerker) moet zijn individuali teit een eindweegs verloochenen. De achterban wil alleen maar het bekende en vertrouwde horen, de voorhoede is van huis uit alleen geporteerd voor het nieuwe en is ten aanzien van het oude op zijn best vervuld van vernieu wingsdrift. Toch is het goed dat hier kwantiteit en kwaliteit, massa en persoonlijkheid, traditie en ver beeldingskracht met elkaar worstelen. In het werk aan de nieuwe Hervormde gezangenbundel (met interkerkelijke strekking) is de bijbel als normerende factor te vens de reddende factor geweest. Want stichtelijkheid is een niet onbedenkelijk begrip. Het is lang niet alles goud wat daar blinkt. Wie op 19 juni de zitting van de Hervormde Synode heeft meegemaakt, waar een nieuwe gezangenbundel van on geveer 450 liederen in piincipe is aanvaard (met algemene stem men!) heeft zich over twee din gen kunnen verheugen: dat dich ters van professie de beste jaren van hun leven aan dit dienende werk in onverstoorbare eensge zindheid hebben willen besteden, en dat zij al doende door de magnetische aantrekkingskracht van de Schrift deze zelf steeds meer hebben laten spreken, ten koste van veel vals vroom senti ment. Compromis Met dit alles in mijn gedachten las ik deze week voor u twee christelijke dichtbundels: Onge rijmd gerijmd, 23 verzen met bij belse beelden door F. J. Brevet (uitgave Boekencentrum. 's-Gra- venhage, 54 blz., 3,50) en Gouddraad uit vlas door Nel Benschop (uitgave J. H. Kok N.V., Kampen, 45 blz., 3,90). Men heeft hier te doen met persoonlijke vroomheidsuitingen in dichtvorm door, zoals ik het hierboven heb uitgedrukt, een man en een vrouw die weet heb ben èn van literatuur èn van godsdienst en die zelfexpressie zoeken in een compromis tussen die beide. Dit woord 'compromis' klinkt misschien minder vriendelijk dan ik het bedoel. Voor hun eigen besef is er van een compromis, een geven en nemen, geen spra ke. Zij hebben zich eerlijk uit gesproken en onder hun conven tionele taal klopt een hart. Bre vet is wat meer gecultiveerd, Nel Benschop wat rijker bewerk tuigd. Brevet begint het gedicht ALLEEN met deze strofe: Alleen in huis. De zonnestra len tasten langs porcelein, kristal en langs de kasten, die door de eeuwen heen ge boend, gewreven, glanzend getuigen van hun medeleven met wat in 't huis gebeurde op hoge tijden van trouwen en van doop. van rouw en lijden. Nel Benschop schrijft een vers op Zacharias, dat aldus begint: Dit is dus mogelijk: zo dicht bij God te zijn En toch te twijfelen, wan neer Hij spreekt; De mensen noemden mij op recht en vroom en rein, Men wist niet, dat 't voor naamste mij ontbreekt: Het onbeperkt vertrouwen van het kleine kind, Het vindt de grootste won- dren heel gewoon. Ik wist niet goed meer, hoe een vader 't kind bemint, Want, Here God, Gij gaaft mij nooit een zoon.... inspiratie dat tot het schrijven van deze gedichten heeft geleid. Want we hebben hier niet met maakwerk te doen. Maar in beide gevallen is de individualiteit te zwak en verdwaalt het vers al gauw in de sfeer van het beken de en overbekende. Er zijn dui zend bekende vrome gevoelens en ook weer duizend bekende vrome zegswijzen en voordat de dichter en de dichteres het we ten, hebben die elkaar over hun hoofden heen gevonden. Het echte gedicht daarentegen ontspringt onmiddellijk aan het leven en het schept zijn eigen taalgestalte. De echte dichter is geen rollenspeler; hij speelt niet de dichter maar hij is het. De traditionele stichtelijkheid in de poëzie moet van twee kanten uit gesaneerd worden: vanuit de bij bel en de oorspronkelijke boodschap van het evangelie, èn vanuit de echte, primaire