Predikanten hcrhalin 'f r *ii% Evangelie moet nieuw onder woorden worden gebracht ,op Spanje krijgt geen Lourdes El ERASMUS EN TILLICH "l«| Door Ds. F. D. Emous GEESTELIJK LEVER Dynamiek van het voorlopige ZATERDAG 10 FEBRUARI 1968 R WAS EENS Zo beginnen veel sprook- 5. Wanneer ik u iets rtel over de „herha- igsoefeningen" voor edikanten in het theo- gisch Seminarium „Hy- ipark", dan is dat geen irookje, maar srkel i jkheid. r )ch begin ik dezelde ma- er. Cr was eens een i, dat je tijdens kerkeraadsver- dering nog al kon horen omenie zal 't wel •ten - domenie erveur 'estu- erd" En dan was dominee ook de n, die „het wist". jn studie gaf hem ecies zoveel mee, hij voor zijn he- ambtsperiode dig had. Die tijd lang voorbij. Er zoveel veranderd de Kerk en in de treld, dat de stu- aan de TJniver- eit alleen maar vormt om rder te „leren", er wijzigt zich elk tiental ja- n zóveel, dat je bij moet blij- om niet op een bepaald mo- ent de aansluiting te missen. mensen, die met het boekje in Het centrum Hydepark, waar de pre- een hoekje zitten! Ze lezen tooh wel eens wat, ze horen dikanten „op herhaling' gaan. tijd is voorbij, dat de preek huisbezoek en op gemeenteavon- n ellenlang dogmatisch vertoog as. soms ook gericht tegen be- iaide personen of groepen; dat dominee een zandloper op de reekstoel had staan, die hem oest ipaarschuwen als de tijd lorbij was, want anders beliep j de kans om beboet te worden. tijd is ook voorbij, dat er •edikanten in Nederland waren, maar acht preken tot hun '.schikking hadden, die ze tel- ens herhaalden. En de tijd is >k voorbij, dat er dominees wa- die geen studeerkamer of oeken hadden. Maar als er dan zoveel ten goe- k is veranderd in de Kerk, mrom dan nog herhalingsoefe- 5,1 V'ugen voor predikanten? Zijn 'at mensen, die zo gauw hun esje vergeten? Of zou je het een aort bijtanken kunnen noemen. itudiedagen den toch wel eens wat. En we nemen toch aan, -dat ze zo nu en dan nog wel een uurtje stude- tie begon, had ieder al een op ren?" Accoord! Maar: om nu dracht te pakken. Het maken van eens twaalf dagen lang tijdens een preekschets, die in groepen lezing en discussie met de neus zou worden becritiseerd en het op de vraagstukken gedrukt te bestuderen van twee boekwer- worden onder leiding van ken. Niet ieder was ermee klaar „deskundigen" om eens bepaald gekomen, maar er waren ruim te worden bij boeken, die je niet voldoende preekschetsen en wat ongelezen mag laten, om met el- aan het huiswerk verder ontbrak, kaar systematisch een paar cita- werd tijdens de twaalf dagen ten van geleerde schrijvers door aangevuld. Soms kon het gebeu- te nemen, dat is een andere zaak! ren, dat de rector van het semi- En het is ook een andere zaak narium van de middagpauze nog om eens een gedegen lezing te wat afknabbelde door ieder naar horen over de jongste we- zijn kamertje een paar stellingen tenschap, die van de Cybernetica mee te geven, die diezelfde mid- (de „stuurkunde" populair ge- dag nog in discussie zouden ko- zegd: de computerwetenschap) men. waarbij een totaal andere wereld opengaat en waarbij je op een heel lange weg wordt gezet, waarvan je eventjes het begin mag zien en waar een bord staat met de aanduiding: Zeer gevaar lijk terrein! Men volge nauwkeu rig de aanwijzingen! Sfeer Natuurlijk ga ik niet een opsomming geven van alle lezin gen en referaten; ook geen „korte inhoud", maar ik zou u toch nog Wat het niet is, is gauw ver- eld. Het is niet