dich terlijkheid. Verdwalen In de inzet van beide verzen voelt men het vleugje echte Verder De ofliciële literaire kritiek keurt bundels als deze twee geen blik waardig. Het lijkt mij juister te laten zien waar het aan hapert. Want zelfs de komende, interkerkelijke gezangenbundel is niet meer dan het bijtrekken van een been, het inhalen van een achterstand, al zijn we daar in zoals prof. Hoenderdaal ter synode ze« de kerken in ande re landen voor. Het christelijk geloof zal in zijn poëzie een nieu we toon en nieuwe vormen moe ten vinden die de gloed en de frisheid van het oorspronkelijke hebben. De traditionele kerke lijkheid immers verbleekt, maar het Rijk van God gaat verder. Dr. C. RIJNSDORP ÜIJ de tweede ronde van de Franse parlementsverkiezin gen is het niet de vraag, of de gaullisten de meerderheid in de Nationale vergadering zullen heroveren. Het gaat erom. hoe groot ze zal zijn en met name of de Unie voor de verdediging van de republiek het voortaan alleen voor het zeggen zal hebben. De uitslag zal niet in de eerste plaats afhangen van de afspra ken die de partijen met kanSheb- bende kandidaten hebben ge maakt voor de meer dan 300 ze tels die morgen op het spel staan. Doorslaggevend is de opkomst van de kiezers, met name in het gebied van Parijs, waar het aan tal thuisblijvers heel groot was (30 pet.). Aangenomen wordt dat velen niet naar het stemlokaal gingen omdat zij teleurgesteld waren in de linkse partijen Gevolgen De belangrijke winst die de gaullisten in de eerste ronde heb ben geboekt, kan tweeërlei ge volg hebben. Zij kan velen die zondag gaullistisch stemden, in de verleiding brengen de verkie zingen te laten voor wat ze zijn en van de vakantie of een lang weekeinde te gaan genieten. Anderzijds is het mogelijk, dat de thuisblijvers van vorige week zoveel bezwaren tegen het gaul- Iismc hebben, dat zij morgen toch rnaar hun stem op links gaan uitbrengen. De gaullisten zijn zich van het begin af van dit gevaar bewust geweest. Zij hebben ge waarschuwd voor voorbarig opti misme; het schrikbeeld van het totalitaire communisme heeft ook in de afgelopen week overal rondgespookt. En in het gebied van Parijs zullen de stemlokalen een uur eerder worden open gesteld om de vakantie- en weekeindgangers nog wat lege- moet te komen. Ook zal veel af hangen van de weersgesteldheid. Vorige week was het regenach tig en de gaullisten bleken daar van fe profiteren. Hoge eisen Behaalt de gaullistische Unie voor de verdediging van de repu bliek morgen niet de absolute meerderheid, dan is zij opnieuw aangewezen op de steun van de eveneens gaullistische Onafhan kelijke republikeinen van de vroegere minister van financiën, Giscard d'Estaing. In de verkie zingscampagne heeft deze politi cus nogal hoge eisen gesteld voor samenwerking met de Unie. Zo wil hij, dat ook de Centrumpartij en de rechtervleugel van de Linkse federatie bij het rege- ring^Deleid worden betrokken. Giscard d'Estaing heeft nog meer wensen. Het heeft er echter veel van weg, dat die meer met verkiezingspropaganda te maken hebben dan met de houding die hij na het bekend worden van de uitslag zal aannemen. Hij is sinds vorig jaar bekend als de „Ja, maar..."-figuur, die als het erep aankwam, de Franse president geen moeilijkheden van beteke nis in de weg legde. Zijn persoonlijke ambities wet tigen de veronderstelling, dat er weinig zal veranderen als de ge neraal opnieuw op zijn steun aangewezen zou zijn. Buitenspel Het maximum dat de gaul listische Unie morgen kan vero veren is ongeveer 150 zetels. Met de zetels die vorige week werden behaald erbij geteld, zou zij een ruime meerderheid in de Natio nale vergadering krijgen. De giscardistische gaullisten zouden dan (evenals de Centrumpartij) buitenspel komen te staan. Of dit zal gebeuren hangt zoals ge zegd af van de reactie van de kiezers op de uitslag van vorige week zondag. Voor links zijn de verkiezingen op een grote teleurstelling uitge lopen. De hoop dat morgen het gaullisme nog een nederlaag kan worden toegebracht, is vervlogen. Mitterrand, leider van de Linkse federatie, zei deze week veelbete kenend: „Twee maanden geleden zou het gaullisme een nederlaag zijn toegebracht en twee maan den na de verkiezingen zal men er zich opnieuw tegen keren". Maar nu zit hij met de brok ken. Het is zelfs de vraag of hij de teleurstellende resultaten poli tiek zal overleven. In de knel Ook de Centrumpartij van Le- canuet en Duhamel zit in de knel. Het is thans nog de vraag, of zij de 30 zetels verovert, nodig om in de Nationale vergadering een groep te vormen, die deel kan nemen aan de debatten en vertegenwoordigers krijgt in par lementaire commissies en derge lijke. In Rouen 'heeft Lecanuet zich teruggetrokken omdat hij meent geen kans te hebben te genover zijn gaullistische te genstander. Voor de ontbinding van de Nationale vergadering zat de Centrumpartij met 42 afge vaardigden op de wip. Overigens ziet men in het alge meen een gaullistische overwin ning niet als een persoonlijk suc ces van de Franse president. Tot dusver is slechts gebleken dat men de gewelddadigheid (die overigens de generaal in 1958 als gevolg van de opstand in Algiers aan de macht hielp) veroordeelt. Het falen van de niet-gaul- listische partijen tijdens de re bellie van studenten en arbeiders heeft vele Fransen in de armen van de gaullisten gedreven. De oorzaken van de opstandige be weging worden er echter niet door weggenomen. Bij het oude De vrees bestaat dat er niets zal veranderen als de gaul listische Unie de meerderheid verovert en zelfs niet, als zij op nieuw gedwongen wordt, met de giscardisten samen te werken. Er werden met deze groep en de Centrumpartij wel afspraken ge maakt om verkiezing van kandi- De Franse president, blakend van zelfverzekerdheid. Men zegt dat hij als de verkiezingen naar wens verlopen later in het jaar plaats wil maken voor Pom pidou, daarbij gebruikmakend van de verdeeldheid bij links. daten van links te voorkomen. Maar na de stembusstrijd dreigt alles bij het oude te blijven. Zeven dagen verder WIE LEEST dit eigenlijk nog? Al dagenlang wordt er zó van alle kanten gewaar schuwd dat dit weekeinde 2 Vt miljoen Nederlanders op va kantie gaan, dat je het ge voel krijgt, alleen in een lege Randstad over te blijven. Met een heleboel Duitsers, en die komen hier ook niet om de krant te lezen. Hoewel, als het weer zich nog een poosje zo blijft misdragen De Kamer is ook op vakantie Er is nog net even een fractie bijgekomen na een korte maar opwindende boerenoorlog. De Kamer gaat akkoord met de ver hoging van de vergoeding voor eigen leden tot 40 mille min ne veninkomsten. Verder in de bin nenlandse politiek nog de WD-waarschuwing dat Biesheu vels schoten voor de boeg het schip weieens konden raken, en natuurlijk de hoge onderschei ding commandeur in de orde van Oranje-Nassau voor freu le Wttewaall van Stoetwegen op het diamanten feest van de CHU. De oppositie weet bij de VPRO weinig te bereiken, maar de con flicten zijn nog niet opgelost. De Academische Raad aanvaardt het rapport-Maris over de her vormingen bij het hoger onder wijs niet. De Staatsprijs voor let terkunde gaat naar Lucebert en de Van der Hoogtprijs naar H. C. ten Berge. Overvallers van een geldauto in Amsterdam worden