een opfrissing an wat aan „kennis" op de Uni- ersiteit is opgedaan. Het is ook iet een conferentie, waarbij eens ezellig van gedachten wordt ge wisseld over vraagstukken, waar op een bepaald ogenblik be- mgstelling voor hebt en die half n half wordt gezien als een aan- ename en nuttige onderbreking het gemeentewerk zonder ieer. Het is en nu probeer ik et maar enigszins aan te duiden - een twaalftal studiedagen, ge- rganiseerd door de Hervormde ,erk in haar theologisch Semi- arium te Driebergen, om telkens en groep predikanten in de ge- igenheid te stellen op de hoogte komen, van wat er op tech- isch, cultureel, internationaal en heologisch gebied aan „proble- nen" aan de orde is en voor wei vraagstukken de moderne nens in onze tijd wordt gesteld, latuurlijk: het Evangelie blijft e eeuwen door hetzelfde, maar e vertolking van dat evangelie lag de aansluiting niet missen, lenvoudig gezegd: het moet in erstaanbare taal gebracht wor- len aan de mens van vandaag, iet moet een appel zijn, waarop lie mens als het ware gedwon- en wordt om te antwoorden, of it antwoord nu positief of nega- ief uitvalt Vooral in de laatste aren zijn er totaal nieuwe Taagstukken bijgekomen en an- lere zijn veranderd: Hoever gaat Ie macht van de techniek over de nens en hoever gaat de macht >an de mens over de techniek? loe brengen we de boodschap 'an de Bijbel zo onder woorden. it de mens van vandaag in elk geval begrijpt, waar het om aat? Is het waar, dat het eigen- ik niet gaat om de wereld, waar de mens leeft maar om de iemel" en dat het aardse be- ian eigenlijk maar een heel be- ":kelijke waarde heeft? Of iaat het in eerste instantie juist >m de vraag, hoe we deze aarde ifbaar kunnen maken voor iedereen? En: welke „rol" moet ie Kerk daarbij spelen? ^•Studeren. Wanneer je zulke vragen op je tafel krijgt gedeponeerd, dan kun je die niet even in een handom draai afdoen onder het genot van een kopje koffie. Dan is er voor lichting nodig van mensen, die op het terrein van de moderne tech niek hun weetje weten idan moet je eerst luisteren naar mensen, die op het terrein van apostolaat en zending geen vreemde in Jeruzalem zijn dan zul je toch een klein beetje moeten begrijpen, wat de kunste naars, wat de jeugd van vandaag beweegt om te zijn, wat ze zijn *n zich te gedragen, zoals ze zich ledragen. Wie van ons wist dertig jaar graag iets willen vertellen over geleden iets over deze materie? de entourage van het geheel. Wie van ons kon dertig jaar ge- Je komt al na een paar dagen leden vermoeden, dat er een ge- echt in de conferentiesfeer: le- neratie zou komen, die vreemd vendige debatten in de pauzes, aankijkt tegen allerlei normen, nakaarten na de dagsluiting, die als vaststaand werden gesprekken tijdens de korte wan- beschouwd? Wie van ons kon delingen. Er is ook de sfeer, die voorspellen, dat de ontkerkelij- ik zou willen noemen die van de king en ontkerstening van Euro- „vreemde woorden". Theologen pa eigenlijk van de hele we- staan erom bekend, dat ze die, reld in zo'n kort tijdsbestek vooral „onder ons" graag gebrui- hand over hand zou toenemen? ken. De sprekers strooiden ze En wie van de theologen van kwistig over ons uit. En toen dertig jaar geleden kon vermoe- kwam het: tijdens een van de den, dat wat wij noemen de bijbelstudies 's morgens was een Christelijke toekomstverwachting collega aan het woord. Midden in voor velen eenvoudig is gewor- de zin aarzelde hij even. We den een