in de kraag gegrepen en de buit ligt in een kolenkist. Het bedrijfsleven: alsmaar gro tere omzet en winst bij de Gasu nie. De Ned. Dagblad Unie neemt de drukkerij Henkes over. Verol- me en de NDSM bereiden een fusie voor. Hoogovens voert de staalproduktie op en zal er o.m. een zevende hoogoven voor bou wen. De Duitse uitgever Axel Springer verkoopt een paar van zijn periodieken. En dan de sport: de Ronde van Frankrijk verdringt de aandacht voor de Franse verkiezin- gen-in-tweede-ronde. motoren razen op de TT van Assen. Tom Okker boeit de Engelsen op een Wimbledon-in-de-gietregen. de zeezeilers hebben het moeilijk (de Duitse nogal onervaren Edith Baumann wordt uit de woedende golven opgepikt), de 25-jarige Rus Andreiko wordt wereldkam pioen dammen, Ton Sijbrands in ternationaal grootmeester en Harm Wiersma internationaal meester. Over de grenzen trekt na de aanvankelijke gaullistische zege en de Franse maatregelen om de eigen industrie te beschermen, vooral de aandacht de Russische bereidheid om over afschaffing van de gevaarlijke antiraketsys temen te praten. Overigens is de NAVO bezorgd over de hardere lijn in de Russische Europapoli- tiek. Amerika ontruimt de basis Khe Sanh in Zuid-Vietnam. Thant no digt rood China uit voor een VN-conferentie over kernwapens. De Amerikaanse negerleider ds. Abernathy gaat in hongerstaking na zijn veroordeling tot 20 dagen wegehs verzet tegen de ontrui ming van de „armenstad" in Washington. Abe Fortas volgt Warren als opperrechter in de Verenigde Staten op. James Ray ontkent in Londen dat hij ds. Martin Luther King heeft doodgeschoten. De huurlin genleider Schramme wordt in België gepakt voor moord op een landgenoot in Kongo. Italië heeft weer een regering. Premier Pompidou zei deze week in dit verband dat „nie mand van de president kan ver langen dat hij rekening houdt met de ideeën van groepen of kleine partijen". Morgen zal blijken hoe groot de invloed is van de verklaringen van premier Pompidou en van het laatste woord dat'de generaal vandaag tot de Fransen richt. Maandag zullen we weten, of de Fransman de man in het Elysée een flinke meerderheid willen bezorgen om de brokken op te ruimen, die het gevolg waren van tien jaar gaullisme, of dat zij hem willen dwingen, daarbij met anderen samen te werken. (door Hans van Spanning) AMSTERDAM „Vaak kijkt men in Nederland met een zekere jaloezie naar de grote wetenschappelijke staf, die parlementsleden in de Verenigde Staten ter be schikking staat. Maar men vergeet veel te snel dat het Amerikaanse politiek sys teem volkomen anders is dan het Nederlandse." Aan het woord is dr. G. J. Leibbrandt (36). Donderdag pro moveerde hij aan de VU op het proefschrift „Economen in dienst van politici." Wij spraken met hem over twee instellingen bij dit proefschrift. De jonge doc tor-lector aan de juridische fa culteit van de VU ontvangt ons de ochtend na zijn promotie in zijn studeerkamer. De vele bloemstukken geven zijn kamer een feestelijk tintje. Zelf maakt hij zich iets meer zorgen over de stapels papier die er liggen. „Als u rommel in uw kamer wil heb ben, moet u gaan promoveren", zegt dr. Leibbrandt. U zegt dat men in de pleidooi en voor uitbreiding van de staf van parlementsleden in Neder land te weinig rekening houdt met de andere functie van ons parlement in vergelijking met Amerika. Kunt u dit nader toe lichten? Het Amerikaanse systeem werkt volkomen anders. Om te begin nen komen alle wetsontwerpen uit het congres. Verder staan president en congres los van el kaar. Het congres kan de presi dent niet naar huis sturen. De president kan het congres niet ontbinden. Dit