hoofdstuk van een al wachtten geduldig... na een halve twaalf dagen. Maar wat wilt u? Er moet uit de beschikbare tijd gehaald worden, wat er in zit. Gelukkig, dat niet alles op de stoelen van de collegezaal zittend aijn beslag moet krijgen. Voor de volgende vier jaren (want we kunnen maar eens in de vier ja ren aan bod komen) wordt er voldoende huiswerk opgegeven. Een respectabele lijst boeken, die ter bestudering worden aanbevo len en dan natuurlijk de zelfstandige uitwerking van al die dictaten in het hoe langer hoe voller wordende multocahier en niet in de allerlaatste plaats de samenvatting van de lezingen, die ons gestencild werden uitge reikt en die de map, die aan het begin van de conferentie toch al een en ander bevatte, bijna uit de band doet barsten. Wie denkt, dat de gezichten van de deelnemers al die dagen in een strakke plooi werden ge houden, heeft het mis. Er waren vrolijke momenten genoeg. Vijf dominees, die met bezorgde ge zichten bij de weigerende auto van een collega staan, al hun technische kennis systematisch proberen te rangschikken, om na een half uur sleutelen tot de ont dekking te komen, dat er alleen maar een bougie vuil is De man, die na de dagsluiting ln de Kapel bij een gezellig on deronsje in het keldertje bij het buffet een sterk verhaal uit het land van Vlaanderen vertelt, zo dat de toehoorders schudden van het lachen De custos in het oud-Hol lands „porder" genoemd die om kwart over zeven op de twee en veertig deuren klopt en dan een slaapliedje gaat zingen De collega, die bang is. dat een geliefd plaatsje in de eetzaal bij het ontbijt door een ander zal worden ingenomen, daar een pa piertje neerlegt met de aandui ding „gereserveerd" om tot de ontdekking te komen, dat de an deren hem verwijzen naar een apart tafeltje, waar hij alléén kan gaan zitten in gezelschap van een bordje zonder bestekEn dan de corvée, waarbij geroutineerde en minder geroutineerde vaat wassers zonder colbert, met op gestroopte hemdsmouwen elkaar proberen te overtroeven in snel heid én accuratesse.... Maar vooral de humoristen, die in de pauzes hun vroegere hoog leraren en oudere of jongere col lega's imiteren en vooral de ty pische mimiek en onbewuste be wegingen overdrijven lang achterhaalde dogmatiek? Variatie De opstellers van het program minuut van stilte zei hij: „Jullie moeten me het maar niet kwalijk nemen, maar ik kan het vreemde woord niet zo gauw vinden." De begrijpelijke reactie bleef niet uit: „zeg het dan maar in gewoon ma hadden gelukkig voor varia- Nederlands.' tie gezorgd, kunst en theologie, Achteraf heb ik me een beetje literatuur en techniek.... het een geschaamd. In een van de lezin- maakte op tijd plaats voor het gen kwam het woord „escamote- andere. „Gedenken en Verwach- ren" voor. We keken elkaar aan; ten in het Oude Testament: Dat niemand wist, wat het betekende, was weer eigen terrein. En dat Dan maar aan de inleider vra- was even een opfrissertje. Maar gen: „Och, mijne heren, ik had er het was toch ook de moeite nu eens plezier in, om het wóórd waard om naar Pierre Janssen te wegmoffelen te vervangen door luisteren, die ons iets vertelde escamoteren." Na afloop van de over de dichter Achterberg en conferentie ben ik weer terug in over het Dadaïsme. En de socio- het alledaagse leven en vraag loog, die ons de moderne jeugd aan een van mijn vrienden (in de uittekende in een boeiend betoog, hoop, dat ik mijn nieuwe vondst wat Ant- gaf zelfs ongewild allerlei prak- kan uitstallen) „weet jij, tische wenken voor het jeugd- escamoteren betekent?" werk in de eigen gemeente. De woord: natuurlijk: wegmoffelen... jeugd is in de experimentele fase. Jullie moesten je Frans eens een eera iertic Kh welnu, laat de kerk binnen zeke re grenzen mee-experimenteren en niet per se willen vasthouden, wat aan vormgeving zijn tijd ge- hai! hefft- knappen. (Nu moet u dat maar En dan wordt de middag heel w- beetje ophalen." De sfeer wordt ook nog duide lijk aan een ander woord, een heel gewoon Hollands woord: af- mensen maar bereid zijn om el kaar het licht in de ogen te gun- jes in orde gemaakt, de lezingen van de dag zijn met ingespannen ,.Kom, kom", zult U zeggen: ..die dominees van vandaag zijn toch geen wereldvreemde studeren mét elkaar. Vogels van diverse pluimage, uit de rechter- midden- en kerk. We kregen huiswerk op. En dat was niet mals. Vóór de conferen- Naar huis Dankbaar, maar eigenlijk niet voldaan.... Inderdaad. Niet omdat de inwendige mens tekort geschoten zou zijn integen deel! niet omdat de collegiale ontmoeting ons niet een rug gesteun zou hebben gegeven... Maar we voelen ons kleine man netjes op dat brede terrein van het menselijk kunnen en weten. We moesten nog veel meer gele genheid hebben om te studeren, t Gaat niet. Het werk in de ge meente wacht weer en het heeft ons toch al moeite gekost om „vooruit te werken" en als we thuis komen, wacht een stapel post. We rijden de oprijlaan van „Hydepark" af. Aan het eind worden we gewaarschuwd door een verweerd bord, dat beslist betere dagen gekend heeft: Gevaarlijke Uitrit. Let op Wielrijders. Dat bord is nodig. Onmiddel lijk daarna komt het fietspad, dat door peddelaars van links én rechts bereden mag worden en dan direct de drukbereden hoofdweg van Driebergen naar Doom't Is dus uitkijken ge blazen naar alle kanten. En 't vergt ook enig aanpassingsver mogen. Hydepark ligt in de stilte van de bossen, tien minuten gaans van de hoofdweg, en deze weg kan vooral op de spitsuren daveren van het geronk van de automotoren. Uit de stilte van het conferen tieoord weer naar het drukke werk in een jachtige en gehaaste wereld. Als ik naar rechts kijk, zie ik een ander bordje: „Koffie 40 cent niet nemen in de sombere zin gemoedelijk aU S mon Vinkenoog d goms wordt zun praatje houdt en ons vertelt een de dcelnemers le madh_ ^rdeS, waSr de "i".huiswerk „et- r belangstelling gevolgd, de discus- oen en - wa-t méér is - elkaar j|e me( J,t|nse \andach, ge. géven. Niemand behoeft het met ^'"^SdhSd 'bereikt?^™ ddLS ^td? wetMi 'dam T ZS n ieder ze^ zijn zegje en we in de wind' "a<" n. ïeaer zegi zijn zegje en we _1at _MC, v>tvrf kwartier plat op zijn rug in bed, of liever gezegd op bed. De vol- ïiXrïièuaV'vlT£ <*nde m°reen hi> 20 fris linkervleugel van oe a)j een hoentje zijn plaats wear ln. Ja, ze zijn vermoeiend, die In rode letters, dus wèl duide lijk leesbaar. De goede waar wordt aangeprezen. Moeten wij straks weer onze „goede waar" aanprijzen? Ik denk er niet aan. Wij bieden onze goede waar niet aan. Wij brengen de boodschap: „God is liefde" en proberen dat te doen in voor ieder verstaanba re taal. Is de uitrit naar de toekomst gevaarlijk? Niet voor wie op de juiste wijze kan gedenken en vertvachten". De toekomst, ónze toekomst ligt in de hand van Hem. die de tijd geschapen heeft. En Wij zijn alleen maar boodschappenjongens rnn in wien hef Godsrijk gekoi.i-.it is