leidt er toe dat het congres zich met behulp van haar stafleden s uitvoerig met de wetgeving bezig houdt; en erg veel details bespreekt. Daarnaast is de controlerende taak van het Amerikaanse con gres op het bestuur veel groter. Ieder congreslid vervult een soort „ombudsman"-functie. Wanneer iemand niet in militaire dienst wil b.v. of een schadever goeding wil, schakelt hij zijn congresman in. En dan spreek ik nog niet eens over werkzaamheden, zoals hea rings en de bekende investiga tions (onderzoekingen). In de ja ren vijftig b.v. was de investiga tion tegen de uiterst rechtse se nator McCarthy heel bekend. Dit alles leidt er toe dat de congresleden ook grote staven /an medewerkers nodig hebben. Een senator ontvangt dagelijks ongeveer 1500 brieven. Op het departement van defensie heeft men 156 personen in dienst die uitsluitend contact met het con gres onderhouden. Tenslotte moet ieder congreslid om de twee jaar de verkiezingsstrijd in. De partij en zijn volkomen ongeorga niseerd. Wanneer een congreslid in het parlement is gekozen moet hij zich onmiddellijk met zijn staf weer gaan voorbereiden op de nieuwe verkiezingen. Anders Bent U tegen uitbreiding van de staf van medewerkers in het Nederlandse parlement? Neen; ik geloof wel dat die enige uitbreiding kan hebben. Maar als men zich in de discussie hierover op Amerika beroept dan dient men naar mijn mening oog te hebben voor de volkomen an dere functie van het Ameri kaanse congres. Het congres in Amerika heeft in feite te veel functies. Men oefent allerlei be voegdheden uit die we in Neder land aan de administratieve rechtspraak overlaten. In Ameri ka hebben de congresleden een omvangrijke staf nodig terwijl dit systeem toch niet goed werkt. Het congreslid is zo zwaar belast dat hij noch zijn staf al het werk aankan. Je kunt als parlement nu eenmaal niet op de stoel van de regering gaan zitten. U schrijft in uw derde stelling dat men bij de discussie over in voering van het presidentiële stelsel te weinig rdkening houdt met de kostenverspilling die hierdoor ln Amerika optreedt. Kunt u dit nader toelichten? gevolg dat van beide zijden vaal aan allerlei minderheden mod worden toegegeven. Frankrijk In Frankrijk heeft men krachtig president, waarbij bevoegdheden van de volksver genwoordiging zijn beperkt. Dai kan de vertrouwenskwestil gesteld worden waarna meesta het parlement ontbonden wordt Ik geloof niet dat men in Nederj land veel zal voelen voor regelj matig optredende ontbinf dingsverkiezingen. Dit zijn allemaal zaken men als men een gekozen prei dent of minister-president rekening mee moet houdal Tenslotte is er nog de kwestie de presidentskeuze alszodai Het stemmenverschil Nixon en Kennedy was desti uiterst klein. Als Nixon het op du t.v. iets beter had gedaan was hj in 1960 waarschijnlijk presidetl geweest Ervaring het nieuwe Belgische kabinet krijgt het vertrouwen van de Kamer, in Canada winnen de li beralen van judoka Trudeau, een modelactie bezorgt de Engelsen een spoorwegchaos. En laten we niet vergeten: tweejarige Marian Wijfje wordt na vijf dagen ongedeerd terugge vonden in de duinen bij Zand- voort; de wonderen zijn de we reld nog niet uit. DEZE WEEK GEZEGD: „De CHU dient de pro testen van de Nederlandse studenten ernstig te nemen. De Nederlandse hoogleraar werkt nog bijna op dezelfde wijze als zijn collega's in de Middeleeuwen." (Prof. dr. J. W. van Hulst) De populaire generaal Eisenht- wer heeft twee maal de verkie zingen van Stevenson gewonnen Toch was Stevenson naar mtjr mening voor het presidentsamb; beter geschikt geweest. Een belangrijk punt acht ir ook dat in Nederland