èn komt. (Van onze kerkredactie) Er wordt in onze tijd door velen geroepen om een eigen- tijdse verkondiging. Sommigen willen met Bultmann de bijbel ontdoen van mythen en legenden om de moderne mens weer aan te spreken. Anderen zien de bijbelse bood schap in gevaar. Vooral in West-Europa roept dit probleem spanningen op. In Duitsland werd „Kein Anderes Evangc- lium" opgericht om de moderne theologie van Bultmann te weerstaan. En achter de „Brief van de 24" aan de hervormde synode staat in zekere zin ook de angst voor het wegvertalen van het evangelie. Dr. Okke Jager hield hierover acht lezingen. Hij spreekt zich uit voor een eigentijdse predi king, maar die mag de bijbelse boodschap niet vervalsen. Hij wil niet kiezen tussen „niet-vertalen" en „ontmythologiseren". Die keus behoeft niet gemaakt te worden want „dan vergeten zij de derde mogelijkheid, door Kuitert ge formuleerd met het woord „her formuleren". Dat deed ook Paulus, meent hij: „De stijl van Paulus is in de loop der jaren zó veranderd vanwege zijn contact met ver schillende volken dat nota bene een elektronisch brein, dat door Engelse hoogleraren was ge voed met een kwart miljoen woorden van Paulus, tot de z.g. wetenschappelijke conclusie kwam dat deze apostel uitslui tend de eerste vier brieven van het Nieuwe Testament kan heb- De dynamiek van het voorlo pige. door Roger Schutz. Uitgave vV. ten Have, Amsterdam (116 blz., 5.90). Inspirerende gedachten, zonder omhaal aan het papier toever trouwd door de prior van de Taizé-gemeenschap. Het derde deel van Schutz, na Deze dag is van God, en Levensmoed en Ge meenschap. Opnieuw een fijnzinnige bij drage van deze christen, wie weinig ontgaat en die alles in een :ontemplatief, tevens rusteloos ïls een deemoedig, gelovig en werkzaam wachtend kind van zijn leer „verwerkt". Bladzijden in een kernachtige taal, gelijk die van de bijbel. Bladzijden van een mens. die als instrument gebruikt wil zijn Rijkdom zonder ophef in een een voudig boekje verenigd. Voor hem of haar „die oren heeft". ben geschreven. Computers be seffen niet dat Paulus later an dere woorden gebruikte dan in het begin, omdat hij eerst te ma ken had met mensen voor wie het heil nog haaks op hun be staan stond, en daarna met de tweede generatie. Dat had in vloed op zijn taal." en Terugvertalen „Als wij spreken over „verta ling" van het evangelie," schrijft vertalen van wat wij van de bij beltaal gemaakt hebben in, wat de bijbel oorspronkelijk heeft be doeldWij hebben allerlei bij belwoorden gevuld met onze ei gen, d.w.z. met een vreemde in houd." Zijn conclusie is: „Wie het evangelie wil verkondigen in nieuwe tongen, mag geen gladde tong hebben. Hij zal zich de grenzen van het „vertalen" be wust moeten zijn." Dr. Okke Jager laat zien dat we geen keuze behoeven te doen in de tegenstelling „niet-verta len - ontmythologiseren". Er is een derde wég, maar dat is geen gemakkelijke weg. hij elders, „moeten wij dus niét allereerst aan onze moderne ta len denken, maar aan een terug- Eigentüdse verkondiging door dr. Okke Jager. Uitgege ven in de serie Gemeentetoe rusting door Kok te Kampen. (144 pagina's)) Erasmus, door dr. C. Au gustijn; Paul Tillich, door drs. R. Hensen. Uitgave Het We reldvenster, Baarn. De jonge serie Theologische monografieën is tot nu toe ge wijd aan nieuwe wegen in de theologie. Nu zijn verschenen een studie van de Groninger predi kant drs. R. Hensen over Tillich en een boek van dr. C. Augustijn over Erasmus. Erasmus lijkt wat vreemd in dit klimaat, maar Augustijn noemt de grote Europeaan in de ondertitel reeds „vernieuwer van kerk en theologie" en maakt in zijn betoog duidelijk dat het ver nieuwend optreden van Erasmus ten tijde van de reformatie ook voor onze tijd nog invloed kan hebben. Niet op een „gesloten" kerk, katholiek of protestants, waar steTk de nadruk wordt gelegd op het heil dat door middel van de kerk tot de mens komt. Au gustijn ziet voor de Erasmiaanse gedachtenwereld ook geen kans waar de mens zich sterk be dreigd weet door de machten buiten zich en in zich. „Erasmus krijgt zijn kans daar, waar de kerk met haar uitwendi ge aspecten in haar betekenis wordt gerelativeerd, waar sterk de zending van de christen in de wereld wordt beklemtoond en de kerk wordt opgeroepen tot fcelf- ontlediging. Daar komt de christen in het middelpunt te staan, in zijn door God gegeven vrijheid. Daar mag de mens de Vader dienen in blijdschap en weten, dat God door hem han delt." Aldus het opmerkelijke slot van een zeer leesbaar boek, waarin dr. Augustijn (die lector aan de VU is en op Erasmus pro moveerde) leven en werk van Erasmus plaatst tegen de achter grond van het Europa en de kerk van zijn dagen, maar dan vooral met het oog op de vernieuwingen die Erasmus heeft gepropageerd. Dat is niet overbodig, want buiten het wereldje van vakge leerden blijkt de beroemde Rot terdammer maar een onbekende te zijn gebleven, de faam van zijn Lof der Zotheid ten spijt. Niettemin heeft Erasmus „een antwoord gegeven op vragen, die ook thans nog gesteld worden", zegt de schrijver. (168 blz., 10.90). Moeilijker leesbaar voor leken is de monografie van Hensen over Paul Tillich, de in 1965 overleden Duits-Amerikaanse vrijzinnige theoloog-filosoof. Nu zijn de denkbeelden van Erasmus op zichzelf al heel wat klaarder dan die van Tillich, wiens ontoe gankelijkheid bekend is, maar de stijl van Hensen is ook niet vrij van een zekere stroefheid. Niet temin draagt Hensen belangrijk bij tot het benaderen van Tillichs gedachtenwereld. Tillich wordt geschetst als een metafysisch en religieus denker, vertolker ook van een bepaald levensgevoel en vroomheidstype, die te maken hebben met Tillichs ontmoeting met de Europese en Amerikaanse cultuur. Hensen heeft op het gebied van Tillichs werk zijn sporen verdiend; hij neemt ook stelling in het geding, zij het op bescheiden wijze. Til lichs onduidelijkheid illustreert hij met de stelling dat God-is-dood-tlheologen èn hun te genstanders zich op Tillich kun nen beroepen. Een uitnemende inleiding tot het werk van Tillich, maar alleen voor theologisch of filosofisch geschoolden. (233 blz., 12,50). (Van onze Spaanse correspondent) San- Sebastian de Garabandal, berg dorpje in liet noorden van Spanje, tachtig kilometer van Santander, werd in 1961 wereldnieuws. Misschien her innert u het zich nog. Vier kleine meisjes zeiden, dat z\j de Maagd had- d engezien en dat de Maagd tot hen had gesproken. Zij zouden ook engelen hebben gezien. De eerste verschijning deed zich voor op 18 juni 1961. Pelgrims uit heel Spanje stroomden al gauw toe naar deze plaats, midden tussen het Franse Lourdes en het Portugese Fati- ma. Eenvoudige zielen, priesters, nonnen, zieken en natuurlijk vele nieuwsgierigen. Nieuws van Garabandal was gewilde stuff voor de kranten. De Spaanse tv maakte een film. Journalisten uit het buitenland kwa men. Paris Match wijdde enkele