alle mi-: nisters in rang gelijk zijn. Men heeft de kritiek op zijn beleid U verdragen. Bij een gekozen mi nister-president, die leider is vat een kabinet, komt alle kritiek op één hoofd terecht. Mensen aü MacMillan en Eden in Engeland zijn daar populair gezegd - fysiek onder door gegaan. Het i; voor mij een grote vraag of één man in staat moet worden geacht alle kritiek op de regering lange tijd fysiek en geestelijk te ver dragen. Misschien mag ik voorop stel len dat ik tussen 1961 en 1963 in totaal negen maanden in Ameri ka ben geweest voor studiedoel einden. Deze stelling berust op de ervaringen die ik daar heb opgedaan. In Nederland wordt momenteel veel gesproken over het districtenstelsel en de gekozen minister-president. In Amerika leidt dit systeem echter vaak tot nutteloze verspilling. De president moet hei congres mee zien te krijgen. Dit leidt er toe dat men dan vaak concessies gaat vragen. Men is bereid een voorstel te steunen mits het district of de staat die men ver tegenwoordigt bepaalde tege moetkomingen krijgt. Bij voor beeld de aanleg van een brug of bepaalde belastingfaciliteiten. Ook kan het gebeuren dat de re gering via allerlei compromissen of beter koehandel maatre gelen moet nemen tegen haar zin-. Bij voorbeeld de bouw van een bepaald type vliegtuig in een be paalde staat terwijl defensie lie ver een ander vliegtuig had ge wild. Ook is de president soms ge dwongen allerlei uitgaven via omwegen te financieren. Als het congres de staatsschuld niet wil verhogen moet de president zijn toevlucht soms nemen tot diverse kortlopende kredieten, waardoor de totale kosten hoger worden. In het Amerikaanse presiden tiële systeem kunnen de president en het congres nooit naar huis gestuurd worden. Dit heeft tot Altijd weer wordt een ohfisten geboeid door biogra fieën over geloofshelden. A' te vaak denken we echter dat we daarvoor in het verleden moeten duiken. Ze leven ech ter ook nu nog. Wie door de zendingslanden reist ontmoet Juist daarom deed de (vrij gemaakte) Vuurbaak te Gro ningen er goed aan om de levensgeschiedenis vari ds. Yang Won Son uit Korea in het Nederlands uit te geven. Deze predikant weigerde tij dens de Japanse bezetting te buigen voor het Shinto-altaar. Hij mocht zijn gemeente niet langer dienen, maar werd voorganger van een leprozen- kolonie. Twee van zijn zoons wer den later om hun geloof door communistische studenten vermoord. Ds. Son ging toen op zoek naar de moordenaars van zijn zoons, niet om ze veroordeeld te krijgen, maar om ze van Christus te vertel len. Het boek eindigt er mee dat één van de moordenaars tot predikant wordt opgeleid aan een bijbelschool. Dit boek van prof. Yong Choon Ahn „Het zaad moei sterven" is misschien geen li terair meesterwerk, maar hei is wel een eenvoudig, goed leesbaar verhaal over een ge loofsheld. (112 blz, 6,90). Bij de uitgeverij Buyten Schippersheyn te Amsterdam verscheen van de (ger.vr., emeritus-hoogleraar prof drl H. J. Jager het werk Kern woorden van het Nieuwe Testament. Dit boek bevat vijfenveer tig artikelen zoals ze in volg orde zijn gepubliceerd in de weekbladen De Reformatie en Opbouw. Veelgebruikte woorden als rechtvaardiging, bekering, lankmoedigheid, welbehagen Gods e.a. lopen gevaar, zoals de inleiding zegt, gewoon te worden en daardoor krach teloos en zonder betekenis voor de gelovige. De schrijver behandelt de kernwoorden op een heldere manier zonder vaktheolo- gische termen te gebruiken en bereikt zo dat de begrip pen voor de lezer inderdaad weer doorztehtig worden (386 blz., 22.50).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1968 | | pagina 14