pagina's aan het wonder. Het dorpsplein was te klein voor alle auto's, zodat buiten het dorp een nieuwe parkeerplaats werd aangelegd. De dorpskruidenier kon niet aan de vraag naar cola en wijn voldoen en verbouwde zijn winkel. GENOOTSCHAP In Madrid stichtten dames van stand een „Genootschap tot Begunstiging van de Verschijningen van Garabandal." Heren van stand bleven niet achter en wierpen zich op als de „Vrienden van Garabandal". Onder hen was een Duitser van zogeheten pro testantse origine, voor wie de verschijnin gen aanleiding waren om tot het rooms-ka- tholicisme over te gaan. Intussen maande de bisschop van Santander tot voorzichtigheid. De bekende protestant Juan Antonio Mon- roy ging ook naar Garabandal. Hij bleef er een paar dagen, sprak met de dorpelingen (de meesten wilden niets zeggen), de kinde ren en met hun moeders. Twee van de drie moeders bleken niet in de verschijningen te geloven. WAAROM? Het resultaat van zijn onderzoek was een boek. getiteld „De mythe van de verschij ningen", voor alle zekerheid via een uitgever in Tanger (Marokko). Waarom verschijnt Maria altijd aan kinderen? vroeg Monroy in zijn boek. Hij ontving honderden woedende brieven. Een advokaat uit Saragossa (waar het be roemde heiligdom van Maria-del-Pilar staat, waar Maria verschenen zou zijn, om te be vestigen, dat het beeld van haar, dat daar aanwezig is, daar in de eerste eeuw door de apostel Jacobus gebracht is) schreef zelfs een boek van 250 pagina's. „De verschijnin gen geen mythe", waarin hij alle protestan ten en protestantsgezinden, die Garabandal verwierpen, als ongelovigen brandmerkte. VERBAND Natuurlijk legden sommigen ook verband met het „geheim van Fatima". Maria zou in het Spaanse bergdorpje verschenen zijn, om de paus aan te sporen de laatste boodschap, die Maria in 1917 aan de kinderen in Fatima zou hebben gegeven (nog steeds een goed bewaard geheim in de kluizen van het Vati- caan) te onthullen. „Garabandal is het teken, dat de Maagd grote dingen gaat doen voor de redding van de wereld", zeiden sommige fanatici. Tot vorig jaar, op 17 maart, de ontnuchte ring kwam: een verklaring van de bisschop van Santander na een nauwgezet onderzoek: „Er is nooit enige verschijning van de Heilige Maagd geweest, noch van de engel Michael, noch enige andere verschijningen van engelen- of hemels karakter. Er is nooit enige boodschap van de hemel geweest. Al les. wat in Garabandal is gebeurd, kan op natuurlijke wijze verklaard worden." BEDROG De bisschop verweet verder de „Vrienden van Garabandal", dat zij een geweldige druk hebben uitgeoefend, om waar te maken, wat kennelijk louter bedrog is geweest. Is daarmee alles uit? Niemand durft het beweren. Een opvolger van de .bisschop zou het onderzoek zo weer kunnen heropenen. De Vrienden van Garabandal en de dames van het Genootschap tot Begunstiging heb ben invloed. Tal van simpele zielen geloven nog steeds vast in de verschijningen. Nu de kolommen van de officiële kerke lijke pers voor hen gesloten zijn, publiceren de Vrienden brochure op brochure met „sensationele onthullingen". Terwille van de stokpaardjes van de bisschop zijn de arme kinderen gedwongen een verklaring te teke nen in zijn bijzijn, maar let op, zeggen de Vrienden: helfhaftig weigerden de kinderen er een eed op te doen, dat het allemaal maar bedrog was. De meisjes zelf zwijgen in alle talen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1968 | | pagina 13